• Shuffle
    Toggle On
    Toggle Off
  • Alphabetize
    Toggle On
    Toggle Off
  • Front First
    Toggle On
    Toggle Off
  • Both Sides
    Toggle On
    Toggle Off
  • Read
    Toggle On
    Toggle Off
Reading...
Front

Card Range To Study

through

image

Play button

image

Play button

image

Progress

1/13

Click to flip

Use LEFT and RIGHT arrow keys to navigate between flashcards;

Use UP and DOWN arrow keys to flip the card;

H to show hint;

A reads text to speech;

13 Cards in this Set

  • Front
  • Back


5.1 Inleiding Emotioneel gedrag



Emotie kunnen we omschrijven als

de waaier van interne gevoelens die ten dele door fysiologische mechanismen van het lichaam worden uitgedrukt.



Deze definitie leert dat emotie ruimer op te vatten is dan motivatie.

Emotie kunnen we omschrijven als de waaier van interne gevoelens die ten dele door fysiologische mechanismen van het lichaam worden uitgedrukt.



Deze definitie leert dat emotie ruimer op te vatten is dan motivatie.



Motivatie kunnen we omschrijven als

een drift die zich uit in gedrag dat sterk gericht is op de bevrediging van een specifieke behoefte, zoals honger, dorst en voortplanting.



Motivaties ontstaan meestal vanuit een interne behoefte, terwijl emoties veeleer door

externe gebeurtenissen worden uitgelokt en steeds geassocieerd zijn met een activatie van het autonoom zenuwstelsel.




Vrijwel iedereen is het erover een dat we met emotie gevoelens zoals angst, vreugde of passie bedoelen.



Er bestaat evenwel geen eensgezindheid over het aantal verschillende emoties die een mens kan ervaren en de voorgestelde indelingen gaan van vier (Panksepp, 1982) tot meer dat tien (Ekman & Oster, 1979 ; Izard, 1977 ; Plutchik, 1970).



Meer eenduidigheid bestaat over het aantal taal - en cultuuroverschrijdende emotionele gelaats­ expressies die de mens kan onderscheiden, namelijk

-blijheid,


-droefenis,


-kwaadheid ,


-verrassing,


-angst en


-walging



(Ekman, Friesen & Ellsworth, 1972).

In het emotioneel gedrag kunnen we onderscheid maken tussen

-de emotionele uitdruk­king en


-de emotionele ervaring.



Beide aspecten van de emotie dienen verschillende functies voor het organisme.

De emotionele uitdrukking verwijst naar

de uitwendige (lichamelijke) tekenen van de emotie die door onszelf en anderen kunnen worden waargenomen.



Een deel van de uiterlijke weerspiegeling van een emotionele toestand zoals gelaatsuitdrukking, prosodie en lichaamshouding speelt een belangrijke rol voor een brede waaier van

complexe sociale communicatie, waaronder de sociale controle van agressie, sociale dominantie, het liefdesspel en ander emotioneel gestuurd gedrag.



De meer fysiologische aspecten van de emotionele uitdrukking bereiden het organisme voor op vecht- of vluchtgedrag bij een waargenomen bedreiging.



Deze aspecten van de emotionele uitdrukking verwijzen naar

autonome, endocriene en skeletomotorische en de limbische structuren.



De emotionele ervaring is het interne aspect van de emotie dat wordt uitgedrukt in termen van

opwinding (arousal).



Emotionele ervaring kleurt onze cognitieve doelstellingen en onze subjectieve ervaringen.



Het feit dat we emotie bewust kunnen ervaren, verwijst naar een belangrijke cognitieve component in dit gedrag en suggereert een betrokkenheid van de cerebrale cortex.

Het feit dat we emotie bewust kunnen ervaren, verwijst naar een belangrijke cognitieve component in dit gedrag en suggereert een betrokkenheid van

de cerebrale cortex.

Samenvattend kunnen we stellen dat de emotionele gedragscluster uit drie belangrijke componenten bestaat.


-Ten eerste heeft de emotie een belangrijk fysiologisch aspect. Angst, haat, liefde en geluk zijn gewone emoties met belangrijke effecten op ons lichaam ('beven van angst', 'purper worden van woede ', 'inje broek doen van schrik'). Activiteit van het centraal en autonoom zenuwstelsel veroorzaakt veranderingen in ons lichaam (o.a. hartritme, bloeddruk, zweetsecretie, hormoonhuishouding) die geassocieerd zijn met emotionele opwinding.



De studie van de emoties heeft de sterke relatie met lichamelijke signalen vaak aangegrepen om via fysiologische reacties het emotioneel gedrag te meten en te bestuderen. De meest gebruikte fysiologische parameters zijn veranderingen in hartritme, bloeddruk, pupildilatatie en elektrodermische reacties van de huid (geassoci­ eerd met de activiteit van zweetkliertjes). Ook metabolische en hormonale veranderingen van adrenaline, testosterone en cortisol worden als parameters in het onderzoek naar emotie gebruikt.



-Ten tweede gaan emoties gepaard met ook voor anderen zichtbare gedragsveranderingen zoals gelaatsuitdrukking, prosodie en lichaamshouding die de sociale aspecten van een emotie weerspiegelen.



-Ten derde onderscheiden we de meer cognitieve processen van de emotie, zoals de subjectieve gewaarwording van bijvoor­beeld liefde of haat en de daaraan gekoppelde intenties en herinneringen. Dit is de rol van de emotionele ervaring die zorgt voor de kracht of gedrevenheid van ons gedrag.



Deze uiteenlopende facetten van emotioneel gedrag illustreren dat het onderzoek van de emotie op velerlei manieren kan worden benaderd .



Er bestaat dan ook geen consensus over

een afbakening van het studieonderwerp , laat staan een gestandaardiseerde manier om het te onderzoeken. In wat volgt zullen we de verschillende componenten van het emotioneel gedrag onderzoeken en trachten we de psychologische en biologische aspec­ten ervan met elkaar in verband te brengen.

Samenvattend kunnen we stellen dat de emotionele gedragscluster uit drie belangrijke componenten bestaat.



(kort)

-Ten eerste heeft de emotie een belangrijk fysiologisch aspect.



-Ten tweede gaan emoties gepaard met ook voor anderen zichtbare gedragsveranderingen zoals gelaatsuitdrukking, prosodie en lichaamshouding die de sociale aspecten van een emotie weerspiegelen.



-Ten derde onderscheiden we de meer cognitieve processen van de emotie, zoals de subjectieve gewaarwording van bijvoor­beeld liefde of haat en de daaraan gekoppelde intenties en herinneringen.