• Shuffle
    Toggle On
    Toggle Off
  • Alphabetize
    Toggle On
    Toggle Off
  • Front First
    Toggle On
    Toggle Off
  • Both Sides
    Toggle On
    Toggle Off
  • Read
    Toggle On
    Toggle Off
Reading...
Front

Card Range To Study

through

image

Play button

image

Play button

image

Progress

1/433

Click to flip

Use LEFT and RIGHT arrow keys to navigate between flashcards;

Use UP and DOWN arrow keys to flip the card;

H to show hint;

A reads text to speech;

433 Cards in this Set

  • Front
  • Back
langzaam
slow
snel
fast
rustig aan
take it easy
gebruiken
to use
de snelweg
motorway
bitterzoet
bittersweet
suf
lame
vanaf
from
doekoe [slang]
money [slang]
aardig
nice (person)
leuk
cool, nice
de uitdaging
challenge
zoeken
to search
lui
lazy
ijverig
hard-working
makkelijk
easy
moeilijk
difficult
bijna
almost
altijd
always
het gedoe
fuss
iedere keer
every time
nog een keer
one more time
de schuld
fault
eerlijk
honest
de verklaring
explanation
de stoel
chair
de tafel
table
hoe laat is het?
what's the time?
ontmoeten
to meet for the first time
de afspraak
appointment / meeting
nadenken
to think about
zonder
without
het kenmerk
characteristic
de voornaam
first name
de achternaam
last name
de roepnaam
the name that people use to call you
belangrijk
important
onbelangrijk
unimportant
de steenbok
capricorn
de weegschaal
scales
de verjaardag
birthday
wanneer ben je jarig?
When's your birthday?
de volgende week
next week
a.s. vrijdag
this Friday
komende vrijdag
this Friday
deze vrijdag
this Friday
om
at (time)
bij
at (place)
het weekend
weekend
vorig weekend
last weekend
vorig jaar
last year
vorige week
last week
afgelopen jaar
the last year (i.e. the last 12 months, not 2008)
bijna
almost
vandaag
today
allebei
both
vanmorgen
this morning (6-12)
's morgens
in the morning(s) (6-12)
vanochtend
this morning (6-12)
's ochtends
in the morning(s) (6-12)
vanavond
this evening (18-24)
's avonds
in the evening(s) (18-24)
vanmiddag
this afternoon (12-18)
's middags
in the afternoon(s) (12-18)
vannacht
this night
's nachts
in the night (0-6)
kom op
come on
geleden
ago
de spijker
nail
de spijkerbroek
jeans
de schroef
screw
de schroevendraaier
screwdriver
de smaak
taste
verandern
to change
het broer
brother
de zus
sister
gewoonlijk
usually
gebruiken
to use
praten over
talk about
duidelijk
clear
onduidelijk
unclear
daar
there
het komt door
the reason for...
de moeite
effort
het kost meer moeite
it's more effort
moe
tired
vermoeiende
tiring
met z'n tweeën
the two of us
met z'n drieën
the three of us
in m'n eentje
by myself
in z'n eentje
by himself
in haar eentje
by herself
de ketting
necklace
hartelijk
heartfelt / hearty
sturen
to send
het stuur
steering wheel
het slokje
a slurp
hard op
out loud
omdat
because
de solicitatie
job interview
de begrafenis
funeral
begraven
to bury
de baan
job
even
a moment (filler word)
beleefd
polite
het einde
the end
boodschappen doen
to do the shopping / groceries
waarover
about
de voortgang
progress
overleggen
to discuss
wij hebben het erover gehad
we've talked about it
gratis
free
niveau
level
halen
to get / achieve
de vis
fish
visachtig
fishy
rond de een uur afspreken
meet at 1ish...
de arts
doctor
de klacht
complaint
vroeg
early
vroeger
earlier
onmiddelijk
immediately
de afdeling
department
spoed
urgent
aankomen
arrive
hij zal misschien vroeg aankomen
he might arrive early
komen
to come
geven
to give
reizen
to travel
zitten
to sit
antwoorden
to answer
het antwoord
answer
het hoofd
head (of a person)
de zin
phrase
vaak
often
een vraag stellen
ask a question
gaan
to go
hebben
to have
de deur
door
de keuze
choice
de uitgang
exit
vast
fixed
koud
cold
praten over
talk about
het weer
the weather
de zomer
summer
de winter
winter
de herfst
autumn
de lente
spring
het verkeer
traffic
de zoenen
kisses
de gewoonte
habit
lastig
kind of hard
moeilijk
difficult
makkelijk
easy
lastige klanke
difficult sounds
de jas
jacket
sinds
since
het vlees
meat
de slagerij
butcher
de wet
law
duur
expensive
goedkoop
cheap
bekend
known
beroemd
famous
de belasting
tax
de regering
government
de muur
wall
de taal
language
sparen
to save
nuchter
down to earth / sober
betekenen
to mean
het verschil
difference
wandelen
to go for a walk
met de bus
on the bus
met de trein
on the train
de reden
reason
het broer
brother
de grens
border
dwingen
to force
gedwongen relaxed
forced relaxed
vreemd
foreign
raar
unusual
het gedicht
poem
gewoon
plain
de baan
job
lenen
to borrow / loan
het raam
window
de vensterbank
window sill
soms
sometimes
sommige
some
de lengte
length
de breedte
width
pragmatisch
pragmatic
de kleermaker
tailor
het beroep
profession
nodig hebben
to need
de mening
opinion
begroeten
to greet
afscheid nemen
to say goodbye
feliciteren
to congratulate
gefeliciteerd
congratulations
de geboorte
birth
het jubileum
jubilee anniversary
het huwelijk
marriage
condoleren
to offer one's condolences
wat
what
wie
who
waarom
why
welke
which
wanneer
when
waar
where
hoe
how
hoeveel
how much
de minuut
minute
het uur
hour
de dag
day
de week
week
de maand
month
het jaar
year
de eeuw
century
vandaag
today
gisteren
yesterday
morgen
tomorrow
eergisteren
day before yesterday
overmorgen
day after tomorrow
vanmorgen
this morning
vorige week
last week
vorig
last
volgende week
next week
volgend
next
over een week
in a week
een week geleden
a week ago
maandag
Monday
dinsdag
Tuesday
woensdag
Wednesday
donderdag
Thursday
vrijdag
Friday
zaterdag
Saturday
zondag
Sunday
in
in
op
on / on top of
naar
to / towards
naast
next to / beside
bij
at
boven
above / upstairs
onder
under / beneath
tegenover
opposite
voor
in front of
achter
behind
met
with
het geld
money
de munt
coin
het bankbliet
banknote
het briefje
note
de gulden
guilder
de euro
euro
de portemonnee
wallet
de prijs
price
betalen
to pay
contant
cash
de cheque
cheque
de bankpas
bank card
de credit card
credit card
kopen
to buy
verkopen
to sell
leasen
to lease
de leaseauto
company car
wisselen
to change
uitgeven
to spend
moeten
to have to / must
kunnen
to be able to / can
zullen
shall (verb)
mogen
to be allowed / may
willen
to want
het brood
bread
de boterham
slice of bread
het broodje
bread roll
de eieren
eggs
de yoghurt
yoghurt
het vlees
meat
de kaas
cheese
de groente
veggies
het fruit
fruit
de kruiden
herbs
de banaan
banana
de appel
apple
de sinaasappel
orange
de druiven
grapes
de aardappelen
potatoes
aardappelpuree
mashed potatoes
de melk
milk
het water
water
de koffie
coffee
de thee
tea
een biertje
a beer
een glas droge witte wijn
a glass of dry white wine
een glas rode wijn
a glass of red wine
de jus d'orange
orange juice
het fris
soft drink
aardappelpuree
mashed potatoes
de melk
milk
het water
water
de koffie
coffee
de thee
tea
een biertje
a beer
een glas droge witte wijn
a glass of dry white wine
een glas rode wijn
a glass of red wine
de jus d'orange
orange juice
het fris
soft drink
Spa rood
sparkling water
Spa blauw
still water
mag ik een koffie verkeerd?
can I have a latte?
en een glas water?
and a glass of water?
Mag ik nog een koffie?
Can I have another coffee?
Een rode wijn graag.
A red wine please.
Mag ik iets fris?
Can I have a soft drink?
Boodschappen doen
to do the shopping (groceries)
winkelen
to shop
meegaan
to come with / go with / join
ga je mee?
are you coming?
de markt
market
de supermarkt
grocery store
de winkel
shop
nodig hebben
to need
Wat hebben we nodig?
What do we need?
de rij
queue
de kassa
cash point
op de band leggen
to put on the belt
de bonuskaart
bonus card
zegels
coupons
spaart u zegels?
do you collect coupons?
de (kassa)bon
receipt
Wilt u de bon?
Do you want your receipt?
koken
to cook
de keuken
kitchen
de oven
the oven
het fornuis
stove
de plank
plank/chopping board
het mes
knife
de vork
fork
de lepel
spoon
de schaal
bowl
de pan
pan
de schaar
scissors
snijden
to cut
wassen
to wash
hakken
to chop
bakken
to fry or bake
braden
to roast
ruilen
to exchange
de koopavond
late night shopping
de bakker
the baker
de slager
the butcher
de groentewinkel
greengrocers
de slijterij
wine shop
de kledingwinkel
clothes / dress shop
de schoenenwinkel
shoe shop
de boekenwinkel
bookshop
het warenhuis
department store
de afdeling
department
de etalage
shop window
de verkoper
shop assistant
zoiets
something like that
el (abbreviation)
tablespoon
de eetlepel
tablespoon
tl (abbreviation)
teaspoon
de theelepel
teaspoon
de garde
whisk
de slagroom
cream
kloppen
to whisk
de afwas
dishes
de afwasborstel
dish brush
het afwasmiddel
detergent
dit/dat gaat om
that's about...
afwassen
do the dishes
de afwas doen
do the dishes
de kleding
clothes
de kleren
clothes
smelten
to melt
het overhemd
shirt
ik vind het niet erg an te doen
i don't mind doing it
strijken
to iron
wanneer je wil
whenever you want
opnemen
to record
het huishouden
household
de hulp
the help (cleaner...)
de eigen taak
your own chores
de taak
task/chore
de huisbaas
landlord
schoon
clean
de rasp
grater
het recept
recipe
de zeef
sieve
de koelkast
fridge
het slaat nergens op
it makes no sense at all
grillen
to grill
frituren
to deep fry
koken
to boil / cook
op laag vuur
on a low heat
sudderen
to simmer
pruttelen
to simmer
voorverwarmen
to pre-heat
roeren
to stir
af en toe
now and then
soms
sometimes
het vergiet
colander
afgieten
to drain (in a colander)
stomen
to steam
ik heb honger
I'm hungry
behalve
except
de kroeg
pub
de vergardering
meeting (with more than one person)
een half
half
een kwart
quarter
anderhalf
one and a half
meerder
several
de helft
a half
daar
there
het enkelvoud
singular
het meervoud
plural
verwarren
to confuse
verwarrend
confusing
om
e.g. om 7 uur
at (time)
e.g. at 7 o'clock
voor
before
na
after
over
e.g. over twee jaar
in
e.g. in two years
op
e.g. op vrijdag
on
e.g. on Friday
intussen
in the meantime
ondertussen
in the meantime
plakken
to stick (glue)
geel
yellow
elke
every