• Shuffle
    Toggle On
    Toggle Off
  • Alphabetize
    Toggle On
    Toggle Off
  • Front First
    Toggle On
    Toggle Off
  • Both Sides
    Toggle On
    Toggle Off
  • Read
    Toggle On
    Toggle Off
Reading...
Front

Card Range To Study

through

image

Play button

image

Play button

image

Progress

1/30

Click to flip

Use LEFT and RIGHT arrow keys to navigate between flashcards;

Use UP and DOWN arrow keys to flip the card;

H to show hint;

A reads text to speech;

30 Cards in this Set

  • Front
  • Back
  • 3rd side (hint)

💡 Wanneer is een omschrijving van "beleid" gepast?


1.


2.


(↪️ ..., ..., ...)

1. Onderscheid beleid ↔️ niet-beleid


2. Karakteristieken van beleid


(↪️ gezamenlijk, doelgericht, doordacht)

💡 Wat zijn de 4 karakteristieken van beleid volgens Glasbergen?

1. Tijdselement


= chronologie bij gekoppelde handelingen


2. Doelgerichtheid


= sturing, geformuleerde doelen


3. Gestructureerd en geformaliseerd verloop


= georganiseerd in gedragsvoorschriften, bevoegdheden en procedures


= impliciet (trend) ↔️ expliciet beleid (communicatie, beslissing)


4. Betrokkenheid verschillende actoren


= > 1 persoon

💭Je kan de karakteristieken van Glasbergen niet als alles of niets beschouwen, wel als ...


Leg uit.

Continua


Tussen "geen beleid" en "beleid" is er een grijze zone ➡️ mate van 4 karakteristieken

DEF.: Wat is (schoolbeleid) o.b.v. Glasbergen?

Het geheel van


1. aan elkaar in de tijd gerelateerde


2. en gestructureerde handelingen


3. van verschillende leden van een schoolteam


4. die beogen een vooropgesteld doel te realiseren

TG(L)V 🚇

DEF.: Wat is beleidsvoerend vermogen?

1. De mate waarin de school beschikbare beleidsruimte


2. succesvol aanwendt om te komen tot


3. een voortdurend proces van behouden of veranderen van haar functioneren


4. met als doel het verbeteren van haar onderwijskwaliteit en het bereiken van de haar opgelegde en eigen doelen.

1. 👥 B🚀


2. 🏆


3. of 🔁


4. ↗️🏫 en 🎯

💭Welke evolutie maakte onderwijsbeleid de laatste decennia mee?


Vroeger:


Nu:

Vroeger:


- Regelgeving


- Overheid


- Centralisering


- Externe evaluatie


- Uitwerking niet OK



NU:


- Groeiende en meer


- Autonome


- BeleidsRuimte

Van rockers naar gabbers


Vroeger: ROCEU


Nu: GABR

💭 Wanneer kwam het besef dat de sterke regulering van beleid een belemmering was voor scholen?

Jaren '90


- stapsgewijs


- beleid = steeds minder uitvoeren van centraal/intermediair ontwikkelde beslissingen

💭Wat is een argument PRO meer autonomie voor beleid binnen scholen?

De schoolcontext:


- tradities


- opvoedingsproject


- noden leerlingen

💭Wat maakte voortdurend deel uit van het gevoerde onderwijsbeleid in de jaren '90?


Waartoe leidde dit?

1. Decentralisatie en deregulering


2. Aandacht voor en uitgaan van beleidsvoerend vermogen


(Decreet betreffende kwaliteit vh onderwijs, 8 mei 2009)

DEF.: Decreet kwaliteit onderwijs (08/05/2009):


- verwachtingen:


- 2 sleutelwoorden

- interne kwaliteitszorg (= verantwoordelijkheid dragen voor ontwikkelen/garanderen onderwijskwaliteit)


- beleidsruimte


- beleidsvermogen (om ruimte succesvol te benutten)

💭Wat was de keerzijde van meer autonomie voor de scholen?

1. Verantwoording


➡️ regelgeving verschuift van proces naar resultaat


️➡️ autonomie = gecontroleerd en relatief


2. Verantwoordelijkheid


➡️ participatie- en overlegorganen


➡️ voorschriften (ook niet pedagogisch: hygiëne, ...)

💭Er is samenhang tussen beleidsruimte en beleidsvoerend vermogen. Wanneer is er ook spanning?

- laag BR, hoog BV (frustratie)


- laag BV, hoog BR (kwaliteit!)

💡 Wie kregen een ondersteuningstaak in het decreet van mei 2009 en wat waren die taken?


-


-


-


-

Pedagogische begeleidingsdiensten


Taken:


- netwerkvorming


- leidinggevenden


- beroepsbekwaamheid lkr


- kwaliteitszorg

Concept "BV" vanuit beleid én onderzoek:


DEF.: Wat is effectieve-scholenonderzoek?

1. zoektocht naar "wat werkt"


2. kenmerken school ↔️ resultaten ll


3. grootschalig kwantitatief onderzoek


4. gestandaardiseerde toetsen

💡 Waar ligt de oorsprong van onderzoek naar effectieve scholen?

1. Jaren '60


2. Kansenongelijkheid


3. Pessimistisch➡️ tegenreactie "school doet ertoe"

DEF.: Wat is schoolontwikkelingsonderzoek?

- vanuit effectieve-scholenonderzoek (jaren '60)


- beschrijven/verklaren ➡️ begrijpen/veranderen


- veranderingsinitiatieven door overheid ➡️ conclusie LKR + school


- "Hoe scholen veranderen?"

💡 Welk onderzoekslijnen nam men als uitgangspunt bij het concretiseren van beleidsvoerend vermogen?

1. Effectieve-scholenonderzoek: Wat werkt in scholen?


2. Schoolontwikkelingsonderzoek: Hoe kunnen scholen veranderd en verbeterd worden?

💡 Op basis van welke selectiecriteria werden de indicatoren van BV onderzocht?

1. Empirische evidentie


- Vlaams en internationaal


- 1988 tot heden


- methodologische variatie (interview, gestand. toetsen, vragenlijstonderzoek, gevalstudies, ...)


- inhoudelijke variatie: verscheidenheid aan topics


2. Mogelijkheid van scholen om indicator(en) te beïnvloeden


3. Mate van mogelijkheid om indicatoren te onderscheiden

DEF.: Welke 8 indicatoren van beleidsvoerend vermogen onderscheiden we?

1. Doeltreffende communicatie


De school communiceert doeltreffend.


2. Ondersteunende relaties


De school streeft naar ondersteunende relaties en samenwerking.


3. Gedeeld leiderschap


De school streeft d.m.v. gedeeld leiderschap naar betrokkenheid.


4. Gezamenlijke doelgerichtheid


De school streeft naar gezamenlijke doelgerichtheid.


5. Responsief vermogen


De school is responsief t.a.v. interne/externe verwachtingen.


6. Innovatief vermogen


De school durft afstand nemen van het traditionele en creëert opening voor vernieuwing.


7. Geïntegreerd beleid


De school integreert de verschillende beleidsinitiatieven die ze neemt.


8. Reflectief vermogen


De school is bereid systematisch te reflecteren.

💭De indicatoren van BV hangen samen en zijn doel op zich + middel om een doel te bereiken. Leg uit.

Samenwerking teamleden ➡️ gezamenlijke doelgerichtheid, implementeren vernieuwingen

💭Wat is de link tussen beleidsvoerend vermogen en kwaliteitszorg?

BVV


= voortdurend proces van behouden/veranderen eigen functioneren


= systematisch doorlopen van het kwaliteitsproces (PDCA-cyclus)


= mate waarin BR wordt benut om aan kwaliteitszorg te doen.

DEF.: Wat is de PDCA-cyclus en wat is de rol van BV?

Back (Definition)


Is het systematisch doorlopen van een kwaliteitscyclus:


plannen


Rol BVV: beleidsvoorbereidingsfase: concrete doelen en resultaatsverwachtingen


doen


Rol BVV: betrokkenen voeren activiteiten uit.


controleren


Rol BVV: beleidsevaluatie: doelen bereikt?


aanpassen


Rol BVV: borgen en aanpassen (👁verbetering)

💭Het begrip onderwijskwaliteit is tegelijk allesomvattend en leeg. Verklaar.

Allesomvattend:


Waartoe bijdragen, hoe eruitzien ➡️ nastrevenswaardig, modewoord


Leeg:


Verschillende invulling



➡️ Nood aan duidelijk beeld kwaliteit om BVV zinvol aan te wenden.

DEF.: Wat is kwaliteitsvol onderwijs?

= het op een gepaste manier realiseren van de schoolexterne en schoolinterne verwachtingen die belanghebbenden delen.

💡 Welke drie groepen van verwachtingen onderscheiden we?


(link DEF. kwaliteitsonderwijs)

1. Decretaal verankerde schoolexterne verwachtingen


= opgelegd door overheid, afgedwongen/gesanctioneerd


🔍eindtermen, minimumlesroosters, taalwetgeving, ...


2. Niet-decretaal verankerde schoolexterne verwachtingen


= belanghebbenden buiten juridisch kader


🔍Sensoa, scholen waar lln naar doorstromen, ouders, organisaties, ...


3. Schoolinterne verwachtingen


= eigen accenten, belanghebbenden binnen school


🔍levensbeschouwelijk, didactische methode, ...

💭Wat is de link tussen de verschillende groepen van verwachtingen en het belang van doelgerichtheid?

Verwachtingen vaak verschillend/tegenstrijdig ➡️ selecteren aan welke verwachtingen je wil voldoen als school.


🔍Gelijke kansen onderwijs (decretaal) vs. verwachting excellentie ouders

DEF.: Wat zijn de 4 fasen van de beleidscyclus?

1️⃣Beleidsvoorbereiding: bewustwording + algemene lijnen o.b.v. evaluatie bestaande beleid (wensen, mogelijkheden, noden)


2️⃣Beleidsbepaling: Concrete doelen en resultaatsverwachtingen > beargumenteerde keuzes ➡️ activiteitenplan (wie, toetsen, middelen, ...)


3️⃣ Beleidsuitvoering: activiteitenplan uitvoeren + opvolgen


4️⃣ Beleidsevaluatie: doelen bereikt?


↪️ fase 2️⃣: andere strategie/ versterken


↪️ fase 1️⃣

DEF.: Wat is de leercyclus van Kolb?

Een theorie die stelt dat leren een cirkelvormig proces is: doener, bezinner, denker en beslisser.

DEF.: Welke beleidscategorieën en -domeinen onderscheiden we?

1️⃣Onderwijsleerproces


= handelingen om de vooropgestelde onderwijskundige doelen te bepalen/na te streven/te evalueren.


= onderwijskundige aspecten: lln, did. aanpak, klaspraktijk, lesgebeuren, ...


🔍curriculum, handboeken, zorgbeleid, ...


2️⃣ Schoolorganisatie


= activiteiten gericht op bestuur/organisatie school


= personeelsgerichte, budgetgerichte en kwaliteitsgerichte beleidsdomein


🔍 prioriteiten, beslissingsprocessen, overleg


3️⃣Schoolomgeving


= werven van lln en verwerven materiële en immateriële hulpbronnen


🔍ouderbetrokkenheid, lokale gemeenschap en bedrijfsleden

💭Het BVV van een school kan voor het ene domein heel sterk zijn, op het andere zwak. Leg uit.

De beleidsdomeinen zijn zeer talrijk. Afhankelijk van de gelegde focus zal het BVV binnen het ene domein meer aangewend zijn dan binnen het andere.


🔍 Nadruk op taalbeleid sinds jaren uitgewerkt ↔️ evaluatiebeleid in kinderschoenen.