• Shuffle
    Toggle On
    Toggle Off
  • Alphabetize
    Toggle On
    Toggle Off
  • Front First
    Toggle On
    Toggle Off
  • Both Sides
    Toggle On
    Toggle Off
  • Read
    Toggle On
    Toggle Off
Reading...
Front

Card Range To Study

through

image

Play button

image

Play button

image

Progress

1/52

Click to flip

Use LEFT and RIGHT arrow keys to navigate between flashcards;

Use UP and DOWN arrow keys to flip the card;

H to show hint;

A reads text to speech;

52 Cards in this Set

  • Front
  • Back
Wanneer interview je:
Als het gaat om dataverzameling m.b.t. attitudes, opinies, gevoelens, gedachten of kennis.
Nadelen van interviewen:
• Mensen zijn zich niet altijd bewust van (de motieven) van hun gedrag
• Sociale wenselijkheid zeelt een negatieve rol
• Door non respons kunnen er selecte groepen ontstaan
Je kan kiezen uit diverse soorten interviews:
• Mondeling schriftelijk
• groepsgewijs
• telefonisch
• via internet of email.
In kwantitatief onderzoek wordt gebruik gemaakt van
gesloten onderzoeksvragen met geprecodeerde antwoorden.
Bij onduidelijkheid of veel antwoordmogelijkheden of als er niet duidelijk is welke antwoorden er verwacht kunnen worden, worden ook wel wat voor soort vragen gebruikt?
open vragen gebruikt. Maar liever niet. Het kost veel tijd om te verwerken en zijn moeilijk interpreteren.
Bij het formuleren van vragen moet je letten op:
• Ondubbelzinnigheid van de vragen
• De vragen moeten helder zijn
• De vragen mogen niet suggestief zijn
• Geen kennis veronderstellen die de respondent niet heeft.
• Bij feitelijke gegevens moeten de antwoorden uitputten zijn en elkaar uitsluiten
• Als er meer dan 1 antwoord gegeven kan worden moet dat duidelijk zijn
Bij vragen over meningen en frequenties wordt vaak gebruik gemaakt van:
Antwoordschalen.
Bij een schaal op basis van een serie items moet je dus beslissen hoeveel antwoordcategorieën je gaat gebruiken en of het een even of
oneven aantal antwoordmogelijkheden zijn.
De middelste vraag mag niet de..... catagorie zijn
‘weet niet’, ‘geen mening’ categorie zijn
Als iemand geen mening kan hebben, wat doe je dan?
voeg je die categorie toe.
Bij mondelinge interviews wordt er ook wel gebruik gemaakt van:
Antwoordkaarten.
Zeker bij gevoelige onderwerpen.
De vragenlijst moet:
• Logisch zijn
• Goede introductie hebben
• Een open vraag hebben op het eind. (zijn er nog dingen die….)
Bij vragenlijsten moet je letten op het volgorde effect.

Wat is dat?
Dat de mensen die de vragen invullen zich laten beïnvloeden door de reeds gegeven antwoorden bij het invullen.
8.1 voor en nadelen interviewen

Voordelen van interviewen:
• Alleen door te vragen kom je iets te weten.
• Werkt bij meningen en gevoelens
• Je komt niet alleen te weten wat, maar ook waarom mensen iets doen
Nadelen interviewen:
• Sociaal wenselijke antwoorden.
• Mensen zijn zich niet bewust van eigen gedrag en ook niet over hun of van hun motieven.
• Mensen hebben een selectief geheugen
• Selectiviteit in responsgroep.
Sociale wenselijkheid heeft een grote invloed op de antwoorden die je krijgt.

Hoe kan je voorkomen dat die invloed beperkt blijft?
• Door geen instemming of afkeuring te laten blijken.
• Je kan specifieke vragen toevoegen aan een vragenlijst waarmee je de validiteit test. Bijv. door stellingen te geven als ‘ik ga altijd vrolijk naar mijn werk’, ik heb nooit moeite met collega’s, ik werk met plezier over.
Naast selectief geheugen en sociale wenselijkheid zijn er nog meer factoren die het interview beïnvloeden:
• De stemming van de respondent
• De persoon van de interviewer
• De omgeving
• Non respons.
Non respons:
Je zal voor een onderzoek medewerking nodig hebben. De vraag is alleen, vertegenwoordigen de respondenten die meewerken wel goed de populatie waar je uitspraken over wil doen.

Het is een wat voor groep die reageert?
selecte groep die reageert.
Non-respons kan dus tot selecte groepen leiden.
8.2 Mondeling of schriftelijk interviewen?
De keuze of je mondeling of schriftelijk interviewt is afhankelijk van de volgende items:
• Hoeveel mensen wil je bereiken? Met schriftelijke interviews bereik je meer en sneller in korte tijd dan mondeling. Dus is mondeling ook kostbaarder.. Je hebt ook interviewers nodig. Dat is duur.

• De schriftelijke benadering kost in voorbereiding veel tijd. Alles moet er goed uitzien. De lijst, een site, noem maar op. Vragen moeten duidelijk zijn, voor 1 uitleg mogelijk. Met mondeling zal je eerst een aantal proefinterviews moeten doen.

• Stel je open of gesloten vragen? Een lijst met veel ingewikkelde en ook open vragen kan je beter mondeling doen. Ook kan je mondeling meer vragen.

• Nog een item is de anonimiteit. Met schriftelijke vragen voelen mensen zich anoniemer.. Ze zullen minder snel sociaal gewenste antwoorden geven. Met een mondeling interview kan je dat oplossen door gebruik te maken van kaarten.

• De kans op sociaal wenselijke antwoorden is bij schriftelijke interviews kleiner. Maar ze is niet betrouwbaarder. Bij mondeling weet je zeker hoe en wat er gebeurd is, dat weet je bij het invullen van een lijst niet. Vaak is ze ook onvolledig ingevuld, bij een mondeling interview gebeurd dat uiteraard zelden.

• Ook de non-respons verschilt. Het is moeilijk een mondelinge afspraak te maken, maar gemaakt, gaat ze door. Bij schriftelijk niet. Het is hopen dat je wat terug krijgt.
Mondeling: Voordeel


Mondeling: Nadeel
Mondeling: Voordeel
• Minder voorbereiding
• Geschikt voor open en ingewikkelde vragen
• Veel vragen
• Weinig onvolledige lijsten
• Relatief weinig non-respons

Mondeling: Nadeel
• Duur (tijd, geld)
• Moeilijk te organiseren
• Niet anoniem
• Gevoelig voor sociale wenselijkheid
Schriftelijk: Nadeel


Schriftelijk: voordeel
Schriftelijk: Nadeel
• Veel voorbereiding
• Ongeschikt voor open en ingewikkelde vragen
• Niet te veel vragen
• Geen controle op invullen
• veel non respons

Schriftelijk: voordeel
• Goedkoop
• Makkelijk te organiseren
• Wel anoniem
• Minder gevoelig voor sociale wenselijkheid
Mondeling: Voordeel
• Minder voorbereiding
• Geschikt voor open en ingewikkelde vragen
• Veel vragen
• Weinig onvolledige lijsten
• Relatief weinig non-respons
Mondeling: Nadeel
• Duur (tijd, geld)
• Moeilijk te organiseren
• Niet anoniem
• Gevoelig voor sociale wenselijkheid
Schriftelijk: Nadeel
• Veel voorbereiding
• Ongeschikt voor open en ingewikkelde vragen
• Niet te veel vragen
• Geen controle op invullen
• veel non respons
Schriftelijk: voordeel
• Goedkoop
• Makkelijk te organiseren
• Wel anoniem
• Minder gevoelig voor sociale wenselijkheid
8.3 Specifieke vormen van interviewen

Specifieke vormen van interviewen:
• Groepsgewijs laten invullen van vragenlijsten
• Telefonisch enquêteren
• Computer en internet
Groepsgewijs laten invullen van vragenlijsten:
• Handig als mensen al bij elkaar in een groep zitten.
• Je krijgt snel veel resultaat binnen
• Weinig nadelen
• Let wel op dat mensen niet gaan overleggen
• Als je mensen vraagt naar een ruimte te komen zijn degene die daadwerkelijk komen vaak een specifieke groep. Bijv. zeer tevreden of zeer ontevreden. Je kan aanvullen met wat a selecte interviews om de representativiteit te controleren.
Telefonisch enquêteren
Voordelen & Nadelen
Telefonisch enquêteren

Voordelen:
• makkelijk voor interviewer en geïnterviewde, kost weinig
• Kan wanneer het het beste uitkomt
• Directe verkrijging van gegevens van geïnterviewde
• Sociale wenselijkheid spelt niet zo’n grote rol
• Eerder antwoord op intieme vragen

Nadelen
• Niet geschikt voor lange interviews
• Niet geschikt voor ingewikkelde onderwerpen
Computer en internet

CAPI
Computer assisted Interviewen.
In een mondeling interview worden de antwoorden direct gekoppeld aan een computer die de richting van het interview stuurt (de routing) en verwerkt.
Routing
Als een programma op de computer de volgorde van de vragen aanpast aan de hand van de antwoorden.
Enquêtes worden ook op internet gezet, per email verzonden.
Spss is een veelgebruikt computer programma
Groepsgewijs Interview
Voordelen & Nadelen
Voordelen
• Minder tijd
• Meer respondenten
• Minder non-respons
• Controle op volledig invullen

Nadelen
• Groep lokt uit tot overleg en samenwerken
Telefonisch Interview
Voordelen & Nadelen
Voordelen
• Minder tijd
• Meer respondenten
• Sociale wenselijkheid speelt minder
• Goede routing
• Snelle verwerking resultaten

Nadelen
• Ongeschikt bij lange of ingewikkelde lijsten
• Anonimiteit/vertrouwelijkheid goed waarborgen
Elektronisch (e-mail/internet) Interview
Voordelen & Nadelen
Voordelen
• Minder tijd
• Meer respondenten
• Sociale wenselijkheid speelt minder
• Goede routing
• Snelle verwerking resultaten


Nadelen
• Anonimiteit/vertrouwelijkheid goed waarborgen
Als het om complexe begrippen gaat zijn er vaak meerdere dimensies te onderscheiden.
Denk aan werkbelasting. Dat is op te delen in fysiek en psychisch. Ook intelligentie is zo’n voorbeeld.
Na het vaststellen van dimensies bedenk je bij elke dimensie ......
indicatoren.

1 definiëren begrip.
2 begrip opdelen in dimensies
3 bij dimensies indicatoren zoeken
Geprecodeerde antwoorden
Elke gesloten vraag is geprecodeerd. Ze vertegenwoordigen de ......
dimensies.
Bij de keuze voor open vragen in een gestructureerd interview spelen de volgende factoren een rol:
• Bij gesloten vragen is het soms lastig geprecodeerd te werk te gaan. Denk aan welk beroep iemand heeft. Dan stel je een open vraag en deel je het later in.
• Open vragen liggen voor de hand als je over weinig voorkennis over het begrip beschikt.
• Ook kan je als extra een antwoord alternatief aan bieden. Bijv. ‘anders namelijk….’
• Je moet de hoeveelheid beperken omdat de antwoorden vaak te vaag zijn en niet in te delen
• Bij een gestructureerde mondelinge afname van een vragenlist begin je vaak met een open vraag als ‘kon u het makkelijk vinden’. En je sluit ook af met een open vraag ‘heeft u nog wat toe te voegen?’. Het laat de geïnterviewde even wennen.
Verschillen open en gesloten vragen.

Open vragen
1. Rubriceren
2. Weinig voorkennis
3. Vrije antwoordmogelijkheid
4. Genuanceerde antwoorden
5. Veel verwerkingstijd
6. Interviewer belangrijk
7. Zeer informatief
8. Minder betrouwbaar
Verschillen open en gesloten vragen.

Gesloten vragen
1. Tellen
2. Veel voorkennis
3. Beperkt antwoordkader
4. Eenvoudige antwoorden
5. Weinig verwerkingstijd
6. Interviewer minder belangrijk
7. Minder informatief
8. betrouwbaarder
8.5 Formuleren van vragen.
Een interview valt of staat met de formulering van vragen. Je krijgt alleen maar betrouwbare valide vragen als je goed en heldere vragen stelt.

Waar moet je op letten bij het stellen van vragen?
• Vragen (en antwoorden) moeten duidelijk zijn en slechts voor 1 uitleg vatbaar zijn.
• Behandel 1 onderwerp tegelijk
• Gebruik geen ingewikkelde taal
• Formuleer de vragen zo neutraal mogelijk
• Veronderstel niet zonde meer feiten als bekend
-Vragen (en antwoorden) moeten duidelijk zijn en slechts voor 1 uitleg vatbaar zijn.
Het moet duidelijk zijn wat je bedoelt. Vermijd vaagheid als ‘vaak’, ‘wel eens’, redelijk’.

-Behandel 1 onderwerp tegelijk
Stel 1 vraag tegelijk. Niet hoe is het met uw relatie tussen uw collega’s en chef. Dat zijn 2 vragen.

-Gebruik geen ingewikkelde taal
Vermijd vakjargon
Formuleer niet te ingewikkeld:
• Gebruik korte zinnen
• Gebruik geen bijzinnen
• Gebruik werkwoorden in actieve vorm
• Gebruik geen ontkenningen en dubbele ontkenningen
-Formuleer de vragen zo neutraal mogelijk
Vermijd suggestieve vragen

-Veronderstel niet zonde meer feiten als bekend
vraag je af of de respondent de kennis heeft die jij denkt dat ie heeft. Dat hoeft niet namelijk.

Homogeniteit in vragen.
Belangrijk is homogeniteit in het formuleren van vragen of stellingen. Vooral bij abstracte begrippen vertaal je vaak in meerdere uitsparaken of stellingen waarmee men het eens is of niet. Je vraagt dus een X keer het zelfde op een andere wijze.
Samenvatting 8.5

Bij de formulering van vragen moet je op de volgende punten letten:
• De vragen moeten niet voor meer dan 1 uitleg vatbaar zijn
• Je moet slechts 1 ding tegelijk vragen
• De vragen moeten grammaticaal niet te ingewikkeld zijn
• Het taalgebruik moet aangepast zijn aan de respondent
• De vragen moeten niet suggestief zijn
• De vragen moeten geen kennis veronderstellen die de respondent wellicht niet bezit of feiten bevatten waarvan de respondent mogelijk niet op de hoogte is
• Indien er meer dan 1 vraag is voor het meten van het elfde begrip, moeten deze vragen inhoudelijk vergelijkbaar zijn
8.6 Formulering van antwoordmogelijkheden.

Richtlijnen voor het opstellen van antwoord alternatieven
Nominale gegevens
-
-

Bij antwoordschalen
Ordinale, interval en ratiogegevens.
Je kan hier meten of iets meer of minder is. Bij het construeren van vragen moet je aan het volgende denken:
-
-
-
8.6 Formulering van antwoordmogelijkheden.

Richtlijnen voor het opstellen van antwoord alternatieven
Nominale gegevens
• Bij nominale gegevens moeten de antwoordmogelijkheden uitputtend zijn
• Antwoord categorieën moeten elkaar uitsluiten

Bij antwoordschalen
Ordinale, interval en ratiogegevens.
Je kan hier meten of iets meer of minder is. Bij het construeren van vragen moet je aan het volgende denken:
• Het aantal antwoord mogelijkheden: afhankelijk van de vraag en de nuancering die je wil. Hoe genuanceerder, hoe meer antwoord categorieën. Meestal worden 3 of 5 puntschalen gebruikt.
• Een even aantal antwoord categorieën of oneven: Bij een tweepuntschaal ontbreekt de midden categorie waardoor je de respondent tot een mening dwingt.
• Wat doe je met ‘geen mening of weet niet’. Je kan een apart hokje toevoegen voor ‘geen mening’. Pas er wel voor op omdat de neiging bestaat in dat antwoord te vluchten.
Richtlijnen voor het opstellen van antwoord alternatieven

Nominale gegevens
• Bij nominale gegevens moeten de antwoordmogelijkheden uitputtend zijn
• Antwoord categorieën moeten elkaar uitsluiten
Bij antwoordschalen

Ordinale, interval en ratiogegevens.

Je kan hier meten of iets meer of minder is. Bij het construeren van vragen moet je aan het volgende denken:
• Het aantal antwoord mogelijkheden: afhankelijk van de vraag en de nuancering die je wil. Hoe genuanceerder, hoe meer antwoord categorieën. Meestal worden 3 of 5 puntschalen gebruikt.
• Een even aantal antwoord categorieën of oneven: Bij een tweepuntschaal ontbreekt de midden categorie waardoor je de respondent tot een mening dwingt.
• Wat doe je met ‘geen mening of weet niet’. Je kan een apart hokje toevoegen voor ‘geen mening’. Pas er wel voor op omdat de neiging bestaat in dat antwoord te vluchten.
De categorie weet niet geen mening wordt ook vaak toegepast bij nominale vragen:
Is er een maatschappelijk werkster in uw bedrijf?
Ja/Nee/weet niet.

De schaal moet logisch in elkaar zitten
Antwoord kaarten.

Bij moeilijke onderwerpen als intimiteit of ziekte, kun je gebruik maken van
antwoordkaarten Zo maak je het de respondent wat makkelijker.
Waar moet je rekening mee houden als je antwoord mogelijkheden voor een vragenlijst maakt?
Worden de gegevens nominaal of ordinaal gemeten?
Voor de vorm van de antwoordmogelijkheden moet je een aantal beslissingen nemen. Allereerst moet je nadenken over het ......
meet niveau waarop de gegevens verkregen worden (zie tabel). Dit heeft consequenties voor de statistische technieken die je bij de analyse kunt gebruiken.
Bij een even aantal vragen dwing je iemand meestal tot een
mening.

Verder moet je overwegen of je een aparte categorie ‘geen mening’ gebruikt.

Bij schaalgebruik moet het aantal categorieën aan beide zijden van het midden gelijk zijn en moet er naar gestreefd worden per vraag een gelijk aantal categorieën te gebruiken.

In mondelinge interviews moet je antwoordkaatjes of invullijsten gebruiken als er meer alternatieven zijn of wanneer de vragen over bedriegende onderwerpen handelen.
8.7 Opzet van de vragenlijst

8.7.1 Volgorde van de vragen


Als alle vragen en antwoord categorieën zijn bedacht dan:
Ga je na in welke volgorde ze moeten staan.

De volgorde van de vragen hangt in grote mate af van .....
de onderwerpen. Meestal zullen eerst de algemene vragen worden gesteld, zoals het geslacht en de leeftijd van de deelnemer. Vervolgens zullen de neurale vragen worden gesteld en gaat men langzaam over naar de specifieke onderwerpen waarin de onderzoeker vooral geïnteresseerd is.
volgorde-effect

De onderzoeker moet er rekening mee houden dat de volgorde van de vragen niet een zogenoemd volgorde-effect teweeg brengen. Dit betekent dat ......
de respondenten de antwoorden gaan baseren op de voorgaande vragen.
8.7.2 Afnemen van de vragenlijst

Voordat de vragen worden gesteld is een inleiding gewenst waarin het onderwerp kort zal worden uitgelegd. Tijdens het afnemen van de vragenlijst moet rekening gehouden worden met eventuele vermoeidheid of de behoefte aan afleiding. Dit betekent dat de vragen moeten blijven boeien en makkelijk te begrijpen moeten zijn. Ook belangrijk is dat .......
de respondent nog wat ruimte krijgt zelf wat aan te vullen.