• Shuffle
    Toggle On
    Toggle Off
  • Alphabetize
    Toggle On
    Toggle Off
  • Front First
    Toggle On
    Toggle Off
  • Both Sides
    Toggle On
    Toggle Off
  • Read
    Toggle On
    Toggle Off
Reading...
Front

Card Range To Study

through

image

Play button

image

Play button

image

Progress

1/35

Click to flip

Use LEFT and RIGHT arrow keys to navigate between flashcards;

Use UP and DOWN arrow keys to flip the card;

H to show hint;

A reads text to speech;

35 Cards in this Set

  • Front
  • Back
Een theoretische verdeling is
Een theoretische verdeling is een verdeling waarvan de vorm volledig kan worden vastgelegd door een formule.
De normaalverdeling wordt ook wel een .... genoemd
Gauss-Kromme of Normaal verdeling genoemd.
We kunnen een histogram tekenen op basis van de ...... frequenties.
op basis van de relatieve frequenties.
Relatieve frequenties tellen op tot .......
1.
Een theoretische verdeling is:
een verdeling waarvan de vorm volledig kan worden vastgelegd door een formule.
De normaalverdeling wordt ook wel een..... of ....... genoemd.
Gausskromme of Normaal verdeling.
Gausskromme of Normaal verdeling.
We kunnen een histogram tekenen op basis van de
relatieve frequenties.
Relatieve frequenties tellen op tot....
1
De waarde 1 van het histogram komt overeen met .......van de waarnemingen.
100 procent
Een theoretische verdeling met een oppervlakte van totaal 1, heet een ....
kansverdeling.
De belangrijkste eigenschap van een kansverdeling is
het kunnen uitrekenen van allerlei kansen.
De normale verdeling heeft een
klokvorm.
De maximale waarde wordt bereikt als ...
X=μ
Omdat μ de maximale waarde is, is het de modus in een normale verdeling
Het theoretische gemiddelde u geeft de locatie aan of
de plaats van het midden van de verdeling.
μ is verschillend dan het gemiddelde van X. Het is de .....
verwachtte waarde van de normale verdeling.
μ wordt ook wel de mediaan van de verdeling genoemd.
In een normale verdeling vallen het gemiddelde van X, de mediaan en de modus .....
samen.
De spreiding van een normale verdeling, of hij smaller of breder is, verder of dichterbij U ligt, wordt bepaald door
de constante Sigma (σ)
μ2 = de....
μ = de....
μ2 = variantie van de normale verdeling
μ = standaardafwijking van de normale verdeling
σ = de ...... op basis van het model van de ..... verdeling.
S = de ..... van spreiding rond het ...... in de steekproef.
σ = de verwachte spreiding in de waarneming op basis van het model van de normale verdeling.
S = de werkelijk gevonden mate van spreiding rond het gemiddelde in de steekproef.
De spreiding van een normale verdeling, of hij smaller of breder is, verder of dichterbij μ ligt, wordt bepaald door
de constante Sigma (σ)
Het theoretische gemiddelde μ geeft de locatie ofwel ....
de plek aan van het midden van de verdeling
Het theoretische gemiddelde σ geeft de locatie ofwel de plek aan van het midden van de verdeling.

Is μ hoog, dan ligt de verdeling naar ... is μ laag, dan ligt de verdeling meer naar ...
Is μ hoog, dan ligt de verdeling naar rechts, is μ laag, dan ligt de verdeling meer naar links.
De linker oppervlakte staat voor de kans dat X ....... is dan μ. De rechter oppervlakte staat van de kans dat X ........ is dan μ
De linker oppervlakte staat voor de kans dat X kleiner is dan μ. De rechter oppervlakte staat van de kans dat X groter is dan μ.
μ heet ook wel de ..... van de verdeling.
μ heet ook wel de mediaan van de verdeling.
Omdat μ op de plaats van het gemiddelde van de normale verdeling aangeeft, wordt het verloop van de verdeling volledig bepaald door ......
het gemiddelde μ en de variantie σ2 . μ legt de plaats van de verdeling van de X as vast σ2 de breedte van de verdeling.
μ en σ2 kennen we meestal niet en daarom moeten we ze .....
schatten. Het schatten van hun waarden is een van de belangrijkste problemen voor de interentiele statistiek.
34 procent van het totaal oppervlakte ligt tussen μ en -1σ.
34 procent van het totaal oppervlakte ligt tussen μ en +1σ.
Samen is dat 64 procent.
64 procent van de waarnemingen ligt dan ook tussen -1σ en +1σ. Dit is altijd zo in een normale verdeling

σ=standaardafwijking
Ook de oppervlakte tussen μ -2σ en μ +2σ (dus binnen twee standaardafwijkingen van het gemiddelde μ) is in alle normale verdelingen het zelfde. Dit komt neer op ........ van de totale oppervlakte.
Dit komt neer op 95 procent van de totale oppervlakte.
De cumulatieve verdeling van een normale verdeling heeft een S vorm. Deze wordt de .....
cumulatieve verdeling genoemd of de ogive.
cumulatieve verdeling genoemd of de ogive.
de cumulatieve verdeling of de ogive geeft voor elke waarde X van variabele X de kans op
een waarde kleiner of gelijk aan X aan.
De cumulatieve verdeling van een normale verdeling heeft een S vorm. Deze wordt de cumulatieve verdeling genoemd of de ogive. Hij geeft voor elke waarde X van variabele X de kans op een waarde kleiner of gelijk aan X. Als de variantie kleiner is, wordt de bijbehorende ogive >steiler. Het makkelijke van de ogive of cumulatieve verdeling is ....
dat je snel ziet of een score lager of hoger dan een X percentage van waarnemingen ligt.
Een nadeel van de normale verdeling als model, de ogive of gauskromme oid, als het maar normaale verdeling is:

Wat we niet moeten vergeten is dat bij een normale verdeling van min tot plus oneindig lopen. Maar dat is in de praktijk onmogelijk. Zo heb je geen negatieve leeftijden.

Ook stelt de normale verdeling een continue variabele voor terwijl die er in werkelijkheid vaak niet is. Op zich kan dit wel, maar er moet minstens op ordinaal niveau zijn gemeten.
-Wat we niet moeten vergeten is dat bij een normale verdeling van min tot plus oneindig lopen. Maar dat is in de praktijk onmogelijk. Zo heb je geen negatieve leeftijden.

-Ook stelt de normale verdeling een continue variabele voor terwijl die er in werkelijkheid vaak niet is. Op zich kan dit wel, maar er moet minstens op ordinaal niveau zijn gemeten.
Welke factoren spelen een rol dat de normale verdeling de meest gebruikte kansverdeling is in de sociale wetenschappen?
1 Veel fysieke en psychische kenmerken van mensen blijken binnen nauwkeurig afgebakende deelpopulaties bij benadering normaal verdeeld te zijn.

2 een tweede factor is het belang van de normaal verdeeld waarnemingsfouten die er ok in zitten.

3 De gemiddelden van alle mogelijke steekproeven van een bepaalde grootte zijn bij benadering normaal verdeeld als de steekproeven groot genoeg zijn. Dit geld ongeacht de vorm van de kansverdeling waaruit de proeven komen, scheef of niet.

4 Het maakt niet zoveel uit of de gegevens daadwerkelijk normaal verdeeld zijn ja of nee. Mits de afwijkingen van de normaliteit maar niet al te groot zijn.
Wat betekend eigenlijk de term 'normaal verdeling'
In de kansverdeling is de term normale verdeling niet meer dan een naam voor een bepaald type kansverdeling.
Om te komen tot een normale verdeling worden vaak ........ toegepast.
transformaties