Stop & Check Biopsychologie H14. Cognitieve Functies

Front 1

Hoofdstuk 14 Lateralization and language
Module 14.1 Lateralization of function

1. Waarom is de linker hemisfeer van de hersenen bij konijnen alleen aan het rechteroog gekoppeld en bij mensen aan beide?

Back 1

Bij konijnen staat het rechteroog zo ver naar achter op zijn hoofd dat hij alleen het rechter visueel veld kan zien. Bij mensen staan de ogen meer naar voren gericht en ziet ieder oog het rechter visueel veld.

Front 2

2. Bij mensen, licht van het rechter visueel veld schijnt op de linker helft van elke retina, deze sturen axonen naar:

Back 2

de linker hemisfeer van de hersenen.

Front 3

3. Kan een split-brain persoon een object benoemen nadat hij het gevoeld heeft met de linkerhand? En met de rechterhand?

Back 3

Een split-brain persoon kan een object niet beschrijven wanneer hij het voelt met zijn linkerhand, kan dit wel met de rechterhand.

De rechterhand stuurt informatie naar de linker hemisfeer, welk dominant is voor taal bij de meeste mensen. De linkerhand stuurt informatie naar de rechter hemisfeer, deze kan niet praten.

Front 4

4. Als een split-brain persoon iets ziet in het linker visueel veld, hoe kan hij het object dan beschrijven of indentificeren?

Back 4

Nadat iets in het linker visueel veld gezien is kan een split-brain persoon er met de linkerhand naar wijzen.

Front 5

5. Welke hemisfeer is dominant voor het volgende: spraak, expressie van blijdschap, expressie van angst of boosheid, emotionele toonhoogte in spraak, onderkennen van andermans emoties, spatiale relaties, begrijpen van totaal beeld?

Back 5

De linker hemisfeer is dominant voor spraak en expressie van blijdschap, de rechter hemisfeer is dominant voor alle andere voorbeelden.

Front 6

6. Een kind dat geboren wordt zonder corpus callosum kan voorwerpen benoemen wanneer deze gevoeld worden met de linkerhand, een volwassenen met een beschadiging aan de corpus callosum kan dit niet? Hoe komt dit?

Back 6

Kinderen die geboren worden zonder corpus callosum ontwikkelen hun linker hemisfeer op een andere manier dan gewone mensen. De connectie tussen linkerhand en anterior comissure en ander commissures groeien meestal groter.

Front 7

Module 14.2 Evolution and physiology of language.

1. In welke opzichten verschilt het gebruik van symbolen door chimpansees van taal?

Back 7

De chimpansees arrangeren de symbolen zelden in een nieuwe combinatie, ze gebruiken het niet om dingen te beschrijven (maar alleen om te vragen), ze begrepen de symbolen op zich goed maar niet het gebruik van de symbolen door anderen.

Front 8

2. Wat zijn de drie verklaringen waarom bonoboos meer progressie maken in taal dan andere chimpansees?

Back 8

Bonoboos hebben meer aanleg voor taal. De bonoboos startten hun training op jonge leeftijd. Zij leerden door te imiteren en niet door formele training.

Front 9

3. Waarom zijn hersengrootte en de ratio hersenen-lichaamslengte geen goede verklaringen voor intelligentie?

Back 9

Als we intelligentie definiëren in menselijke termen inclusief taalgebruik dan zijn er dieren die een groter hersenvolume hebben of grotere ratio hersenen-lichaamslengte maar geen taal hebben.

Front 10

4. Noem 3 argumenten tegen de hypothese dat taal geëvolueerd is uit de overall evolutie van hersenen en intelligentie?

Back 10

* intelligentie heeft geen relatie met hersengrootte
* sommige mensen hebben normale hersengrootte maar slecht taalgebruik
* sommige geestelijk gehandicapten ontwikkelen normaal taalgebruik.

Front 11

5. Beschrijf taken die patiënten met Williams syndroom slecht doen en welke doen ze goed?

Back 11

Slecht: zelfzorgzaamheid, attentie, planning, probleem oplossen, nummers, visueel-motorieke taken en spatiale perceptie.
Goed: taal, interpretatie van gezichtsuitdrukkingen, sociaal gedrag, sommige aspecten van muziek.

Front 12

6. Wat is de zwakte van het stimulus argument, en wat is het argument hiertegen?|

Back 12

Zwakte is dat kinderen complexe zinnen zeggen zonder adequate mogelijkheden om ze te leren, dus moeten ze er wel mee geboren zijn.

Het argument tegen is dat grammaticale regels verschillen tussen talen en kinderen onmogelijk geboren kunnen zijn met de grammaticale kennis van al deze talen die ze eventueel zullen leren in hun latere leven.

Front 13

7. Als je later in je leven een tweede taal leert, activeert dit dan dezelfde hersengebieden als je eerste taal of een ander gebied?

Back 13

Als je een tweede taal goed leert activeert dit dezelfde gebieden als de eerste taal, ongeacht of je deze taal op jonge of oudere leeftijd geleerd hebt.

Front 14

8. Wat is het sterkste bewijs voor een kritische periode voor het leren van taal?

Back 14

Dove kinderen die pas op latere leeftijd gebarentaal geleerd hebben (en ook geen gesproken taal leerden) zullen dit nooit zo goed leren als wanneer zij op jonge leeftijd dit geleerd hadden.

Front 15

9. Beschrijf de spraakmogelijkheden van mensen met Broca’s afasie en met Wernicke’s afasie?

Back 15

Mensen met Broca’s afasie spreken langzaam en met slechte uitspraak, taal bevat werkwoorden. Ze laten voorzetsels weg en andere grammaticale woorden.

Mensen met Wernicke’s afasie spreken vloeiend en grammaticaal correct maar laten werkwoorden weg en daardoor ontstaan betekenisloze zinnen.

Front 16

10. Beschrijf het taalbegrip van mensen met Broca’s afasie en met Wernicke’s afasie?

Back 16

Mensen met Broca’s afasie begrijpen taal maar bijvoorbeeld geen grammaticale grapjes (het grotere geheel overzien ze niet).

Mensen met Wernicke’s afasie begrijpen weinig taal.

Front 17

11. Waarom is er meer hersenactiviteit bij het hardop lezen in het Engels dan in het Italiaans?

Back 17

De engelse taal is moeilijker te begrijpen, Italiaans is fonetischer.

Front 18

12. Wat is het bewijs dat dyslexie meer is dan alleen disfunctie van het gezichtsvermogen?

Back 18

Mensen met dyslexie hebben een beperkte mogelijkheid voor tastindentificatie voor voorwerpen.

Ook kunnen zij hun lezen verbeteren door te leren om hun aandacht te focussen op één deel van het visuele veld in plaats van het te verdelen over meerdere delen ervan.

Front 19

Hebben split-brain mensen echt twee geesten, twee consciousnesses?

Back 19

Soms, lijkt het. Tenminste, er zijn tijden wanneer de ene kant een vraag kan beantwoorden en de andere niet. We kunnen niet in andermans hoofd kijken om te weten wat het is. Elke hemisfeer weet niet weet de andere hemisfeer ervaart.

Front 20

Hebben split-brain mensen echt twee geesten, twee consciousnesses?

Back 20

Soms, lijkt het. Tenminste, er zijn tijden wanneer de ene kant een vraag kan beantwoorden en de andere niet. We kunnen niet in andermans hoofd kijken om te weten wat het is. Elke hemisfeer weet niet wat de andere hemisfeer ervaart.

Front 21

Het corpus callosum is een set van axonen dat

Back 21

de twee hemisferen van de hersenen verbindt.

Front 22

De linker hemisfeer controles

Back 22

spraak in de meeste mensen, en elke hemisfeer bepaalt meestal de contralaterale/ tegenovergestelde hand aan de andere kant, ziet de tegenovergestelde kant van de wereld, en voelt de tegenovergestelde zijde van het lichaam.

Front 23

Bij mensen projecteerd het linker visuele veld op de

Back 23

rechterhelft van de retina’s. en zend de informatie naar de rechter hemisfeer.

Het rechtervisuele veld projecteerd op de linkerkant van de retina’s en deze sturen hun informatie naar de linker hemisfeer.

Front 24

Na beschadiging aan het corpus callosum, kan elke hemisfeer snel en accuraat reageren op vragen over de informatie die het rechtstreeks bereikt. Elke hemisfeer kan langzaam een paar vragen beantwoorden over informatie aan de andere kant.

Ze kruist

Back 24

de voorste/ anterior commissuur of een van de andere kleine commissure.

Front 25

Hoewel de twee hemisferen van een split-brain persoon soms in conflict zijn, vinden ze manieren om

Back 25

samen te werken.

Front 26

De rechter hersenhelft is dominant voor de emotionele kan van spraak en de emotionele expressie van anderen te begrijpen door hun spraak of gezichtsuitdrukking.

Met visie gaat dat door algemene patronen maar vooral in

Back 26

de linker hemisfeer die beter is in details.

Front 27

De linker en rechter hemisferen verschillen anatomisch zelfs tijdens de peutertijd. Jonge kinderen hebben moeite informatie te vergelijken

Back 27

uit de linker- en rechterhand omdat het corpus callosum niet volledig volwassen is.

Front 28

Een kind dat geboren is zonder een corpus callosum toont niet allemaal dezelfde tekorten als een

Back 28

volwassene die schade aan het corpus callosum heeft.

Front 29

De hersenen van een linkshandige persoon is niet gewoon het spiegelbeeld van een recht-hander hersenen.

De meeste linker-handers hebben

Back 29

linker-hemisfeer of gemengde dominantie voor spraak; weinigen hebben sterke rechter-hemisfeer dominantie voor spraak.

Front 30

1. De linker hersenhelft is verbonden met het rechter oog bij cavia's. Bij mensen wordt de linkerhelft aangesloten op de linkerhelft van elke retina. geef Uitleg over de reden voor dit soort GEBRUIK.

Back 30

1. Bij cavia's zit het rechter oog is ver naar de zijkant van het hoofd en ziet alleen de juiste visuele field. Bij de mens, zitten de ogen recht naar voren en elk oog ziet de helft van het rechter gezichtsveld.

Front 31

2. Bij de mens, valt het licht van de rechter visuele kant op de _____ van de retina (netvlies) die zijn axonen stuurt naar de _____ hersenhelft.

Back 31

2. links. . . links

Front 32

Schade aan het corpus callossum hoiudt informatie overdracht tussen de hemisferen tegen. Soms is het nodig de corpus callossum door te snijden. Waarom?

Back 32

Bij epilepsie.
Een toestand van extreem synchronisrende neurale activiteit. Voornamelijk veroorzaakt door een dopamine tekort

Front 33

3. Kan een split-brain persoon een object benoemen na het voelen met de linkerhand? en met de rechter? Leg uit.

Back 33

3. Een split-brain persoon kan niet iets beschrijven na te voelen met de linkerhand, maar wel met de rechterhand.

De rechterhand stuurt informatie aan de linker hersenhelft, die dominant is voor taal bij de meeste mensen. De linker stuurt de informatie naar rechts hemisfeer, en die niet kan spreken.

Front 34

4. Nadat een split-brain persoon iets in het linker visuele veld ziet, hoe kan hij of zij het ​​object beschrijven of identificeren?

Back 34

4. Na iets zien in het linker visuele veld, kan een split-brain persoon het juiste antwoord aanwijzen met de linkerhand.

Front 35

5. Welke hemisfeer is dominant voor het volgende bij de meeste mensen:

Emotionele expressie, spraak, emotionele verbuiging van meningsuiting, interpreteren van andermans emotionele uitdrukkingen, ruimtelijke relaties, het waarnemen van algemene patronen?

Back 35

5.

-De linker hersenhelft dominant is voor:
spraak,

-de rechter hersenhelft is dominant voor:
Emotionele expressie
emotionele verbuiging van meningsuiting,
interpreteren van andermans emotionele uitdrukkingen,
ruimtelijke relaties,
het waarnemen van algemene patronen

Front 36

Stop en check 6.

Een kind zonder corpus callosum kan iets benoemen wat gevoelt wordt in de linker hand. Maar een volwassene die schade heeft aan zijn corpus calossum kan dat niet.

Wat zijn hiervoor verklaringen?

Back 36

Kinderen die geboren worden zonder corpus calossum hebben een sterker ontwillekde linkerhemisfeer dan de gewoonlijke connecties met de linkerhand. En de anterior commisure en andere commisures worden groter en ontwikkelder. Ze compenseren.

Front 37

Stop en check 7.

Wat zijn de drie waarschijnlijkste redenen dat Bonobos beter presteerden op taal dan chimpansees?

Back 37

-Bonobos zijn wellicht toegerust met een betere taalcapaciteit dan chimpansees.
-Bij de bonobos begonne ze op heel jonge leeftijd te leren.
-Ook leerden ze door imitatie/observatie.

Front 38

Welk bewijs gaat in tegen de hypothese dat taal evolutie afhankelijk is van simpelweg de gehele evolutie van het brein en intelligentie?

Back 38

Sommige mensen met een normale hersen grootte hebben een slechte taalontwikkeling. Daarnaast hebben sommige mensen die een deffect hebben in het brein een (bijna) gewone taalontwikkeling

Front 39

Stop en Check 9.

Beschrijf taken die mensen met het williams syndrome goed doen en slecht doen:

Back 39

Slecht:
Zelfverzorging, aandacht, planning, probleem oplossing, nummers, visueel motorische systeem, spatiele perceptie.

Relatief goed:
Taal, Interpretatie van gezichts uitdrukkingen, Sociaal gedrag, aspecten van muziek.

Front 40

Taal als aparte module
Als taal geen bijproduct is, wellicht is het dan een:

Back 40

Gespecialiseerd brein mechanisme.

Front 41

Noam Chomsky en Steven pinker waren de eersten die veronderstelden dat mensen een:

Back 41

Language acquisition device hebben.

Front 42

Stop en check 10.

Wat is het bewijs van het stimulus argument en wat is een observatie er tegen?

Back 42

Het bewijs van het stimulus argument is dat er geclaimd wordt dat kinderen complexe zinnen zeggen zonder adequate gelegenheid ze te leren.
Dus moeten ze geboren zijn met aangeboren taalvaardigheden.

De observatie tegen het idee is dat grammaticale regels erg verschillen tussen talen en kinderen niet geboren kunnen zijn, voorbereid op al de grammaticale verschillen die ze zouden moeten kunnen leren.

Front 43

Stop en check 11.

Wat is het sterkste bewijs voor een gevoelige periode voor het leren van taal?

Back 43

Kinderen die doof zijn en niet blootgesteld worden aan taal (gebaren taal) leren het ook niet meer.

Front 44

Stop en check: 12.

Is het redelijk om te concluderen dat de patiënten Broca hun grammatica hebben verloren?

Back 44

12.

Nee, ze kunnen meestal onjuiste grammatica herkennen, zelfs als ze kunnen niet verklaren hoe te corrigeren. Hun spraak is als dat van iemand die het pijnlijk vindt om te spreken (het weglaten van woorden met de minste
betekenis).

Front 45

stop en check 13.

Beschrijf de productie van spraak bij mensen met broca's aphasia en die van wernicke's aphasia

Back 45

13. Mensen met Broca's afasie spreken langzaam en met weinig uitdrukking, maar hun spraak bevat zelfstandige naamwoorden en werkwoorden en is meestal zinvol.

Ze laten voorzetsels, voegwoorden, en andere grammaticale woorden weg die geen betekenis hebben buiten de context.

Mensen met Wernicke afasie spreken vloeiend en grammaticaal juist maar laten de meeste zelfstandige naamwoorden en werkwoorden weg en maakt daarom onduidelijke zinnen.

Front 46

Stop en check 14.

Beschrijf de spraak vergelijking tussen mensen met Broca's aphasia en mensen met Werniche's aphasia

Back 46

14. mensen met Broca's afasie begrijpen de meeste spraak tenzij de betekenis afhankelijk is van grammatica of complexe zinsbouw.

Front 47

Stop en check 15.

Op welke wijze verschillen muzikale composities ten opzichte van de taal van de componist?

Back 47

Muzikale composities neigen er toe dezelfde ritmes aan te houden van de taal die gesproken wordt door de componist.

Front 48

Stop en check 16.

Wat geeft normaal gesproken de meeste problemen aan een persoon met dyslexie? Zicht, horen, of de connectie zicht en horen?

Back 48

In zijn algemeenheid is het grootste probleem het verbinden van zicht stimulie aan geluid.

Front 49

Stop en check 17.

In het experiment van dehaene, hoe waren de onbewuste en bewuste stimuli? Hoe waren ze verschillend?

Back 49

De bewuste en onbewuste stimuli waren fysiek het zelfde, een woorden verscheen 29 milisec..

Het verschil was dat de stimulus niet bewust werd als het werd gevolgd door een ander patroon.

Front 50

Stop en check 18.

In het experiment van de Haene, hoe verschilden de hersen responsen tot de bewuste en onbewuste stimuli?

Back 50

Als de stimulus bewust werd, activeerde het de hersengebieden als een onbewuste stimulus maar dan wel iets sterker en de activiteit was ook zichtbaar over meerdere gebieden.

Ook waren de hersenen meer gesynchroniseerd als het bewust was.

Front 51

19. Hoe kon iemand een fMRI gebruiken om te bepalen welke van de twee patronen in binoculaire rivaliteit bewust is op een bepaald moment?

Back 51

19. Laat een stimulus pulseren uitzenden op een bepaald ritme en zoek naar de hersenengebieden waaruit de ritme van de activiteit blijkt.