• Shuffle
    Toggle On
    Toggle Off
  • Alphabetize
    Toggle On
    Toggle Off
  • Front First
    Toggle On
    Toggle Off
  • Both Sides
    Toggle On
    Toggle Off
  • Read
    Toggle On
    Toggle Off
Reading...
Front

Card Range To Study

through

image

Play button

image

Play button

image

Progress

1/53

Click to flip

Use LEFT and RIGHT arrow keys to navigate between flashcards;

Use UP and DOWN arrow keys to flip the card;

H to show hint;

A reads text to speech;

53 Cards in this Set

  • Front
  • Back

met welke wervels maakt de eerste rib contact

C VII en TI

Nederlandse en Latijnse naam voor de verschillende ribben + hoeveel

- ware ribben: costae verae (9)


- valse ribben: costae spuriae (3)


- zwevende rib: costa fluctuans (1)

rib die stevig en weinig beweeglijk de wervels met het sternum verbindt. Aan deze ribben hechten de spieren van de ledematen om deze te verstevigen tegen de romp

draagrib, ware rib, costa vera

rib die bewogen wordt door de ademhalingsspieren en die dus de borstkas kunnen opentrekken (of dicht duwen). De rib maakt contact met het sternum door middel van de ribbenboog

ademhalingsrib, valse rib, costa spuria

rib die geen contact maakt met het sternum

zwevende rib, costa fluctuans

een ligament dat dorsaal van de tussenwervelschijven loopt, onder het lig. longitudinale dorsale, van het rechtse naar het linkse ribbenhoofd

lig. intercapitale

ruggenstrekkers

m. iliocostalis


m. longissimus


m. spinalis

rangschik van links naar rechts:


arcus aortae, truncus brachiocephalicus, slokdarm, trachea, truncus pulmonalis en v. cava cranialis

- truncus pulmonalis (draait naar achter toe naar rechts van de aorta)


- t. brachiocephalicus en arcus aortae


- slokdarm


- trachea (in de hals onder de slokdarm) en v. cava cranialis

dubbelplooi van de pleura, tussen de twee longen

mediastinum

uitsparing waar de accessorische longkwab inzit, begrenst door het mediastinum en de plica venae cavae

recessus mediastini

extra dubbelplooi van de pleura, rechts van het mediastinum, waar vanboven de v. cava cranialis in zit, vormt de rechter plooi van de recessus mediastini

plica venae cavae

kamvormige caudale rand van de bifurcatio tracheae

carina

zeer stompe, dorsale rand van de longen

margo obtusus

zeer scherpe, ventrale rand van de longen

margo acutus

uitsparing tussen ribben en diafragma waar de caudale rand van de long inschuift bij inspiratie

recessus costodiaphragmaticus

linker aanzicht van het hart waar de hartoortjes te zien zijn

facies auricularis

rechter aanzicht van het hart waar de atria te zien zijn

facies atrialis

peesvezels die beginnen aan de onderzijde van de hartkleppen en lopen naar de papillaire spieren

chordae tendineae

korte dikke tepelvormige spieren waarop de chordae tendineae vasthechten

mm. papillares

halvemaan vormige kleppen van de aortaklep (valva aortae) en de pulmonaalklep (valva trunci pulmonalis)

semilunaire kleppen

klep die zuurstofrijk bloed van het atrium naar het ventrikel stuurt en open is tijdens diastole

mitralisklep= valva bicuspidalis= valva atrioventricularis sinistra

klep die zuurstofrijke bloed uit het hart naar het lichaam stuurt en open is tijdens systole

valva aortae

klep die zuurstofarm bloed van het atrium naar het ventrikel stuurt en open is tijdens diastole

valva tricuspidalis = valva atrioventricularis dextra = tricuspidaalklep

klep die zuurstofarm bloed van het hart naar de longen voert en open is tijdens systole

valva trunci pulmonalis

welke vene en arterie draineert/ bevloeit:


slokdarm

- a. broncho-esophagea en a. carotis communis


- v. broncho-esophagea en v. jugularis interna

welke vene en arterie draineert/ bevloeit:


trachea

- a. carotis communis


- v. jugularis interna

welke vene en arterie draineert/ bevloeit:


thoracale melkklieren

- rami mammarii


-v. thoracica interna + v. epigastrica cranialis superficialis

welke vene en arterie draineert/ bevloeit:


hart

- aa. coronariae (d. et s.)


- v. cordis magna, vv. cordis minimae , vv. cordis dextra en v. cordis media

welke vene en arterie draineert/ bevloeit:


thymus

- a. thoracica interna


- v. thoracica interna

welke vene en arterie draineert/ bevloeit:


middenrif

- a. musculophrenica, a. phrenica caudalis, a. pericardiacophrenica


- v. musculophrenica, vv. phrenicae craniales en vv. phrenicae caudales

waar monden de vv. pulmonales uit?

linker atrium

waar mondt de vena cava cranialis uit?

sinus venarum cavarum (RA)

waar monden de volgende venen in uit?


intercostale venen

v. azygos


v. vertebralis thoracica


v. epigastrica cranialis

waar monden de volgende venen in uit?


v. azygos dextra

v. cava cranialis

waar monden de volgende venen in uit?


v. epigastrica cranialis

v. thoracica interna

waar monden de volgende venen in uit?


v. thoracica interna

v. cava cranialis

waar begint en eindigt de ductus thoracicus

lendecysterne (cysterna chyli)


v. cava cranialis (of een van zijn takken)

beschrijf de weg van de lymfe van long/trachea/slokdarm naar het bloed

ln. pulmonalis --> lnn. tracheobronchales --> lnn. mediastinales craniales --> ductus thoracicus/venen --> venen


(vet kan begin zijn)


ventrale takken van de thoracale ruggenmergzenuwen vormen de...

nn. intercostales

oorsprong van de n. phrenicus

ontspringt uit C5, C6 en C7

functie van de n. phrenicus

innerveert het diaphragma motorisch en sensibel

ligging van de n. phrenicus

- lateraal op de m. scalenus medius


- ventraal langs de m. scalenus medius de borstingang in


- precardiale mediastinum


- in het pericardium


- (R) in de plica venae cavae


(L) in het postcardiale mediastinum


- centrum tendineum van het diaphragma

functie van de volgende zenuwen


n. laryngeus recurrens


luchtpijp (PS + sensibel), slokdarm (sensibel + motorisch), laryngeale spieren (behalve m. cricothyroideus), slijmvlies cavum infraglotticum

functie van de volgende zenuwen


rami cardiaci (X)

parasympathisch voor het hart

functie van de volgende zenuwen


rami bronchales (X)

parasympathisch: contractie van de gladde spieren en secretie van de broncheale klieren

functie van de volgende zenuwen


n. vertebralis

sympathische innervatie van het 3de tot en met het 8ste halssegment

functie van de volgende zenuwen


sympathische nn. cardiaci

sympathisch voor het hart

functie van de volgende zenuwen


n. splanchnicus major

sympathische innervatie van de buikorganen

waar bevinden zich de neuronlichamen van:


nn. intercostales

thoracale segmenten van het ruggenmerg en hun spinale ganglia

waar bevinden zich de neuronlichamen van:


preganglionaire sympathische rami communicantes

ruggenmerg en spinale ganglia

waar bevinden zich de neuronlichamen van:


postganglionaire sympathsiche rami communicantes

ganglion thoracicum (evt. ganglion stellatum bij de overgang borst/hals)

waar bevinden zich de neuronlichamen van:


n. vertebralis

ganglion cervicalis caudalis

waar bevinden zich de neuronlichamen van:


n. splanchnicus major

laatste ganglion thorcicum