• Shuffle
    Toggle On
    Toggle Off
  • Alphabetize
    Toggle On
    Toggle Off
  • Front First
    Toggle On
    Toggle Off
  • Both Sides
    Toggle On
    Toggle Off
  • Read
    Toggle On
    Toggle Off
Reading...
Front

Card Range To Study

through

image

Play button

image

Play button

image

Progress

1/21

Click to flip

Use LEFT and RIGHT arrow keys to navigate between flashcards;

Use UP and DOWN arrow keys to flip the card;

H to show hint;

A reads text to speech;

21 Cards in this Set

  • Front
  • Back
Waarom is de media zo geïnteresseerd in onze attitudes?
Als je iemands attitudes kent, heb je aanwijzingen voor zijn gedrag, hoe hij stemt, koopt, naar de tv kijkt.
Eagle en Chaiken (1993) hebben twee benaderingen mbt attitudes:
-de drie componentenbenadering
-De 1 componenten theorie
de drie componentenbenadering:
de drie componentenbenadering: omschrijft een attitude als een
1. cognitieve,
2. gevoelsmatige en
3. gedragsmatige reactie
op een ‘attitude object’. Bijv. roken, hoe denkt, iemand voelt en vervolgend handelt m.b.t. roken?
De 1 componenten theorie
De 1 componenten theorie:
de gevoelsmatige component van attitudes, ook wel de evaluatieve of affectieve component.
Overeenkomst tussen de
-de drie componentenbenadering
-De 1 componenten theorie is...
Overeenkomst is dat attitudes altijd een object hebben: over onszelf, een ander, een groep een ding etc.

Ook gaat het uit van kennis over dat object in ons geheugen. Een attitude object kan dus een cognitieve component hebben.
attitudes hebben altijd een ...
object: over onszelf, een ander, een groep een ding etc.
Ook gaat het uit van kennis over ....
dat object in ons geheugen. Een attitude object kan dus een cognitieve component hebben.
Volgens de 1 componentenbenadering, de populairste, is een attitude te omschrijven als
een positieve of negatieve evaluatie van een attitude object.
psychofysiologische metingen
Nadeel is de sociale wenselijkheid van de antwoorden.

Daartegen kunnen heimelijke metingen gebruiken die dat omzeilen. Daarom gebruikt men ook wel ...
psychofysiologische metingen.
Psychofysiologische metingen meten bijv. de
fysiologisch reacties.
De intensiteit is dan te meten, maar niet welke richting die opgaat. Positief of negatief.
Men meet met Psychofysiologische bijv.
pupillen,
huid,
ademhaling,
hartslag.
Galvanische huidreactie (GSR) meet de geleiding van de huid.
Wat is het voordeel van een Electromyogram (EMG)
Voordeel van EMG is dat het naast fysiologische reacties ook de richting van attitudes vast kan stellen.
Wat doet een Electromyogram (EMG)
Electromyogram (EMG) meet fysiologische spanning van spiergroepen. Emoties hangen samen met spiergroepen in gezichtsspieren.
Waarneming van attitudes corresponderen niet altijd met het gedrag. Geef een voorbeeld van een onderzoek.
Het onderzoek van LaPierre laat dat zien. Hij reisde kilometers met het Chinese echtpaar om te zien hoe ze behandelt werden.
De correlatie tussen attitudes en gedrag is zwak. Maar wat is de relatie?
Fishbein en Ajzen (1981) constateerden dat het gedrag te voorspellen is waar mensen over hebben nagedacht als je rekening houdt met de intenties, met wat ‘relevante’ anderen vinden (sociale norm) en met de (on)mogelijkheid de attitudes en intenties in concreet gedrag om te zetten.

DE waargenomen gedragscontrole.
wat voor invloed hebben Intenties?
Intenties. Resultaten laten zien dat attitudes veel invloed hebben op intenties. Intenties ook op gedrag.
Wat doen Relevante anderen?
Deze oefenen invloed op ons uit. Ze bevorderen, maar remmen ook onze attitudes en ook onze intenties bepaald gedrag te vertonen.
Waargenomen gedragscontrole.

Ondanks alles zijn (madden 1992) gedragingen moeilijk te voorspellen, ondanks attitudes.

Beter gaat het met als er rekening wordt gehouden met ...
waargenomen gedragscontrole. 

Waargenomen gedragscontrole is de mate waarin men gewenst gedrag in daadwerkelijk gedrag kan omzetten. 

Je kan bijv. veilig willen vrijen, maar als je geen condooms bij je hebt gaat dat niet.
waargenomen gedragscontrole.

Waargenomen gedragscontrole is de mate waarin men gewenst gedrag in daadwerkelijk gedrag kan omzetten.

Je kan bijv. veilig willen vrijen, maar als je geen condooms bij je hebt gaat dat niet.
5.2.3 Directe ervaring en eigenbelang

Attitudes voorspelen gedrag beter als ze gebaseerd zijn op ...
directe ervaring.

Het blijkt dat personen met directe ervaring met het attitude object zekerder zijn in hun attitude oordeel. Deze grotere zekerheid leidt tot een sterker verband tussen attitudes en gedrag. Wellicht is een factor die samenhangt volgens Regan en Fazio de directe ervaring. Het is de mate van eigen belang. Dit is ook aangetoond.
Fazio vroeg zich af waarom dat zo is.

De attitude wordt na het aanbieden van het attitude object geactiveerd en leidt tot
gedrag. 

Hoe minder eigenbelang, hoe minder ervaring met het attitude object. Dus minder snel gedrag ten opzichte van het attitude object.
gedrag.

Hoe minder eigenbelang, hoe minder ervaring met het attitude object. Dus minder snel gedrag ten opzichte van het attitude object.
Van blootstelling wordt gebruik gemaakt in de
Reclame.

Hier wordt gebruik van gemaakt in de reclame door de attitude toegankelijker te maken door blootstelling.

Minder reclame en het product is minder makkelijk benaderbaar in attitudes. Ondanks dat attitude positief is, als ze minder snel toegankelijk is is de toename van koopgedrag vrij klein.

Niet voor niets werkt herinnering aan attitudes erg goed.