• Shuffle
    Toggle On
    Toggle Off
  • Alphabetize
    Toggle On
    Toggle Off
  • Front First
    Toggle On
    Toggle Off
  • Both Sides
    Toggle On
    Toggle Off
  • Read
    Toggle On
    Toggle Off
Reading...
Front

Card Range To Study

through

image

Play button

image

Play button

image

Progress

1/20

Click to flip

Use LEFT and RIGHT arrow keys to navigate between flashcards;

Use UP and DOWN arrow keys to flip the card;

H to show hint;

A reads text to speech;

20 Cards in this Set

  • Front
  • Back

Wat wordt er bedoeld met communicatiestructuur

Regelmaat en patronen binnen de communicatie


- noteren van interactie frequenties om de structuur te vinden


- je kijkt niet alleen maar hoe vaak iemand het woord neemt, maar ook dat hij zich richt, om zo te weten hoe vaak iemand aangesproken wordt

Wat wordt er bedoeld met interactiefrequenties

Registreren hoe vaak ieder groepslid zich tot elk ander groepslid

Van wie en wat is er interactieproces analyse

Bales


Categorieensysteem waarmee elke interactie in een groep worst geclassificeerd. Elke gedragseenheid, verbaal of nonverbaal, wordt in een categorie ondergebracht en ook wordt genoteerd van wie de gedragseenheid uitging en tot wie ze gericht was.


- bovenste en onderste helft vormen elkaars spiegelbeeld, categorie 1 & 12, 2 & 11, 3 & 10, etc (6 paren)

Noem de vier deelgebieden van de interactieproces analyse van Bales

A. Sociaal emotioneel gebied: positieve reacties


B. Taakgebied: poging tot antwoorden


C. Taakgebied: vragen


D. Sociaal emotioneel gebied: negatieve reacties

Noem de 12 categorieën van de interactie procesanalyse

1. Toont zich vriendelijk


2. Toont zich ontspannen


3. Toont instemming


4. Doet voorstellen


5. Geeft mening


6. Geeft informatie


7. Vraagt om informatie


8. Vraagt om meningen


9. Vraagt om voorstellen


10. Toont zich oneens


11. Toont zich gespannen


12. Toont zich onvriendelijk

Wat zijn de effecten van groepsgrootte op relaties tussen groepsleden en op het groepsklimaat

- grote groepen hebben meer storingen


- hoe groter de groep hoe minder de leden het gevoel hebben er echt bij te horen


- grote groepen vertonen minder cohesie


- hoe kleiner de groep hoe duurzamer de status van de leden


- hoe kleiner de groep, hoe sterker de affectieve banden

Wat zijn de effecten van groepsgrootte op leiderschap

Naarmate de groep groter wordt:


- het woord wordt steeds meer tot de groepsleider gericht


- leider richt zijn opmerkingen tot de groep ipv tot het individu


- leiderrol moet aan zwaardere eisen voldoen


- communicatie verloopt via de leider

Wat zijn de effecten van groepsgrootte op interacties tussen leden

Naarmate de groep groter wordt:


- verschil tussen leden die veel zeggen en leden die weinig zeggen wordt steeds groter


- verschil tussen hoeveel groepsleider zegt en hoeveel gemiddeld groepslid zegt wordt steeds groter


- gemiddelde groepslid zegt minder omdat er minder spreektijd is


- steeds meer meden ervaren de gevoelens van bedreiging en geremdheid

Noem de 6 paren inclusief problemen van de interactie procesanalyse

A. Geeft informatie - vraagt informatie


- oriëntatieproblemen


B. Geeft zijn mening -vraagt om meningen


- evaluatieproblemen


C. Doet voorstellen - vraagt om voorstellen


- controleproblemen


D. Toont instemming - toont zich oneens


- besluitvormingsproblemen


E. Toont zich ontspannen - toont zich gespannen


- spanningsregulatieproblemen


F. Toont zich vriendelijk - toont zich onvriendelijk


- integratieproblemen

Wat is de optimale groepsgrootte

Vijfpersoonsgroepen, ze werken het harmonieust samen.

Goldman-Eisler (1951)

Eigen mate van communicatiebereidheid


- onderzocht hypothese waarin gesteld werd dat ieder een eigen mate van communicatiebereidheid heeft


- mensen die graag veel aan het woord zijn zullen dit in veel situaties ook doen, dit geldt ook voor mensen die weinig aan het woord zijn

Borgatta & Bales (1953)

Observeerden dat hoe lager de inbreng van de ander was, hoe meer de eigen inbreng steeg


3 groepen:


- hoge bijdrages


- lage bijdrages


- gemengde groepen


Taakspecialist en sociaal-emotionele specialist

Taakspecialist: degene die het meest participeert


Sociaal emotionele specialist: degene die daarna het meest participeert

Uit welke twee bronnen kan de druk tot conformiteit in groepen voortkomen (Festinger)

1. Uit pogingen om een sociale werkelijkheid te handhaven


2. Uit pogingen tot het bereiken van een groepsdoel

Wordt er bedoeld met co-participatie

Wanneer 2 of meer groepsleden beide actief zijn in dezelfde fase en in de andere fase beide passief

Noem de basisassumpties (sociaal emotionele klimaten) van Bion

1. Vechten/vluchten


2. Paarvorming


3. Afhankelijkheid


4. Tegenafhankelijkheid (later toegevoegd)


Wat is valentie

Persoonlijke voorkeur voor een sociaal emotioneel klimaat

Wat wordt er bedoeld met zwijgzame groepsleden

Groepsleden die niet participeren

Wat is objectieve participatie

De mate van participeren volgens objectieve maatstaven en volgens het oordeel van anderen

Wat is subjectieve participatie

Matige participeren volgens de eigen beoordeling, is de mate waarin groepsleden zelf vinden dat ze participeren