• Shuffle
    Toggle On
    Toggle Off
  • Alphabetize
    Toggle On
    Toggle Off
  • Front First
    Toggle On
    Toggle Off
  • Both Sides
    Toggle On
    Toggle Off
  • Read
    Toggle On
    Toggle Off
Reading...
Front

Card Range To Study

through

image

Play button

image

Play button

image

Progress

1/52

Click to flip

Use LEFT and RIGHT arrow keys to navigate between flashcards;

Use UP and DOWN arrow keys to flip the card;

H to show hint;

A reads text to speech;

52 Cards in this Set

  • Front
  • Back
  • 3rd side (hint)

el hueso

het bot

el pecho

de borst



la espalda

de rug

el trasero

het achterwerk, het achterse

la pierna

het been

querer

liefhebben, houden van

el cumpleaños

de verjaardag

el, la joven

de jongere

tocar

aanraken

Als je een aquarium aanraakt, doe je vaak TOC TOC

blando, blanda

zacht

oír

luisteren (naar), horen

escuchar

luisteren (naar), horen

el ruido

het lawaai, het geluid

el olor

de geur, de lucht

hacer

doen, maken

acariciar

aaien, strelen

el esfuerzo

de inspanning

sonreír

glimlachen

quedarse

blijven

llegar

aankomen

regresar

terugkeren, teruggaan

volver

terugkomen

pisar

betreden, stappen op

Mensen proberen op de toren van PISA te stappen

caminar

lopen, wandelen

andar

gaan, lopen

Gaan en lopen in de ANDar

darse prisa

zich haasten, opschieten

apurarse

zich haasten, opschieten

Bij het haasten vergeet je vaak A PURSe

caerse

vallen

despierto, despierta

wakker

madrugar

vroeg opstaan

cansado, cansada

moe

acostarse

gaan slapen, naar bed gaan

Accio STAirs

tomar

nemen, pakken

coger

pakken, nemen, grijpen

entregar

overhandigen, geven

abrir

openen

cerrar

sluiten, dichtdoen

botar

weggooien, gooien; ontslaan

echar

gooien, werpen

sacar

halen uit, trekken uit

traer

meebrengen, brengen

llevar

wegbrengen, brengen; bij zich hebben

llevarse

meenemen

dejar

laten, achterlaten

encender

aandoen, aansteken

feo, fea

lelijk

rubio, rubia

blond

limpio, limpia

schoon

sucio, sucia

vies, vuil

mancharse

zich vuilmaken, vies worden

afeitarse

zich scheren

la cuchilla de afeitar

het scheermes