• Shuffle
    Toggle On
    Toggle Off
  • Alphabetize
    Toggle On
    Toggle Off
  • Front First
    Toggle On
    Toggle Off
  • Both Sides
    Toggle On
    Toggle Off
  • Read
    Toggle On
    Toggle Off
Reading...
Front

Card Range To Study

through

image

Play button

image

Play button

image

Progress

1/159

Click to flip

Use LEFT and RIGHT arrow keys to navigate between flashcards;

Use UP and DOWN arrow keys to flip the card;

H to show hint;

A reads text to speech;

159 Cards in this Set

  • Front
  • Back
el día a día
de dagelijkse routine
la actividad laboral
de werkzaamheid
el/la diplomático/-a
de diplomaat
el/la directivo/-a de una empresa
de directeur/de directrice van een bedrijf
el/la reportero/-a
de verslaggever/geefster
el/la periodista
de journalist(e)
el/la abogado/-a
de advocaat/advocate
el/la representante comercial
de vertegenwoordiger/-ster
realizar
uitvoeren, doen
la jornada de trabajo
de werkdag
interpretar
interpreteren
el gráfico
de grafiek
analizar
analyseren
el periódico
de krant
económico/-a
financieel, economisch
con frecuencia
vaak
tratar con gente
met mensen te maken hebben
el público
het publiek
asesorar
adviseren
coordinar
coördineren
describe
beschrijf
la agencia de publicidad
het reclamebureau
el dibujo
de tekening
abajo
(er)onder
la traducción
de vertaling
cerrar
dichtdoen, sluiten
la ventana
het raam
saber
weten, kunnen
el programa de mail
het mailprogramma
mirar
(na)kijken
intentar
proberen
comprueba
kijk na
la regla
de regel
la lista
de lijst
la habilidad
de vaardigheid
tomar decisiones
beslissingen nemen
la decisión
de beslissing
el programa informático
het computerprogramma
ordénalas
ze ze in de juiste volgorde
leed
lees (gebiedende wijs)
en vuestra opinión
naar jullie mening
saber hacer
kunnen (doen)
el/la organizador/-a de eventos
de eventmanager
el salario
het salaris
al mes
per maand
el/la (representante) comercial
de commercieel medewerker/-ster
el/la diseñador/-a gráfico/-a
de grafisch vormgever/-geefster
más joven que
jonger dan
más que
meer dan
tanto como
evenveel als
tanto/-a ... como
evenveel ... als
tan ... como
net zo ... als
menos que
minder dan
comparar
vergelijken
ganar
verdienen
el dinero
het geld
el adjetivo
het bijvoeglijk naamwoord
corregid
verbeter
menor
jonger
mayor
ouder
haz
maak; hier: stel
hacer preguntas
vragen stellen
a la semana
per week
el instrumento
het instrument
comparad
vergelijk
la pareja
het paar, het tweetal
la persona más deportista
de sportiefste persoon
deportista
sportief
musical
muzikaal
viajero/-a
reislustig
el día de trabajo
de werkdag
la radio
de radio
se ducha
hij/zij doucht zich
ducharse
zich douchen
levantarse
opstaan
ir a casa
naar huis gaan
acostarse
naar bed gaan
reunirse (con)
afspreken, vergaderen (met)
la hipótesis
de hypothese, de veronderstelling
pronto
vroeg
normalmente
normaal gesproken
empezar
beginnen
la mujer
de vrouw, de echtgenote
sobre las diez
rond tien uur
la emisora
de (radio)zender
estar preparado/-a
voorbereid zijn
depender de
afhangen van
las noticias
het nieuws
en general
in het algemeen
revisar
nakijken
todo el programa
het hele programma
el cambio
de verandering
necesario/-a
nodig
en directo
live
entonces sí que desayunamos
dan gaan we wel ontbijten
ja, wel
juntos/-as
samen
quedarse
blijven
preparar
voorbereiden
el verbo reflexivo
het wederkerend voornaamwoord
normal
normaal
apunta
schrijf op
más temprano
vroeger, eerder
temprano
vroeg
más tarde
later
antes del desayuno
voor het ontbijt
antes de desayunar
voor het ontbijten
después de
na het
igual
hetzelfde
el estrés
de stress
chino/-a
Chinees
lo estoy escribiendo
ik ben aan het schrijven
ahora mismo
op dit moment
el cine
de bioscoop
terminar
afmaken
llevar
brengen
los niños
de kinderen
cariño
lieveling, schat
encontrar
vinden
el gerundio
de gerundio
regular
regelmatig
escenficalas
beeld ze uit
adivinar
raden
llamar por teléfono
bellen
quiénes son los otros
wie de anderen zijn
durante un minuto
een minuut lang
cierra
doe dicht, sluit
recordar
zich herinneren
el/la chico/-a
de jongen, het meisje
entrar
binnekomen
el/la experto/-a
de expert
de arriba
(hier)boven
el (pronombre) relativo
het betrekkelijk voornaamwoord
la expresión de lugar
de plaatsaanduiding
la preparación
de voorbereiding
prepara
bereid voor
hacer de asesor/-a
net doen of hij/zij adviseur is
al revés
omgekeerd
con atención
aandachtig
resumir
samenvatten
el ojo
het oog
el peso chileno
munteenheid van Chili
el desierto
de woestijn
seco/-a
droog
el observatorio astronómico
de sterrenwacht
el/la más grande
de grootste
la costa
de kust
montañoso/-a
bergachtig
austral
zuidelijk
la isla de Pascua
Paaseiland
el museo al aire libre
het openluchtmuseum
el descanso
de pauze, de rust
al mediodía
tussen de middag
el feriado
de officiële vrije dag
no está nada mal
dat is helemaal niet slecht
el/la autor/-a
de schrijver/-ster
el festivo
de feestdag
el documento
het document
peor
slechter