Use LEFT and RIGHT arrow keys to navigate between flashcards;
Use UP and DOWN arrow keys to flip the card;
H to show hint;
A reads text to speech;
13883 Cards in this Set
- Front
- Back
dat zal een flinke duit kosten
|
[heel veel]
|
|
dat zal een flinke duit kosten
|
[heel veel]
|
|
we gaan er flink tegenaan
|
[gaan stevig aanpakken]
|
|
Nick is een flinke eter
|
[kan veel eten]
|
|
Xandra is flink uit de kluiten gewassen
|
[groot en stevig]
|
|
je moet er wel flink aan trekken
|
[goed doorwerken bij de studie]
|
|
iemand flink de waarheid zeggen
|
[precies zeggen wat hij verkeerd heeft gedaan]
|
|
flink wat
|
[behoorlijk veel]
|
|
Geoffrey is flink uit de kluiten gewassen
|
[groot en stevig]
|
|
iemand met een kluitje in het riet sturen
|
[hem met een mooi praatje afschepen]
|
|
de kluit bedonderen
|
[iedereen voor de gek houden, bedriegen]
|
|
zo blij als een kind
|
[heel erg blij]
|
|
hij is een kind van zijn tijd
|
[hij past precies in die tijd]
|
|
je moet het kind niet met het badwater weggooien
|
[tegelijk met het slechte ook het goede weggooien]
|
|
Kjeld is het kind van de rekening
|
[hij is het slachtoffer]
|
|
als een pasgeboren kind
|
[zo onschuldig]
|
|
dat kan een kind begrijpen
|
[dat is erg eenvoudig]
|
|
een doodgeboren kindje
|
[een zaak die van het begin af niets zou worden]
|
|
geen kind hebben aan iemand
|
[niet de minste last van hem hebben]
|
|
ik krijg er een kind van!
|
[ik heb er schoon genoeg van]
|
|
een ondergeschoven kindje
|
[dat niet veel aandacht krijgt]
|
|
een kind kan de was doen
|
[het is heel eenvoudig]
|
|
kind aan huis zijn bij iemand
|
[er vaak komen]
|
|
kind noch kraai hebben
|
[geen familie hebben]
|
|
een onwettig/ buitenechtelijk/ onecht kind
|
[van mensen die niet met elkaar getrouwd zijn]
|
|
de muren hebben oren
|
[je kunt afgeluisterd worden]
|
|
uit de muur eten
|
[voedsel uit de automaat eten]
|
|
de muren kwamen op me af
|
[ik voelde me erg opgesloten]
|
|
een blinde muur
|
[zonder ramen of deuren]
|
|
een dragende muur
|
[waarop het dak steunt]
|
|
met je kop tegen de muur lopen
|
[door tegenwerking niet bereiken wat je wilt bereiken]
|
|
van het kastje naar de muur gestuurd worden
|
[eindeloos doorgestuurd worden]
|
|
een muur optrekken
|
[je in jezelf terugtrekken]
|
|
de muren hebben oren
|
[zorg ervoor dat niemand je afluistert]
|
|
met de rug tegen de muur staan
|
[geen uitweg meer zien]
|
|
Gert-Jan kan nog geen spijker in de muur slaan
|
[is erg onhandig]
|
|
Tijn kletst uit zijn nek
|
[hij vertelt onzin]
|
|
Muiswerk rekenen en taal, helemaal digitaal
|
[er zijn 30 verschillende Muiswerkprogramma's; je leert helemaal zonder boek]
|
|
Muiswerk, maatwerk in rekenen en taal
|
[iedere 'muiswerker' krijgt een persoonlijk oefenprogramma op maat]
|
|
Muiswerk, de digitale docent
|
[het computerprogramma Muiswerk neemt werk van de docent over en maakt zijn taak gemakkelijker]
|
|
Rein leert Nederlands met Muiswerk.
|
[Hij gebruikt een Muiswerkprogramma om Nederlands te leren.]
|
|
Meneer De Groot gebruikt Muiswerk om te meten hoe goed iedereen is.
|
[Hij laat iedereen een toets maken met Muiswerk.]
|
|
dat zal een flinke duit kosten
|
[heel veel]
|
|
we gaan er flink tegenaan
|
[gaan stevig aanpakken]
|
|
Nick is een flinke eter
|
[kan veel eten]
|
|
Xandra is flink uit de kluiten gewassen
|
[groot en stevig]
|
|
je moet er wel flink aan trekken
|
[goed doorwerken bij de studie]
|
|
iemand flink de waarheid zeggen
|
[precies zeggen wat hij verkeerd heeft gedaan]
|
|
flink wat
|
[behoorlijk veel]
|
|
dan zal hij wel anders piepen
|
[anders reageren]
|
|
zij piept gauw
|
[bij het minste of geringste klaagt ze al]
|
|
het is zó gepiept
|
[snel klaar]
|
|
Iris is hem gepiept
|
[ze is ervandoor gegaan]
|
|
iemand van de wijs brengen
|
[in de war maken]
|
|
geen wijs kunnen houden
|
[vals zingen]
|
|
gebiedende wijs
|
[werkwoordsvorm die een gebod uitdrukt]
|
|
's lands wijs, 's lands eer
|
[elk land heeft zijn eigen gewoontes]
|
|
er is met Barend geen land te bezeilen
|
[er is niets met hem te beginnen]
|
|
deze boer heeft veel land
|
[veel weiland, veel grond]
|
|
's lands wijs, 's lands eer
|
[ieder land heeft zijn eigen gewoonten en daaraan moet je je aanpassen]
|
|
in het land der blinden is eenoog koning
|
[tussen mensen die niets kunnen, valt iemand die een beetje presteert al gauw op]
|
|
nog in het land der levenden zijn
|
[nog leven]
|
|
stad en land af lopen
|
[overal heen gaan]
|
|
daar heb ik het land aan
|
[daar heb ik een hekel aan]
|
|
's winters
|
[in de winter]
|
|
van de winter
|
[de komende of de afgelopen winter]
|
|
in zonde leven
|
[overspel plegen, of ongetrouwd samenwonen]
|
|
't is zonde dat ik het zeg...
|
[ik zou het eigenlijk niet moeten zeggen]
|
|
het is zonde voor God
|
[een grote schande, of erg jammer]
|
|
een lief smoeltje
|
[een lief gezichtje]
|
|
(grof) een grote smoel opzetten
|
[brutaal zijn]
|
|
breek me de bek niet open!
|
[daar zou ik heel wat slechte dingen over kunnen vertellen]
|
|
je moet een gegeven paard niet in de bek kijken
|
[niet kritisch zijn over wat je krijgt]
|
|
(plat) op je bek gaan
|
[vallen]
|
|
(plat) een grote bek hebben
|
[brutaal zijn]
|
|
dat is spekje voor zijn bekje
|
[net iets voor hem]
|
|
40+ kaas
|
[met minstens 40 procent vet]
|
|
65 plus
|
[65 jaar of ouder]
|
|
iemand aan de haak slaan
|
[verkering met hem krijgen]
|
|
daar zitten wel haken en ogen aan
|
[het is niet eenvoudig]
|
|
80 kilo schoon aan de haak
|
[naakt gewogen]
|
|
tussen haakjes ....
|
[uitdrukking waarmee je aangeeft dat iets niet bij het gespreksonderwerp hoort]
|
|
dit is niet in de haak
|
[er is iets niet in orde]
|
|
aan bod zijn
|
[aan de beurt zijn]
|
|
niet aan bod komen
|
[er geen kans voor krijgen]
|
|
een bod uitbrengen
|
[er iets voor bieden]
|
|
iemand een belletje geven
|
[even opbellen]
|
|
belletje trekken
|
[aanbellen en hard wegrennen]
|
|
aan de bel trekken
|
[aandacht vragen voor een misstand]
|
|
de kat de bel aanbinden
|
[als eerste over een moeilijk onderwerp beginnen]
|
|
toeters en bellen
|
[overdreven toevoegingen]
|
|
de handen uit de mouwen steken
|
[ijverig gaan werken]
|
|
je hand ophouden
|
[geld vragen]
|
|
de hand aan jezelf slaan
|
[zelfmoord plegen]
|
|
met harde hand optreden
|
[streng optreden]
|
|
een handje helpen
|
[even meehelpen]
|
|
dat ligt voor de hand
|
[dat is heel logisch]
|
|
iets achter de hand hebben
|
[in reserve hebben]
|
|
de hand over het hart strijken
|
[voor één keer minder streng zijn]
|
|
er de hand aan houden
|
[de voorschriften volgen]
|
|
in goede handen zijn
|
[goed verzorgd worden]
|
|
jezelf in de hand hebben
|
[je beheersen]
|
|
wat is er aan de hand?
|
[wat is er mis, of wat gebeurt er?]
|
|
zwaar op de hand zijn
|
[erg serieus of somber zijn]
|
|
er je hand niet voor omdraaien
|
[het niet moeilijk vinden om te doen]
|
|
een hand geven
|
[een hand drukken om te begroeten]
|
|
er de laatste hand aan leggen
|
[het juist afmaken]
|
|
handen te kort komen
|
[het heel druk hebben]
|
|
een gat in je hand hebben
|
[gemakkelijk te veel geld uitgeven]
|
|
de hand boven het hoofd houden
|
[verdedigen met woorden]
|
|
met de handen over elkaar zitten
|
[niets doen]
|
|
aan de beterende hand zijn
|
[langzaam genezen]
|
|
van de hand wijzen
|
[weigeren]
|
|
in de hand werken
|
[bevorderen]
|
|
er de hand op weten te leggen
|
[iets bijzonders kopen of krijgen]
|
|
de hand op de knip houden
|
[zuinig zijn, gierig zijn]
|
|
je handen thuishouden
|
[niet aankomen, niet slaan]
|
|
uit je hand eten
|
[precies doen wat je zegt]
|
|
twee handen op één buik zijn
|
[het altijd met elkaar eens zijn]
|
|
uit de hand lopen
|
[niet meer kunnen beheersen]
|
|
van de hand doen
|
[wegdoen, verkopen]
|
|
het hoofd boven water houden
|
[maar nét genoeg hebben om van te leven]
|
|
het hoofd laten hangen
|
[de moed verliezen]
|
|
de handen dichtknijpen
|
[jezelf gelukkig prijzen]
|
|
bij de hand houden
|
[zo houden dat je het snel kunt laten zien]
|
|
diep in de beurs tasten
|
[heel veel betalen]
|
|
met gesloten beurs betalen
|
[zonder geld, bijvoorbeeld door te ruilen]
|
|
een smalle beurs hebben
|
[weinig geld]
|
|
iemands beurs spekken
|
[hem veel betalen]
|
|
zijn beurs trekken
|
[betalen]
|
|
aan de beurs genoteerd zijn
|
[op de vaste koerslijsten voorkomen]
|
|
drankje
|
[iets drinkbaars met alcohol erin]
|
|
aan de drank zijn
|
[verslaafd aan alcohol]
|
|
aan de dunne zijn
|
[diarree hebben]
|
|
het loopt hem dun door de broek
|
[hij is erg bang]
|
|
de spoeling is dun
|
[iedereen krijgt maar weinig]
|
|
dun gezaaid zijn
|
[niet veel voorkomen]
|
|
het land is dun bevolkt
|
[er wonen maar weinig mensen]
|
|
hem op gang helpen
|
[hem helpen te beginnen]
|
|
ga je gang
|
[doe het maar]
|
|
een vreemde gang van zaken
|
[het gaat op een vreemde manier]
|
|
hij zette er flink de gang in
|
[flink vaart maken]
|
|
zijn eigen gang gaan
|
[zijn eigen zin doen]
|
|
zijn gangen nagaan
|
[controleren hoe hij leeft en wat hij doet]
|
|
aan de gang gaan met iets
|
[ermee beginnen]
|
|
iets in gang zetten
|
[het laten werken]
|
|
ik kan wel aan de gang blijven!
|
[protest als je iets steeds opnieuw moet doen]
|
|
op gang komen
|
[goed beginnen te lopen]
|
|
groente van de koude grond
|
[niet in de kas gekweekt]
|
|
de begane grond
|
[de onderste woonlaag]
|
|
iets uit de grond stampen
|
[het heel snel maken]
|
|
uit de grond van mijn hart
|
[met volle overtuiging]
|
|
hem te gronde richten
|
[hem vernietigen]
|
|
aan de grond zitten
|
[geen geld meer hebben]
|
|
het van de grond krijgen
|
[erin slagen het te organiseren]
|
|
het met de grond gelijkmaken
|
[het afbreken]
|
|
als aan de grond genageld bleef hij staan
|
[hij kon zich van schrik niet meer bewegen]
|
|
ik ging door de grond
|
[ik schaamde me diep]
|
|
het plan de grond in boren
|
[het afkraken]
|
|
met beide benen op de grond staan
|
[nuchter zijn]
|
|
geen poot aan de grond krijgen
|
[geen enkele kans]
|
|
de grond wordt me te heet onder de voeten
|
[ik ga ervandoor, want het wordt me te riskant]
|
|
stille waters hebben diepe gronden
|
[wie het minst spreekt is vaak het meest interessant]
|
|
uit de grond van mijn hart
|
[omdat ik het echt meen]
|
|
op grond van
|
[om reden van, wegens]
|
|
een grond van waarheid
|
[een waar element in een bewering]
|
|
in de grond van de zaak
|
[in feite, eigenlijk]
|
|
ga eens aan de kant
|
[opzij]
|
|
het was kantje boord
|
[het liep maar net goed af]
|
|
zij loopt de kantjes ervan af
|
[ze doet bijna niets]
|
|
ik ben door hem aan de kant gezet
|
[weggestuurd]
|
|
aan de kant staan
|
[niet meedoen]
|
|
dat raakt kant nog wal
|
[is onzin]
|
|
welke kant moet jij uit?
|
[in welke richting ga jij?]
|
|
van moeders kant is hij Turks
|
[zijn moeder is Turks]
|
|
ik kan geen kant meer op
|
[zit erg in het nauw]
|
|
daar kun je alle kanten mee uit
|
[dat kun je op verschillende manieren opvatten]
|
|
ga ik zo goed? nee, je gaat de verkeerde kant op
|
[in de verkeerde richting]
|
|
het mes snijdt aan twee kanten
|
[het levert dubbel voordeel op]
|
|
het is een dubbeltje op zijn kant
|
[onzeker hoe het afloopt]
|
|
de scherpe kantjes van iets afnemen
|
[het verzachten]
|
|
iets van alle kanten bekijken
|
[de voors en tegens goed afwegen]
|
|
het deugt van geen kant
|
[is helemaal niet in orde]
|
|
even de andere kant op kijken
|
[iets gedogen]
|
|
geen kant meer op kunnen
|
[geen uitweg meer weten]
|
|
ergens alle kanten mee op kunnen
|
[er veel mogelijkheden mee hebben]
|
|
familie van de koude kant
|
[aangetrouwd]
|
|
het gelijk aan zijn kant hebben
|
[het bij het juiste eind hebben]
|
|
dat hoor je van alle kanten
|
[dat zegt iedereen]
|
|
iemands kant kiezen
|
[zijn partij]
|
|
van de verkeerde kant zijn
|
[homoseksueel]
|
|
je van kant maken
|
[zelfmoord plegen]
|
|
het niet over je kant laten gaan
|
[je ertegen verzetten]
|
|
de boel aan kant maken
|
[opruimen]
|
|
iets over zijn kant laten gaan
|
[zich er niet tegen verzetten]
|
|
lopende band
|
[bewegende strook waarop producten langskomen]
|
|
aan de lopende band heeft hij geluk
|
[steeds opnieuw heeft hij geluk]
|
|
iemand aan banden leggen
|
[zijn macht beperken]
|
|
de banden nauwer aanhalen
|
[de vriendschap inniger maken]
|
|
de banden doorsnijden
|
[de vriendschap verbreken]
|
|
uit de band springen
|
[gekke, dwaze dingen doen]
|
|
uit de band springen
|
[zich laten gaan]
|
|
aan de macht komen
|
[gaan regeren]
|
|
uit de macht der gewoonte
|
[omdat je het altijd zo gedaan hebt]
|
|
macht uitoefenen
|
[je invloed gebruiken]
|
|
iemand in zijn macht krijgen
|
[hem onderwerpen]
|
|
boven je macht werken
|
[met je handen boven je hoofd]
|
|
we waren niet bij machte om ...
|
[niet in staat om ...]
|
|
uit alle macht
|
[met de grootste inspanning]
|
|
eendracht maakt macht
|
[eensgezindheid maakt sterk]
|
|
kennis is macht
|
[wie veel weet, heeft ook veel invloed]
|
|
met man en macht
|
[met alle beschikbare hulp]
|
|
boven zijn macht werken
|
[met de handen boven het hoofd]
|
|
de gewapende macht
|
[door de staat georganiseerde krijgsmacht]
|
|
een hogere macht
|
[bovenaards wezen of principe dat het lot van de mensen bepaalt]
|
|
de uitvoerende macht
|
[de regering, het bestuur]
|
|
de wetgevende macht
|
[de kroon en het parlement samen]
|
|
de rechterlijke macht
|
[de rechters]
|
|
geen man meer hebben
|
[weduwe zijn]
|
|
aan de man komen
|
[trouwen]
|
|
de liefde van de man gaat door de maag
|
[mannen verleid je met lekker eten]
|
|
hij is er de man niet naar
|
[zo is hij niet]
|
|
hij staat zijn mannetje wel
|
[kan zich goed verdedigen]
|
|
een man een man, een woord een woord
|
[eerlijke mensen houden zich aan hun belofte]
|
|
hij is mans genoeg
|
[flink genoeg]
|
|
hij is heel wat mans
|
[kan heel wat en is niet gauw bang]
|
|
de man met de hamer
|
[vermoeidheid of een morele inzinking]
|
|
ik ben je man
|
[ik sta tot je beschikking]
|
|
een man van de klok zijn
|
[altijd op tijd zijn]
|
|
een sterke man
|
[iemand die op autoritaire wijze orde weet te scheppen]
|
|
een man van de wereld zijn
|
[zelfverzekerd, met veel levenservaring]
|
|
de man met de zeis
|
[de dood]
|
|
iets aan de man brengen
|
[het verkopen]
|
|
er is geen man overboord
|
[er is niets ernstigs gebeurd]
|
|
man en paard noemen
|
[niets verzwijgen]
|
|
een gewaarschuwd man telt voor twee
|
[als je weet wat er gaat gebeuren, kun je je voorbereiden]
|
|
als één man
|
[allemaal tegelijk]
|
|
de kleine man
|
[de mensen met een laag inkomen]
|
|
het op de man af vragen
|
[rechtstreeks]
|
|
kleren maken de man
|
[kleding bepaalt welke indruk je maakt]
|
|
met man en muis vergaan
|
[met alle opvarenden]
|
|
dan is er nog geen man overboord
|
[geruststelling bij een probleem dat nog niet ernstig is]
|
|
man en paard noemen
|
[de namen van de betrokkenen geven]
|
|
anderhalve man en een paardenkop
|
[bijna niemand]
|
|
op de man spelen
|
[iemand persoonlijk aanvallen in een discussie]
|
|
iets tot de laatste man verdedigen
|
[tot het uiterste]
|
|
als de wijn is in de man, is de wijsheid in de kan
|
[wie veel gedronken heeft, weet niet meer wat hij doet]
|
|
van de hoed en de rand weten
|
[goed op de hoogte zijn]
|
|
aan de rand van de afgrond staan
|
[bijna ten onder gaan]
|
|
dat is op het randje
|
[het ligt op de grens van wat nog kan]
|
|
aan de rand van het graf staan
|
[de dood nabij zijn]
|
|
alle remmen losgooien
|
[je helemaal laten gaan]
|
|
op de rem gaan staan
|
[krachtig remmen]
|
|
aan de rem trekken
|
[een ontwikkeling afremmen]
|
|
geld speelt geen rol
|
[het is niet belangrijk hoeveel het kost]
|
|
de rollen omdraaien
|
[doen wat iemand anders deed]
|
|
aan de rol gaan
|
[uitgebreid feestvieren]
|
|
het loopt op rolletjes
|
[goed, gesmeerd]
|
|
een rol spelen
|
[je anders voordoen dan je bent]
|
|
uit zijn rol vallen
|
[even laten zien hoe hij echt is]
|
|
geld speelt geen rol
|
[het geeft niet wat het kost]
|
|
een rol spelen
|
[van invloed zijn]
|
|
een rol spelen
|
[zich anders voordoen dan hij is]
|
|
zijn rol is uitgespeeld
|
[hij heeft geen invloed meer]
|
|
de rollen zijn omgekeerd
|
[de onderlinge verhoudingen zijn verwisseld]
|
|
op de rol staan
|
[op de lijst]
|
|
aan de schijt zijn
|
[diarree hebben]
|
|
ik heb er schijt aan
|
[ik hou er geen rekening mee]
|
|
wie is aan slag?
|
[aan de beurt om te slaan]
|
|
polsslag
|
[het kloppen van het bloed in de pols]
|
|
het is op slag van zessen
|
[bijna zes uur]
|
|
een vrije slag
|
[die je ongehinderd mag nemen]
|
|
met de Franse slag
|
[haastig en oppervlakkig]
|
|
hij heeft er slag van
|
[hij is er handig in]
|
|
het was een slag in de lucht
|
[een onzekere gok]
|
|
zijn slaag slaan
|
[van een gunstige situatie profiteren]
|
|
zonder slag of stoot
|
[zonder zich te verzetten]
|
|
zonder slag of stoot
|
[zonder dat erover gestreden hoeft te worden]
|
|
een slag kleiner
|
[iets kleiner]
|
|
je slag slaan
|
[een kans krijgen en die benutten]
|
|
er een slag naar slaan
|
[ernaar raden]
|
|
aan de slag gaan
|
[beginnen]
|
|
van slag zijn
|
[van streek, overstuur]
|
|
een slag om de arm houden
|
[nog geen definitieve uitspraak doen]
|
|
op slag dood
|
[direct dood]
|
|
de touwtjes in handen hebben
|
[beslissen wat er gebeurt]
|
|
er is geen touw aan vast te knopen
|
[je kunt het niet begrijpen]
|
|
aan de touwtjes trekken
|
[alles regelen, besturen]
|
|
ik kan er geen touw aan vastknopen
|
[vind het onbegrijpelijk]
|
|
hij is al de hele dag in touw
|
[druk bezig]
|
|
iets op touw zetten
|
[organiseren]
|
|
het veilig opbergen
|
[zodat het niet zoekraakt of gestolen wordt]
|
|
in een veilige haven komen
|
[een rustig toevluchtsoord]
|
|
de kust is veilig
|
[om aan te geven dat men ergens veilig langs kan]
|
|
je kunt dat veilig aannemen
|
[gerust aannemen]
|
|
aan de veilige kant blijven
|
[geen overmoedige schatting maken]
|
|
veilig vrijen
|
[met bescherming tegen zwangerschap en overdraagbare ziektes]
|
|
aan de vooravond van iets staan
|
[in een tijd die aan een belangrijke verandering voorafgaat]
|
|
kijk vóór je!
|
[kijk recht voor je uit]
|
|
aan de voorste speen liggen
|
[meer krijgen dan de anderen]
|
|
ik heb het voor weinig geld gekregen
|
[ik moest weinig betalen]
|
|
dat is voor eigen rekening
|
[dat moet je zelf betalen]
|
|
ik ben er niet voor
|
[er geen voorstander van]
|
|
ik stemde voor de VVD
|
[mijn stem ging naar die partij]
|
|
dat is niets voor mij
|
[dat vind ik helemaal niet leuk]
|
|
voor één keer
|
[alleen deze keer]
|
|
wat is dat voor ding?
|
[welk soort ding is dat]
|
|
hij doet dat voor zijn plezier
|
[omdat hij het leuk vindt]
|
|
ik ben vandaag voor het eerst geweest
|
[vandaag was de eerste keer]
|
|
voor het geval dat het gaat regenen
|
[als het gaat regenen]
|
|
dat is nog de vraag
|
[dat is nog onzeker]
|
|
vragen afvuren
|
[een reeks vragen stellen]
|
|
een retorische vraag
|
[waarop men geen antwoord verwacht]
|
|
dat is voor jou een vraag, maar voor mij een weet
|
[daar geef ik geen antwoord op]
|
|
aan de vraag voldoen
|
[zorgen dat er voldoende artikelen zijn]
|
|
de vruchten ervan plukken
|
[er voordeel van hebben]
|
|
het werpt vruchten af
|
[het heeft resultaat]
|
|
aan de vruchten kent men de boom
|
[je kent de mens door zijn daden]
|
|
een verboden vrucht
|
[iets dat niet is toegestaan]
|
|
een boom van een vent
|
[een grote stevige man]
|
|
hoge bomen vangen veel wind
|
[wie belangrijk is, krijgt veel kritiek]
|
|
door de bomen het bos niet zien
|
[door de details het geheel niet zien]
|
|
aan zijn vruchten kent men de boom
|
[aan zijn daden kent men de mens]
|
|
de bomen groeien niet tot in de hemel
|
[de mogelijkheden zijn niet onbeperkt]
|
|
oude bomen moet je niet verplanten
|
[oude mensen kunnen beter niet verhuizen]
|
|
aan de vruchten kent men de boom
|
[men kent de mens aan wat hij doet]
|
|
de appel valt niet ver van de boom
|
[kinderen lijken meestal op hun ouders]
|
|
omdraaien als een blad aan een boom
|
[je ineens heel anders gaan gedragen]
|
|
een teer plantje
|
[iemand die weinig verduren kan]
|
|
aan de weet komen
|
[erachter komen, ontdekken]
|
|
er geen weet van hebben
|
[het niet weten]
|
|
u moet deze weg houden
|
[op deze weg blijven]
|
|
je eigen weg gaan
|
[je leven op je eigen manier inrichten]
|
|
aan de weg timmeren
|
[iets doen om publieke aandacht te krijgen]
|
|
zo oud als de weg naar Rome
|
[heel oud]
|
|
de weg voor iemand banen
|
[hindernissen voor hem weghalen]
|
|
gebaande wegen bewandelen
|
[dingen doen die anderen voorbereid hebben]
|
|
de officiële weg bewandelen
|
[volgens de voorschriften handelen]
|
|
in geen velden of wegen te bekennen
|
[nergens]
|
|
de weg van de minste weerstand
|
[de makkelijkste methode]
|
|
waar een wil is, is een weg
|
[als je iets werkelijk wilt, is er ook een oplossing voor]
|
|
hem de weg wijzen
|
[vertellen hoe hij moet lopen of rijden]
|
|
in de weg staan
|
[de doorgang versperren]
|
|
we gaan op weg
|
[ergens naar toe]
|
|
hem op weg helpen
|
[in het begin even helpen]
|
|
naar de bekende weg vragen
|
[iets vragen waar je het antwoord al van weet]
|
|
hem uit de weg gaan
|
[zorgen dat je hem niet ontmoet]
|
|
hem iets in de weg leggen
|
[hem hinderen]
|
|
hem uit de weg ruimen
|
[vermoorden]
|
|
van de wieg tot het graf
|
[je hele leven]
|
|
aan de wieg van iets gestaan hebben
|
[er vanaf het begin bij geweest zijn]
|
|
ergens voor in de wieg gelegd zijn
|
[er aanleg voor hebben]
|
|
de plek waar eens mijn wieg stond
|
[waar ik geboren ben]
|
|
onder de wol kruipen
|
[lekker naar bed gaan]
|
|
door de wol geverfd zijn
|
[veel ervaring hebben]
|
|
veel geschreeuw, maar weinig wol
|
[veel drukte, maar weinig resultaat]
|
|
aan de wol herkent men de schapen
|
[men kent de mens aan zijn daden]
|
|
aan een nieuw hoofdstuk beginnen
|
[aan een nieuwe periode in je leven]
|
|
dat is een heel ander hoofdstuk!
|
[een heel ander onderwerp]
|
|
het aan stukken slaan
|
[kapot slaan]
|
|
aan één stuk door
|
[voortdurend]
|
|
een man uit één stuk
|
[erg betrouwbaar]
|
|
stukje bij beetje
|
[langzaam en geleidelijk]
|
|
werken dat de stukken ervan afvliegen
|
[heel hard werken]
|
|
een stukje mee-eten
|
[een hapje mee-eten]
|
|
stukje bij beetje
|
[geleidelijk]
|
|
aan één stuk door
|
[voortdurend]
|
|
het ontbrekende stukje van de puzzel
|
[de oplossing]
|
|
iemand uit één stuk
|
[consequent in zijn opvattingen]
|
|
een stuk duidelijkheid scheppen
|
[enige duidelijkheid]
|
|
op geen stukken na
|
[in het geheel niet]
|
|
een raar stuk vreten
|
[een wonderlijke persoon]
|
|
stukken beter
|
[veel beter]
|
|
stuk voor stuk
|
[allemaal apart]
|
|
per stuk
|
[per exemplaar]
|
|
een stuk of tien
|
[ongeveer tien
|
|
een aangetekend stuk
|
[waarvoor je een ontvangstbewijs moet tekenen]
|
|
een stuk of wat
|
[een paar]
|
|
stukken goedkoper
|
[veel goedkoper]
|
|
op geen stukken na
|
[lang niet]
|
|
aan flarden
|
[helemaal stuk]
|
|
een flard van het gesprek
|
[een klein deeltje ervan]
|
|
een steek onder water
|
[met bedekte woorden iets vervelends zeggen]
|
|
een steek laten vallen
|
[iets doms doen]
|
|
aan haar is een steekje los
|
[ze is een beetje gek]
|
|
iemand in de steek laten
|
[niet bij hem blijven]
|
|
mijn geheugen laat me in de steek
|
[ik weet het niet meer]
|
|
ik geloof er geen steek van!
|
[helemaal niets]
|
|
aan haar is een steekje los
|
[ze is een beetje gek]
|
|
geen steek uitvoeren
|
[helemaal niets]
|
|
alles wat los en vast zit is weggehaald
|
[alles dus]
|
|
de beer is los [
|
[de narigheid is begonnen]
|
|
er zit een draadje (schroefje) bij hem los
|
[hij is niet goed bij zijn verstand]
|
|
losse handen hebben
|
[veel en gauw slaan]
|
|
iets uit de losse pols doen
|
[met groot gemak]
|
|
op losse schroeven staan
|
[onzeker, twijfelachtig of het doorgaat]
|
|
aan hem is een steekje los
|
[hij is een beetje gek]
|
|
als los zand aan elkaar hangen
|
[zonder samenhang zijn]
|
|
dat was maar een losse opmerking
|
[ik bedoelde er niet iets bijzonders mee]
|
|
een losse kracht
|
[zonder arbeidsovereenkomst]
|
|
een los nummer
|
[dat niet bij een abonnement hoort]
|
|
los van...
|
[afgezien van...]
|
|
zij leven erop los
|
[doen waar ze zin in hebben]
|
|
een losse flodder
|
[munitiepatroon zonder kogel]
|
|
van God los zijn
|
[verderfelijk]
|
|
erop los leven
|
[losbandig zijn]
|
|
aan flarden
|
[helemaal stuk]
|
|
een flard van het gesprek
|
[een klein deeltje ervan]
|
|
de dames gaan in het lang
|
[in een lange jurk]
|
|
iets op de lange baan schuiven
|
[het telkens uitstellen]
|
|
op de lange duur
|
[over een lange tijd gezien]
|
|
aan het langste eind trekken
|
[het uiteindelijk winnen
|
|
een lang gezicht trekken
|
[laten blijken dat je teleurgesteld bent]
|
|
de lange latten
|
[ski's]
|
|
lange tenen hebben
|
[snel beledigd zijn]
|
|
lange vingers hebben
|
[stelen]
|
|
we hebben er lang en breed over gesproken
|
[heel uitvoerig]
|
|
aan hem kun je een voorbeeld nemen
|
[proberen het net zo goed te doen]
|
|
het goede voorbeeld geven
|
[laten zien hoe het moet]
|
|
bijvoorbeeld
|
[ik geef dat als voorbeeld]
|
|
hem kort houden
|
[hem niet veel toestaan]
|
|
aan het kortste eind trekken
|
[uiteindelijk verliezen]
|
|
de korte golf
|
[radiogolf met een lengte van 10 tot 100 meter]
|
|
alles kort en klein slaan
|
[in stukken slaan]
|
|
kort en bondig
|
[met weinig woorden]
|
|
van korte duur
|
[wat kort duurt]
|
|
het is kort dag
|
[er is niet veel tijd meer]
|
|
een kort geding
|
[proces voor spoedeisende zaken]
|
|
kort geleden
|
[onlangs]
|
|
binnen de kortste keren
|
[heel snel]
|
|
het kort maken (houden)
|
[snel zeggen wat je wilt]
|
|
kort van memorie zijn
|
[een slecht geheugen hebben]
|
|
korte metten maken met iemand
|
[genadeloos met hem afrekenen]
|
|
tot voor kort
|
[onlangs nog]
|
|
in kort bestek
|
[beknopt]
|
|
kort en goed
|
[direct en zonder omhaal]
|
|
in het kort
|
[met weinig woorden, samengevat]
|
|
kort en krachtig
|
[inleiding op een samenvatting]
|
|
kort van stof zijn
|
[zeer weinig woorden gebruiken]
|
|
in het kort
|
[met weinig woorden]
|
|
tot voor kort
|
[tot een tijdje geleden]
|
|
de dames gaan in het lang
|
[in een lange jurk]
|
|
iets op de lange baan schuiven
|
[het telkens uitstellen]
|
|
op de lange duur
|
[over een lange tijd gezien]
|
|
aan het langste eind trekken
|
[het uiteindelijk winnen
|
|
een lang gezicht trekken
|
[laten blijken dat je teleurgesteld bent]
|
|
de lange latten
|
[ski's]
|
|
iets verkeerd begrijpen
|
[anders opvatten dan het bedoeld is]
|
|
je hebt de verkeerde voor
|
[je ziet me voor iemand anders aan]
|
|
aan het verkeerde adres zijn
|
[niet bij de goede persoon]
|
|
iemand op het verkeerde been zetten
|
[door een schijnbeweging iemand in de verkeerde richting laten denken]
|
|
het bij het verkeerde eind hebben
|
[ongelijk hebben]
|
|
in verkeerde handen vallen
|
[bij mensen terechtkomen die je kwaad doen]
|
|
dat is hem in het verkeerde keelgat geschoten
|
[daar is hij boos om]
|
|
koffie verkeerd
|
[met veel warme melk erin]
|
|
verkeerd verbonden zijn
|
[niet het juiste telefoonnummer gekozen hebben]
|
|
hij is van de verkeerde kant
|
[homoseksueel]
|
|
verkeerd om
|
[omgekeerd en daardoor verkeerd]
|
|
de goeden moeten onder de kwaden lijden
|
[de onschuldigen moeten ook mee lijden]
|
|
hij meent het zo kwaad niet
|
[verontschuldiging voor iemand die onaardig doet]
|
|
te kwader trouw zijn
|
[oneerlijk zijn]
|
|
in een kwaad daglicht staan
|
[slecht bekend staan]
|
|
een kwade dronk hebben
|
[agressief zijn als je dronken bent]
|
|
een kwaad geweten hebben
|
[een gevoel van schuld]
|
|
zo goed en zo kwaad als het gaat
|
[zo goed als in deze situatie mogelijk is]
|
|
aan iemand een kwaaie hebben
|
[een geduchte tegenstander]
|
|
hij is de kwaadste niet
|
[hij is best vriendelijk]
|
|
met hem is het kwaad kersen eten
|
[met hem kun je beter niet te maken krijgen]
|
|
de kwaaie pier zijn
|
[altijd de schuld krijgen]
|
|
de kwaaie pier zijn
|
[altijd de schuld krijgen]
|
|
kwaad bloed zetten
|
[boosheid opwekken]
|
|
iemand een kwaad hart toedragen
|
[gunstig over hem denken]
|
|
kwade tongen beweren....
|
[roddelaars vertellen...]
|
|
kwade tijden
|
[tijden vol tegenspoed]
|
|
aan iets ten prooi vallen
|
[erdoor verwoest worden]
|
|
de aandacht trekken
|
[zorgen dat ze je zien]
|
|
het toneelstuk trekt veel publiek
|
[veel mensen willen het zien]
|
|
dat trekt mij niet
|
[dat vind ik niet aantrekkelijk]
|
|
een conclusie trekken
|
[zeggen wat je mening over het onderwerp is]
|
|
een lijn trekken
|
[tekenen]
|
|
het trekt
|
[het tocht]
|
|
aan je trekken komen
|
[krijgen wat je nodig hebt of hebben wilt]
|
|
van wal steken
|
[beginnen]
|
|
tussen wal en schip terechtkomen
|
[het een noch het ander krijgen, alles mislopen]
|
|
hem van de wal in de sloot helpen
|
[nog meer moeilijkheden bezorgen]
|
|
aan lager wal raken
|
[in armoedige omstandigheden terechtkomen]
|
|
de beste stuurlui staan aan wal
|
[het is gemakkelijk om kritiek te geven als je het zelf niet hoeft te doen]
|
|
van twee walletjes eten
|
[beide partijen steunen en daarvan profiteren]
|
|
ergens een wal tegen opwerpen
|
[een onwenselijke ontwikkeling verhinderen]
|
|
het walletje moet bij het schuurtje blijven
|
[met moet niet overdrijven]
|
|
wallen onder je ogen
|
[donkere kringen door te weinig slaap]
|
|
hem tegen het lijf lopen
|
[hem tegenkomen]
|
|
dat heeft niets om het lijf
|
[dat betekent niets]
|
|
dat is hem op het lijf geschreven
|
[past precies bij hem]
|
|
gezond van lijf en leden
|
[helemaal gezond]
|
|
blijf van mijn lijf!
|
[raak me niet aan!]
|
|
iemand te lijf gaan
|
[met hem gaan vechten]
|
|
geen hemd aan het lijf hebben
|
[straatarm zijn]
|
|
iemand het hemd van het lijf vragen
|
[uithoren]
|
|
in levenden lijve
|
[in persoon, in werkelijkheid]
|
|
iemand de stuipen op het lijf jagen
|
[erg laten schrikken]
|
|
aan mijn lijf geen polonaise
|
[ik heb geen zin in ingewikkelde toestanden]
|
|
het vege lijf redden
|
[er levend af komen]
|
|
het hemd is nader dan de rok
|
[je doet eerder iets voor familie dan voor vreemden]
|
|
aan moeders rokken hangen
|
[niet zelfstandig zijn]
|
|
aan tafel!
|
[jullie moeten komen eten]
|
|
we gaan aan tafel
|
[we gaan eten]
|
|
we zullen eens om de tafel gaan zitten
|
[overleggen hoe het probleem opgelost moet worden]
|
|
het ter tafel brengen
|
[erover gaan praten]
|
|
het onder tafel vegen
|
[het onbelangrijk vinden]
|
|
scheiden van tafel en bed
|
[apart gaan wonen terwijl je niet officieel gescheiden bent]
|
|
iemand een zetje in de goede richting geven
|
[hem helpen]
|
|
een goede zet
|
[slimme daad, of rake opmerking]
|
|
aan zet zijn
|
[aan de beurt zijn]
|
|
het lag op mijn lippen
|
[ik wilde het net zeggen]
|
|
je lippen erbij aflikken
|
[ervan genieten omdat het lekker is]
|
|
aan zijn lippen hangen
|
[aandachtig naar hem luisteren]
|
|
op zijn lippen bijten
|
[proberen je emoties niet te laten zien]
|
|
iets niet over je lippen kunnen krijgen
|
[het niet kunnen zeggen]
|
|
het water staat hem tot de lippen
|
[de nood is erg groot geworden]
|
|
iemand op zijn lip zitten
|
[hem op een hinderlijke manier in de gaten houden, dichtbij hem zitten]
|
|
een verzoek doen
|
[iets vragen]
|
|
op verzoek van de leerlingen
|
[de leerlingen vragen erom]
|
|
aan zijn verzoek voldoen
|
[doen wat hij wenst]
|
|
een boom van een vent
|
[een grote stevige man]
|
|
hoge bomen vangen veel wind
|
[wie belangrijk is, krijgt veel kritiek]
|
|
door de bomen het bos niet zien
|
[door de details het geheel niet zien]
|
|
aan zijn vruchten kent men de boom
|
[aan zijn daden kent men de mens]
|
|
de bomen groeien niet tot in de hemel
|
[de mogelijkheden zijn niet onbeperkt]
|
|
oude bomen moet je niet verplanten
|
[oude mensen kunnen beter niet verhuizen]
|
|
aan de vruchten kent men de boom
|
[men kent de mens aan wat hij doet]
|
|
de appel valt niet ver van de boom
|
[kinderen lijken meestal op hun ouders]
|
|
omdraaien als een blad aan een boom
|
[je ineens heel anders gaan gedragen]
|
|
je kunt de boom in!
|
[ik weiger het echt]
|
|
een boom omzagen
|
[hard snurken]
|
|
aangehouden worden door de politie
|
[gearresteerd worden]
|
|
aangevreten producten
|
[waar stukjes afgebeten zijn]
|
|
aanval is de beste verdediging
|
[je kunt beter zelf aanvallen dan afwachten]
|
|
daar sta ik van te kijken
|
[daar ben ik verbaasd over]
|
|
ach jongen, jij komt pas kijken
|
[jij weet nog niet veel]
|
|
laat naar je kijken!
|
[je vertelt onzin]
|
|
boos kijken
|
[een boos gezicht trekken]
|
|
kijk, volgens mij zit het zo
|
[let op, volgens mij zit het zo]
|
|
hij kijkt niet zo nauw
|
[hij is niet zo precies of fijngevoelig]
|
|
tot kijk
|
[tot ziens]
|
|
zo kun je niet over straat
|
[naar buiten]
|
|
hij kwam op straat te staan
|
[werd dakloos, had geen woning meer]
|
|
dat past precies in zijn straatje
|
[dat past bij zijn opvattingen en plannen]
|
|
er moet meer blauw op straat komen
|
[meer politie]
|
|
ach, je bent van de straat
|
[je hebt iets te doen]
|
|
dat nieuwtje ligt op straat
|
[is algemeen bekend]
|
|
niet van de straat zijn
|
[hoog ontwikkeld of erg rijk zijn]
|
|
op straat staan
|
[geen huis hebben]
|
|
sterke longen hebben
|
[niet gauw buiten adem raken]
|
|
sterk staan
|
[een positie hebben die niet gemakkelijk aan te vallen is]
|
|
zich ergens sterk voor maken
|
[er je best voor doen]
|
|
per slot van rekening ben ik de oudste
|
[ik ben immers de oudste]
|
|
ten slotte gingen we een patatje halen
|
[als laatste deden we dat]
|
|
de deur is op slot
|
[afgesloten]
|
|
zijn fiets op slot zetten
|
[afsluiten]
|
|
achter slot en grendel
|
[in de gevangenis]
|
|
het is achter de rug
|
[het is voorbij]
|
|
achter zijn rug om
|
[zonder dat hij er van weet
|
|
hem de rug toekeren
|
[niets van hem willen weten]
|
|
ik heb een brede rug
|
[ik kan veel verdragen]
|
|
de rug van een boek
|
[waar de bladen aan elkaar vast zitten]
|
|
de rug van je hand
|
[de bovenkant]
|
|
de rug van een stoel
|
[waar je met je rug tegenaan zit]
|
|
het was een dolkstoot in zijn rug
|
[een verraderlijke aanval]
|
|
door je rug gaan
|
[je vertillen]
|
|
met de rug tegen de muur staan
|
[geen oplossing meer weten]
|
|
een natte rug hebben
|
[hard gewerkt hebben]
|
|
met de rug tegen de muur staan
|
[geen oplossing meer weten]
|
|
een natte rug hebben
|
[hard gewerkt hebben]
|
|
ik heb geen ogen in mijn rug
|
[ik had dat onmogelijk kunnen zien]
|
|
een open ruggetje
|
[open ruggenmerg bij pasgeboren baby]
|
|
over de ruggen van...
|
[misbruik makend van...]
|
|
iets de rug toekeren
|
[je er niet meer mee bezighouden]
|
|
iets de rug toekeren
|
[je er niet meer mee bezighouden]
|
|
het water loopt hem langs de rug
|
[hij zweet erg]
|
|
achterop raken
|
[het tempo niet kunnen bijhouden]
|
|
in actieve dienst
|
[in functie]
|
|
iemand op non-actief stellen
|
[hem verbieden zijn werk te doen]
|
|
actief kiesrecht
|
[recht om te stemmen]
|
|
actieve euthanasie
|
[de dood bespoedigen door het toedienen van medicijnen]
|
|
actieve euthanasie
|
[middelen toedienen om iemand te laten sterven]
|
|
passieve euthanasie
|
[geen middelen toedienen om iemand in leven te houden]
|
|
in actieve dienst
|
[in functie]
|
|
iemand op non-actief stellen
|
[hem verbieden zijn werk te doen]
|
|
actief kiesrecht
|
[recht om te stemmen]
|
|
actieve euthanasie
|
[de dood bespoedigen door het toedienen van medicijnen]
|
|
het moet al gek gaan als ...
|
[het is bijna zeker]
|
|
gek genoeg
|
[commentaar dat verbazing uitdrukt]
|
|
doe maar gewoon, dan doe je gek genoeg
|
[gedraag je niet anders dan anderen
|
|
je zou gek staan te kijken...
|
[stomverbaasd zijn]
|
|
hoe ouder hoe gekker
|
[wordt gezegd als oudere mensen iets bijzonders doen]
|
|
op de gekste tijden
|
[op tijdstippen waarop je het niet zou verwachten]
|
|
ik ben me daar gek!
|
[ik denk er niet over om dat te doen]
|
|
gek van angst
|
[buiten zichzelf]
|
|
het is om gek van te worden
|
[ergerlijk en vermoeiend]
|
|
zich gek zoeken naar iets
|
[er overal naar lopen te zoeken]
|
|
ben je gek!
|
[verontwaardigde reactie als iemand iets zegt wat onwaarschijnlijk is]
|
|
zo gek als een deur
|
[helemaal geschift]
|
|
díe is gek!
|
[schamper commentaar als iemand iets gevaarlijks doet]
|
|
hij is niet zo gek als hij eruitziet
|
[plagerig commentaar als iemand plotseling iets slims doet]
|
|
geen gek figuur slaan
|
[een goede indruk maken]
|
|
het is te gek om los te lopen
|
[het is al te dwaas]
|
|
dat is lang niet gek!
|
[tamelijk goed]
|
|
dat is te gek!
|
[geweldig!]
|
|
ik ben gek op Hema-worst
|
[ik ben er dol op]
|
|
Adam was gek op Eva
|
[hield veel van haar]
|
|
ergens gek mee zijn
|
[er veel van houden]
|
|
er schuilt een addertje onder het gras
|
[pas op, er zit een gevaar of een boze opzet onder]
|
|
als door een adder gebeten
|
[heel fel]
|
|
adder!
|
[venijnig persoon]
|
|
af en aan lopen
|
[heen en weer lopen]
|
|
af! (tegen honden)
|
[ga liggen]
|
|
je bent af
|
[je hebt het spel verloren]
|
|
afgaan
|
[dom lijken, een slecht figuur slaan]
|
|
goed af zijn
|
[boffen]
|
|
af en aan lopen
|
[heen en weer lopen]
|
|
af! (tegen honden)
|
[ga liggen]
|
|
we zijn weer terug bij af
|
[we zijn weer net zover als toen we begonnen]
|
|
je bent af
|
[je hebt het spel verloren]
|
|
goed af zijn
|
[boffen]
|
|
af en aan lopen
|
[heen en weer lopen]
|
|
af! (tegen honden)
|
[ga liggen]
|
|
we zijn weer terug bij af
|
[we zijn weer net zover als toen we begonnen]
|
|
je bent af
|
[je hebt het spel verloren]
|
|
afgaan
|
[dom lijken, een slecht figuur slaan]
|
|
goed af zijn
|
[boffen]
|
|
afbrekende kritiek
|
[negatieve kritiek, waar je niets aan hebt]
|
|
af en aan lopen
|
[heen en weer lopen]
|
|
af! (tegen honden)
|
[ga liggen]
|
|
we zijn weer terug bij af
|
[we zijn weer net zover als toen we begonnen]
|
|
je bent af
|
[je hebt het spel verloren]
|
|
afgaan
|
[dom lijken, een slecht figuur slaan]
|
|
goed af zijn
|
[boffen]
|
|
afgemeten spreken
|
[met korte zinnetjes]
|
|
afgewerkte olie
|
[die niet meer bruikbaar is]
|
|
afrekenen graag!
|
[verzoek om te mogen betalen]
|
|
Ajax voetbalt tegen Feijenoord
|
[deze clubs zijn elkaars tegenstander]
|
|
tegen zijn wens
|
[hij wil het niet]
|
|
hij heeft het tegen wil en dank gedaan
|
[hoewel hij het eigenlijk niet wilde]
|
|
ik heb er niets op tegen
|
[ik vind het prima]
|
|
ik kan er niet tegen
|
[ik vind het heel vervelend]
|
|
tien tegen één dat ....
|
[er is een hele grote kans op]
|
|
je iets tegen eten
|
[er zoveel van eten dat je het niet meer lust]
|
|
tegen alle verwachting
|
[niemand had het verwacht]
|
|
al draagt een aap een gouden ring, het is en blijft een lelijk ding
|
[wat in wezen lelijk is, zal nooit mooi worden]
|
|
voor aap staan
|
[voor gek staan]
|
|
daar komt de aap uit de mouw
|
[nu blijkt wat er echt gebeurd is]
|
|
in de aap gelogeerd zijn
|
[in moeilijkheden zijn]
|
|
als apen hoger klimmen willen, ziet men gauw hun blote billen
|
[wie zich beter voordoet dan hij is, valt een keer door de mand]
|
|
zich een aap lachen
|
[heel erg moeten lachen]
|
|
al draagt een aap een gouden ring, het is en blijft een lelijk ding
|
[je wordt niet mooier van chique kleren of sieraden]
|
|
een aangeklede aap
|
[iemand die erg opzichtig gekleed is]
|
|
een aap van een jongen
|
[een deugniet]
|
|
zich een aap schrikken
|
[heel erg schrikken]
|
|
voor aap staan
|
[je belachelijk maken]
|
|
iemand voor aap zetten
|
[hem in het openbaar belachelijk maken]
|
|
het bijltje erbij neergooien
|
[het opgeven, ermee stoppen]
|
|
voor de bijl gaan
|
[verliezen]
|
|
de botte bijl hanteren
|
[harde maatregelen nemen]
|
|
al eerder met dit bijltje gehakt hebben
|
[ervaring hebben]
|
|
kop op!
|
[houd moed!]
|
|
een kop als een boei
|
[een vuurrood hoofd]
|
|
de kop indrukken
|
[ervoor zorgen dat het geen kans krijgt]
|
|
een verhaal met kop noch staart
|
[onbegrijpelijk]
|
|
op de kop af
|
[precies]
|
|
een bord voor je kop hebben
|
[niet zien wat voor iedereen duidelijk is]
|
|
je niet op je kop laten zitten
|
[niet alles goedvinden]
|
|
je kop in het zand steken
|
[jezelf voor de gek houden]
|
|
dat zal me de kop niet kosten
|
[dat kan ik wel betalen]
|
|
de hele zaal stond op zijn kop
|
[alles lag door elkaar, niemand bleef op zijn stoel]
|
|
kopjes geven
|
[een kat die met zijn kop ergens langs strijkt]
|
|
de kop opsteken
|
[zich opnieuw vertonen]
|
|
al ga je op je kop staan!
|
[je zult je zin niet krijgen]
|
|
iemand op zijn kop geven
|
[hem berispen, een standje geven]
|
|
iemand een kopje kleiner maken
|
[hem doden, verslaan]
|
|
de kolder in de kop krijgen
|
[onhandelbaar worden]
|
|
wat hij in zijn kop heeft, heeft hij niet in zijn kont
|
[hij geeft niet gauw op]
|
|
met je kop tegen de muur lopen
|
[niet bereiken wat je wilt]
|
|
iets in je kop stampen
|
[het met moeite in je geheugen opnemen]
|
|
de koppen tellen
|
[de aanwezigen]
|
|
zaagsel in zijn kop hebben
|
[dom zijn, niets begrijpen]
|
|
je niet op je kop laten zitten
|
[niet alles goedvinden]
|
|
hou die doos niet op zijn kop!
|
[ondersteboven]
|
|
over de kop slaan
|
[ondersteboven vallen]
|
|
op zijn kop
|
[ondersteboven]
|
|
koplamp
|
[lamp die voorop de fiets of de auto zit]
|
|
over de kop gaan
|
[failliet gaan]
|
|
de spijker op de kop slaan
|
[zeggen waar het precies om gaat]
|
|
iets bij de kop vatten
|
[eraan beginnen]
|
|
een leugentje om bestwil
|
[een kleine leugen om iemand te helpen]
|
|
al is de leugen nog zo snel, de waarheid achterhaalt haar wel
|
[de waarheid wordt toch ontdekt]
|
|
klein geld
|
[munten]
|
|
groot geld
|
[bankpapier]
|
|
voor half geld
|
[voor de halve prijs]
|
|
geld opnemen
|
[geld bij de bank of het postkantoor halen]
|
|
hij zwemt in het geld
|
[is erg rijk]
|
|
dat doe ik voor geen geld!
|
[absoluut niet]
|
|
voor hetzelfde geld was het anders
|
[het had net zo goed anders kunnen zijn]
|
|
met geld smijten
|
[veel geld uitgeven]
|
|
het geld groeit me niet op de rug
|
[ik ben niet zo rijk dat ik dat zomaar kan betalen]
|
|
geld over de balk gooien
|
[verspillen]
|
|
geld stinkt niet
|
[het is niet belangrijk hoe je aan je geld komt]
|
|
veel geld in het laatje brengen
|
[veel opleveren]
|
|
je geld of je leven!
|
[uitroep bij een overval]
|
|
van je geld leven
|
[niet meer hoeven werken]
|
|
iets te gelde maken
|
[het verkopen]
|
|
geld dat stom is, maakt recht wat krom is
|
[geld maakt ook onrecht goed]
|
|
al kreeg ik geld toe!
|
[schampere opmerking als je iets echt niet wilt]
|
|
het geldt brandt hem in de zak
|
[hij wil het heel graag uitgeven]
|
|
geld zoekt geld
|
[wie geld bezit, krijgt er gemakkelijk geld bij]
|
|
eieren kiezen voor je geld
|
[je noodgedwongen met minder tevreden stellen]
|
|
voor half geld
|
[voor de helft van wat anderen moeten betalen]
|
|
dat is geen geld
|
[heel goedkoop]
|
|
het voor geen geld willen missen
|
[beslist niet]
|
|
geld speelt geen rol
|
[het doet er niet toe wat het kost]
|
|
alle waar is naar zijn geld
|
[wat goedkoop is, kan niet goed zijn]
|
|
de dames gaan in het lang
|
[in een lange jurk]
|
|
iets op de lange baan schuiven
|
[het telkens uitstellen]
|
|
op de lange duur
|
[over een lange tijd gezien]
|
|
aan het langste eind trekken
|
[het uiteindelijk winnen]
|
|
een lang gezicht trekken
|
[laten blijken dat je teleurgesteld bent]
|
|
de lange latten
|
[ski's]
|
|
lange tenen hebben
|
[snel beledigd zijn]
|
|
lange vingers hebben
|
[stelen]
|
|
het is zo lang als het breed is
|
[het komt op hetzelfde neer]
|
|
we hebben er lang en breed over gesproken
|
[heel uitvoerig]
|
|
hij zal het niet lang meer maken
|
[hij leeft nog maar kort]
|
|
ze heeft erg lang werk
|
[ze doet er een hele tijd over]
|
|
werk je daar al lang?
|
[al een tijd?]
|
|
een lange adem hebben
|
[iets lange tijd volhouden]
|
|
een zaak van lange adem
|
[die lange tijd blijft bestaan]
|
|
hoe langer hoe beter
|
[steeds beter]
|
|
al lang en breed
|
[al lang]
|
|
eerlijk duurt het langst
|
[met bedrog kom je niet ver]
|
|
lang geleden
|
[ver in het verleden]
|
|
we kennen elkaar langer dan vandaag
|
[om aan te geven dat je iemands gedrag goed kunt beoordelen]
|
|
van zijn lang zal z'n leven niet
|
[absoluut nooit]
|
|
hij zal het niet lang meer maken
|
[zal spoedig sterven]
|
|
lang van stof zijn
|
[altijd veel woorden nodig hebben]
|
|
dan kun je lang wachten
|
[spottend commentaar als iemand vergeefs ergens op wacht]
|
|
een lang weekend
|
[waar de maandag en/of de vrijdag bij betrokken is]
|
|
ergens lang werk mee hebben
|
[niet opschieten]
|
|
dat is lang niet slecht
|
[behoorlijk goed]
|
|
ten langen leste
|
[eindelijk]
|
|
met lange tanden eten
|
[met tegenzin]
|
|
een brede rug hebben
|
[veel kritiek kunnen verdragen]
|
|
een brede scheiding hebben
|
(bij mannen) [kaal zijn]
|
|
brede schouders hebben
|
[veel kunnen verdragen]
|
|
wie het breed heeft, laat het breed hangen
|
[wie veel bezit, kan veel uitgeven]
|
|
het niet breed hebben
|
[arm zijn]
|
|
al lang en breed
|
[al lang]
|
|
het er lang en breed over gehad hebben
|
[uitgebreid besproken hebben]
|
|
voor een breed publiek
|
[van veel verschillende mensen]
|
|
het breed uitmeten
|
[overdreven voorstellen]
|
|
wij hebben het niet breed
|
[wij hebben niet veel geld]
|
|
wie het breed heeft, laat het breed hangen
|
[wie veel geld heeft, kan veel uitgeven]
|
|
iedere gek heeft z'n gebrek
|
[niemand is volmaakt]
|
|
iemand voor de gek houden
|
[voor de grap tegen hem liegen]
|
|
een jongensgek
|
[een meisje dat dol is op jongens]
|
|
voor gek staan
|
[jezelf belachelijk maken]
|
|
één gek kan meer vragen dan tien wijzen kunnen beantwoorden
|
[er zijn vragen waarop je geen zinnig
|
|
één gek kan meer vragen dan tien wijzen kunnen beantwoorden
|
[er zijn vragen waarop je geen zinnig antwoord kunt geven]
|
|
al te goed is buurmans gek
|
[wees niet te behulpzaam, want mensen maken daar misbruik van]
|
|
iedere gek heeft z'n gebrek
|
[niemand is volmaakt]
|
|
zoveel als de gek ervoor geeft
|
[zoveel als iemand wil bieden]
|
|
één gek kan meer vragen, dan tien wijzen kunnen beantwoorden
|
[op veel vragen is geen verstandig antwoord mogelijk]
|
|
als een pijl uit de boog wegrennen
|
[heel snel]
|
|
nog meer pijlen op je boog hebben
|
[nog meer plannetjes]
|
|
al zijn pijlen verschoten hebben
|
[geen argumenten meer hebben]
|
|
alarm slaan
|
[doorgeven dat er gevaar is]
|
|
loos alarm
|
[een waarschuwing terwijl er niets aan de hand is]
|
|
alarmerend nieuws
|
[verontrustend nieuws]
|
|
alert zijn op iets
|
[erop gespitst zijn]
|
|
het voorstel is met algemene stemmen aangenomen
|
[niemand was ertegen]
|
|
het is algemeen bekend
|
[iedereen weet het]
|
|
algemeen kiesrecht
|
[voor en van iedereen]
|
|
het algemeen klassement
|
[overzicht van het totale resultaat]
|
|
Algemeen Beschaafd Nederlands
|
[de taal die in het hele taalgebied te gebruiken is]
|
|
met algemene stemmen iets aannemen
|
[iedereen is het ermee eens]
|
|
de algemene middelen
|
[belastinggelden die geen speciale bestemming hebben]
|
|
in algemene termen spreken
|
[niet over de details]
|
|
in het algemeen, over het algemeen
|
[meestal, doorgaans]
|
|
alle beetjes helpen
|
[het is niet gauw te weinig]
|
|
moeilijk lopen
|
[slecht lopen]
|
|
een moeilijke jongen
|
[lastig, onhandelbaar]
|
|
doe niet zo moeilijk!
|
[werk eens een beetje mee]
|
|
maak het jezelf niet zo moeilijk
|
[vat het niet zo zwaar op]
|
|
alle begin is moeilijk
|
[aanmoediging als iemand iets moeilijk vindt]
|
|
het er moeilijk mee hebben
|
[het slecht kunnen verwerken]
|
|
iemand in een moeilijk parket brengen
|
[het hem moeilijk maken]
|
|
alle duivels uit de hel vloeken
|
[heel erg vloeken]
|
|
het is kermis in de hel
|
[dat zeg je wanneer de zon schijnt en het regent]
|
|
iets voor de poorten van de hel wegslepen
|
[met grote moeite nog net redden]
|
|
het stinkt er als de hel
|
[heel erg]
|
|
de weg naar de hel is geplaveid met goede voornemens
|
[goede voornemens worden meestal niet uitgevoerd]
|
|
de hel breekt los
|
[de situatie is onhoudbaar geworden]
|
|
van de hel in de hemel komen
|
[opnieuw een deel van leven krijgen]
|
|
daar zal ik een stokje voor steken
|
[dat zal ik verhinderen]
|
|
hij krijgt het met iedereen aan de stok
|
[heeft met iedereen ruzie]
|
|
je krijgt mij daar met geen stok naar toe
|
[ik ga absoluut niet]
|
|
dat is een stok achter de deur
|
[iets vervelends waarmee je hem aan kunt sporen]
|
|
iemand een stok tussen de benen steken
|
[zijn plannen verhinderen]
|
|
alle gekheid op een stokje
|
[nu is het afgelopen met grappig doen]
|
|
wie een hond wil slaan, vindt licht een stok
|
[wie kwaad wil, vindt altijd wel een reden]
|
|
met de kippen op stok gaan
|
[vroeg naar bed gaan]
|
|
met geen stok
|
[op geen enkele wijze]
|
|
van je stokje gaan
|
[flauwvallen]
|
|
het dek opschudden
|
[de dekens en lakens]
|
|
alle hens aan dek!
|
[oproep om allemaal te komen helpen]
|
|
ik heb geen mens gezien
|
[niemand dus]
|
|
grote mensen
|
[volwassenen]
|
|
zij komt niet onder de mensen
|
[ontmoet geen anderen]
|
|
we gaan de inwendige mens versterken
|
[iets eten]
|
|
daar heb ik mijn mensen voor
|
[mijn medewerkers]
|
|
zij is geen mens voor kantoor
|
[daar is zij niet geschikt voor]
|
|
hij is een nachtmens
|
[werkt het liefst 's nachts]
|
|
ik ben ook maar een mens!
|
[verontschuldiging voor zwakheden]
|
|
de mens wikt, God beschikt
|
[het kan wel eens heel anders lopen dan je denkt]
|
|
onder de mensen komen
|
[mensen ontmoeten]
|
|
je hebt mensen en potloden
|
[berustend commentaar als iemand onhandig is geweest]
|
|
een mens van vlees en bloed
|
[met lichamelijke begeerten en zwakheden]
|
|
de Zoon des Mensen
|
[Jezus Christus]
|
|
je neus stoten
|
[afgewezen worden]
|
|
je neus ervoor ophalen
|
[het minderwaardig vinden]
|
|
hem met zijn neus op de feiten drukken
|
[laten zien hoe het werkelijk zit]
|
|
de neuzen tellen
|
[tellen hoeveel mensen er zijn]
|
|
er met je neus bovenop staan
|
[er vlakbij staan]
|
|
met je neus kijken
|
[niet goed zoeken]
|
|
uit je neus zitten eten
|
[niets doen]
|
|
je neus in de wind steken
|
[ergens trots op zijn]
|
|
op je neus kijken
|
[teleurgesteld zijn omdat het tegenvalt]
|
|
overal zijn neus in steken
|
[zich overal mee bemoeien]
|
|
een frisse neus halen
|
[bij koud weer buiten lopen]
|
|
geen knip voor zijn neus waard zijn
|
[nergens goed voor zijn, nergens voor deugen]
|
|
m'n neus!
|
[kom nou, dat is onzin]
|
|
iemand bij de neus nemen
|
[hem voor de gek houden, bedriegen]
|
|
dat komt me de neus uit
|
[daar heb ik schoon genoeg van]
|
|
iemand iets door de neus boren
|
[niet betalen wat men hem schuldig is]
|
|
plotseling voor iemands neus staan
|
[hem onverwacht ontmoeten]
|
|
de deur voor zijn neus dichtdoen
|
[terwijl hij er vlak voor staat]
|
|
dat gaat je neus voorbij
|
[daar krijg je niets van]
|
|
iemand iets onder de neus wrijven
|
[hem vertellen wat hij verkeerd deed]
|
|
dat zal ik je niet aan je neus hangen
|
[niet vertellen]
|
|
iets langs zijn neus weg zeggen
|
[terloops, alsof het niet belangrijk is]
|
|
doen alsof je neus bloedt
|
[alsof je van niets weet]
|
|
zijn neus krult
|
[hij is blij over een compliment]
|
|
iemand de pen op de neus zetten
|
[hem waarschuwen dat hij zich beter moet gedragen]
|
|
alle neuzen wijzen dezelfde kant op
|
[iedereen heeft dezelfde mening]
|
|
bleek om de neus worden
|
[ergens heel bang voor zijn]
|
|
niet verder kijken dan je neus lang is
|
[niet goed nadenken]
|
|
iemand iets door de neus boren
|
[verhinderen dat hij het krijgt]
|
|
met de neus in de boter vallen
|
[het goed treffen]
|
|
het deksel op je neus krijgen
|
[gestraft worden als je te begerig bent]
|
|
het ligt voor je neus
|
[vlak voor je]
|
|
iemand de pin op de neus zetten
|
[zo onder druk zetten dat hij gehoorzaamt]
|
|
dat is een wassen neus
|
[stelt niets voor]
|
|
het neusje van de zalm
|
[het fijnste, het beste]
|
|
een fijne neus voor iets hebben
|
[intuïtief iets opmerken]
|
|
een scherpe neus hebben
|
[goed kunnen ruiken]
|
|
alle registers opentrekken
|
[je uiterste best doen om te laten zien hoe goed je iets kunt]
|
|
alle remmen losgooien
|
[je helemaal laten gaan]
|
|
op de rem gaan staan
|
[krachtig remmen]
|
|
aan de rem trekken
|
[een ontwikkeling afremmen]
|
|
een gevoelige snaar raken
|
[over een pijnlijk onderwerp beginnen]
|
|
alle snaren zijn gespannen
|
[alles is voorbereid]
|
|
alles op haren en snaren zetten
|
[alles doen om je doel te bereiken]
|
|
alle stoppen slaan door bij hem
|
[hij verliest zijn zelfbeheersing]
|
|
een sanitaire stop
|
[een pauze om naar de wc te gaan]
|
|
alle stoppen zijn doorgeslagen
|
[hij is gek geworden]
|
|
goede waar verkoopt zichzelf
|
[wat goed is, heeft geen aanbeveling nodig]
|
|
alle waar is naar zijn geld
|
[goedkope spullen zijn vaak niet goed]
|
|
waar voor je geld krijgen
|
[goede spullen krijgen]
|
|
alle zeilen bijzetten
|
[alle middelen gebruiken]
|
|
met opgestoken zeil
|
[kwaad]
|
|
onder zeil gaan
|
[gaan slapen]
|
|
een oogje in het zeil houden
|
[toezicht houden]
|
|
iemand de wind uit de zeilen nemen
|
[gaat doen wat hij ook wilde gaan doen]
|
|
er alleen voor staan [
|
[het zonder hulp van anderen moeten stellen]
|
|
alleen op de wereld zijn
|
[zonder familie en vrienden]
|
|
het niet alleen af kunnen
|
[hulp nodig hebben]
|
|
het alleen klaren
|
[het zonder hulp van anderen redden]
|
|
allerhande
|
[soort luxe koekjes]
|
|
allerlei praatjes doen de ronde
|
[worden verspreid]
|
|
oud en nieuw
|
[de jaarwisseling]
|
|
een oude vlam
|
[een vroegere geliefde]
|
|
een oude wond
|
[verdriet uit het verleden]
|
|
de oude garde
|
[de groep die oude tradities vertegenwoordigt]
|
|
een ouwe getrouwe
|
[iemand die al lang in dienst is]
|
|
dat is ouwe koek
|
[niets nieuws]
|
|
alles bij het oude laten
|
[niets veranderen]
|
|
het is weer het oude liedje
|
[verzuchting als iets vele malen opnieuw gebeurt]
|
|
iemand van de oude stempel
|
[een conservatief iemand]
|
|
op de oude voet doorgaan
|
[op dezelfde manier als vroeger]
|
|
iets uit de oude doos
|
[iets ouderwets]
|
|
een oude kous (sok) hebben
|
[spaargeld hebben]
|
|
oude liefde roest niet
|
[vroegere verliefdheden gaan nooit helemaal over]
|
|
dat is oud nieuws
|
[allang bekend]
|
|
je moet geen oude schoenen weggooien voordat je nieuwe hebt
|
[iets niet wegdoen voordat je iets beters hebt]
|
|
oude talen
|
[Latijn en Grieks]
|
|
zo oud als de weg naar Kralingen (Rome)
|
[heel oud]
|
|
dat is oud zeer
|
[iets wat al heel lang verdriet veroorzaakt]
|
|
oude bomen moet je niet verplanten
|
[oude mensen kunnen beter niet verhuizen]
|
|
zorgen voor de oude dag
|
[sparen voor later, als men oud is]
|
|
ouden van dagen
|
[bejaarden]
|
|
hoe ouder hoe gekker
|
[wordt gezegd als oude mensen zich aanstellen]
|
|
jong en oud
|
[iedereen]
|
|
jong geleerd, oud gedaan
|
[wat je in je jeugd leert, geeft je je hele leven voordeel]
|
|
zoals de ouden zongen, piepen de jongen
|
[kinderen lijken in hun gedrag vaak op hun ouders]
|
|
zo oud als Methusalem
|
[hoogbejaard]
|
|
een ouwe snoeper
|
[iemand met veel oog voor vrouwelijk schoon]
|
|
een ouwe vrijster
|
[een zure, ongehuwde oudere vrouw]
|
|
hij is oud en wijs genoeg
|
[hij heeft er genoeg wijsheid en levenservaring voor]
|
|
een wens doen
|
[zeggen wat je graag zou willen]
|
|
zijn wens vervullen
|
[geven wat hij graag wil]
|
|
de beste wensen
|
[ik wens u heel veel goeds]
|
|
alles gaat naar wens
|
[zoals het moet]
|
|
de wens is de vader van de gedachte
|
[het gebeurt omdat je graag wilt dat het gebeurt]
|
|
alles gaat naar wens
|
[zoals we het willen]
|
|
ik heet naar mijn oma
|
[net zoals zij]
|
|
naar het zich laat aanzien
|
[het lijkt erop]
|
|
laten we wel wezen [
|
[laten we eerlijk wezen]
|
|
het wel en wee [
|
[de goede en slechte dingen die men meemaakt]
|
|
zich er wel bij bevinden
|
[zich er goed bij voelen]
|
|
alles goed en wel... [
|
[laat dat zo zijn, maar...]
|
|
er wel bij varen
|
[er voordeel van hebben]
|
|
laten we wel wezen
|
[inleiding op een vervelende, maar eerlijke
|
|
alles in het nette [
|
[zonder dat iemand zich ergens aan stoort]
|
|
werk in uitvoering [
|
[hier wordt gewerkt]
|
|
alles in het werk stellen om ...
|
. [al het mogelijke doen]
|
|
zij heeft lang werk [
|
[doet er lang over]
|
|
er werk van maken
|
[je ervoor inspannen]
|
|
er is werk aan de winkel
|
[er is veel te doen]
|
|
het vuile werk opknappen
|
[het moeilijkste of vervelendste doen]
|
|
half werk leveren
|
[het niet goed doen]
|
|
het is geen aangenomen werk!
|
! [je hoeft je niet zo te haasten]
|
|
dat is het betere werk
|
[dat gaat goed]
|
|
veel handen maken licht werk
|
[met wat hulp gaat alles
|
|
dat is onbegonnen werk
|
[onmogelijk]
|
|
goed gereedschap is het halve werk
|
[met goed gereedschap gaat
|
|
geen half werk doen
|
[het keurig, grondig doen]
|
|
omkomen in het werk
|
het erg druk hebben]
|
|
er is veel werk aan de winkel
|
er is veel te doen]
|
|
naar je werk gaan [
|
[naar de plaats waar je werkt]
|
|
dat is afgesproken werk
|
[geen toeval]
|
|
dat is geen werk
|
[geen manier van doen, niet eerlijk]
|
|
een warme kruik [
|
[metalen fles of rubberen zak gevuld met heet
|
|
de kruik gaat zo lang te water tot hij barst
|
uiteindelijk gaat het een keer mis]
|
|
alles is in kannen en kruiken [
|
[alles is in orde]
|
|
alles is naar de bliksem
|
[bedorven, vernield]
|
|
een klein eindje [
|
[een kort stukje]
|
|
ik krijg hem wel klein [
|
[ik win het wel van hem]
|
|
wie het kleine niet eert, is het grote niet weerd
|
[wie niet blij is met iets kleins, is het niet waard iets groots te krijgen]
|
|
het kleinste kamertje
|
[het toilet]
|
|
hij is voor geen kleintje vervaard
|
durft alles aan]
|
|
iemand een kopje kleiner maken
|
[hem doden]
|
|
alles kort en klein slaan [
|
[kapot slaan]
|
|
wat is de wereld toch klein!
|
dat zeg je als je ver van huis vrienden of kennissen tegenkomt]
|
|
daar is hij een kleine jongen bij
|
[vergeleken daarmee is hij onbeduidend]
|
|
de kleine
|
[de baby of de peuter]
|
|
een kleine boodschap doen
|
[plassen, urineren]
|
|
een kleine eter zijn
|
[weinig eten]
|
|
wie het kleine niet eert, is het grote niet weerd
|
[wie niet blij is met iets kleins, verdient geen waardevolle, dure dingen]
|
|
heeft u het niet kleiner?
|
[in munten met een geringere waarde?]
de kleine kas [geld voor dagelijkse uitgaven] |
|
de kleine kas
|
[geld voor dagelijkse uitgaven]
|
|
de kleine kaart
|
[beperkte kaart met eenvoudige gerechten]
|
|
hij is nogal klein van geest
|
[bekrompen]
|
|
een klein jaar
|
bijna een jaar]
|
|
hem kort houden
|
[hem niet veel toestaan]
|
|
aan het kortste eind trekken [
|
[uiteindelijk verliezen]
|
|
de korte golf
|
[radiogolf met een lengte van 10 tot 100 meter]
|
|
alles kort en klein slaan
|
[in stukken slaan]
|
|
kort en bondig
|
[met weinig woorden]
|
|
van korte duur
|
[wat kort duurt]
|
|
het is kort dag
|
[er is niet veel tijd meer]
|
|
een kort geding [
|
[proces voor spoedeisende zaken]
|
|
kort geleden
|
[onlangs]
|
|
binnen de kortste keren
|
[heel snel]
|
|
het kort maken (houden)
|
[snel zeggen wat je wilt]
|
|
kort van memorie zijn
|
[een slecht geheugen hebben]
|
|
korte metten maken met iemand
|
[genadeloos met hem afrekenen]
|
|
op korte termijn
|
[binnenkort]
|
|
tot voor kort
|
[onlangs nog]
|
|
in kort bestek
|
[beknopt]
|
|
kort en goed
|
[direct en zonder omhaal]
|
|
in het kort
|
[met weinig woorden, samengevat]
|
|
kort en krachtig
|
[direct en zonder uit te weiden]
|
|
om kort te gaan [
|
[inleiding op een samenvatting]
|
|
kort van stof zijn
|
[zeer weinig woorden gebruiken]
|
|
in het kort
|
[met weinig woorden]
|
|
tot voor kort
|
[tot een tijdje geleden]
|
|
alles onder één noemer brengen
|
[er één groep van maken]
|
|
hem over de grens zetten
|
[naar de andere kant van de grens brengen]
|
|
het in beweging zetten [
|
[laten bewegen]
|
|
het in elkaar zetten
|
[het heel maken]
|
|
een lelijk gezicht zetten
|
[lelijk kijken]
|
|
het op een lopen zetten [
|
[beginnen hard te lopen]
|
|
alles op alles zetten
|
[doen wat je kunt]
|
|
hij zet alles op het spel
|
[als hij verliest is hij alles kwijt]
|
|
onder water zetten
|
[vol laten lopen tot het onder water staat]
|
|
ik kan haar echt niet zetten
|
[ik vind haar niet aardig, irritant]
|
|
te hoop lopen [
|
[overal vandaan ergens komen]
|
|
alles op een hoop gooien
|
[geen verschil maken]
|
|
op een hoop
|
[dicht op elkaar]
|
|
er is geen hoop meer voor de zieke
|
[hij zal sterven]
|
|
ik heb de hoop opgegeven
|
[denk dat het niet lukt]
|
|
op hoop van zegen
|
[ik hoop dat het lukt, maar ben niet zeker]
|
|
hoop doet leven [
|
[de hoop houdt je op de been]
|
|
leven tussen hoop en vrees
|
[in onzekerheid]
|
|
de duivel schijt altijd op de grootste hoop
|
[mensen die toch al rijk zijn, krijgen er nog meer bij]
|
|
we spelen open kaart
|
[we zeggen precies wat we denken]
|
|
hem in de kaart spelen
|
[hem ongewild bevoordelen]
|
|
alles op één kaart zetten
|
[je geluk van één ding laten afhangen]
|
|
ansichtkaart
|
[kaart die je stuurt als je op vakantie bent]
|
|
trouwkaart
|
[kaart met aankondiging van een huwelijk]
|
|
speelkaart
|
[kaart om het kaartspel mee te spelen]
|
|
dat is geen haalbare kaart
|
[heeft geen kans van slagen]
|
|
de groene kaart
|
[internationaal verzekeringsbewijs]
|
|
de rode kaart
|
[teken van ernstige overtreding waarvoor je het veld wordt uitgestuurd]
|
|
de gele kaart
|
[teken van bestraffing in een voetbalwedstrijd]
|
|
de kaarten zijn geschud
|
[de uitslag ligt vast]
|
|
de kaarten liggen nu anders
|
[de situatie is veranderd]
|
|
zijn kaarten op tafel leggen
|
[zijn bedoelingen onthullen]
|
|
dat is doorgestoken kaart
|
[afgesproken werk]
|
|
open kaart spelen
|
[eerlijk zijn, niets verbergen]
|
|
iemand in de kaart spelen
|
[hem helpen]
|
|
de problemen zijn nog niet in kaart gebracht
|
[nog niet op een rijtje gezet]
|
|
een blinde kaart
|
[zonder plaatsnamen
|
|
iets in kaart brengen
|
[er een overzicht van maken]
|
|
iets op de kaart zetten
|
[zorgen dat het algemeen bekend wordt]
|
|
een stad van de kaart vegen
|
[vernietigen]
|
|
alles op je laten inwerken [tot je
|
laten doordringen]
|
|
alles wat los en vast zit is weggehaald
|
[alles dus]
|
|
de beer is los
|
[de narigheid is begonnen]
|
|
er zit een draadje (schroefje) bij hem los
|
[hij is niet goed bij zijn verstand]
|
|
losse handen hebben
|
[veel en gauw slaan]
|
|
iets uit de losse pols doen
|
[met groot gemak]
|
|
op losse schroeven staan
|
[onzeker, twijfelachtig of het doorgaat]
|
|
aan hem is een steekje los
|
[hij is een beetje gek]
|
|
als los zand aan elkaar hangen
|
[zonder samenhang zijn]
|
|
dat was maar een losse opmerking
|
[ik bedoelde er niet iets bijzonders mee]
|
|
een losse kracht
|
[zonder arbeidsovereenkomst]
|
|
een los nummer
|
[dat niet bij een abonnement hoort]
|
|
los van...
|
[afgezien van...]
|
|
zij leven erop los
|
[doen waar ze zin in hebben]
|
|
hij slaat erop los
|
[slaat hard en wild]
|
|
een losse flodder
|
[munitiepatroon zonder kogel]
|
|
van God los zijn
|
[verderfelijk]
|
|
erop los leven
|
[losbandig zijn]
|
|
groente van de koude grond
|
[niet in de kas gekweekt]
|
|
de begane grond
|
[de onderste woonlaag]
|
|
iets uit de grond stampen
|
[het heel snel maken]
|
|
uit de grond van mijn hart
|
[met volle overtuiging]
|
|
hem te gronde richten
|
[hem vernietigen]
|
|
aan de grond zitten
|
[geen geld meer hebben]
|
|
het van de grond krijgen
|
[erin slagen het te organiseren]
|
|
het met de grond gelijkmaken
|
[het afbreken]
|
|
als aan de grond genageld bleef hij staan
|
[hij kon zich van schrik niet meer bewegen]
|
|
ik ging door de grond
|
[ik schaamde me diep]
|
|
het plan de grond in boren
|
[het afkraken]
|
|
met beide benen op de grond staan
|
[nuchter zijn]
|
|
geen poot aan de grond krijgen
|
[geen enkele kans]
|
|
de grond wordt me te heet onder de voeten
|
[ik ga ervandoor, want
|
|
de grond wordt me te heet onder de voeten
|
[ik ga ervandoor, want het wordt me te riskant]
|
|
stille waters hebben diepe gronden
|
[wie het minst spreekt is vaak het meest interessant]
|
|
uit de grond van mijn hart [
|
[omdat ik het echt meen]
|
|
op grond van
|
[om reden van, wegens]
|
|
een grond van waarheid
|
[een waar element in een bewering]
|
|
in de grond van de zaak
|
[in feite, eigenlijk]
|
|
voor aap staan
|
[voor gek staan]
|
|
daar komt de aap uit de mouw
|
[nu blijkt wat er echt gebeurd is]
|
|
in de aap gelogeerd zijn
|
[in moeilijkheden zijn]
|
|
als apen hoger klimmen willen, ziet men gauw hun blote billen
|
[wie zich beter voordoet dan hij is, valt een keer door de mand]
|
|
zich een aap lachen
|
[heel erg moeten lachen]
|
|
een aangeklede aap
|
[iemand die erg opzichtig gekleed is]
|
|
een aap van een jongen
|
[een deugniet]
|
|
zich een aap schrikken
|
[heel erg schrikken]
|
|
voor aap staan
|
[je belachelijk maken]
|
|
iemand voor aap zetten
|
[hem in het openbaar belachelijk maken]
|
|
als buffer dienen
|
[zorgen dat de vrede bewaard blijft]
|
|
zij diende als buffer
|
[door haar werd de vrede bewaard]
|
|
als buffer dienen
|
[zorgen dat de vrede bewaard blijft]
|
|
zij diende als buffer
|
[door haar werd de vrede bewaard]
|
|
als de dag van gisteren
|
[alsof het gisteren gebeurd is]
|
|
dag in, dag uit
|
[steeds, iedere dag]
|
|
ze loopt op alledag
|
[ze kan elk moment bevallen]
|
|
op zijn oude dag
|
[toen hij al oud was]
|
|
van de ene dag op de andere
|
[heel plotseling]
|
|
bij de dag leven
|
[niet nadenken over de toekomst]
|
|
het gesprek van de dag zijn
|
[het meest besproken onderwerp]
|
|
zijn dagen zijn geteld
|
[hij gaat bijna dood]
|
|
heden ten dage
|
[tegenwoordig, in deze tijd]
|
|
sinds jaar en dag
|
[al heel lang]
|
|
tot in lengte van dagen
|
[nog heel lang]
|
|
een man van de dag zijn
|
[vlak voor zijn dood staan]
|
|
de dag des oordeels
|
[de laatste dag van de wereld]
|
|
overgaan tot de orde van de dag
|
[de gewone werkzaamheden weer gaan doen]
|
|
voor je oude dag zorgen
|
[sparen voor later]
|
|
ouden van dagen
|
[bejaarden]
|
|
pluk de dag!
|
[leef; geniet nu!]
|
|
vandaag de dag
|
[tegenwoordig]
|
|
je dag niet hebben
|
[niet kunnen doen wat je normaal kunt doen]
|
|
geen zorgen voor de dag van morgen
|
[maak je niet bezorgd over de toekomst]
|
|
men moet de dag niet prijzen voor het avond is
|
[het werk pas beoordelen als het klaar is]
|
|
het is morgen weer vroeg dag
|
[we moeten vroeg op]
|
|
iets voor de dag halen
|
[het tevoorschijn halen]
|
|
goed voor de dag komen
|
[iets goeds presteren]
|
|
het is kort dag
|
[er is nog maar weinig tijd]
|
|
dag en nacht
|
[onophoudelijk]
|
|
een gat in de dag slapen
|
[lang uitslapen]
|
|
ermee voor de dag komen
|
[het zeggen]
|
|
voor dag en dauw
|
[heel vroeg]
|
|
een verschil van dag en nacht
|
[een groot verschil]
|
|
iemands dood
|
[het einde van zijn leven, of zijn sterven]
|
|
de een zijn dood is de ander zijn brood
|
[als iemand doodgaat, kan dat voor iemand anders voordeel betekenen]
|
|
de dood vinden
|
[omkomen]
|
|
de dood zoeken
|
[zelf een eind aan je leven maken]
|
|
de dood voor ogen hebben
|
[ieder ogenblik verwachten dood te gaan]
|
|
ten dode opgeschreven (mensen
|
[op korte termijn gaan sterven]
|
|
ten dode opgeschreven (dingen)
|
[gedoemd zijn te mislukken]
|
|
als de dood zijn voor iets
|
[er erg bang voor zijn]
|
|
om de dooie dood niet
|
[absoluut niet]
|
|
de dood in hebben
|
[de pest in hebben]
|
|
het is er de dood in de pot
|
[alle leven en levendigheid is er verdwenen]
|
|
duizend doden sterven
|
[heel veel angsten hebben]
|
|
een mooie dood
|
[zonder doodstrijd]
|
|
iemand de dood op het lijf jagen
|
[heel erg laten schrikken]
|
|
zo bleek als de dood
|
[heel erg bleek]
|
|
de zwarte dood
|
[de pest]
|
|
als de dood zijn voor iemand of iets
|
[er heel erg bang voor zijn]
|
|
iemands dood
|
[het einde van zijn leven, of zijn sterven]
|
|
de een zijn dood is de ander zijn brood
|
[als iemand doodgaat, kan dat voor iemand anders voordeel betekenen]
|
|
de dood vinden
|
[omkomen]
|
|
de dood zoeken
|
[zelf een eind aan je leven maken]
|
|
de dood voor ogen hebben
|
[ieder ogenblik verwachten dood te gaan]
|
|
ten dode opgeschreven (mensen)
|
[op korte termijn gaan sterven]
|
|
ten dode opgeschreven (dingen)
|
[gedoemd zijn te mislukken]
|
|
als de dood zijn voor iets
|
[er erg bang voor zijn]
|
|
om de dooie dood niet
|
[absoluut niet]
|
|
de dood in hebben
|
[de pest in hebben]
|
|
het is er de dood in de pot
|
[alle leven en levendigheid is er verdwenen]
|
|
duizend doden sterven
|
[heel veel angsten hebben]
|
|
een mooie dood
|
[zonder doodstrijd]
|
|
iemand de dood op het lijf jagen
|
[heel erg laten schrikken]
|
|
zo bleek als de dood
|
[heel erg bleek]
|
|
de zwarte dood
|
[de pest]
|
|
als de dood zijn voor iemand of iets
|
[er heel erg bang voor zijn]
|
|
als het kalf verdronken is, dempt men de put
|
[een fout wordt pas goedgemaakt als het te laat is]
|
|
het gemeste kalf slachten
|
[mensen heel rijk en feestelijk ontvangen]
|
|
als de kalveren op het ijs dansen
|
[nooit]
|
|
over koetjes en kalfjes praten
|
[over alledaagse dingen]
|
|
je op glad ijs begeven
|
[gaan praten over iets waar je niet genoeg van weet]
|
|
goed beslagen ten ijs komen
|
[je goed voorbereid hebben]
|
|
na een kwartier was het ijs gebroken
|
[was er een goed contact tussen de mensen ontstaan]
|
|
ijs en weder dienende
|
[als alles meezit]
|
|
niet over één nacht ijs gaan
|
[geen risico's nemen, eerst zeker van je zaak willen zijn]
|
|
als de kalveren op het ijs dansen
|
[nooit]
|
|
huis van bewaring
|
[gevangenis]
|
|
het koninklijk huis
|
[de koninklijke familie]
|
|
een heilig huisje
|
[onderwerp waar je geen kritiek op mag hebben]
|
|
niet om over naar huis te schrijven
|
[niet erg goed]
|
|
van huis uit
|
[bij ons in het gezin]
|
|
nog verder van huis raken
|
[nog meer moeilijkheden krijgen]
|
|
heel wat in huis hebben
|
[heel veel kunnen]
|
|
ieder huisje heeft zijn kruisje [
|
[elk gezin heeft zijn problemen]
|
|
zuinigheid met vlijt bouwt huizen als kastelen
|
[wie zuinig en vlijtig is kan heel wat bereiken]
|
|
het huisje bij het schuurtje laten
|
[niet meer uitgeven dan verantwoord is]
|
|
dat staat als een huis
|
[is heel zeker]
|
|
dan is het huis te klein
|
[dan gaat hij verschrikkelijk tekeer]
|
|
van goeden huize
|
[uit een deftige familie]
|
|
huis aan huis
|
[in alle woningen]
|
|
met de deur in huis vallen
|
[ergens meteen over beginnen]
|
|
dicht bij huis blijven
|
[niet te ver van het onderwerp afdwalen]
|
|
je huis moeten opeten
|
[de waarde van het huis moeten gebruiken voor je levensonderhoud]
|
|
iets in huis hebben
|
[in voorraad hebben]
|
|
als de kat van huis is, dansen de muizen op tafel
|
[er moet toezicht zijn, anders gaat het niet goed]
|
|
ergens kind aan huis zijn
|
[er vaak komen]
|
|
veel in huis hebben
|
[veel kunnen]
|
|
van goeden huize komen
|
[van goede familie zijn]
|
|
het koninklijk huis
|
[de familie van de heersende koning of koningin]
|
|
nood breekt wet
|
[als je in moeilijkheden bent kun je je niet altijd aan de regels houden]
|
|
van de nood een deugd maken
|
[van een moeilijke situatie iets goeds maken]
|
|
in geval van nood
|
[als de nood je ertoe dwingt]
|
|
geen nood!
|
[uitroep als een probleem snel kan worden opgelost]
|
|
nood leert bidden
|
[als je in nood bent, leer je om hulp vragen]
|
|
als de nood het hoogst is, is de redding nabij
|
[als de moeilijkheden het ergst zijn, komt er snel hulp]
|
|
we komen in tijdnood [
|
[hebben geen tijd genoeg]
|
|
ik heb hoge nood
|
[moet dringend naar de WC]
|
|
woningnood
|
[veel behoefte aan woningen]
|
|
de regeling laat dat toe
|
[volgens de regeling kan het]
|
|
als de omstandigheden het toelaten
|
[als die gunstig zijn]
|
|
niet toegelaten worden op die school
|
[er geen opleiding mogen volgen]
|
|
hij leest rijp en groen
|
[alles door elkaar]
|
|
als de tijd rijp is
|
[als het juiste moment is aangebroken]
|
|
de tijd is er niet rijp voor
|
[het is niet de goede tijd]
|
|
na rijp beraad
|
[na langdurig nadenken]
|
|
dat is een slecht voorteken
|
[dat voorspelt niet veel goeds]
|
|
als de voortekenen niet bedriegen....
|
.... [het lijkt erop dat...]
|
|
zo slim als een vos
|
[heel slim]
|
|
een vos verliest wel zijn haren, maar niet zijn streken
|
[wie ouder wordt, houdt hetzelfde karakter]
|
|
als de vos passie preekt, boer pas op je kippen
|
[vertrouw niet iemand met mooie praatjes]
|
|
zo slim als een vos
|
[heel slim]
|
|
een vos verliest wel zijn haren, maar niet zijn streken
|
[wie ouder wordt, houdt hetzelfde karakter]
|
|
als de vos passie preekt, boer pas op je kippen
|
[vertrouw niet iemand met mooie praatjes]
|
|
men moet vossen met vossen vangen
|
[tegenover slimheid moet je slim te werk gaan]
|
|
een oude vos
|
[iemand met veel ervaring]
|
|
een sluwe vos
|
[een geslepen iemand]
|
|
geen man meer hebben
|
[weduwe zijn]
|
|
aan de man komen
|
[trouwen]
|
|
de liefde van de man gaat door de maag
|
[mannen verleid je met lekker eten]
|
|
hij is er de man niet naar
|
[zo is hij niet]
|
|
hij staat zijn mannetje wel
|
[kan zich goed verdedigen]
|
|
een man een man, een woord een woord
|
[eerlijke mensen houden zich aan hun belofte]
|
|
hij is mans genoeg
|
[flink genoeg]
|
|
hij is heel wat mans
|
[kan heel wat en is niet gauw bang]
|
|
de man met de hamer
|
[vermoeidheid of een morele inzinking]
|
|
ik ben je man
|
[ik sta tot je beschikking]
|
|
een man van de klok zijn
|
[altijd op tijd zijn]
|
|
een sterke man
|
[iemand die op autoritaire wijze orde weet te scheppen]
|
|
de man met de zeis
|
[de dood]
|
|
iets aan de man brengen
|
[het verkopen]
|
|
er is geen man overboord
|
[er is niets ernstigs gebeurd]
|
|
man en paard noemen
|
[niets verzwijgen]
|
|
een gewaarschuwd man telt voor twee
|
[als je weet wat er gaat gebeuren, kun je je voorbereiden]
|
|
als één man
|
[allemaal tegelijk]
|
|
de kleine man
|
[de mensen met een laag inkomen]
|
|
het op de man af vragen
|
[rechtstreeks]
|
|
kleren maken de man
|
[kleding bepaalt welke indruk je maakt]
|
|
met man en muis vergaan
|
[met alle opvarenden]
|
|
dan is er nog geen man overboord
|
[geruststelling bij een probleem dat nog niet ernstig is]
|
|
man en paard noemen
|
[de namen van de betrokkenen geven]
|
|
anderhalve man en een paardenkop
|
[bijna niemand]
|
|
op de man spelen
|
[iemand persoonlijk aanvallen in een discussie]
|
|
iets tot de laatste man verdedigen
|
[tot het uiterste]
|
|
als de wijn is in de man, is de wijsheid in de kan
|
[wie veel
|
|
van de wind kun je niet leven
|
[je moet werken om aan de kost te komen]
|
|
het gaat hem voor de wind
|
[alles gaat voorspoedig]
|
|
met alle winden meewaaien
|
[met iedereen meepraten]
|
|
hij heeft de wind eronder [
|
[ze doen wat hij zegt]
|
|
de wind van voren krijgen
|
[scherpe kritiek krijgen]
|
|
iets in de wind slaan
|
[er niet op letten]
|
|
wind en weder dienende
|
[als het goed weer is]
|
|
wie wind zaait, zal storm oogsten
|
[voor fouten word je vaak zwaar gestraft]
|
|
als de wind
|
[zeer snel]
|
|
er waait een frisse wind
|
[er is een nieuwe aanpak]
|
|
waait de wind uit díe hoek?
|
[zit het zo?]
|
|
weten uit wat voor hoek de wind waait
|
[waar de tegenwerking vandaan komt]
|
|
van de wind kun je niet leven
|
[er moet gewerkt worden voor de kost]
|
|
je kop in de wind gooien
|
[opstandig, tegendraads zijn]
|
|
de wind gaat liggen
|
[het houdt op met waaien]
|
|
de wind mee hebben
|
[in gunstige omstandigheden zijn]
|
|
zijn neus in de wind steken
|
[hooghartig, arrogant zijn]
|
|
de wind ruimt
|
[gaat door het noorden naar het westen]
|
|
een waarschuwing in de wind slaan
|
[er niets mee doen]
|
|
een uur in de wind stinken
|
[heel erg stinken]
|
|
hem de wind uit de zeilen nemen
|
[hem hinderen, gaan doen wat hij al wilde gaan doen]
|
|
zoals de wind waait, waait zijn jasje
|
[hij doet altijd waar hij het meeste voordeel van heeft]
|
|
er schuilt een addertje onder het gras
|
[pas op, er zit een gevaar of een boze opzet onder]
|
|
als door een adder gebeten
|
[heel fel]
adder! [venijnig persoon] |
|
adder!
|
[venijnig persoon]
|
|
als door een slang gebeten
|
[plotseling geërgerd zijn]
|
|
ze eten droog brood
|
[zonder boter of beleg]
|
|
de baby is droog
|
[heeft niet in zijn broek geplast]
|
|
een droge keel hebben
|
[dorst hebben]
|
|
het niet met droge ogen kunnen aanzien
|
[niet zonder te huilen]
|
|
hoog en droog zitten
|
[veilig zijn]
|
|
nog niet droog zijn achter de oren
|
[jong en onervaren]
|
|
zijn schaapjes op het droge hebben
|
[van zijn verdiende geld kunnen leven]
|
|
als een vis op het droge
|
[hulpeloos]
|
|
als droog zand aan elkaar hangen
|
[zonder samenhang zijn]
|
|
er is geen droog brood mee te verdienen
|
[het levert bijna niets op]
|
|
ze eten droog brood
|
[zonder boter of beleg]
|
|
de baby is droog
|
[heeft niet in zijn broek geplast]
|
|
een droge keel hebben
|
[dorst hebben]
|
|
het niet met droge ogen kunnen aanzien
|
[niet zonder te huilen]
|
|
hoog en droog zitten
|
[veilig zijn]
|
|
nog niet droog zijn achter de oren
|
[jong en onervaren]
|
|
zijn schaapjes op het droge hebben
|
[van zijn verdiende geld kunnen leven]
|
|
als een vis op het droge
|
[hulpeloos]
|
|
als droog zand aan elkaar hangen
|
[zonder samenhang zijn]
|
|
er is geen droog brood mee te verdienen
|
[het levert bijna niets
|
|
hij is een blok aan mijn been
|
[een grote last]
|
|
ze stonden als één blok achter me
|
[ze steunden me allemaal]
|
|
als een blok in slaap vallen
|
[meteen diep in slaap vallen]
|
|
iemand voor het blok zetten
|
[hem dwingen een keuze te maken]
|
|
de fabriek draait dag en nacht
|
[altijd]
|
|
zo lelijk als de nacht
|
[heel erg lelijk]
|
|
bij nacht en ontij
|
[op ongewone en onplezierige uren]
|
|
daar moet ik een nachtje over slapen
|
[nog eens goed over nadenken]
|
|
dag en nacht
|
[onophoudelijk]
|
|
van de nacht een dag maken
|
['s nachts doen wat je eigenlijk overdag hoort te doen]
|
|
als een dief in de nacht
|
[ongemerkt]
|
|
niet over één nacht ijs gaan
|
[geen risico's nemen]
|
|
als een donderslag bij heldere hemel
|
[heel onverwacht]
|
|
een helder moment hebben
|
een goed idee hebben]
|
|
het staat me nog helder voor de geest
|
[ik kan het me nog goed herinneren]
|
|
zo helder als koffiedik
|
[onbegrijpelijk]
|
|
als een donderslag bij heldere hemel
|
[heel onverwacht]
|
|
zo helder als koffiedik
|
[erg onduidelijk]
|
|
een liedje uit de oude doos
|
[van vroeger]
|
|
als een duveltje in een doosje
|
[plotseling, zonder waarschuwing]
|
|
uit de oude doos
|
[ouderwets]
|
|
een sigaar uit eigen doos krijgen
|
[een cadeau waarvoor je zelf moet betalen]
|
|
de zwarte doos
|
[het apparaat waarmee vluchtgegevens worden opgenomen]
|
|
als je van de duivel spreekt, trap je op z'n staart
|
[net als je het over iemand hebt, komt hij binnen]
|
|
voor de duivel niet bang
|
[nergens bang voor]
|
|
te stom om voor de duvel te dansen
|
[erg stom]
|
|
als een duveltje uit een doosje
|
[heel onverwacht]
|
|
des duivels zijn
|
[heel woedend]
|
|
zo mak als een lammetje
|
[erg kalm en rustig]
|
|
onschuldig als een pasgeboren lam
|
[erg onschuldig]
|
|
als een lam naar de slachtbank geleid worden
|
[weerloos je ondergang tegemoet gaan]
|
|
geen man meer hebben
|
[weduwe zijn]
|
|
aan de man komen
|
[trouwen]
|
|
de liefde van de man gaat door de maag
|
[mannen verleid je met lekker eten]
|
|
hij is er de man niet naar
|
[zo is hij niet]
|
|
hij staat zijn mannetje wel
|
[kan zich goed verdedigen]
|
|
een man een man, een woord een woord
|
[eerlijke mensen houden zich aan hun belofte]
|
|
hij is mans genoeg
|
[flink genoeg]
|
|
hij is heel wat mans
|
[kan heel wat en is niet gauw bang]
|
|
de man met de hamer
|
[vermoeidheid of een morele inzinking]
|
|
ik ben je man
|
[ik sta tot je beschikking]
|
|
een man van de klok zijn
|
[altijd op tijd zijn]
|
|
een man van de wereld zijn
|
[zelfverzekerd, met veel levenservaring]
|
|
de man met de zeis
|
[de dood]
|
|
iets aan de man brengen
|
[het verkopen]
|
|
er is geen man overboord
|
[er is niets ernstigs gebeurd]
|
|
man en paard noemen
|
[niets verzwijgen]
|
|
een gewaarschuwd man telt voor twee
|
[als je weet wat er gaat gebeuren, kun je je voorbereiden]
|
|
als één man
|
[allemaal tegelijk]
|
|
de kleine man
|
[de mensen met een laag inkomen]
|
|
het op de man af vragen
|
[rechtstreeks]
|
|
kleren maken de man
|
[kleding bepaalt welke indruk je maakt]
|
|
met man en muis vergaan
|
[met alle opvarenden]
|
|
dan is er nog geen man overboord
|
[geruststelling bij een probleem dat nog niet ernstig is]
|
|
man en paard noemen
|
[de namen van de betrokkenen geven]
|
|
anderhalve man en een paardenkop
|
[bijna niemand]
|
|
op de man spelen
|
[iemand persoonlijk aanvallen in een discussie]
|
|
iets tot de laatste man verdedigen
|
[tot het uiterste]
|
|
als de wijn is in de man, is de wijsheid in de kan
|
[wie veel gedronken heeft, weet niet meer wat hij doet]
|
|
dat muisje had nog een staartje
|
[die gebeurtenis had onverwachte gevolgen]
|
|
de berg heeft een muis gebaard
|
[het grote plan is op niets uitgelopen]
|
|
als een muis in de val zitten
|
[niet meer weg kunnen]
|
|
de muizen liggen er dood in de broodkast
|
[ze zijn erg arm]
|
|
een grijze muis
|
[een onopvallend persoon]
|
|
met man en muis vergaan
|
[het schip zinkt en alle opvarenden verdrinken]
|
|
met spek vangt men muizen
|
[als je gul bent, kun je iedereen voor je winnen]
|
|
van een mug een olifant maken
|
[iets kleins heel groot voorstellen]
|
|
als een olifant door een porseleinkast
|
[heel bot, niet voorzichtig]
|
|
als een olifant door een porseleinkast
|
[heel ruw en onvoorzichtig]
|
|
zo blij als een kind
|
[heel erg blij]
|
|
hij is een kind van zijn tijd
|
[hij past precies in die tijd]
|
|
je moet het kind niet met het badwater weggooien
|
[tegelijk met het slechte ook het goede weggooien]
|
|
Kjeld is het kind van de rekening
|
[hij is het slachtoffer]
|
|
als een pasgeboren kind
|
[zo onschuldig]
|
|
dat kan een kind begrijpen
|
[dat is erg eenvoudig]
|
|
een doodgeboren kindje
|
[een zaak die van het begin af niets zou worden]
|
|
geen kind hebben aan iemand
|
[niet de minste last van hem hebben]
|
|
ik krijg er een kind van!
|
[ik heb er schoon genoeg van]
|
|
een ondergeschoven kindje
|
[dat niet veel aandacht krijgt]
|
|
een kind kan de was doen
|
[het is heel eenvoudig]
|
|
kind aan huis zijn bij iemand
|
[er vaak komen]
|
|
kind noch kraai hebben
|
[geen familie hebben]
|
|
een onwettig/ buitenechtelijk/ onecht kind
|
[van mensen die niet met elkaar getrouwd zijn]
Meer informatie bij: |
|
als een pijl uit de boog wegrennen
|
[heel snel]
|
|
nog meer pijlen op je boog hebben
|
[nog meer plannetjes]
|
|
al zijn pijlen verschoten hebben
|
[geen argumenten meer hebben]
|
|
de boog kan niet altijd gespannen zijn
|
[je kunt niet altijd alleen serieuze dingen doen]
|
|
als een pijl uit een boog
|
[heel snel]
|
|
meer pijlen op zijn boog hebben
|
[nog andere argumenten hebben]
|
|
er met een grote boog omheen lopen
|
[het willen vermijden]
|
|
ten val komen
|
[je invloed of macht verliezen]
|
|
in de val lopen
|
[beetgenomen worden]
|
|
als een rat in de val zitten
|
[niet kunnen ontsnappen]
|
|
een val zetten voor iemand
|
[proberen hem te betrappen of vangen]
|
|
hoogmoed komt voor de val
|
[wie hoogmoedig is, gaat ten onder]
|
|
de vrije val
|
[gedeelte van de val waarin de parachute zich ontvouwt]
|
|
hem voor rotte vis uitmaken
|
[heel erg uitschelden]
|
|
zo gezond als een vis
|
[helemaal gezond]
|
|
je voelen als een vis in het water
|
[erg prettig, echt op je plaats]
|
|
de vis wordt duur betaald
|
[je moet er veel voor over hebben]
|
|
het is vlees noch vis
|
[het een noch het ander]
|
|
als een vis op het droge
|
[hulpeloos]
|
|
boter bij de vis
|
[contante betaling]
|
|
de vis wordt duur betaald
|
[vraagt grote offers]
|
|
vis moet zwemmen
|
[als je vis eet, moet je erbij drinken]
|
|
ze eten droog brood
|
[zonder boter of beleg]
|
|
de baby is droog
|
[heeft niet in zijn broek geplast]
|
|
een droge keel hebben
|
[dorst hebben]
|
|
het niet met droge ogen kunnen aanzien
|
[niet zonder te huilen]
|
|
hoog en droog zitten
|
[veilig zijn]
|
|
nog niet droog zijn achter de oren
|
[jong en onervaren]
|
|
zijn schaapjes op het droge hebben
|
[van zijn verdiende geld kunnen leven]
|
|
als een vis op het droge
|
[hulpeloos]
|
|
als droog zand aan elkaar hangen
|
[zonder samenhang zijn]
|
|
er is geen droog brood mee te verdienen
|
[het levert bijna niets op]
|
|
een schaap met vijf poten
|
[iemand die alles kan]
|
|
het zwarte schaap
|
[iemand die altijd beschuldigd wordt]
|
|
je schaapjes op het droge hebben
|
[genoeg verdiend hebben om te leven zonder zorgen]
|
|
er gaan veel makke schapen in een hok
|
[veel mensen in één ruimte bij elkaar]
|
|
als er één schaap over de dam is, volgen er meer
|
[als iemand het voorbeeld geeft, komen de anderen ook]
|
|
de bokken van de schapen scheiden
|
[de goede van de slechte mensen scheiden]
|
|
dan is het hek van de dam
|
[er is geen belemmering meer, iedereen kan doen wat hij wil]
|
|
als er één schaap over de dam is, volgen er meer
|
[als iemand het voorbeeld geeft, doet de rest wel mee]
|
|
om de andere dag
|
[de ene dag wel, de andere dag niet]
|
|
ik wil het een en ander bespreken
|
[verschillende dingen]
|
|
ze hebben een of ander feest
|
[doet er niet toe wat voor feest]
|
|
onder andere
|
[naast andere dingen (dieren, mensen)]
|
|
het over een andere boeg gooien
|
[het anders aanpakken]
|
|
een en ander
|
[dat wat genoemd is]
|
|
het een en ander
|
[verschillende dingen, die niet bij name genoemd worden]
|
|
het één sluit het ander niet uit
|
[beide dingen zijn mogelijk]
|
|
als geen ander
|
[beter dan wie ook]
|
|
dat is een heel ander geluid
|
[het tegendeel van wat eerder gezegd werd]
|
|
in andere handen overgaan
|
[naar een andere eigenaar]
|
|
geen andere keuze hebben
|
[gedwongen zijn iets te doen]
|
|
onder andere
|
[wat je noemt, terwijl je ook andere dingen zou kunnen noemen]
|
|
een andere toon aanslaan
|
[beleefder worden]
|
|
van het ene woord kwam het andere
|
[het ontaardde in ruzie]
|
|
met andere woorden
|
[anders uitgedrukt]
|
|
om de andere dag
|
[de ene dag wel, de andere dag niet]
|
|
ik wil het een en ander bespreken
|
[verschillende dingen]
|
|
ze hebben een of ander feest
|
[doet er niet toe wat voor feest]
|
|
onder andere
|
[naast andere dingen (dieren, mensen)]
|
|
het over een andere boeg gooien
|
[het anders aanpakken]
|
|
een en ander
|
[dat wat genoemd is]
|
|
het een en ander
|
[verschillende dingen, die niet bij name genoemd worden]
|
|
het één sluit het ander niet uit
|
[beide dingen zijn mogelijk]
|
|
als geen ander
|
[beter dan wie ook]
|
|
dat is een heel ander geluid
|
[het tegendeel van wat eerder gezegd werd]
|
|
in andere handen overgaan
|
[naar een andere eigenaar]
|
|
geen andere keuze hebben
|
[gedwongen zijn iets te doen]
|
|
onder andere
|
[wat je noemt, terwijl je ook andere dingen zou kunnen noemen]
|
|
een andere toon aanslaan
|
[beleefder worden]
|
|
van het ene woord kwam het andere
|
[het ontaardde in ruzie]
|
|
met andere woorden
|
[anders uitgedrukt]
|
|
als ik het goed heb
|
[als ik me niet vergis]
|
|
het is mij goed
|
[ik heb er niets tegen]
|
|
het is wel goed met jou
|
[ik neem je niet meer serieus]
|
|
zo goed en zo kwaad als het gaat
|
[zo primitief als het gaat]
|
|
zo goed als nieuw
|
[vrijwel nieuw]
|
|
voor de goede orde
|
[opdat alles behoorlijk geregeld is]
|
|
goed en wel
|
[nauwelijks, nog maar net]
|
|
alles goed en wel, maar ...
|
[laat dat zo zijn, maar ...]
|
|
dat zit wel goed
|
[(als iemand je bedankt) dat is in orde]
|
|
goed zo!
|
[uiting van waardering]
|
|
niet goed bij zijn verstand zijn
|
[gek zijn]
|
|
hou je goed!
|
[afscheidsgroet]
|
|
zich goed houden
|
[zich niet door emoties laten meeslepen]
|
|
het goed maken
|
[gezond zijn, in welstand verkeren]
|
|
niet goed worden
|
[misselijk worden]
|
|
in de put zitten
|
[verdrietig, neerslachtig zijn]
|
|
wie een put graaft voor een ander, valt er zelf in
|
[wie een ander kwaad wil doen, heeft daar vaak zelf last van]
|
|
het is een bodemloze put
|
[iets wat eindeloos geld kost]
|
|
iemand uit de put halen
|
[opvrolijken]
|
|
als het kalf verdronken is, dempt men de put
|
[men treft pas maatregelen als het te laat is]
|
|
als het kalf verdronken is, dempt men de put
|
[een fout wordt pas goedgemaakt als het te laat is]
|
|
het gemeste kalf slachten
|
[mensen heel rijk en feestelijk ontvangen]
|
|
als de kalveren op het ijs dansen
|
[nooit]
|
|
over koetjes en kalfjes praten
|
[over alledaagse dingen]
|
|
de tijd vliegt
|
[hij gaat snel voorbij]
|
|
de tijd zal het leren
|
[later weten we het wel]
|
|
tijd is geld
|
[tijd is kostbaar]
|
|
ik heb daar geen tijd voor
|
[ik kan er geen momenten voor vrijmaken]
|
|
hij zit de hele tijd te gapen
|
[voortdurend, steeds]
|
|
de laatste tijd
|
[de periode die achter ons ligt]
|
|
we hebben geen tijd te verliezen
|
[we moeten opschieten]
|
|
vrije tijd
|
[waarin je niet hoeft te werken]
|
|
dat is uit de tijd
|
[ouderwets]
|
|
de tijd doden
|
[iets doen als je moet wachten]
|
|
hij is zijn tijd vooruit
|
[zijn ideeën worden pas later gewaardeerd]
|
|
het zal mijn tijd wel duren
|
[ik maak me er niet druk over]
|
|
hij heeft de tijd
|
[hoeft zich niet te haasten]
|
|
zijn tijd verdoen
|
[niets uitvoeren]
|
|
een sprong in de tijd maken
|
[een lange periode overslaan]
|
|
de tijd heelt alle wonden
|
[uiteindelijk kom je alle verdriet te boven]
|
|
het is tijd om te vertrekken
|
[we moeten vertrekken]
|
|
zij komt nooit op tijd
|
[ze is altijd te laat]
|
|
je moet op de tijd letten
|
[opletten of het moment er al is]
|
|
zij is over tijd
|
[niet ongesteld geworden, dus misschien zwanger]
|
|
te zijner tijd hoor ik daar graag iets over
|
[als het moment daar is]
|
|
zij is erg bij de tijd
|
[bijdehand, slim]
|
|
komt tijd, komt raad
|
[over een tijdje vind je vanzelf de oplossing]
|
|
als het mijn tijd is
|
[wanneer ik doodga]
|
|
heb je de tijd?
|
[weet je hoe laat het is?]
|
|
op tijd zijn natje en droogje krijgen
|
[niets tekort komen]
|
|
over tijd zijn
|
[de menstruatie is nog niet gekomen]
|
|
te allen tijde
|
[altijd]
|
|
van tijd tot tijd
|
[af en toe]
|
|
binnen afzienbare tijd
|
[spoedig]
|
|
in de baas zijn tijd
|
[onder werktijd]
|
|
iemands tijd in beslag nemen
|
[zijn aandacht opeisen]
|
|
dat heeft de tijd
|
[daar kunnen we nog wel even mee wachten]
|
|
het zal mijn tijd wel duren
|
[ik maak me er niet druk om]
|
|
iemand de tijd ergens voor gunnen
|
[het hem op zijn gemak laten doen]
|
|
gezelligheid kent geen tijd
|
[als het gezellig is, gaat de tijd snel voorbij]
|
|
de hele tijd
|
[voortdurend]
|
|
ik kan mijn tijd wel beter besteden
|
[dat vind ik minderwaardig]
|
|
in minder dan geen tijd
|
[heel snel]
|
|
een scherpe tijd
|
[die moeilijk te verbeteren is]
|
|
dat is verleden tijd
|
[dat is voorbij]
|
|
de tijd aan zichzelf hebben
|
[over zijn eigen tijd kunnen beschikken]
|
|
met je tijd meegaan
|
[met de mode en de heersende opvattingen]
|
|
niet meer van deze tijd
|
[heel verouderd]
|
|
zijn tijd ver vooruit zijn
|
[heel modern zijn]
|
|
er was eens ....
|
[er leefde eens]
|
|
ware het niet dat ...
|
[als het niet zo was]
|
|
als het ware
|
[waar je het mee kunt vergelijken]
|
|
dat mag er zijn
|
[dat is indrukwekkend]
|
|
wat is er?
|
[wat scheelt eraan]
|
|
hij is er geweest
|
[hij is dood]
|
|
we zijn er
|
[we zijn op de plaats van bestemming]
|
|
erbij zijn
|
[goed opletten]
|
|
als ik jou was dan ...
|
[ik geef je de raad om ...]
|
|
vaker dan me lief is
|
[vaker dan ik zou willen]
|
|
als je leven je lief is...
|
[dreigement]
|
|
iets voor lief nemen
|
[er genoegen mee nemen]
|
|
dat neem ik voor lief
|
[ik wil het eigenlijk niet, maar accepteer het toch]
|
|
ik deed net zo lief wat anders
|
[eigenlijk wil ik het niet doen]
|
|
lieve deugd!
|
[uitroep van schrik en verbazing]
|
|
het lieve leventje
|
[het leven van alledag]
|
|
werken dat het een lieve lust is
|
[intensief en met veel plezier werken]
|
|
net zo lief
|
[even graag]
|
|
met de staart tussen de benen afdruipen
|
[schaamtevol of vernederd weglopen]
|
|
als je van de duivel spreekt, trap je hem op zijn staart
|
[degene over wie je het hebt, komt net binnen]
|
|
er zit kop noch staart aan
|
[het is een warrig verhaal]
|
|
dat muisje zal nog een staartje hebben
|
[die zaak zal gevolgen hebben]
|
|
het venijn zit in de staart
|
[op het laatst zijn er toch nog moeilijkheden]
|
|
die zaak heeft nog een staartje
|
[nog een vervolg]
|
|
als je van de duivel spreekt, trap je op z'n staart
|
[net als je het over iemand hebt, komt hij binnen]
|
|
voor de duivel niet bang
|
[nergens bang voor]
|
|
te stom om voor de duvel te dansen
|
[erg stom]
|
|
als een duveltje uit een doosje
|
[heel onverwacht]
|
|
des duivels zijn
|
[heel woedend]
|
|
dat is net iets voor Loes
|
[dat is typisch voor Loes]
|
|
we moeten er iets op vinden
|
[we moeten een oplossing bedenken]
|
|
zo iets doe je niet!
|
[dat doe je niet]
|
|
als je ziek wordt of iets dergelijks
|
[of als er iets anders is]
|
|
er kwam geen hond
|
[er kwam niemand]
|
|
zo ziek als een hond zijn
|
[heel erg ziek]
|
|
geen slapende honden wakkermaken
|
[geen aandacht vestigen op wat beter geheim kan blijven]
|
|
de gebeten hond zijn
|
[de schuld krijgen]
|
|
commandeer je hondje en blaf zelf
|
[je hebt niet het recht te zeggen wat ik moet doen]
|
|
we hebben een hond aan tafel
|
[als iemand vergeet te bidden]
|
|
als twee honden vechten om een been, loopt een derde ermee heen
|
[als twee mensen ruzie hebben, heeft een derde er vaak voordeel van]
|
|
bekend zijn als de bonte hond
|
[overal ongunstig bekend zijn]
|
|
blaffende honden bijten niet
|
[voor schreeuwers hoef je niet bang te zijn]
|
|
als kat en hond leven
|
[veel ruzie maken]
|
|
rode hond
|
[ziekte waarbij je rode vlekken krijgt]
|
|
een kat in de zak kopen
|
[iets kopen dat erg tegenvalt]
|
|
leven als kat en hond
|
[met veel ruzie]
|
|
maak dat de kat wijs!
|
[daar geloof ik niets van]
|
|
geen katje om zonder handschoenen aan te pakken
|
[iemand die altijd erg fel reageert]
|
|
de kat uit de boom kijken
|
[rustig afwachten wat er gebeurt]
|
|
kat in 't bakkie
|
[een gemakkelijk werkje]
|
|
de kat in de gordijnen jagen
|
[ruzie veroorzaken]
|
|
als de kat van huis is, dansen de muizen op tafel
|
[als er geen toezicht is, gaat men zich misdragen]
|
|
dat weet onze kat ook
|
[dat begrijpt iedereen]
|
|
een kat in het nauw maakt rare sprongen
|
[als je in nood bent, doe je gekke dingen]
|
|
je voelen als een kat in een vreemd pakhuis
|
[je niet thuis voelen]
|
|
de kat de bel aan binden
|
[over een moeilijk onderwerp beginnen]
|
|
de kat op het spek binden
|
[iemand heel erg in de verleiding brengen]
|
|
als kat en hond leven
|
[voortdurend ruzie met elkaar maken]
|
|
als katten muizen, mauwen ze niet
|
[wie eet, praat niet]
|
|
iemand een kat geven
|
[een hatelijke opmerking maken]
|
|
iemand een kat geven
|
[een hatelijke opmerking maken]
|
|
in één klap
|
[in één keer]
|
|
als klap op de vuurpijl
|
[als hoogtepunt]
|
|
in één klap
|
[in één keer]
|
|
de eerste klap is een daalder waard
|
[een goed begin is heel belangrijk]
|
|
dat was een klap in het gezicht
|
[een belediging of onverwachte tegenslag]
|
|
hij heeft een klap van de molen gehad
|
[is niet goed wijs]
|
|
twee vliegen in één klap
|
[twee zaken die je in één keer kunt afdoen]
|
|
er geen klap van begrijpen
|
[helemaal niets]
|
|
zand erover
|
[we praten er niet meer over]
|
|
zand schuurt de maag
|
[een beetje zand in het eten is niet erg]
|
|
als los zand
|
[zonder samenhang]
|
|
hem zand in de ogen strooien
|
[hem misleiden]
|
|
zijn kop in het zand steken
|
[iets niet willen zien]
|
|
bouwen op los zand
|
[iets ondernemen zonder de vereiste voorbereiding]
|
|
in het zand bijten
|
[neervallen of verliezen]
|
|
alles wat los en vast zit is weggehaald
|
[alles dus]
|
|
de beer is los
|
[de narigheid is begonnen]
|
|
er zit een draadje (schroefje) bij hem los
|
[hij is niet goed bij zijn verstand]
|
|
losse handen hebben
|
[veel en gauw slaan]
|
|
iets uit de losse pols doen
|
[met groot gemak]
|
|
op losse schroeven staan
|
[onzeker, twijfelachtig of het doorgaat]
|
|
aan hem is een steekje los
|
[hij is een beetje gek]
|
|
als los zand aan elkaar hangen
|
[zonder samenhang zijn]
|
|
dat was maar een losse opmerking
|
[ik bedoelde er niet iets bijzonders mee]
|
|
een losse kracht
|
[zonder arbeidsovereenkomst]
|
|
een los nummer
|
[dat niet bij een abonnement hoort]
|
|
los van...
|
[afgezien van...]
|
|
zij leven erop los
|
[doen waar ze zin in hebben]
|
|
hij slaat erop los
|
[slaat hard en wild]
|
|
een losse flodder
|
[munitiepatroon zonder kogel]
|
|
van God los zijn
|
[verderfelijk]
|
|
erop los leven
|
[losbandig zijn]
|
|
hij kan bergen verzetten
|
[heel veel werk doen]
|
|
ik zie er als een berg tegenop
|
[ik zie er heel erg tegenop]
|
|
hij beloofde ons gouden bergen
|
[de prachtigste dingen]
|
|
een geloof dat bergenkan verzetten
|
[waaruit je veel kracht kunt putten]
|
|
als Mohammed niet naar de berg komt, komt de berg naar Mohammed
|
[als je initiatief neemt, maar dat eigenlijk van de andere partij had verwacht]
|
|
van een molshoop een berg maken
|
[een zaak enorm opblazen]
|
|
de berg heeft een muis gebaard
|
[schamper commentaar als alle drukte op niets uitloopt]
|
|
de haren rijzen mij te berge
|
[ik ben erg verontwaardigd]
|
|
als Pasen en Pinksteren op één dag vallen
|
[nooit]
|
|
op het puntje van zijn stoel zitten
|
[heel goed opletten]
|
|
het ligt op het puntje van mijn tong
|
[ik weet het, maar kan er even niet opkomen]
|
|
daar kunnen ze een puntje aan zuigen
|
[een voorbeeld aan nemen]
|
|
tot in de puntjes verzorgd
|
[heel netjes]
|
|
dat is een teer punt
|
[je kunt er beter niet over praten]
|
|
ergens een punt van maken
|
[er moeilijk over doen]
|
|
een omstreden punt
|
[waarover verschil van mening bestaat]
|
|
dat is een teer punt
|
[je kunt er beter niet over praten]
|
|
ergens een punt van maken
|
[er moeilijk over doen]
|
|
een omstreden punt
|
[waarover verschil van mening bestaat]
|
|
er een punt achter zetten
|
[ermee stoppen]
|
|
de puntjes op de i zetten
|
[heel precies werken]
|
|
punt uit!
|
[ik wil er niet meer over praten!]
|
|
we stonden op het punt om te vertrekken
|
[we zouden juist vertrekken]
|
|
als puntje bij paaltje komt
|
[als het eropaan komt]
|
|
dat staat als een paal boven water
|
[dat is absoluut zeker, duidelijk]
|
|
paal en perk aan iets stellen
|
[precies aangeven tot hoever het mag gaan]
|
|
voor paal staan
|
[voor gek staan]
|
|
als puntje bij paaltje komt
|
[als het eropaan komt]
|
|
voor paal staan
|
[je belachelijk maken]
|
|
je beste beentje voorzetten
|
[heel erg je best doen]
|
|
het been stijf houden
|
[niet toegeven]
|
|
op het verkeerde been zetten
|
[de verkeerde informatie geven, misleiden]
|
|
op je achterste benen staan
|
[verontwaardigd zijn]
|
|
geen been hebben om op te staan
|
[niet kunnen bewijzen dat je gelijk hebt]
|
|
de benen nemen
|
[ervandoor gaan]
|
|
met één been in het graf staan
|
[bijna dood zijn]
|
|
goed ter been zijn
|
[nog goed kunnen lopen]
|
|
zich de benen uit het lijf lopen
|
[zich erg inspannen om iets te bereiken]
|
|
op de been zijn
|
[opgestaan zijn, uit bed zijn]
|
|
er was veel volk op de been
|
[op straat]
|
|
met beide benen op de grond staan
|
[de werkelijkheid niet uit het oog verliezen]
|
|
op je laatste benen lopen
|
[bijna dood zijn]
|
|
met het verkeerde been uit bed stappen
|
[een slecht humeur hebben]
|
|
tegen het zere been zijn
|
[erg pijnlijk zijn]
|
|
met de staart tussen de benen afdruipen
|
[beschaamd weglopen]
|
|
een blok aan je been zijn
|
[je het leven moeilijk maken]
|
|
op eigen benen staan
|
[zelfstandig zijn]
|
|
op één been kun je niet lopen
|
[neem nóg een consumptie!]
|
|
er geen been in zien
|
[er niet voor terugschrikken]
|
|
als twee honden vechten om een been, loopt de derde ermee heen
|
[als twee mensen ruzie maken, krijgt de derde meestal het voordeel]
|
|
door merg en been gaan
|
[heel indringend zijn]
|
|
vel over been zijn
|
[broodmager]
|
|
ze ziet er geen been in
|
[ze heeft er geen bezwaar tegen]
|
|
steen en been klagen
|
[voortdurend klagen en jammeren]
|
|
er kwam geen hond
|
[er kwam niemand]
|
|
zo ziek als een hond zijn
|
[heel erg ziek]
|
|
geen slapende honden wakkermaken
|
[geen aandacht vestigen op wat beter geheim kan blijven]
|
|
de gebeten hond zijn
|
[geen aandacht vestigen op wat beter geheim kan blijven]
|
|
de gebeten hond zijn
|
[de schuld krijgen]
|
|
commandeer je hondje en blaf zelf
|
[je hebt niet het recht te zeggen wat ik moet doen]
|
|
we hebben een hond aan tafel
|
[als iemand vergeet te bidden]
|
|
als twee honden vechten om een been, loopt een derde ermee heen
|
[als twee mensen ruzie hebben, heeft een derde er vaak voordeel van]
|
|
bekend zijn als de bonte hond
|
[overal ongunstig bekend zijn]
|
|
de hond in de pot vinden
|
[komen als het eten op is]
|
|
blaffende honden bijten niet
|
[voor schreeuwers hoef je niet bang te zijn]
|
|
als kat en hond leven
|
[veel ruzie maken]
|
|
rode hond
|
[ziekte waarbij je rode vlekken krijgt]
|
|
een kind kan de was doen
|
[het is heel eenvoudig]
|
|
de vuile was buiten hangen
|
[tegen buitenstaanders vertellen over je problemen en ruzies]
|
|
als was in iemands handen zijn
|
[heel gewillig]
|
|
goed in zijn slappe was zitten
|
[rijk zijn]
|
|
alsof er een engeltje over je tong piest
|
[het is verschrikkelijk lekker]
|
|
alsof er een engeltje over mijn tong piest
|
[ik vind het erg lekker]
|
|
de reddende engel
|
[iemand die op het juiste moment komt helpen]
|
|
alsof ik dat niet weet!
|
[dat weet ik heus wel]
|
|
hij was niet echt boos, maar hij deed alsof
|
[hij deed alsof hij boos was]
|
|
alsof je een emmer leeggooit!
|
[alsof het niks is; verbazend veel!]
|
|
als Pasen en Pinksteren op één dag vallen
|
[nooit]
|
|
op het puntje van zijn stoel zitten
|
[heel goed opletten]
|
|
het ligt op het puntje van mijn tong
|
[ik weet het, maar kan er even niet opkomen]
|
|
daar kunnen ze een puntje aan zuigen
|
[een voorbeeld aan nemen]
|
|
tot in de puntjes verzorgd
|
[heel netjes]
|
|
dat is een teer punt
|
[je kunt er beter niet over praten]
|
|
ergens een punt van maken
|
[er moeilijk over doen]
|
|
een omstreden punt
|
[waarover verschil van mening bestaat]
|
|
er een punt achter zetten
|
[ermee stoppen]
|
|
de puntjes op de i zetten
|
[heel precies werken]
|
|
punt uit!
|
[ik wil er niet meer over praten!]
|
|
we stonden op het punt om te vertrekken
|
[we zouden juist vertrekken]
|
|
als puntje bij paaltje komt
|
[als het eropaan komt]
|
|
dat staat als een paal boven water
|
[dat is absoluut zeker, duidelijk]
|
|
paal en perk aan iets stellen
|
[precies aangeven tot hoever het mag gaan]
|
|
voor paal staan
|
[voor gek staan]
|
|
als puntje bij paaltje komt
|
[als het eropaan komt]
|
|
voor paal staan
|
[je belachelijk maken]
|
|
je beste beentje voorzetten
|
[heel erg je best doen]
|
|
het been stijf houden
|
[niet toegeven]
|
|
op het verkeerde been zetten
|
[de verkeerde informatie geven, misleiden]
|
|
op je achterste benen staan
|
[verontwaardigd zijn]
|
|
geen been hebben om op te staan
|
[niet kunnen bewijzen dat je gelijk hebt]
|
|
de benen nemen
|
[ervandoor gaan]
|
|
met één been in het graf staan
|
[bijna dood zijn]
|
|
goed ter been zijn
|
[nog goed kunnen lopen]
|
|
zich de benen uit het lijf lopen
|
[zich erg inspannen om iets te bereiken]
|
|
op de been zijn
|
[opgestaan zijn, uit bed zijn]
|
|
er was veel volk op de been
|
[op straat]
|
|
met beide benen op de grond staan
|
[de werkelijkheid niet uit het oog verliezen]
|
|
op je laatste benen lopen
|
[bijna dood zijn]
|
|
met het verkeerde been uit bed stappen
|
[een slecht humeur hebben]
|
|
tegen het zere been zijn
|
[erg pijnlijk zijn]
|
|
met de staart tussen de benen afdruipen
|
[beschaamd weglopen]
|
|
een blok aan je been zijn
|
[je het leven moeilijk maken]
|
|
op eigen benen staan
|
[zelfstandig zijn]
|
|
op één been kun je niet lopen
|
[neem nóg een consumptie!]
|
|
er geen been in zien
|
[er niet voor terugschrikken]
|
|
als twee honden vechten om een been, loopt de derde ermee heen
|
[als twee mensen ruzie maken, krijgt de derde meestal het voordeel]
|
|
door merg en been gaan
|
[heel indringend zijn]
|
|
vel over been zijn
|
[broodmager]
|
|
ze ziet er geen been in
|
[ze heeft er geen bezwaar tegen]
|
|
steen en been klagen
|
[voortdurend klagen en jammeren]
|
|
er kwam geen hond
|
[er kwam niemand]
|
|
zo ziek als een hond zijn
|
[heel erg ziek]
|
|
geen slapende honden wakkermaken
|
[geen aandacht vestigen op wat beter geheim kan blijven]
|
|
de gebeten hond zijn
|
[de schuld krijgen]
|
|
commandeer je hondje en blaf zelf
|
[je hebt niet het recht te zeggen wat ik moet doen]
|
|
we hebben een hond aan tafel
|
[als iemand vergeet te bidden]
|
|
als twee honden vechten om een been, loopt een derde ermee heen
|
[als twee mensen ruzie hebben, heeft een derde er vaak voordeel van]
|
|
bekend zijn als de bonte hond
|
[overal ongunstig bekend zijn]
|
|
de hond in de pot vinden
|
[komen als het eten op is]
|
|
blaffende honden bijten niet
|
[voor schreeuwers hoef je niet bang te zijn]
|
|
als kat en hond leven
|
[veel ruzie maken]
|
|
rode hond
|
[ziekte waarbij je rode vlekken krijgt]
|
|
een kind kan de was doen
|
[het is heel eenvoudig]
|
|
de vuile was buiten hangen
|
[tegen buitenstaanders vertellen over je problemen en ruzies]
|
|
als was in iemands handen zijn
|
[heel gewillig]
|
|
goed in zijn slappe was zitten
|
[rijk zijn]
|
|
alsof er een engeltje over je tong piest
|
[het is verschrikkelijk lekker]
|
|
alsof er een engeltje over mijn tong piest
|
[ik vind het erg lekker]
|
|
de reddende engel
|
[iemand die op het juiste moment komt helpen]
|
|
alsof ik dat niet weet!
|
[dat weet ik heus wel]
|
|
hij was niet echt boos, maar hij deed alsof
|
[hij deed alsof hij boos was]
|
|
alsof je een emmer leeggooit!
|
[alsof het niks is; verbazend veel!]
|
|
alternatieve energie
|
[waarvan de bron nooit uitgeput raakt]
|
|
hij heeft het niet met zoveel woorden gezegd
|
[niet precies zo]
|
|
hem aan het woord laten
|
[hem de anderen toe laten spreken]
|
|
met andere woorden
|
[anders gezegd]
|
|
er geen woorden voor hebben
|
[het heel goed of heel erg vinden]
|
|
je haalt me de woorden uit de mond
|
[je zegt wat ik net had willen zeggen]
|
|
er geen woorden aan vuil willen maken
|
[er niet over willen spreken]
|
|
hij had het hoogste woord
|
[was steeds op een overheersende manier aan het praten]
|
|
het hoge woord komt eruit
|
[hij zegt wat hij eerst niet durfde te zeggen]
|
|
met twee woorden spreken
|
['ja meneer' zeggen, in plaats van 'ja']
|
|
iemand woorden in de mond leggen
|
[niet juist navertellen wat hij gezegd heeft]
|
|
het laatste woord willen hebben
|
[er als laatste iets over willen beslissen]
|
|
van het ene woord kwam het andere
|
[het ontaardde in ruzie]
|
|
wiens brood men eet, diens woord men spreekt
|
[je staat aan de kant van degene bij wie je in dienst bent]
|
|
geen woorden maar daden
|
[we hebben niets aan praatjes alleen]
|
|
ergens geen woorden voor hebben
|
[het niet kunnen uitleggen]
|
|
dat is geen woord teveel gezegd
|
[dat is niet overdreven]
|
|
woorden hebben
|
[ruzie hebben]
|
|
holle woorden
|
[zonder inhoud]
|
|
het hoogste woord hebben
|
[druk en zelfbewust praten]
|
|
let op mijn woorden!
|
[dat zal zeker gebeuren]
|
|
woorden schieten tekort
|
[het is niet in woorden uit te drukken]
|
|
met twee woorden spreken
|
[niet alleen met ja of nee antwoorden]
|
|
woord voor woord
|
[volledig en precies]
|
|
je woorden wegen
|
[zorgvuldig formuleren]
|
|
ik geloof je op je woord
|
[omdat je het zegt]
|
|
woord houden
|
[doen wat je beloofd hebt]
|
|
iemand aan zijn woord houden
|
[verlangen dat hij doet wat hij beloofd heeft]
|
|
een man van zijn woord
|
[iemand die zich aan zijn afspraken houdt]
|
|
een man een man, een woord een woord
|
[iemand die eerlijk is, houdt zich aan zijn beloftes]
|
|
iemand aan het woord laten
|
[laten uitspreken]
|
|
het woord voeren
|
[spreken]
|
|
zijn woordje kunnen doen
|
[zich goed kunnen uitdrukken]
|
|
het woord richten tot iemand
|
[hem toespreken]
|
|
iemand te woord staan
|
[hem aanhoren]
|
|
een goed woordje voor hem doen
|
[hem aanbevelen]
|
|
een vies woord
|
[een woord dat met seks of met ontlasting te maken heeft]
|
|
niet uit je woorden kunnen komen
|
[er niet in slagen het te zeggen]
|
|
hem op zijn woord geloven
|
[hij hoeft het niet te bewijzen]
|
|
een hartig woordje spreken met iemand
|
[hem zeggen wat je vindt]
|
|
er was geen woord tussen te krijgen
|
[ik kreeg niet de kans om iets te zeggen]
|
|
een goed verstaander heeft maar een half woord nodig
|
[voor iemand die goed luistert, is een aanduiding voldoende]
|
|
enkele woorden wisselen
|
[met elkaar spreken]
|
|
een aardig woordje Engels spreken
|
[die taal goed beheersen]
|
|
altijd het laatste woord willen hebben
|
[altijd nog iets willen toevoegen]
|
|
de daad bij het woord voegen
|
[een plan meteen ten uitvoer brengen]
|
|
daar is geen woord Frans bij
|
[dat is heel duidelijk]
|
|
daarover is het laatste woord nog niet gesproken
|
[die zaak is nog niet afgehandeld]
|
|
woorden hebben
|
[ruzie hebben]
|
|
alles was in kannen en kruiken
|
[klaar, geregeld]
|
|
altijd het onderste uit de kan willen hebben
|
[het meeste willen van allemaal]
|
|
wie het onderste uit de kan wil hebben, krijgt het deksel op zijn neus
|
[waarschuwing voor mensen die erg begerig zijn]
|
|
zo ziek als een hond
|
[erg ziek]
|
|
ik word er ziek van
|
[ik heb er schoon genoeg van]
|
|
je ziek lachen
|
[heel erg lachen]
|
|
altijd ziek of onderweg zijn
|
[altijd iets mankeren]
|
|
ambachtelijk brood
|
[door de echte bakker gebakken, niet door de fabriek]
|
|
een ambulante patiënt
|
[die niet op bed hoeft te blijven]
|
|
ambulante handel
|
[markt- en straathandel]
|
|
nooit ofte nimmer
|
[absoluut nooit]
|
|
nooit van mijn leven
|
[absoluut nooit]
|
|
nooit van mijn leven
|
[absoluut nooit]
|
|
an me nooit niet!
|
[dat doe ik beslist niet]
|
|
anoniem blijven
|
[niet willen dat ze je naam weten]
|
|
we spelen open kaart
|
[we zeggen precies wat we denken]
|
|
hem in de kaart spelen
|
[hem ongewild bevoordelen]
|
|
alles op één kaart zetten
|
[je geluk van één ding laten afhangen]
|
|
ansichtkaart
|
[kaart die je stuurt als je op vakantie bent]
|
|
trouwkaart
|
[kaart met aankondiging van een huwelijk]
|
|
speelkaart
|
[kaart om het kaartspel mee te spelen]
|
|
dat is geen haalbare kaart
|
[heeft geen kans van slagen]
|
|
de groene kaart
|
[internationaal verzekeringsbewijs]
|
|
speelkaart
|
[kaart om het kaartspel mee te spelen]
|
|
dat is geen haalbare kaart
|
[heeft geen kans van slagen]
|
|
de groene kaart
|
[internationaal verzekeringsbewijs]
|
|
de rode kaart
|
[teken van ernstige overtreding waarvoor je het veld wordt uitgestuurd]
|
|
de gele kaart
|
[teken van bestraffing in een voetbalwedstrijd]
|
|
de kaarten liggen nu anders
|
[de situatie is veranderd]
|
|
zijn kaarten op tafel leggen
|
[zijn bedoelingen onthullen]
|
|
dat is doorgestoken kaart
|
[afgesproken werk]
|
|
iemand in de kaart kijken
|
[zijn geheime plannen doorzien]
|
|
open kaart spelen
|
[eerlijk zijn, niets verbergen]
|
|
iemand in de kaart spelen
|
[hem helpen]
|
|
de problemen zijn nog niet in kaart gebracht
|
[nog niet op een rijtje gezet]
|
|
een blinde kaart
|
[zonder plaatsnamen]
|
|
iets in kaart brengen
|
[er een overzicht van maken]
|
|
iets op de kaart zetten
|
[zorgen dat het algemeen bekend wordt]
|
|
een stad van de kaart vegen
|
[vernietigen]
|
|
van de kaart zijn
|
[helemaal in de war zijn]
|
|
antieke ideeën
|
[ouderwetse ideeën]
|
|
april doet wat hij wil
|
[het weer is erg wisselvallig]
|
|
argwaan koesteren
|
[het niet vertrouwen]
|
|
Arie is in de veertig
|
[iets ouder dan veertig]
|
|
ik kan er wel in komen
|
[ik kan het wel begrijpen]
|
|
ik ben er helemaal in
|
[ga er helemaal in op]
|
|
die bal is in
|
[binnen de lijn]
|
|
erin stinken
|
[bedrogen worden, beetgenomen worden]
|
|
erin tuinen
|
[beetgenomen worden]
|
|
Arie is niet al te modern
|
[hij is niet zo erg modern]
|
|
je kunt dat al of niet doen
|
[wel of niet]
|
|
het is alsof het van de armen gaat
|
[zuur commentaar als men zuinig is]
|
|
zo arm als Job (de mieren, een kerkrat)
|
[heel erg arm]
|
|
arm en rijk
|
[iedereen]
|
|
de armen van geest
|
[eenvoudige mensen]
|
|
een illusie armer zijn
|
[ergens teleurgesteld over zijn]
|
|
het arme schaap
|
[de stakker]
|
|
een arme sloeber (stakker, stumper, sukkel)
|
[iemand die medelijden opwekt]
|
|
slapend rijk worden
|
[geld ontvangen zonder er veel voor te hoeven doen]
|
|
de rijke landen
|
[de westerse landen]
|
|
arm en rijk
|
[iedereen]
|
|
als ik in mijn rijke jaren kom
|
[nooit]
|
|
slapend rijk worden
|
[zonder zich in te spannen]
|
|
een rijke stinker
|
[een rijk mens]
|
|
het land is rijk aan olie
|
[heeft veel olie]
|
|
hij heeft een rijke verbeelding
|
[fantaseert veel]
|
|
rijk bedeeld zijn
|
[heel slim zijn, of veel bezittingen hebben]
|
|
de koning te rijk zijn
|
[heel blij zijn]
|
|
iemand liever kwijt dan rijk zijn
|
[hem liever niet om je heen hebben]
|
|
een jochie van drie turven hoog
|
[een klein jochie]
|
|
as is verbrande turf
|
[spottend commentaar wanneer iemand een onwaarschijnlijke vergelijking met 'als' begint]
|
|
in de as gelegd worden
|
[door brand helemaal vernietigd worden]
|
|
uit zijn as herrijzen
|
[na een dieptepunt weer helemaal opbloeien]
|
|
as is verbrande turf
|
[zeg je tegen iemand die zeurt over 'maar als nou...']
|
|
in zak en as zitten
|
[je verslagen voelen]
|
|
iets in goede banen leiden
|
[zorgen dat het goed verloopt]
|
|
iets op de lange baan schuiven
|
[het steeds uitstellen]
|
|
iets of iemand ruim baan geven
|
[vrije gelegenheid om iets te doen]
|
|
van de baan zijn
|
[niet meer doorgaan]
|
|
baantjes trekken
|
[heen en weer zwemmen in een zwembad]
|
|
hij speelt de baas
|
[hij doet alsof hij meer te vertellen heeft]
|
|
het is altijd baas boven baas
|
[er is altijd iemand die het nog beter weet]
|
|
baas in eigen buik
|
[zelf mogen beslissen over zwangerschap en abortus]
|
|
iemand de baas zijn
|
[hem overtreffen]
|
|
er is altijd baas boven baas
|
[iemand die anderen overtreft]
|
|
zo druk als een klein baasje
|
[van alles moeten regelen]
|
|
je eigen baas zijn
|
[van niemand afhankelijk]
|
|
in de baas zijn tijd
|
[onder werktijd]
|
|
schrijf maar op je buik
|
[je krijgt je zin niet]
|
|
baas in eigen buik zijn
|
[zelf mogen beslissen over abortus]
|
|
er de buik vol van hebben
|
[ervan balen]
|
|
het zijn twee handen op één buik
|
[schamper commentaar als twee mensen het altijd met elkaar eens zijn]
|
|
dat kun je wel op je buik schrijven
|
[dat gaat niet door]
|
|
vlinders in je buik hebben
|
[verliefd zijn]
|
|
er de buik vol van hebben
|
[er niets meer mee te maken willen hebben]
|
|
baat het niet, het schaadt ook niet
|
[het helpt misschien niet, maar het kan ook geen kwaad]
|
|
het bloed kruipt waar het niet gaan kan
|
[je doet toch wat in je aard ligt]
|
|
hem het bloed onder de nagels vandaan halen
|
[hem erg kwaad maken]
|
|
dat heeft kwaad bloed gezet
|
[boosheid veroorzaakt]
|
|
iemand in koelen bloede vermoorden
|
[op een harde, gevoelloze manier]
|
|
mijn eigen vlees en bloed
|
[mijn eigen kind]
|
|
het bloed stolt hem in de aderen
|
[hij is ineens erg bang]
|
|
baden in het bloed
|
[in een plas bloed liggen]
|
|
blauw bloed hebben
|
[van adellijke afkomst zijn]
|
|
zijn bloed wel kunnen drinken
|
[hem heel erg haten]
|
|
van gemengd bloed zijn
|
[afstammen van ouders van een verschillend ras]
|
|
er kleeft bloed aan zijn handen
|
[hij heeft gemoord]
|
|
in koelen bloede
|
[bewust, in het volle besef van wat je doet]
|
|
mijn bloed kookt
|
[ik ben woedend]
|
|
kwaad bloed zetten
|
[boosheid opwekken]
|
|
bloed vergieten
|
[doden]
|
|
badend in het zweet
|
[heel erg nat van het zweet]
|
|
het zweet brak hem uit
|
[hij was doodsbang]
|
|
je in het zweet werken
|
[heel hard werken]
|
|
het zweet stond me in de handen
|
[van de zenuwen of van de angst]
|
|
in het zweet des aanschijns
|
[met heel hard werken]
|
|
balen als een stier
|
[heel erg balen]
|
|
balen als een stekker
|
[het heel erg vervelend vinden]
|
|
balen als een stier
|
[heel erg balen]
|
|
dat werkt als een rode lap op een stier
|
[veroorzaakt een woedende reactie]
|
|
balen als een stier
|
[heel erg balen]
|
|
balen als een stekker
|
[het heel erg vervelend vinden]
|
|
zo bang als een haas (of wezel)
|
[erg bang]
|
|
bang zijn om je aan koud water te branden
|
[overdreven voorzichtig zijn]
|
|
hem op de huid zitten
|
[hem onder druk zetten]
|
|
een dikke huid hebben
|
[je niet snel beledigd voelen]
|
|
hem de huid vol schelden
|
[hem heel erg uitschelden]
|
|
het met huid en haar opeten
|
[helemaal]
|
|
bang voor zijn huid zijn
|
[voor zijn leven]
|
|
je moet de huid niet verkopen voor de beer geschoten is
|
[geen toezeggingen doen als iets nog niet van jou is]
|
|
zijn huid duur verkopen
|
[zich tot het uiterste verdedigen]
|
|
in iemands huid kruipen
|
[je indenken dat je hem bent]
|
|
zo bang als een haas (of wezel)
|
[erg bang]
|
|
bang zijn om je aan koud water te branden
|
[overdreven voorzichtig zijn]
|
|
bang uitgevallen zijn
|
[bang van aard zijn]
|
|
het barst hier van de cafés
|
[er zijn er heel veel van]
|
|
ik lachte me te barsten
|
[tot ik niet meer kon]
|
|
barstende hoofdpijn
|
[heel erge hoofdpijn]
|
|
bedelen om aandacht
|
[veel aandacht vragen]
|
|
bedrogen uitkomen
|
[ergens in teleurgesteld worden]
|
|
beeldende kunst
|
[tekenkunst, schilderkunst, beeldhouwkunst]
|
|
beeldend kunstenaar
|
[beoefenaar van een van de beeldende kunsten]
|
|
beeldende kunsten
|
[schilderen en beeldhouwen]
|
|
uit de kunst!
|
[geweldig]
|
|
zwarte kunst
|
[toverij, magie]
|
|
volgens de regels van de kunst
|
[zoals het hoort]
|
|
de kunst van iemand afkijken
|
[bij hem kijken hoe het moet]
|
|
oefening baart kunst
|
[door oefening krijg je vaardigheid]
|
|
uit de kunst
|
[geweldig!]
|
|
de vloer met hem aanvegen
|
[hem vernietigende kritiek geven]
|
|
bij iemand over de vloer komen
|
[er regelmatig op bezoek komen]
|
|
je kunt er van de vloer eten
|
[het is er heel erg schoon]
|
|
beentjes van de vloer
|
[dansen]
|
|
ik dacht dat ik door de vloer zou zakken
|
[ik schaamde me diep]
|
|
een goed begin is het halve werk
|
[als je ergens goed mee begint, is de rest niet moeilijk meer]
|
|
begin mei
|
[in de eerste dagen van mei]
|
|
in het begin bleef ik thuis
|
[eerst bleef ik thuis]
|
|
er kwam geen hond
|
[er kwam niemand]
|
|
zo ziek als een hond zijn
|
[heel erg ziek]
|
|
geen slapende honden wakkermaken
|
[geen aandacht vestigen op wat beter geheim kan blijven]
|
|
de gebeten hond zijn
|
[de schuld krijgen]
|
|
commandeer je hondje en blaf zelf
|
[je hebt niet het recht te zeggen wat ik moet doen]
|
|
we hebben een hond aan tafel
|
[als iemand vergeet te bidden]
|
|
als twee honden vechten om een been, loopt een derde ermee heen
|
[als twee mensen ruzie hebben, heeft een derde er vaak voordeel van]
|
|
bekend zijn als de bonte hond
|
[overal ongunstig bekend zijn]
|
|
de hond in de pot vinden
|
[komen als het eten op is]
|
|
blaffende honden bijten niet
|
[voor schreeuwers hoef je niet bang te zijn]
|
|
als kat en hond leven
|
[veel ruzie maken]
|
|
rode hond
|
[ziekte waarbij je rode vlekken krijgt]
|
|
iemand bont en blauw slaan
|
[afranselen]
|
|
bekendstaan als de bonte hond
|
[overal bekend zijn]
|
|
de bonte was
|
[was voor gekleurd goed]
|
|
een bonte avond
|
[avondprogramma met veel afwisseling]
|
|
een bonte mengeling
|
[allerlei soorten mensen]
|
|
het te bont maken
|
[te ver gaan]
|
|
bekijk het maar!
|
[zoek het zelf maar uit]
|
|
het is zo bekeken
|
[het is zo klaar]
|
|
onder de voet gelopen worden
|
[weggedrukt door een menigte]
|
|
hem voor de voeten lopen
|
[in de weg lopen]
|
|
dat heeft heel wat voeten in de aarde
|
[kost veel moeite]
|
|
op voet van gelijkheid
|
[als twee gelijken]
|
|
voet bij stuk houden
|
[niet toegeven]
|
|
ten voeten uit
|
[helemaal zoals hij is]
|
|
te voet gaan
|
[lopend]
|
|
voetje voor voetje
|
[heel langzaam]
|
|
op de voet volgen
|
[van heel dichtbij]
|
|
op vrije voeten
|
[uit de gevangenis]
|
|
hem de voet dwars zetten
|
[tegenwerken]
|
|
hem het gras voor de voeten wegmaaien
|
[iets zeggen wat de ander óók juist had willen zeggen]
|
|
op grote voet leven
|
[met geld smijten]
|
|
belastingvrije voet
|
[deel van het inkomen waarover je geen belasting hoeft te betalen]
|
|
een wit voetje halen
|
[iets doen om indruk te maken]
|
|
je uit de voeten maken
|
[snel weggaan]
|
|
hem iets voor de voeten gooien
|
[verwijten]
|
|
geen voet buiten de deur zetten
|
[binnen blijven]
|
|
op de oude voet voortzetten
|
[op dezelfde manier]
|
|
op goede voet staan
|
[vriendschappelijk met elkaar omgaan]
|
|
ermee uit de voeten kunnen
|
[er goed mee kunnen werken]
|
|
dat is hem ten voeten uit
|
[dat is kenmerkend voor hem]
|
|
belegen kaas
|
[wat langer gerijpte kaas]
|
|
de kaas niet van je brood laten eten
|
[opkomen voor je rechten]
|
|
er geen kaas van gegeten hebben
|
[er geen verstand van hebben, het niet goed kunnen]
|
|
iemand een belletje geven
|
[even opbellen]
|
|
belletje trekken
|
[aanbellen en hard wegrennen]
|
|
aan de bel trekken
|
[aandacht vragen voor een misstand]
|
|
de kat de bel aanbinden
|
[als eerste over een moeilijk onderwerp beginnen]
|
|
toeters en bellen
|
[overdreven toevoegingen]
|
|
schuld bekennen
|
[toegeven dat je schuldig bent]
|
|
buiten zijn schuld
|
[hij kan er niets aan doen]
|
|
hem de schuld geven
|
[zeggen dat hij het gedaan heeft]
|
|
belofte maakt schuld
|
[als je iets belooft, moet je het ook doen]
|
|
eigen schuld, dikke bult
|
[commentaar als iemand door eigen schuld problemen heeft]
|
|
waar twee kijven, hebben twee schuld
|
[als er ruzie is, hebben beide partijen daar meestal schuld aan]
|
|
schulden maken
|
[niet betalen]
|
|
je in de schulden steken
|
[veel dingen kopen die je niet kunt betalen]
|
|
in de schuld staan bij iemand
|
[hem iets schuldig zijn]
|
|
je belofte breken
|
[niet doen wat je beloofd hebt]
|
|
je belofte nakomen
|
[doen wat je beloofd hebt]
|
|
belofte maakt schuld
|
[wat je belooft, moet je doen]
|
|
het moet al gek gaan als ...
|
[het is bijna zeker]
|
|
gek genoeg
|
[commentaar dat verbazing uitdrukt]
|
|
doe maar gewoon, dan doe je gek genoeg
|
[gedraag je niet anders dan anderen]
|
|
je zou gek staan te kijken...
|
[stomverbaasd zijn]
|
|
hoe ouder hoe gekker
|
[wordt gezegd als oudere mensen iets bijzonders doen]
|
|
op de gekste tijden
|
[op tijdstippen waarop je het niet zou verwachten]
|
|
ik ben me daar gek!
|
[ik denk er niet over om dat te doen]
|
|
gek van angst
|
[buiten zichzelf]
|
|
het is om gek van te worden
|
[ergerlijk en vermoeiend]
|
|
zich gek zoeken naar iets
|
[er overal naar lopen te zoeken]
|
|
ben je gek!
|
[verontwaardigde reactie als iemand iets zegt wat onwaarschijnlijk is]
|
|
zo gek als een deur
|
[helemaal geschift]
|
|
díe is gek!
|
[schamper commentaar als iemand iets gevaarlijks doet]
|
|
hij is niet zo gek als hij eruitziet
|
[plagerig commentaar als iemand plotseling iets slims doet]
|
|
geen gek figuur slaan
|
[een goede indruk maken]
|
|
het is te gek om los te lopen
|
[het is al te dwaas]
|
|
dat is lang niet gek!
|
[tamelijk goed]
|
|
dat is te gek!
|
[geweldig!]
|
|
ik ben gek op Hema-worst
|
[ik ben er dol op]
|
|
Adam was gek op Eva
|
[hield veel van haar]
|
|
ergens gek mee zijn
|
[er veel van houden]
|
|
ze zitten als ratten in de val
|
[kunnen er niet meer uit]
|
|
de ratten verlaten het zinkende schip
|
[de zaak in de steek laten als het slecht gaat]
|
|
sterven als ratten
|
[in grote aantallen]
|
|
ben je helemaal van de ratten besnuffeld!
|
[ben je helemaal gek geworden!]
|
|
eten wat de pot schaft
|
[wat op tafel komt]
|
|
hij kan een potje bij me breken
|
[ik word niet gauw boos op hem]
|
|
zijn eigen potje koken
|
[zijn eigen eten klaarmaken]
|
|
op ieder potje past een dekseltje
|
[voor iedereen is een geschikte partner te vinden]
|
|
de dood in de pot
|
[een saaie boel]
|
|
de hond in de pot vinden
|
[komen als het eten op is]
|
|
een hoofd als een ijzeren pot
|
[een goed geheugen]
|
|
jongens van de gestampte pot
|
[zonder kapsones]
|
|
het is één pot nat
|
[er bestaat nauwelijks verschil tussen]
|
|
kleine potjes hebben grote oren
|
[als er kinderen in de buurt zijn moet je niet te veel vertellen]
|
|
hij kan de pot op
|
[ik trek me niets van hem aan]
|
|
ben je nou helemaal van de pot gerukt!
|
[ben je gek geworden?]
|
|
naast de pot piesen
|
[misgrijpen of te laat zijn]
|
|
naast de pot piesen
|
[overspel plegen]
|
|
het is allemaal één pot nat
|
[hetzelfde]
|
|
je maakt er een potje van
|
[een rommeltje]
|
|
ben je nou helemaal!
|
[ben je gek geworden?]
|
|
ben jij hier bekend?
|
[weet je de weg?]
|
|
je komt me bekend voor
|
[ik denk dat ik je ken]
|
|
dat is algemeen bekend
|
[iedereen weet het]
|
|
dat klinkt me bekend in de oren
|
[dat heb ik wel eens eerder gehoord]
|
|
naar de bekende weg vragen
|
[iets vragen wat je al weet]
|
|
ik neem de maat
|
[ik meet]
|
|
met mate
|
[niet te veel]
|
|
hij kan geen maat houden
|
[neemt altijd teveel]
|
|
dat is onder de maat
|
[onvoldoende]
|
|
met twee maten meten
|
[verschillende normen gebruiken]
|
|
de maat is vol
|
[ik neem het niet langer]
|
|
in hoge mate
|
[zeer]
|
|
beneden de maat
|
[onvoldoende]
|
|
in de maat zingen
|
[goed volgens het telpatroon van het stuk]
|
|
de maat slaan
|
[met je hand aangeven hoe de maat is]
|
|
geen maat kunnen houden
|
[geen gevoel voor ritme hebben]
|
|
in de maat lopen
|
[volgens een vast ritme]
|
|
wij zijn goede maatjes
|
[met elkaar bevriend]
|
|
Jan Rap en zijn maat
|
[uitschot, tuig]
|
|
benzine slurpen
|
[er veel van gebruiken]
|
|
zo sterk als een beer
|
[heel erg sterk]
|
|
een beer van een vent
|
[een grote, sterke man]
|
|
beren op de weg zien
|
[bang zijn voor iets wat niet bestaat]
|
|
de beer is los!
|
[de strijd is begonnen]
|
|
een ongelikte beer
|
[iemand zonder goede manieren]
|
|
je moet de huid niet verkopen voordat de beer geschoten is
|
[geen toezeggingen doen over iets wat nog niet van jou is]
|
|
dat is een lot uit de loterij!
|
[een buitenkans]
|
|
lootjes trekken
|
[briefjes met de naam van iemand]
|
|
van lotje getikt
|
[gek]
|
|
hem aan zijn lot overlaten
|
[je niet om hem bekommeren]
|
|
het lot was mij gunstig gezind
|
[ik had geluk]
|
|
de ironie van het lot
|
[het toeval brengt het tegenovergestelde van wat je verwacht]
|
|
zich zijn lot aantrekken
|
[met hem begaan zijn]
|
|
berusten in zijn lot
|
[er vrede mee hebben]
|
|
besloten vennootschap
|
[waarvan de aandelen niet in het openbaar verkocht kunnen worden]
|
|
naamloze vennootschap
|
[waarvan de aandelen wel in het openbaar verkocht kunnen worden]
|
|
ik vind het best lekker
|
[echt wel lekker]
|
|
hij kan best wat missen
|
[is rijk]
|
|
best wel
|
[behoorlijk, nogal]
|
|
zwangerschapsverlof
|
[vrije dagen in verband met de geboorte van een kind]
|
|
betaald verlof
|
[vrije dagen waarin je doorbetaald wordt]
|
|
heb jij al een vriendje, Anna?
|
[heb jij al verkering]
|
|
dikke vrienden
|
[goede vrienden van elkaar]
|
|
hem te vriend houden
|
[ervoor zorgen dat hij je aardig blijft vinden]
|
|
even goede vrienden
|
[ik blijf je toch aardig vinden]
|
|
beter een goede buur dan een verre vriend
|
[goede buren kunnen sneller hulp bieden dan vrienden die ver weg wonen]
|
|
in nood leert men zijn vrienden kennen
|
[als je in nood bent, ontdek je pas wie je echte vrienden zijn]
|
|
valse vrienden
|
[woorden in verschillende talen die op elkaar lijken, maar verschillende betekenissen hebben]
|
|
van je vrienden moet je het maar hebben
|
[reactie als vrienden in gebreke blijven]
|
|
beter een goede buur dan een verre vriend
|
[je hebt meer aan de hulp van een buurman dan aan een vriend die ver weg woont]
|
|
beter een half ei dan een lege dop
|
[beter iets dan niets]
|
|
het ei van Columbus
|
[een eenvoudige oplossing waar niemand aan gedacht had]
|
|
eieren voor je geld kiezen
|
[met wat minder tevreden zijn]
|
|
je ei niet kwijt kunnen
|
[geen kans krijgen het te vertellen]
|
|
voor een appel en een ei
|
[heel goedkoop]
|
|
de kip met de gouden eieren slachten
|
[een bron van inkomsten wegdoen]
|
|
zijn ei niet kwijt kunnen
|
[zich niet kunnen uitspreken, niet aan bod komen]
|
|
het is koek en ei
|
[hun verhouding is goed]
|
|
op eieren lopen
|
[heel voorzichtig zijn]
|
|
beter een half ei dan een lege dop
|
[beter iets dan niets]
|
|
een advocaat in de dop
|
[een jongere die er aanleg voor heeft om dat te worden]
|
|
een zangeres in de dop
|
[ze heeft er aanleg voor om zangeres te worden]
|
|
kijk uit je doppen!
|
[kijk uit, gebruik je ogen!]
|
|
de vogel is gevlogen
|
[wie je moet hebben is ervandoor]
|
|
elk vogeltje zingt zoals het gebekt is
|
[iedereen praat op zijn eigen manier]
|
|
beter één vogel in de hand dan tien in de lucht
|
[beter tevreden zijn met een beetje dan verlangen naar iets dat je nooit krijgt]
|
|
een rare vogel
|
[een persoon met bijzondere kenmerken]
|
|
je moet je mond houden
|
[niet praten]
|
|
met open mond keek hij toe
|
[heel verbaasd]
|
|
zij doet geen mond open
|
[ze zegt niets]
|
|
hij zette toch een grote mond op!
|
[ging ineens schelden]
|
|
ik heb hem de mond gesnoerd
|
[gezorgd dat hij ging zwijgen]
|
|
ik spreek een mondje Turks
|
[een beetje]
|
|
het ging van mond tot mond
|
[de een zei het tegen de ander]
|
|
zij is niet op haar mondje gevallen
|
[heeft altijd een antwoord klaar]
|
|
zij praat mij naar de mond
|
[zegt wat ik graag wil horen]
|
|
daar heeft hij de mond vol van
|
[hij praat er steeds over]
|
|
ik stond met de mond vol tanden
|
[wist niet wat ik moest zeggen]
|
|
iets met de mond belijden
|
[iets beweren, zonder ernaar te handelen]
|
|
beter hard geblazen dan de mond gebrand
|
[voorzichtigheid gaat voor alles]
|
|
bij monde van
|
[gezegd door]
|
|
geen blad voor de mond nemen
|
[openhartig spreken]
|
|
het brood uit de mond sparen
|
[bezuinigen op wat men eet, voor iemand anders]
|
|
mondje dicht!
|
[verzoek om iets geheim te houden]
|
|
van mond tot mond gaan
|
[rondverteld worden]
|
|
waar het hart vol van is, loopt de mond van over
|
[men praat graag over iets waar men enthousiast over is]
|
|
ik heb het uit zijn mond
|
[hij heeft het gezegd]
|
|
geen mond open doen
|
[zwijgen]
|
|
het schuim staat hem op de mond
|
[hij is woedend]
|
|
ik krijg er een vieze smaak van in de mond
|
[het voelt onplezierig]
|
|
ga je mond spoelen
|
[reactie als iemand iets lelijks gezegd heeft]
|
|
met de tong uit de mond
|
[buiten adem]
|
|
ergens de mond vol van hebben
|
[er steeds over praten]
|
|
het water loopt mij in de mond
|
[ik heb erg veel zin in dat lekkers]
|
|
je haalt me de woorden uit de mond
|
[dat had ik ook willen zeggen]
|
|
beter kleine meester dan grote knecht
|
[je kunt beter voor jezelf werken en vrij zijn]
|
|
de Hollandse meesters
|
[Nederlandse kunstschilders zoals Rembrandt]
|
|
je er meester van maken
|
[ervoor zorgen dat je het in je bezit krijgt]
|
|
hoe laat is het?
|
[welke tijd wijst de klok aan?]
|
|
vroeg of laat zal ik slagen
|
[ooit zal ik slagen]
|
|
beter laat dan nooit
|
[je had het niet meer verwacht maar het gebeurt toch nog]
|
|
dan weet je wel hoe laat het is
|
[dat weet je wel hoe het zit]
|
|
het laat maken
|
[laat thuiskomen]
|
|
ik ben er verlegen mee
|
[ik weet er niet goed raad mee]
|
|
ik zit erom verlegen
|
[ik heb er behoefte aan]
|
|
beter mee verlegen dan om verlegen
|
[beter te veel van iets hebben dan te weinig]
|
|
beter ten halve gekeerd dan ten hele gedwaald
|
[het is beter op tijd te veranderen dan halsstarrig door te gaan]
|
|
een half dozijn
|
[zes]
|
|
een halve finale
|
[elk van de twee wedstrijden tussen twee van de laatste vier deelnemers aan een toernooi]
|
|
hij valt dood op een halve cent
|
[is heel gierig]
|
|
voor half geld
|
[voor de helft van wat anderen moeten betalen]
|
|
niet half zo goed
|
[lang zo goed niet]
|
|
ik voel me maar een half mens
|
[ik voel me helemaal niet fit]
|
|
gedeelde smart is halve smart
|
[verdriet is beter te dragen als je het deelt met anderen]
|
|
ik geloof hem maar half en half
|
[een beetje, maar niet echt]
|
|
een halve wees
|
[kind waarvan een de ouders is overleden]
|
|
geen halve maatregelen nemen
|
[de zaak fors en kordaat aanpakken]
|
|
iets met een half oog zien
|
[zonder er met je aandacht helemaal bij te zijn]
|
|
we hebben het half en half besloten
|
[bijna]
|
|
beterschap beloven
|
[zeggen dat je je beter zult gedragen]
|
|
bezint eer ge begint
|
[je moet eerst nadenken, voor je iets gaat doen]
|
|
met je ziel onder je arm
|
[zonder doel]
|
|
hem op zijn ziel trappen
|
[erg kwetsen]
|
|
zieltjes winnen
|
[mensen tot je geloof bekeren]
|
|
hoe meer zielen hoe meer vreugd
|
[hoe meer mensen, hoe gezelliger het wordt]
|
|
je ziel aan de duivel verkopen
|
[je uitleveren aan iets slechts]
|
|
eelt op je ziel hebben
|
[ongevoelig zijn voor verdriet]
|
|
ter ziele gaan
|
[ophouden te bestaan]
|
|
met hart en ziel
|
[met alle kracht en toewijding]
|
|
op zijn ziel krijgen
|
[een uitbrander krijgen]
|
|
bezit uw ziel in lijdzaamheid
|
[berust er nu maar in]
|
|
het snijdt me door de ziel
|
[het raakt me diep]
|
|
twee zielen, een gedachte
|
[op hetzelfde moment hetzelfde denken]
|
|
hoe meer zielen, hoe meer vreugd
|
[hoe meer mensen, hoe gezelliger]
|
|
zieltjes winnen
|
[mensen tot je geloof of tot je partij overhalen]
|
|
een zieltje zonder zorg
|
[iemand die onbekommerd leeft]
|
|
bier brouwen
|
[bier maken]
|
|
dood bier
|
[dat niet meer schuimt]
|
|
bij benadering
|
[ongeveer]
|
|
een jongen van Jan de Wit
|
[een flinke, dappere vent]
|
|
bij Clinton vergeleken is hij maar een kleine jongen
|
[onbelangrijk]
|
|
als de dag van gisteren
|
[alsof het gisteren gebeurd is]
|
|
dag in, dag uit
|
[steeds, iedere dag]
|
|
ze loopt op alledag
|
[ze kan elk moment bevallen]
|
|
op zijn oude dag
|
[toen hij al oud was]
|
|
van de ene dag op de andere
|
[heel plotseling]
|
|
bij de dag leven
|
[niet nadenken over de toekomst]
|
|
het gesprek van de dag zijn
|
[het meest besproken onderwerp]
|
|
een jongen van Jan de Wit
|
[een flinke, dappere vent]
|
|
bij Clinton vergeleken is hij maar een kleine jongen
|
[onbelangrijk]
|
|
als de dag van gisteren
|
[alsof het gisteren gebeurd is]
|
|
dag in, dag uit
|
[steeds, iedere dag]
|
|
ze loopt op alledag
|
[ze kan elk moment bevallen]
|
|
op zijn oude dag
|
[toen hij al oud was]
|
|
van de ene dag op de andere
|
[heel plotseling]
|
|
bij de dag leven
|
[niet nadenken over de toekomst]
|
|
het gesprek van de dag zijn
|
[het meest besproken onderwerp]
|
|
zijn dagen zijn geteld
|
[hij gaat bijna dood]
|
|
heden ten dage
|
[tegenwoordig, in deze tijd]
|
|
sinds jaar en dag
|
[al heel lang]
|
|
tot in lengte van dagen
|
[nog heel lang]
|
|
een man van de dag zijn
|
[vlak voor zijn dood staan]
|
|
de dag des oordeels
|
[de laatste dag van de wereld]
|
|
overgaan tot de orde van de dag
|
[de gewone werkzaamheden weer gaan doen]
|
|
voor je oude dag zorgen
|
[sparen voor later]
|
|
ouden van dagen
|
[bejaarden]
|
|
pluk de dag!
|
[leef; geniet nu!]
|
|
vandaag de dag
|
[tegenwoordig]
|
|
je dag niet hebben
|
[niet kunnen doen wat je normaal kunt doen]
|
|
geen zorgen voor de dag van morgen
|
[maak je niet bezorgd over de toekomst]
|
|
men moet de dag niet prijzen voor het avond is
|
[het werk pas beoordelen als het klaar is]
|
|
het is morgen weer vroeg dag
|
[we moeten vroeg op]
|
|
iets voor de dag halen
|
[het tevoorschijn halen]
|
|
goed voor de dag komen
|
[iets goeds presteren]
|
|
het is kort dag
|
[er is nog maar weinig tijd]
|
|
dag en nacht
|
[onophoudelijk]
|
|
een gat in de dag slapen
|
[lang uitslapen]
|
|
ermee voor de dag komen
|
[het zeggen]
|
|
voor dag en dauw
|
[heel vroeg]
|
|
een verschil van dag en nacht
|
[een groot verschil]
|
|
iemand de biecht afnemen
|
[hem uithoren]
|
|
bij de duivel te biecht gaan
|
[raad vragen aan je vijand]
|
|
uit de biecht klappen
|
[geheimen doorvertellen]
|
|
de handen uit de mouwen steken
|
[ijverig gaan werken]
|
|
je hand ophouden
|
[geld vragen]
|
|
de hand aan jezelf slaan
|
[zelfmoord plegen]
|
|
met harde hand optreden
|
[streng optreden]
|
|
een handje helpen
|
[even meehelpen]
|
|
dat ligt voor de hand
|
[dat is heel logisch]
|
|
iets achter de hand hebben
|
[in reserve hebben]
|
|
de hand over het hart strijken
|
[voor één keer minder streng zijn]
|
|
er de hand aan houden
|
[de voorschriften volgen]
|
|
in goede handen zijn
|
[goed verzorgd worden]
|
|
jezelf in de hand hebben
|
[je beheersen]
|
|
wat is er aan de hand?
|
[wat is er mis, of wat gebeurt er?]
|
|
zwaar op de hand zijn
|
[erg serieus of somber zijn]
|
|
er je hand niet voor omdraaien
|
[het niet moeilijk vinden om te doen]
|
|
een hand geven
|
[een hand drukken om te begroeten]
|
|
er de laatste hand aan leggen
|
[het juist afmaken]
|
|
handen te kort komen
|
[het heel druk hebben]
|
|
een gat in je hand hebben
|
[gemakkelijk te veel geld uitgeven]
|
|
de hand boven het hoofd houden
|
[verdedigen met woorden]
|
|
met de handen over elkaar zitten
|
[niets doen]
|
|
aan de beterende hand zijn
|
[langzaam genezen]
|
|
van de hand wijzen
|
[weigeren]
|
|
in de hand werken
|
[bevorderen]
|
|
er de hand op weten te leggen
|
[iets bijzonders kopen of krijgen]
|
|
de hand op de knip houden
|
[zuinig zijn, gierig zijn]
|
|
je handen thuishouden
|
[niet aankomen, niet slaan]
|
|
uit je hand eten
|
[precies doen wat je zegt]
|
|
twee handen op één buik zijn
|
[het altijd met elkaar eens zijn]
|
|
uit de hand lopen
|
[niet meer kunnen beheersen]
|
|
van de hand doen
|
[wegdoen, verkopen]
|
|
het hoofd boven water houden
|
[maar nét genoeg hebben om van te leven]
|
|
het hoofd laten hangen
|
[de moed verliezen]
|
|
de handen dichtknijpen
|
[jezelf gelukkig prijzen]
|
|
bij de hand houden
|
[zo houden dat je het snel kunt laten zien]
|
|
hem de les lezen
|
[hem streng zeggen wat hij niet goed doet]
|
|
iemand een lesje leren
|
[ervoor zorgen dat hij ziet dat het anders moet]
|
|
bij de les blijven
|
[opletten]
|
|
daarin kan hij je een lesje geven
|
[dat kan of weet hij veel beter]
|
|
iemand de les lezen
|
[hem berispen]
|
|
bij de pinken zijn
|
[pienter, bijdehand]
|
|
bij de vleet
|
[in overvloed]
|
|
bij deze open ik de school
|
[op dit moment open ik de school]
|
|
een dezer dagen ...
|
[binnenkort]
|
|
bij elkaar kruipen
|
[gezellig bij elkaar gaan zitten]
|
|
ze kruipt voor hem
|
[ze doet precies wat hij wil]
|
|
iets in de schoot geworpen krijgen
|
[het krijgen, zonder dat je er iets voor hoeft te doen]
|
|
bij elkaar op schoot zitten
|
[dicht bij elkaar wonen of zitten]
|
|
het hoofd in de schoot leggen
|
[het accepteren zoals het is]
|
|
in gebreke blijven
|
[niet doen wat je moet doen]
|
|
bij gebrek aan aardappels eten we rijst
|
[omdat er geen aardappels zijn ...]
|
|
bij gebrek aan beter
|
[omdat er niets beters is]
|
|
hij wist niet beter
|
[hij dacht het echt]
|
|
bij gebrek aan beter
|
[omdat ik niets beters heb]
|
|
des te beter
|
[dat is wel zo goed]
|
|
Jan weet altijd alles beter
|
[hij is eigenwijs]
|
|
in gebreke blijven
|
[niet doen wat je moet doen]
|
|
bij gebrek aan aardappels eten we rijst
|
[omdat er geen aardappels zijn ...]
|
|
bij gebrek aan beter
|
[omdat er niets beters is]
|
|
dat is niet voor herhaling vatbaar
|
[niet geschikt om te herhalen]
|
|
bij herhaling
|
[meer dan eens]
|
|
op herhaling zijn
|
[korte tijd terugzijn in militaire dienst]
|
|
dat is niet gering!
|
[heel belangrijk, erg veel]
|
|
niet in het geringst
|
[helemaal niet]
|
|
bij het minste of geringste
|
[bij de kleinste aanleiding]
|
|
er waren ten minste 100 mensen
|
[zeker niet minder]
|
|
hij is op zijn minst veertig jaar
|
[zeker niet jonger]
|
|
daar had ik niet in het minst op gerekend
|
[helemaal niet]
|
|
bij het minste of geringste wordt hij kwaad
|
[er hoeft maar weinig te gebeuren]
|
|
bij iemand aankloppen om geld
|
[iemand om geld vragen]
|
|
bij iemand in het krijt staan
|
[hem iets schuldig zijn]
|
|
de vloer met hem aanvegen
|
[hem vernietigende kritiek geven]
|
|
bij iemand over de vloer komen
|
[er regelmatig op bezoek komen]
|
|
je kunt er van de vloer eten
|
[het is er heel erg schoon]
|
|
beentjes van de vloer
|
[dansen]
|
|
ik dacht dat ik door de vloer zou zakken
|
[ik schaamde me diep]
|
|
heb je dat boek bij je?
|
[heb je het meegenomen?]
|
|
daar kan ik niet bij
|
[dat kan ik niet begrijpen]
|
|
hoe kom je daar bij?
|
[hoe kom je op dat idee?]
|
|
bij jou kan ik geen goed meer doen
|
[in jouw ogen kan ik geen goed meer doen]
|
|
bij lange na niet
|
[absoluut niet]
|
|
heb je dat boek bij je?
|
[heb je het meegenomen?]
|
|
daar kan ik niet bij
|
[dat kan ik niet begrijpen]
|
|
hoe kom je daar bij?
|
[hoe kom je op dat idee?]
|
|
bij jou kan ik geen goed meer doen
|
[in jouw ogen kan ik geen goed meer doen]
|
|
bij lange na niet
|
[absoluut niet]
|
|
je bent er je leven niet zeker
|
[het is er heel gevaarlijk]
|
|
iemand om het leven brengen
|
[doden]
|
|
zij heeft het leven geschonken aan een dochter
|
[zij kreeg een dochter]
|
|
het slachtoffer is nog in leven
|
[leeft nog]
|
|
het nieuw leven inblazen
|
[het opnieuw laten opbloeien]
|
|
hij heeft geen leven bij haar
|
[zij zit hem steeds dwars]
|
|
hij maakt haar het leven zuur
|
[hij zit haar steeds dwars]
|
|
zij leven langs elkaar heen
|
[ze hebben geen contact]
|
|
dat brengt leven in de brouwerij
|
[geeft actie en vrolijkheid]
|
|
haar leven hangt aan een zijden draad
|
[is in gevaar]
|
|
bij leven en welzijn
|
[als alles gaat zoals we verwachten]
|
|
van mijn leven niet!
|
[nooit!]
|
|
iets in het leven roepen
|
[laten ontstaan]
|
|
dat is uit het leven gegrepen
|
[naar de werkelijkheid]
|
|
zij koopt kleren bij het leven
|
[heel veel, heel vaak]
|
|
dat zal ik nooit van mijn leven doen
|
[absoluut nooit]
|
|
je stem verheffen
|
[harder gaan praten]
|
|
de tweede stem zingen
|
[een hogere of lagere melodie]
|
|
ze is haar stem kwijt
|
[kan niet meer hardop praten]
|
|
een stem van binnen
|
[het geweten dat spreekt]
|
|
de stem van het hart volgen
|
[het gevoel, de intuïtie]
|
|
je stem uitbrengen
|
[voor of tegen iets stemmen]
|
|
bij meerderheid van stemmen
|
[omdat de meesten het vonden]
|
|
er gaan stemmen op om ...
|
[sommige mensen willen het]
|
|
de beslissende stem hebben
|
[de uitslag bepalen]
|
|
meeste stemmen gelden
|
[wat de meerderheid wil, dat gebeurt]
|
|
de stemmen staken
|
[er zijn evenveel stemmen vóór als tégen]
|
|
je moet je mond houden
|
[niet praten]
|
|
met open mond keek hij toe
|
[heel verbaasd]
|
|
zij doet geen mond open
|
[ze zegt niets]
|
|
hij zette toch een grote mond op!
|
[ging ineens schelden]
|
|
ik heb hem de mond gesnoerd
|
[gezorgd dat hij ging zwijgen]
|
|
ik spreek een mondje Turks
|
[een beetje]
|
|
het ging van mond tot mond
|
[de een zei het tegen de ander]
|
|
zij is niet op haar mondje gevallen
|
[heeft altijd een antwoord klaar]
|
|
zij praat mij naar de mond
|
[zegt wat ik graag wil horen]
|
|
daar heeft hij de mond vol van
|
[hij praat er steeds over]
|
|
ik stond met de mond vol tanden
|
[wist niet wat ik moest zeggen]
|
|
iets met de mond belijden
|
[iets beweren, zonder ernaar te handelen]
|
|
beter hard geblazen dan de mond gebrand
|
[voorzichtigheid gaat voor alles]
|
|
bij monde van
|
[gezegd door]
|
|
geen blad voor de mond nemen
|
[openhartig spreken]
|
|
het brood uit de mond sparen
|
[bezuinigen op wat men eet, voor iemand anders]
|
|
mondje dicht!
|
[verzoek om iets geheim te houden]
|
|
van mond tot mond gaan
|
[rondverteld worden]
|
|
waar het hart vol van is, loopt de mond van over
|
[men praat graag over iets waar men enthousiast over is]
|
|
ik heb het uit zijn mond
|
[hij heeft het gezegd]
|
|
geen mond open doen
|
[zwijgen]
|
|
het schuim staat hem op de mond
|
[hij is woedend]
|
|
ik krijg er een vieze smaak van in de mond
|
[het voelt onplezierig]
|
|
ga je mond spoelen
|
[reactie als iemand iets lelijks gezegd heeft]
|
|
met de tong uit de mond
|
[buiten adem]
|
|
ergens de mond vol van hebben
|
[er steeds over praten]
|
|
het water loopt mij in de mond
|
[ik heb erg veel zin in dat lekkers]
|
|
je haalt me de woorden uit de mond
|
[dat had ik ook willen zeggen]
|
|
de fabriek draait dag en nacht
|
[altijd]
|
|
zo lelijk als de nacht
|
[heel erg lelijk]
|
|
bij nacht en ontij
|
[op ongewone en onplezierige uren]
|
|
daar moet ik een nachtje over slapen
|
[nog eens goed over nadenken]
|
|
dag en nacht
|
[onophoudelijk]
|
|
van de nacht een dag maken
|
['s nachts doen wat je eigenlijk overdag hoort te doen]
|
|
als een dief in de nacht
|
[ongemerkt]
|
|
niet over één nacht ijs gaan
|
[geen risico's nemen]
|
|
het huilen stond hem nader dan het lachen
|
[hij begon bijna te huilen]
|
|
nader tot elkaar komen
|
[meer overeenstemming bereiken]
|
|
er is nog niets naders bekend
|
[er zijn nog een verdere bijzonderheden]
|
|
bij nader inzien
|
[na alles nog eens overdacht te hebben]
|
|
tot nader order
|
[voorlopig]
|
|
verklaar u nader
|
[leg dat eens verder uit]
|
|
bij nader inzien voel ik er weinig voor
|
[na erover nagedacht te hebben]
|
|
mijns inziens
|
[volgens mij]
|
|
bij vlagen
|
[af en toe, met tussenpozen]
|
|
in een vlaag van verstandsverbijstering
|
[toen hij even erg in de war was]
|
|
bij voorbaat dank
|
[dank voor iets wat iemand anders nog voor je gaat doen]
|
|
bij wijze van spreken
|
[om het maar eens zo te zeggen]
|
|
niet zuiver op de graat zijn
|
[niet helemaal eerlijk zijn]
|
|
bijna van de graat vallen
|
[bijna flauwvallen van de honger]
|
|
aan hem kun je een voorbeeld nemen
|
[proberen het net zo goed te doen]
|
|
het goede voorbeeld geven
|
[laten zien hoe het moet]
|
|
bijvoorbeeld
|
[ik geef dat als voorbeeld]
|
|
hij is bij het onderwijs
|
[hij is leraar]
|
|
bijzonder onderwijs
|
[scholen met een bepaald geloof]
|
|
hoger onderwijs
|
[onderwijs dat na de middelbare school komt]
|
|
lager onderwijs
|
[basisonderwijs]
|
|
middelbaar onderwijs
|
[onderwijs dat na de basisschool komt]
|
|
openbaar onderwijs
|
[scholen die geen bepaald geloof als achtergrond hebben]
|
|
de tijd vliegt
|
[hij gaat snel voorbij]
|
|
de tijd zal het leren
|
[later weten we het wel]
|
|
tijd is geld
|
[tijd is kostbaar]
|
|
ik heb daar geen tijd voor
|
[ik kan er geen momenten voor vrijmaken]
|
|
hij zit de hele tijd te gapen
|
[voortdurend, steeds]
|
|
de laatste tijd
|
[de periode die achter ons ligt]
|
|
we hebben geen tijd te verliezen
|
[we moeten opschieten]
|
|
vrije tijd
|
[waarin je niet hoeft te werken]
|
|
dat is uit de tijd
|
[ouderwets]
|
|
de tijd doden
|
[iets doen als je moet wachten]
|
|
hij is zijn tijd vooruit
|
[zijn ideeën worden pas later gewaardeerd]
|
|
het zal mijn tijd wel duren
|
[ik maak me er niet druk over]
|
|
hij heeft de tijd
|
[hoeft zich niet te haasten]
|
|
zijn tijd verdoen
|
[niets uitvoeren]
|
|
een sprong in de tijd maken
|
[een lange periode overslaan]
|
|
de tand des tijds
|
[de slijtage van alle dingen]
|
|
de tijd heelt alle wonden
|
[uiteindelijk kom je alle verdriet te boven]
|
|
het is tijd om te vertrekken
|
[we moeten vertrekken]
|
|
zij komt nooit op tijd
|
[ze is altijd te laat]
|
|
je moet op de tijd letten
|
[opletten of het moment er al is]
|
|
zij is over tijd
|
[niet ongesteld geworden, dus misschien zwanger]
|
|
te zijner tijd hoor ik daar graag iets over
|
[als het moment daar is]
|
|
komt tijd, komt raad
|
[over een tijdje vind je vanzelf de oplossing]
|
|
als het mijn tijd is
|
[wanneer ik doodga]
|
|
heb je de tijd?
|
[weet je hoe laat het is?]
|
|
op tijd zijn natje en droogje krijgen
|
[niets tekort komen]
|
|
over tijd zijn
|
[de menstruatie is nog niet gekomen]
|
|
te allen tijde
|
[altijd]
|
|
van tijd tot tijd
|
[af en toe]
|
|
binnen afzienbare tijd
|
[spoedig]
|
|
in de baas zijn tijd
|
[onder werktijd]
|
|
iemands tijd in beslag nemen
|
[zijn aandacht opeisen]
|
|
dat heeft de tijd
|
[daar kunnen we nog wel even mee wachten]
|
|
het zal mijn tijd wel duren
|
[ik maak me er niet druk om]
|
|
iemand de tijd ergens voor gunnen
|
[het hem op zijn gemak laten doen]
|
|
gezelligheid kent geen tijd
|
[als het gezellig is, gaat de tijd snel voorbij]
|
|
de hele tijd
|
[voortdurend]
|
|
ik kan mijn tijd wel beter besteden
|
[dat vind ik minderwaardig]
|
|
in minder dan geen tijd
|
[heel snel]
|
|
een scherpe tijd
|
[die moeilijk te verbeteren is]
|
|
dat is verleden tijd
|
[dat is voorbij]
|
|
de tijd aan zichzelf hebben
|
[over zijn eigen tijd kunnen beschikken]
|
|
met je tijd meegaan
|
[met de mode en de heersende opvattingen]
|
|
niet meer van deze tijd
|
[heel verouderd]
|
|
zijn tijd ver vooruit zijn
|
[heel modern zijn]
|
|
je grenzen kennen
|
[weten tot hoever je kunt gaan]
|
|
een natuurlijke grens
|
[die samenvalt met een rivier of bergketen]
|
|
over de grens gaan
|
[naar het buitenland]
|
|
geen grenzen kennen
|
[alle perken te buiten gaan]
|
|
binnen de grenzen van het mogelijke
|
[binnen wat mogelijk is]
|
|
een grens overschrijden
|
[te ver gaan]
|
|
de grenzen verleggen
|
[nieuwe normen vaststellen]
|
|
hem kort houden
|
[hem niet veel toestaan]
|
|
aan het kortste eind trekken
|
[uiteindelijk verliezen]
|
|
de korte golf
|
[radiogolf met een lengte van 10 tot 100 meter]
|
|
alles kort en klein slaan
|
[in stukken slaan]
|
|
kort en bondig
|
[met weinig woorden]
|
|
van korte duur
|
[wat kort duurt]
|
|
het is kort dag
|
[er is niet veel tijd meer]
|
|
een kort geding
|
[proces voor spoedeisende zaken]
|
|
kort geleden
|
[onlangs]
|
|
binnen de kortste keren
|
[heel snel]
|
|
het kort maken (houden)
|
[snel zeggen wat je wilt]
|
|
kort van memorie zijn
|
[een slecht geheugen hebben]
|
|
korte metten maken met iemand
|
[genadeloos met hem afrekenen]
|
|
op korte termijn
|
[binnenkort]
|
|
tot voor kort
|
[onlangs nog]
|
|
in kort bestek
|
[beknopt]
|
|
kort en goed
|
[direct en zonder omhaal]
|
|
in het kort
|
[met weinig woorden, samengevat]
|
|
kort en krachtig
|
[met weinig woorden, samengevat]
|
|
kort en krachtig
|
[direct en zonder uit te weiden]
|
|
om kort te gaan
|
[inleiding op een samenvatting]
|
|
kort van stof zijn
|
[zeer weinig woorden gebruiken]
|
|
in het kort
|
[met weinig woorden]
|
|
tot voor kort
|
[tot een tijdje geleden]
|
|
het strijdperk
|
[plaats waar gevochten wordt]
|
|
binnen de perken houden
|
[niet over drijven, maat houden]
|
|
dat gaat alle perken te buiten
|
[overschrijdt de grenzen]
|
|
ergens paal en perk aan stellen
|
[zorgen dat het misbruik niet toeneemt]
|
|
de biologische klok
|
[intern mechanisme dat zorgt voor het slaap- en waakritme]
|
|
biologische oorlogvoering
|
[door ziekteverwekkers te verspreiden]
|
|
de biologische vader
|
[die het kind verwekt heeft]
|
|
biologische oorlogsvoering
|
[waarbij gebruik wordt gemaakt van krachten uit de natuur]
|
|
het is armoe troef
|
[ze zijn erg arm]
|
|
van armoe iets doen
|
[omdat je niets beters kunt bedenken]
|
|
bittere armoede
|
[heel erg arm]
|
|
stille armoede
|
[waarvoor je niet uit wilt komen]
|
|
bittere tranen
|
[die voortkomen uit verdriet of spijt]
|
|
een bittere nasmaak
|
[een vervelend gevoel dat je ergens aan overhoudt]
|
|
een bittere pil
|
[een vervelende boodschap]
|
|
een bittere pil moeten slikken
|
[een pijnlijke vernedering moeten ondergaan]
|
|
doorgaan tot het bittere eind
|
[altijd maar doorgaan, hoe erg het ook wordt]
|
|
het is bitter koud
|
[heel erg koud]
|
|
het is volle maan
|
[de maan is helemaal rond]
|
|
dat ding is naar de maan
|
[kapot]
|
|
loop naar de maan!
|
[ga weg, ik heb genoeg van je]
|
|
blaffen tegen de maan
|
[nodeloos dreigen]
|
|
naar de maan gaan
|
[kapot gaan, verloren gaan]
|
|
loop naar de maan!
|
[verwensing als iemand iets vervelends doet]
|
|
er kwam geen hond
|
[er kwam niemand]
|
|
zo ziek als een hond zijn
|
[heel erg ziek]
|
|
geen slapende honden wakkermaken
|
[geen aandacht vestigen op wat beter geheim kan blijven]
|
|
de gebeten hond zijn
|
[de schuld krijgen]
|
|
commandeer je hondje en blaf zelf
|
[je hebt niet het recht te zeggen wat ik moet doen]
|
|
we hebben een hond aan tafel
|
[als iemand vergeet te bidden]
|
|
als twee honden vechten om een been, loopt een derde ermee heen
|
[als twee mensen ruzie hebben, heeft een derde er vaak voordeel van]
|
|
bekend zijn als de bonte hond
|
[overal ongunstig bekend zijn]
|
|
de hond in de pot vinden
|
[komen als het eten op is]
|
|
blaffende honden bijten niet
|
[voor schreeuwers hoef je niet bang te zijn]
|
|
als kat en hond leven
|
[veel ruzie maken]
|
|
rode hond
|
[ziekte waarbij je rode vlekken krijgt]
|
|
er blanco tegenover staan
|
[niet vóór zijn en ook niet tégen]
|
|
een blanco cheque
|
[waarop de ontvanger elk bedrag kan invullen]
|
|
een blanco cheque
|
[een machtiging om te doen wat je wilt]
|
|
er blanco tegenover staan
|
[er geen mening over hebben]
|
|
blanco stemmen
|
[een stembiljet oningevuld inleveren; niet voor of tegen stemmen]
|
|
een blanco strafblad hebben
|
[nog nooit door de rechter veroordeeld zijn]
|
|
blank staan
|
[onder water staan]
|
|
blauw aanlopen
|
[langzaam blauw worden]
|
|
van de blauwe knoop zijn
|
[geen alcohol gebruiken]
|
|
een blauwe maandag
|
[heel kort]
|
|
iemand bont en blauw slaan
|
[hem afranselen]
|
|
een blauwe plek
|
[lichte bloeduitstorting onder de huid]
|
|
spa blauw
|
[bronwater zonder koolzuur]
|
|
Delfts blauw
|
[blauw beschilderd aardewerk uit Delft]
|
|
meer blauw op straat
|
[meer politie]
|
|
blauw bloed hebben
|
[van adellijke afkomst zijn]
|
|
zich blauw ergeren
|
[zich in hoge mate ergeren]
|
|
een blauwe maandag
|
[een zeer korte tijd]
|
|
het bloed kruipt waar het niet gaan kan
|
[je doet toch wat in je aard ligt]
|
|
hem het bloed onder de nagels vandaan halen
|
[hem erg kwaad maken]
|
|
dat heeft kwaad bloed gezet
|
[boosheid veroorzaakt]
|
|
iemand in koelen bloede vermoorden
|
[op een harde, gevoelloze manier]
|
|
mijn eigen vlees en bloed
|
[mijn eigen kind]
|
|
het bloed stolt hem in de aderen
|
[hij is ineens erg bang]
|
|
baden in het bloed
|
[in een plas bloed liggen]
|
|
blauw bloed hebben
|
[van adellijke afkomst zijn]
|
|
zijn bloed wel kunnen drinken
|
[hem heel erg haten]
|
|
van gemengd bloed zijn
|
[afstammen van ouders van een verschillend ras]
|
|
er kleeft bloed aan zijn handen
|
[hij heeft gemoord]
|
|
in koelen bloede [bewust, in het volle besef van wat je doet]
|
[hij heeft gemoord]
|
|
in koelen bloede
|
[bewust, in het volle besef van wat je doet]
|
|
mijn bloed kookt
|
[ik ben woedend]
|
|
kwaad bloed zetten
|
[boosheid opwekken]
|
|
bloed vergieten
|
[doden]
|
|
je neus stoten
|
[afgewezen worden]
|
|
je neus ervoor ophalen
|
[het minderwaardig vinden]
|
|
hem met zijn neus op de feiten drukken
|
[laten zien hoe het werkelijk zit]
|
|
de neuzen tellen
|
[tellen hoeveel mensen er zijn]
|
|
er met je neus bovenop staan
|
[er vlakbij staan]
|
|
met je neus kijken
|
[niet goed zoeken]
|
|
uit je neus zitten eten
|
[niets doen]
|
|
je neus in de wind steken
|
[ergens trots op zijn]
|
|
op je neus kijken
|
[teleurgesteld zijn omdat het tegenvalt]
|
|
overal zijn neus in steken
|
[zich overal mee bemoeien]
|
|
een frisse neus halen
|
[bij koud weer buiten lopen]
|
|
geen knip voor zijn neus waard zijn
|
[nergens goed voor zijn, nergens voor deugen]
|
|
m'n neus!
|
[kom nou, dat is onzin]
|
|
iemand bij de neus nemen
|
[hem voor de gek houden, bedriegen]
|
|
dat komt me de neus uit
|
[daar heb ik schoon genoeg van]
|
|
iemand iets door de neus boren
|
[niet betalen wat men hem schuldig is]
|
|
plotseling voor iemands neus staan
|
[hem onverwacht ontmoeten]
|
|
de deur voor zijn neus dichtdoen
|
[terwijl hij er vlak voor staat]
|
|
dat gaat je neus voorbij
|
[daar krijg je niets van]
|
|
iemand iets onder de neus wrijven
|
[hem vertellen wat hij verkeerd deed]
|
|
dat zal ik je niet aan je neus hangen
|
[niet vertellen]
|
|
iets langs zijn neus weg zeggen
|
[terloops, alsof het niet belangrijk is]
|
|
doen alsof je neus bloedt
|
[alsof je van niets weet]
|
|
zijn neus krult
|
[hij is blij over een compliment]
|
|
iemand de pen op de neus zetten
|
[hem waarschuwen dat hij zich beter moet gedragen]
|
|
alle neuzen wijzen dezelfde kant op
|
[iedereen heeft dezelfde mening]
|
|
bleek om de neus worden
|
[ergens heel bang voor zijn]
|
|
niet verder kijken dan je neus lang is
|
[niet goed nadenken]
|
|
iemand iets door de neus boren
|
[verhinderen dat hij het krijgt]
|
|
met de neus in de boter vallen
|
[het goed treffen]
|
|
het deksel op je neus krijgen
|
[gestraft worden als je te begerig bent]
|
|
het ligt voor je neus
|
[vlak voor je]
|
|
iemand de pin op de neus zetten
|
[zo onder druk zetten dat hij gehoorzaamt]
|
|
dat is een wassen neus
|
[stelt niets voor]
|
|
het neusje van de zalm
|
[het fijnste, het beste]
|
|
een fijne neus voor iets hebben
|
[intuïtief iets opmerken]
|
|
een scherpe neus hebben
|
[goed kunnen ruiken]
|
|
een bleek zonnetje
|
[een flauw zonnetje]
|
|
bleek om de neus worden
|
[wit worden van angst]
|
|
iemand blij maken met een dode mus
|
[met iets wat geen waarde blijkt te hebben]
|
|
blij toe
|
[om aan te geven dat je tevreden bent]
|
|
blij zijn voor iemand
|
[je verheugen over iemands geluk]
|
|
de Blijde Boodschap
|
[het evangelie]
|
|
in het bestuur zitten
|
[bestuurslid zijn]
|
|
op voetbal zitten
|
[lid zijn van een voetbalclub]
|
|
op voetbal zitten
|
[lid zijn van een voetbalclub]
|
|
blijven zitten
|
[niet overgaan naar de volgende klas]
|
|
hij ging ervoor zitten
|
[nam er rustig de tijd voor]
|
|
ermee blijven zitten
|
[het niet kwijtraken]
|
|
ergens mee zitten
|
[het een probleem vinden]
|
|
iemand laten zitten
|
[hem in de steek laten]
|
|
blijven zitten
|
[op school nog een jaar in dezelfde klas moeten blijven]
|
|
in de schulden zitten
|
[schulden hebben]
|
|
zonder werk zitten
|
[geen werk hebben]
|
|
het zit me tot hier
|
[ik heb er genoeg van]
|
|
dat zit hem hoog
|
[daar is hij verontwaardigd over]
|
|
daar zit iets achter
|
[dat betekent nog iets anders]
|
|
hij laat het er niet bij zitten
|
[neemt maatregelen om het te veranderen]
|
|
die bal zit!
|
[hij is in het doel gekomen]
|
|
dat zit als gegoten
|
[past perfect]
|
|
hoe zit dat in elkaar?
|
[hoe is het gemaakt]
|
|
ergens aan zitten
|
[het aanraken]
|
|
het niet op je laten zitten
|
[wraak nemen]
|
|
dat zit zo
|
[ik zal je uitleggen hoe het is]
|
|
laat maar zitten
|
[ik hoef geen geld terug]
|
|
laat maar zitten
|
[ik hoef er niet meer over te praten]
|
|
het zit er niet in dat ...
|
[het is niet mogelijk]
|
|
hij zit ernaast
|
[heeft het mis]
|
|
die zit
|
[die opmerking was raak]
|
|
dat zit wel goed
|
[dat is wel in orde]
|
|
het zit erop
|
[het werk is klaar]
|
|
er zit niets anders op
|
[het is de enige oplossing]
|
|
ik zie het wel zitten
|
[het lijkt me wel iets]
|
|
je er blind op staren
|
[er te lang naar kijken waardoor je het niet goed meer ziet]
|
|
liefde is blind
|
[wie verliefd is ziet de gebreken van de geliefde niet]
|
|
een blinde vlek hebben voor iets
|
[het niet kunnen inzien]
|
|
ziende blind zijn
|
[iets niet zien of niet willen zien]
|
|
blinde haat
|
[die alleen het afstotelijke ziet]
|
|
in blinde razernij (woede)
|
[waarbij je niet meer nadenkt]
|
|
blind toeval
|
[een gebeurtenis waar niet op te rekenen viel]
|
|
een blind vertrouwen hebben in iemand
|
[hem zonder meer vertrouwen]
|
|
een blinde muur
|
[zonder raam of deur]
|
|
ik heb een blind vertrouwen in hem
|
[een groot vertrouwen]
|
|
blind typen
|
[zonder naar de toetsen te kijken]
|
|
een blinde vink
|
[rolletje gehakt met lapje vlees eromheen]
|
|
een blinde deur
|
[die niet geopend kan worden]
|
|
een blinde muur
|
[zonder ramen of deuren]
|
|
je er blind op staren
|
[er te lang naar kijken waardoor je het niet goed meer ziet]
|
|
liefde is blind
|
[wie verliefd is ziet de gebreken van de geliefde niet]
|
|
een blinde vlek hebben voor iets
|
[het niet kunnen inzien]
|
|
blinde haat
|
[die alleen het afstotelijke ziet]
|
|
in blinde razernij (woede)
|
[waarbij je niet meer nadenkt]
|
|
blind toeval
|
[een gebeurtenis waar niet op te rekenen viel]
|
|
een blind vertrouwen hebben in iemand
|
[hem zonder meer vertrouwen]
|
|
ziende blind zijn
|
[iets niet zien of niet willen zien]
|
|
een blinde muur
|
[zonder raam of deur]
|
|
ik heb een blind vertrouwen in hem
|
[een groot vertrouwen]
|
|
blind typen
|
[zonder naar de toetsen te kijken]
|
|
een blinde vink
|
[rolletje gehakt met lapje vlees eromheen]
|
|
een blinde deur
|
[die niet geopend kan worden]
|
|
een blinde muur
|
[zonder ramen of deuren]
|
|
blinde darm
|
[doodlopend stukje darm dat gemakkelijk kan ontsteken]
|
|
je er blind op staren
|
[er te lang naar kijken waardoor je het niet goed meer ziet]
|
|
liefde is blind
|
[wie verliefd is ziet de gebreken van de geliefde niet]
|
|
een blinde vlek hebben voor iets
|
[het niet kunnen inzien]
|
|
ziende blind zijn
|
[iets niet zien of niet willen zien]
|
|
blinde haat
|
[die alleen het afstotelijke ziet]
|
|
in blinde razernij (woede)
|
[waarbij je niet meer nadenkt]
|
|
blind toeval
|
[een gebeurtenis waar niet op te rekenen viel]
|
|
een blind vertrouwen hebben in iemand
|
[hem zonder meer vertrouwen]
|
|
een blinde muur
|
[zonder raam of deur]
|
|
ik heb een blind vertrouwen in hem
|
[een groot vertrouwen]
|
|
blind typen
|
[zonder naar de toetsen te kijken]
|
|
een blinde vink
|
[rolletje gehakt met lapje vlees eromheen]
|
|
een blinde deur
|
[die niet geopend kan worden]
|
|
een blinde muur
|
[zonder ramen of deuren]
|
|
blinde vink
|
[rolletje gehakt met rundvlees eromheen]
|
|
het bloed kruipt waar het niet gaan kan
|
[je doet toch wat in je aard ligt]
|
|
hem het bloed onder de nagels vandaan halen
|
[hem erg kwaad maken]
|
|
dat heeft kwaad bloed gezet
|
[boosheid veroorzaakt]
|
|
iemand in koelen bloede vermoorden
|
[op een harde, gevoelloze manier]
|
|
mijn eigen vlees en bloed
|
[mijn eigen kind]
|
|
het bloed stolt hem in de aderen
|
[hij is ineens erg bang]
|
|
baden in het bloed
|
[in een plas bloed liggen]
|
|
blauw bloed hebben
|
[van adellijke afkomst zijn]
|
|
zijn bloed wel kunnen drinken
|
[hem heel erg haten]
|
|
van gemengd bloed zijn
|
[afstammen van ouders van een verschillend ras]
|
|
er kleeft bloed aan zijn handen
|
[hij heeft gemoord]
|
|
in koelen bloede
|
[bewust, in het volle besef van wat je doet]
|
|
mijn bloed kookt
|
[ik ben woedend]
|
|
bloed vergieten
|
[doden]
|
|
bloeden als een rund
|
[heel erg bloeden]
|
|
scheldwoord: rund!
|
[stommeling]
|
|
de bloemetjes buiten zetten
|
[flink feestvieren]
|
|
zeg het met bloemen!
|
[laat met een bos bloemen zien dat je om iemand geeft]
|
|
haar bloempje is geplukt
|
[ze is geen maagd meer]
|
|
iemand in de bloemetjes zetten
|
[feestelijk onthalen]
|
|
de bloem der natie
|
[de jeugd]
|
|
bloemen op de ruiten
|
[bevroren aanslag]
|
|
moderne talen
|
[Engels, Frans en Duits]
|
|
klassieke talen
|
[Grieks en Latijn]
|
|
een dode taal
|
[die niemand meer spreekt]
|
|
grove taal uitslaan
|
[lelijke woorden gebruiken]
|
|
zwijgen in alle talen
|
[niets zeggen]
|
|
hij gaf taal noch teken
|
[liet niets van zich horen]
|
|
een levende taal
|
[die nog gesproken wordt]
|
|
een vreemde taal
|
[een buitenlandse taal]
|
|
bloemrijke taal
|
[met veel beeldspraak]
|
|
duidelijke taal spreken
|
[begrijpelijk zijn]
|
|
gepeperde taal
|
[met harde oordelen]
|
|
gespierde taal
|
[waaruit blijkt dat je daadkrachtig bent]
|
|
taal noch teken geven
|
[niets van zich laten horen]
|
|
versluierende taal
|
[waarmee iemand niet ronduit zegt wat hij bedoelt]
|
|
kwaad bloed zetten
|
[boosheid opwekken]
|
|
boete doen
|
[straf ondergaan voor iets dat je verkeerd gedaan hebt]
|
|
boetseerklei
|
[klei om mee te boetseren]
|
|
hij is uit de klei getrokken
|
[zonder manieren, boers]
|
|
bol staan van de fouten
|
[veel fouten bevatten]
|
|
zijn verdiende loon krijgen
|
[terecht gestraft worden]
|
|
loon naar werken krijgen
|
[krijgen wat je toekomt]
|
|
zwart loon
|
[waarover geen premies en belastingen zijn betaald]
|
|
boontje komt om zijn loontje
|
[commentaar als iemand terecht gestraft wordt]
|
|
hij moet zijn eigen boontjes maar doppen
|
[voor zichzelf zorgen]
|
|
honger maakt rauwe bonen zoet
|
[wie honger heeft, lust alles]
|
|
voor spek en bonen meedoen
|
[zonder echt mee te tellen]
|
|
ik ben wat in de bonen
|
[in de war]
|
|
boontje komt om zijn loontje
|
[je wordt gestraft voor je eigen stommiteiten]
|
|
heilig boontje!
|
[overdreven braaf iemand]
|
|
daar sta ik van te kijken
|
[daar ben ik verbaasd over]
|
|
ach jongen, jij komt pas kijken
|
[jij weet nog niet veel]
|
|
laat naar je kijken!
|
[je vertelt onzin]
|
|
boos kijken
|
[een boos gezicht trekken]
|
|
kijk, volgens mij zit het zo
|
[let op, volgens mij zit het zo]
|
|
hij kijkt niet zo nauw
|
[hij is niet zo precies of fijngevoelig]
|
|
tot kijk
|
[tot ziens]
|
|
bot vangen
|
[niet slagen in je poging]
|
|
je kunt zijn botten tellen
|
[hij is erg mager]
|
|
tot op het bot verkleumd
|
[heel erg koud]
|
|
iets tot op het bod uitzoeken
|
[heel grondig]
|
|
de botte bijl hanteren
|
[harde, grove maatregelen nemen]
|
|
dat snap jij niet met je botte hersens
|
[beledigend commentaar als iemand iets niet begrijpt]
|
|
bot ijs
|
[niet glad, hobbelig ijs]
|
|
hem voor rotte vis uitmaken
|
[heel erg uitschelden]
|
|
zo gezond als een vis
|
[helemaal gezond]
|
|
je voelen als een vis in het water
|
[erg prettig, echt op je plaats]
|
|
de vis wordt duur betaald
|
[je moet er veel voor over hebben]
|
|
het is vlees noch vis
|
[het een noch het ander]
|
|
als een vis op het droge
|
[hulpeloos]
|
|
boter bij de vis
|
[contante betaling]
|
|
de vis wordt duur betaald
|
[vraagt grote offers]
|
|
vis moet zwemmen
|
[als je vis eet, moet je erbij drinken]
|
|
veel aan je hoofd hebben
|
[het druk hebben]
|
|
het hoofd laten hangen
|
[de moed opgeven]
|
|
iets uit je hoofd leren
|
[het zo leren dat je het kunt herhalen]
|
|
een dak boven je hoofd hebben
|
[woonruimte hebben]
|
|
het hoofd verliezen
|
[niet meer nadenken]
|
|
je kon over de hoofden lopen
|
[het was er erg druk]
|
|
over het hoofd zien
|
[niet opmerken]
|
|
je boven het hoofd groeien
|
[het wordt je te veel]
|
|
niet goed bij zijn hoofd zijn
|
[niet goed wijs zijn]
|
|
uit je hoofd laten
|
[niet doen]
|
|
voor het hoofd stoten
|
[iets doen waarmee je iemand beledigt]
|
|
de hand boven het hoofd houden
|
[beschermen]
|
|
het hoofd bieden
|
[een probleem oplossen]
|
|
je hoofd er niet bij kunnen houden
|
[niet goed kunnen nadenken]
|
|
iets het hoofd bieden
|
[je ertegen verzetten]
|
|
het hoofd stoten
|
[er wordt je iets geweigerd]
|
|
het hoofd in de schoot leggen
|
[de moed verliezen]
|
|
iemand hoofd eisen
|
[eisen dat hij aftreedt]
|
|
daar durf ik mijn hoofd onder te verwedden
|
[daar ben ik heel zeker van]
|
|
het hoofd neerleggen
|
[doodgaan, sterven]
|
|
het hoofd boven water houden
|
[maar net genoeg geld hebben om van te leven]
|
|
mijn hoofd staat er niet naar
|
[ik ben er niet voor in de stemming]
|
|
er hangt hem iets boven het hoofd
|
[er gaat iets met hem gebeuren]
|
|
het hoofd op hol brengen
|
[héél enthousiast of verliefd maken]
|
|
er je hoofd over breken
|
[er diep over nadenken]
|
|
het hoofd van de tafel
|
[een van de korte zijden]
|
|
er een hard hoofd in hebben
|
[er niet in geloven]
|
|
boter op je hoofd hebben
|
[ook schuldig zijn]
|
|
schoolhoofd
|
[wie de leiding heeft op school]
|
|
boter op je hoofd hebben
|
[zelf ook schuldig zijn]
|
|
nog geen deuk in een pakje boter kunnen slaan
|
[heel zwak zijn]
|
|
het is boter aan de galg gesmeerd
|
[het is vergeefse moeite voor een verloren zaak]
|
|
met je neus in de boter vallen
|
[precies op een goed moment komen]
|
|
het is boter bij de vis
|
[direct betalen; krijgen waar je recht op hebt]
|
|
botsende karakters
|
[die niet bij elkaar passen]
|
|
zand erover
|
[we praten er niet meer over]
|
|
zand schuurt de maag
|
[een beetje zand in het eten is niet erg]
|
|
als los zand
|
[zonder samenhang]
|
|
hem zand in de ogen strooien
|
[hem misleiden]
|
|
zijn kop in het zand steken
|
[iets niet willen zien]
|
|
bouwen op los zand
|
[iets ondernemen zonder de vereiste voorbereiding]
|
|
in het zand bijten
|
[neervallen of verliezen]
|
|
de grote mensen
|
[de volwassenen]
|
|
de grote vakantie
|
[de zomervakantie]
|
|
inkopen in het groot
|
[met grote hoeveelheden tegelijk]
|
|
met grote ogen kijken
|
[verbaasd kijken]
|
|
een grote mond opzetten
|
[brutaal praten]
|
|
een grote duim hebben
|
[een rijke fantasie]
|
|
voor het grootste gedeelte
|
[voor het merendeel]
|
|
de grote hoop
|
[de grote massa]
|
|
een grote keel opzetten
|
[hard gaan schreeuwen]
|
|
veel kleintjes maken één grote
|
[veel kleine uitgaven zijn samen toch een groot bedrag]
|
|
iets aan de grote klok hangen
|
[overal bekendmaken]
|
|
groot licht
|
[autolampen op maximale sterkte]
|
|
met groot materieel uitrukken
|
[met veel brandweerwagens en blusapparatuur]
|
|
een grote mond geven
|
[brutaal toespreken]
|
|
grote ogen opzetten
|
[heel erg verbaasd zijn]
|
|
de grote plas
|
[de oceaan]
|
|
boven de grote rivieren
|
[Noord- en Midden-Nederland]
|
|
grote stappen, gauw thuis
|
[slordig en snel]
|
|
in grote trekken
|
[in hoofdzaken]
|
|
op grote voet leven
|
[veel geld uitgeven]
|
|
de groten der aarde
|
[de rijken en machtigen]
|
|
de grote dag
|
[de dag van de belangrijke gebeurtenis]
|
|
heden groot, morgen dood
|
[succes duurt maar even]
|
|
een grote geest
|
[zeer begaafd persoon]
|
|
wie 't kleine niet eert, is 't grote niet weerd
|
[wie niet tevreden is met iets kleins, verdient niets groters]
|
|
een grote rol spelen
|
[belangrijk zijn]
|
|
een grote boodschap doen
|
[poepen]
|
|
de grootste gemene deler
|
[dat wat een aantal zaken gemeenschappelijk hebben]
|
|
groot denken
|
[ruim]
|
|
het grote geld
|
[rijkdom, veel geld]
|
|
in groten getale
|
[massaal]
|
|
dat is een groot woord
|
[dat houdt meer in dan eigenlijk wordt bedoeld]
|
|
je hebt groot gelijk
|
[je hebt absoluut gelijk]
|
|
het grote publiek
|
[een grote groep mensen]
|
|
ik ben groot met hem
|
[mag hem graag en ga goed met hem om]
|
|
grote goedheid
|
[uitroep van schrik]
|
|
groot zijn met iemand
|
[bevriend met hem zijn]
|
|
je er blind op staren
|
[er te lang naar kijken waardoor je het niet goed meer ziet]
|
|
liefde is blind
|
[wie verliefd is ziet de gebreken van de geliefde niet]
|
|
een blinde vlek hebben voor iets
|
[het niet kunnen inzien]
|
|
ziende blind zijn
|
[iets niet zien of niet willen zien]
|
|
blinde haat
|
[die alleen het afstotelijke ziet]
|
|
in blinde razernij (woede)
|
[waarbij je niet meer nadenkt]
|
|
blind toeval
|
[een gebeurtenis waar niet op te rekenen viel]
|
|
een blind vertrouwen hebben in iemand
|
[hem zonder meer vertrouwen]
|
|
een blinde muur
|
[zonder raam of deur]
|
|
ik heb een blind vertrouwen in hem
|
[een groot vertrouwen]
|
|
blind typen
|
[zonder naar de toetsen te kijken]
|
|
een blinde vink
|
[rolletje gehakt met lapje vlees eromheen]
|
|
een blinde deur
|
[die niet geopend kan worden]
|
|
een blinde muur
|
[zonder ramen of deuren]
|
|
blinde vink
|
[rolletje gehakt met rundvlees eromheen]
|
|
het bloed kruipt waar het niet gaan kan
|
[je doet toch wat in je aard ligt]
|
|
hem het bloed onder de nagels vandaan halen
|
[hem erg kwaad maken]
|
|
dat heeft kwaad bloed gezet
|
[boosheid veroorzaakt]
|
|
dat heeft kwaad bloed gezet
|
[boosheid veroorzaakt]
|
|
iemand in koelen bloede vermoorden
|
[op een harde, gevoelloze manier]
|
|
mijn eigen vlees en bloed
|
[mijn eigen kind]
|
|
het bloed stolt hem in de aderen
|
[hij is ineens erg bang]
|
|
baden in het bloed
|
[in een plas bloed liggen]
|
|
blauw bloed hebben
|
[van adellijke afkomst zijn]
|
|
zijn bloed wel kunnen drinken
|
[hem heel erg haten]
|
|
van gemengd bloed zijn
|
[afstammen van ouders van een verschillend ras]
|
|
er kleeft bloed aan zijn handen
|
[hij heeft gemoord]
|
|
mijn bloed kookt
|
[ik ben woedend]
|
|
bloed vergieten
|
[doden]
|
|
bloeden als een rund
|
[heel erg bloeden]
|
|
scheldwoord: rund!
|
[stommeling]
|
|
de bloemetjes buiten zetten
|
[flink feestvieren]
|
|
zeg het met bloemen!
|
[laat met een bos bloemen zien dat je om iemand geeft]
|
|
haar bloempje is geplukt
|
[ze is geen maagd meer]
|
|
iemand in de bloemetjes zetten
|
[feestelijk onthalen]
|
|
de bloem der natie
|
[de jeugd]
|
|
bloemen op de ruiten
|
[bevroren aanslag]
|
|
moderne talen
|
[Engels, Frans en Duits]
|
|
klassieke talen
|
[Grieks en Latijn]
|
|
een dode taal
|
[die niemand meer spreekt]
|
|
zwijgen in alle talen
|
[niets zeggen]
|
|
grove taal uitslaan
|
[lelijke woorden gebruiken]
|
|
hij gaf taal noch teken
|
[liet niets van zich horen]
|
|
een levende taal
|
[die nog gesproken wordt]
|
|
een vreemde taal
|
[een buitenlandse taal]
|
|
bloemrijke taal
|
[met veel beeldspraak]
|
|
duidelijke taal spreken
|
[begrijpelijk zijn]
|
|
gepeperde taal
|
[met harde oordelen]
|
|
gespierde taal
|
[waaruit blijkt dat je daadkrachtig bent]
|
|
taal noch teken geven
|
[niets van zich laten horen]
|
|
versluierende taal
|
[waarmee iemand niet ronduit zegt wat hij bedoelt]
|
|
boete doen
|
[straf ondergaan voor iets dat je verkeerd gedaan hebt]
|
|
moderne talen
|
[Engels, Frans en Duits]
|
|
klassieke talen
|
[Grieks en Latijn]
|
|
een dode taal
|
[die niemand meer spreekt]
|
|
grove taal uitslaan
|
[lelijke woorden gebruiken]
|
|
zwijgen in alle talen
|
[niets zeggen]
|
|
hij gaf taal noch teken
|
[liet niets van zich horen]
|
|
een levende taal
|
[die nog gesproken wordt]
|
|
een vreemde taal
|
[een buitenlandse taal]
|
|
bloemrijke taal
|
[met veel beeldspraak]
|
|
duidelijke taal spreken
|
[begrijpelijk zijn]
|
|
gepeperde taal
|
[met harde oordelen]
|
|
gespierde taal
|
[waaruit blijkt dat je daadkrachtig bent]
|
|
taal noch teken geven
|
[niets van zich laten horen]
|
|
versluierende taal
|
[waarmee iemand niet ronduit zegt wat hij bedoelt]
|
|
boetseerklei
|
[klei om mee te boetseren]
|
|
hij is uit de klei getrokken
|
[zonder manieren, boers]
|
|
bol staan van de fouten
|
[veel fouten bevatten]
|
|
zijn verdiende loon krijgen
|
[terecht gestraft worden]
|
|
loon naar werken krijgen
|
[krijgen wat je toekomt]
|
|
zwart loon
|
[waarover geen premies en belastingen zijn betaald]
|
|
boontje komt om zijn loontje
|
[commentaar als iemand terecht gestraft wordt]
|
|
hij moet zijn eigen boontjes maar doppen
|
[voor zichzelf zorgen]
|
|
honger maakt rauwe bonen zoet
|
[wie honger heeft, lust alles]
|
|
voor spek en bonen meedoen
|
[zonder echt mee te tellen]
|
|
ik ben wat in de bonen
|
[in de war]
|
|
boontje komt om zijn loontje
|
[je wordt gestraft voor je eigen stommiteiten]
|
|
heilig boontje!
|
[overdreven braaf iemand]
|
|
daar sta ik van te kijken
|
[daar ben ik verbaasd over]
|
|
ach jongen, jij komt pas kijken
|
[jij weet nog niet veel]
|
|
laat naar je kijken!
|
[je vertelt onzin]
|
|
boos kijken
|
[een boos gezicht trekken]
|
|
kijk, volgens mij zit het zo
|
[let op, volgens mij zit het zo]
|
|
hij kijkt niet zo nauw
|
[hij is niet zo precies of fijngevoelig]
|
|
tot kijk
|
[tot ziens]
|
|
de botte bijl hanteren
|
[harde, grove maatregelen nemen]
|
|
dat snap jij niet met je botte hersens
|
[beledigend commentaar als iemand iets niet begrijpt]
|
|
bot ijs
|
[niet glad, hobbelig ijs]
|
|
bot vangen
|
[niet slagen in je poging]
|
|
je kunt zijn botten tellen
|
[hij is erg mager]
|
|
tot op het bot verkleumd
|
[heel erg koud]
|
|
iets tot op het bod uitzoeken
|
[heel grondig]
|
|
hem voor rotte vis uitmaken
|
[heel erg uitschelden]
|
|
zo gezond als een vis
|
[helemaal gezond]
|
|
je voelen als een vis in het water
|
[erg prettig, echt op je plaats]
|
|
de vis wordt duur betaald
|
[je moet er veel voor over hebben]
|
|
het is vlees noch vis
|
[het een noch het ander]
|
|
als een vis op het droge
|
[hulpeloos]
|
|
boter bij de vis
|
[contante betaling]
|
|
de vis wordt duur betaald
|
[vraagt grote offers]
|
|
vis moet zwemmen
|
[als je vis eet, moet je erbij drinken]
|
|
boter op je hoofd hebben
|
[zelf ook schuldig zijn]
|
|
nog geen deuk in een pakje boter kunnen slaan
|
[heel zwak zijn]
|
|
nog geen deuk in een pakje boter kunnen slaan
|
[heel zwak zijn]
|
|
het is boter aan de galg gesmeerd
|
[het is vergeefse moeite voor een verloren zaak]
|
|
met je neus in de boter vallen
|
[precies op een goed moment komen]
|
|
het is boter bij de vis
|
[direct betalen; krijgen waar je recht op hebt]
|
|
botsende karakters
|
[die niet bij elkaar passen]
|
|
zand erover
|
[we praten er niet meer over]
|
|
zand schuurt de maag
|
[een beetje zand in het eten is niet erg]
|
|
als los zand
|
[zonder samenhang]
|
|
hem zand in de ogen strooien
|
[hem misleiden]
|
|
zijn kop in het zand steken
|
[iets niet willen zien]
|
|
bouwen op los zand
|
[iets ondernemen zonder de vereiste voorbereiding]
|
|
in het zand bijten
|
[neervallen of verliezen]
|
|
aan de macht komen
|
[gaan regeren]
|
|
uit de macht der gewoonte
|
[omdat je het altijd zo gedaan hebt]
|
|
macht uitoefenen
|
[je invloed gebruiken]
|
|
iemand in zijn macht krijgen
|
[hem onderwerpen]
|
|
iemand in zijn macht krijgen
|
[hem onderwerpen]
|
|
boven je macht werken
|
[met je handen boven je hoofd]
|
|
we waren niet bij machte om ...
|
[niet in staat om ...]
|
|
uit alle macht
|
[met de grootste inspanning]
|
|
eendracht maakt macht
|
[eensgezindheid maakt sterk]
|
|
kennis is macht
|
[wie veel weet, heeft ook veel invloed]
|
|
met man en macht
|
[met alle beschikbare hulp]
|
|
boven zijn macht werken
|
[met de handen boven het hoofd]
|
|
de gewapende macht
|
[door de staat georganiseerde krijgsmacht]
|
|
een hogere macht
|
[bovenaards wezen of principe dat het lot van de mensen bepaalt]
|
|
de uitvoerende macht
|
[de regering, het bestuur]
|
|
de wetgevende macht
|
[de kroon en het parlement samen]
|
|
de rechterlijke macht
|
[de rechters]
|
|
de stand van zaken
|
[hoe de toestand is]
|
|
de stand in de wedstrijd
|
[hoeveel doelpunten er gevallen zijn en voor wie]
|
|
de burgerlijke stand
|
[waar gegevens van burgers worden bijgehouden]
|
|
iets tot stand brengen
|
[ontwikkelen, vormen]
|
|
iets in stand houden
|
[zorgen dat het blijft bestaan]
|
|
boven je stand leven
|
[meer uitgeven dan je hebt]
|
|
boven je stand trouwen
|
[met iemand van een hogere stand]
|
|
een heer van stand
|
[een man die laat blijken bij de hogere klasse te horen]
|
|
iets tot stand brengen
|
[iets presteren]
|
|
het in stand houden
|
[zorgen dat het blijft]
|
|
tot stand komen
|
[ontstaan]
|
|
aan de macht komen
|
[gaan regeren]
|
|
uit de macht der gewoonte
|
[omdat je het altijd zo gedaan hebt]
|
|
macht uitoefenen
|
[je invloed gebruiken]
|
|
boven je macht werken
|
[met je handen boven je hoofd]
|
|
we waren niet bij machte om ...
|
[niet in staat om ...]
|
|
uit alle macht
|
[met de grootste inspanning]
|
|
kennis is macht
|
[wie veel weet, heeft ook veel invloed]
|
|
boven zijn macht werken
|
[met de handen boven het hoofd]
|
|
de gewapende macht
|
[door de staat georganiseerde krijgsmacht]
|
|
een hogere macht
|
[bovenaards wezen of principe dat het lot van de mensen bepaalt]
|
|
de uitvoerende macht
|
[de regering, het bestuur]
|
|
de wetgevende macht
|
[de kroon en het parlement samen]
|
|
de rechterlijke macht
|
[de rechters]
|
|
bovenlaag van de maatschappij
|
[de belangrijkste mensen]
|
|
je tong uitsteken
|
[handeling waarmee je iemand bespot]
|
|
kwade tongen beweren ...
|
[roddelaars zeggen ...]
|
|
met dubbele tong spreken
|
[de ene keer wat anders zeggen dan de andere keer]
|
|
het ligt vóór op mijn tong
|
[ik weet het bijna]
|
|
met de tong op de schoenen
|
[helemaal uitgeput]
|
|
heb je je tong verloren/ingeslikt?
|
[kun je niet meer praten?]
|
|
de tongen kwamen los
|
[de mensen begonnen te praten]
|
|
hij gaat over de tong
|
[er wordt over hem geroddeld]
|
|
niet het achterste van je tong laten zien
|
[niet alles vertellen]
|
|
je tong wel kunnen afbijten
|
[er spijt van hebben dat je het vertelde]
|
|
het hart op de tong hebben
|
[zeggen wat je denkt]
|
|
het smelt op je tong
|
[is zeer mals]
|
|
het maakt de tongen los
|
[zet de mensen aan het praten]
|
|
het boze oog
|
[eigenschap dat iemand met zijn blik bij anderen schade kan veroorzaken]
|
|
boze tongen beweren...
|
[kwaadsprekers beweren...]
|
|
we zijn uit de brand
|
[onze moeilijkheden zijn voorbij]
|
|
brand stichten
|
[een brand aansteken]
|
|
de brand is weer geblust
|
[we zijn uit de problemen]
|
|
moord en brand schreeuwen
|
[hard schreeuwen]
|
|
de wereld staat in brand
|
[wordt verwoest door oorlog]
|
|
ergens op gebrand zijn
|
[het heel graag willen]
|
|
die vraag brandt me op de lippen
|
[ik kan bijna niet wachten hem te stellen]
|
|
branden van ongeduld
|
[heel ongeduldig zijn]
|
|
een brandende kwestie
|
[een erg belangrijke zaak]
|
|
je schouders eronder zetten
|
[heel hard gaan werken]
|
|
een schouderklopje geven
|
[een compliment]
|
|
brede schouders hebben
|
[veel kunnen verdragen]
|
|
je schouders ophalen
|
[laten zien dat het je niet kan schelen]
|
|
een schouder om op uit te huilen
|
[iemand die naar je problemen luistert]
|
|
er met kop en schouders bovenuit steken
|
[veel beter zijn]
|
|
er met kop en schouders bovenuit steken
|
[veel beter zijn]
|
|
schouder aan schouder staan
|
[samen strijden]
|
|
het zijn sterke schouders die de weelde kunnen dragen
|
[rijkdom bederft je karakter]
|
|
een brede rug hebben
|
[veel kritiek kunnen verdragen]
|
|
een brede scheiding hebben (bij mannen)
|
[kaal zijn]
|
|
brede schouders hebben
|
[veel kunnen verdragen]
|
|
het is zo lang als het breed is
|
[het komt op hetzelfde neer]
|
|
wie het breed heeft, laat het breed hangen
|
[wie veel bezit, kan veel uitgeven]
|
|
het niet breed hebben
|
[arm zijn]
|
|
al lang en breed
|
[al lang]
|
|
het er lang en breed over gehad hebben
|
[uitgebreid besproken hebben]
|
|
het breed uitmeten
|
[overdreven voorstellen]
|
|
wij hebben het niet breed
|
[wij hebben niet veel geld]
|
|
wie het breed heeft, laat het breed hangen
|
[wie veel geld heeft, kan veel uitgeven]
|
|
breeduit lachen
|
[duidelijk zichtbaar lachen]
|
|
breek me de bek niet open!
|
[daar zou ik heel wat slechte dingen over kunnen vertellen]
|
|
je moet een gegeven paard niet in de bek kijken
|
[niet kritisch zijn over wat je krijgt]
|
|
(plat) op je bek gaan
|
[vallen]
|
|
(plat) een grote bek hebben
|
[brutaal zijn]
|
|
dat is spekje voor zijn bekje
|
[net iets voor hem]
|
|
briesend van woede
|
[hard schreeuwend en scheldend]
|
|
een brok in je keel hebben
|
[ontroerd zijn]
|
|
brokken maken
|
[iets kapot maken, een ongeluk veroorzaken]
|
|
met de brokken zitten
|
[narigheid hebben als gevolg van iets wat mislukt]
|
|
een bron van vermaak
|
[waar je veel plezier kunt hebben]
|
|
bron van inkomsten
|
[waar je je geld mee verdient]
|
|
uit betrouwbare bron
|
[van iemand die te vertrouwen is]
|
|
hij slaat de plank mis
|
[hij vergist zich]
|
|
ik ben zo stijf als een plank
|
[heel erg stijf]
|
|
van de bovenste plank
|
[zeer goed]
|
|
brood op de plank hebben
|
[genoeg hebben om van te leven]
|
|
van dik hout zaagt men planken
|
[zeg je als iets voortvarend, maar ruw wordt aangepakt]
|
|
tussen zes planken liggen
|
[dood zijn]
|
|
de plank misslaan
|
[zich vergissen]
|
|
op de planken staan
|
[toneelspelen]
|
|
op de plank blijven liggen
|
[niet uitgegeven worden]
|
|
voor de vuist weg
|
[zonder voorbereiding]
|
|
in je vuistje lachen
|
[stiekem plezier hebben om de pech van iemand anders]
|
|
een vuist maken
|
[samen met anderen in verzet komen]
|
|
brood uit het vuistje
|
[niet van een bord]
|
|
op de vuist gaan met iemand
|
[met hem vechten]
|
|
met de vuist op tafel slaan
|
[eisen stellen door te dreigen]
|
|
uit het vuistje eten
|
[uit de hand, zonder bestek]
|
|
witte rijst
|
[gepelde rijst]
|
|
bruine rijst
|
[zilvervliesrijst, ongepeld]
|
|
bruisen van energie
|
[heel veel energie hebben]
|
|
een bruisend feest
|
[waar veel gebeurt]
|
|
zo brutaal als de beul
|
[heel erg brutaal]
|
|
brutalen hebben de halve wereld
|
[ze krijgen meestal hun zin]
|
|
hij verkoopt die kast met winst
|
[hij verdient eraan]
|
|
tel uit je winst!
|
[het gaat veel opleveren, maar heeft ook negatieve kanten]
|
|
bruto winst
|
[verschil tussen inkomsten en uitgaven]
|
|
netto winst
|
[bruto winst na aftrek van de kosten]
|
|
op winst staan
|
[kans op winst maken]
|
|
op winst spelen
|
[spelen om te winnen]
|
|
neutraal grondgebied
|
[dat niet in de strijd betrokken is]
|
|
neutraal onderwijs
|
[dat niet gebonden is aan een levensbeschouwing]
|
|
op neutraal terrein
|
[dat geen voor- of nadelen heeft voor een van de partijen]
|
|
budgettair neutraal
|
[wat geen extra kosten meebrengt]
|
|
het juk afwerpen
|
[je bevrijden uit een toestand van overheersing]
|
|
buigen onder het juk
|
[je onderwerpen]
|
|
hij komt van buiten
|
[hij komt van het platteland]
|
|
ik sta hierbuiten
|
[ik heb er niets mee te maken]
|
|
jullie houden mij erbuiten
|
[jullie vertellen mij niets]
|
|
buiten adem
|
[hijgend van moeheid]
|
|
het van buiten leren
|
[uit je hoofd leren]
|
|
buiten werktijd
|
[als je niet hoeft te werken]
|
|
de machine is buiten werking
|
[hij staat niet aan]
|
|
je adem inhouden
|
[even niet ademen omdat het spannend is]
|
|
buiten adem zijn
|
[moeilijk ademen als je hard gelopen hebt]
|
|
een boek in één adem uitlezen
|
[zonder weg te leggen, omdat het zo spannend is]
|
|
je laatste adem uitblazen
|
[doodgaan]
|
|
op adem komen
|
[tot rust komen]
|
|
buiten beschouwing laten
|
[het er niet over hebben]
|
|
zo gek als een deur
|
[heel erg gek]
|
|
ze is net de deur uit
|
[net weg]
|
|
dat is niet naast de deur
|
[dat is ver weg]
|
|
met de deur in huis vallen
|
[het meteen vertellen]
|
|
de deur plat lopen
|
[er heel vaak komen]
|
|
dat doet de deur dicht
|
[nu moet er iets aan gedaan worden]
|
|
niet samen door één deur kunnen
|
[elkaar niet kunnen verdragen]
|
|
dat staat voor de deur
|
[het is bijna zover]
|
|
iemand het gat van de deur wijzen
|
[zeggen dat hij moet vertrekken]
|
|
de deur uit zijn
|
[niet meer thuis wonen]
|
|
buiten de deur eten
|
[in een restaurant]
|
|
voor een gesloten deur staan
|
[niemand thuis treffen]
|
|
een open deur
|
[iets wat iedereen al weet]
|
|
zoals de waard is vertrouwt hij zijn gasten
|
[als iemand jou niet vertrouwt, zal hij zelf wel niet te vertrouwen zijn]
|
|
buiten de waard gerekend hebben
|
[er niet op gerekend hebben dat iemand een plan zou kunnen dwarsbomen]
|
|
buiten het bereik van kinderen
|
[ze moeten er niet bij kunnen]
|
|
buiten schot blijven
|
[niet meedoen en daardoor ook geen moeilijkheden krijgen]
|
|
dat was een schot in de roos
|
[dat was raak]
|
|
hem onder schot nemen
|
[je wapen op hem richten]
|
|
hij komt van buiten
|
[hij komt van het platteland]
|
|
ik sta hierbuiten
|
[ik heb er niets mee te maken]
|
|
jullie houden mij erbuiten
|
[jullie vertellen mij niets]
|
|
buiten adem
|
[hijgend van moeheid]
|
|
het van buiten leren
|
[uit je hoofd leren]
|
|
buiten werktijd
|
[als je niet hoeft te werken]
|
|
de machine is buiten werking
|
[hij staat niet aan]
|
|
het wilde westen
|
[westelijk deel van de VS]
|
|
het Westen
|
[West-Europa, de VS en Canada]
|
|
ten westen van ...
|
[aan de westkant van]
|
|
buiten westen
|
[bewusteloos, knock-out]
|
|
hij gaat zijn boekje te buiten
|
[doet of zegt dingen die niet mogen]
|
|
ik zal eens een boekje over hem open doen
|
[slechte dingen over hem vertellen]
|
|
een open boek zijn
|
[geen geheimen hebben]
|
|
hij staat hoog te boek
|
[ze denken positief over hem]
|
|
dat is een gesloten boek
|
[een afgesloten periode]
|
|
met je neus in de boeken zitten
|
[studeren]
|
|
het boek der boeken
|
[de Bijbel]
|
|
de boeken afsluiten
|
[een financieel jaarverslag maken]
|
|
buiten zijn boekje gaan
|
[andere dingen doen dan je mag doen]
|
|
een boekje opendoen over iemand
|
[geheimen verklappen]
|
|
volgens het boekje
|
[volgens de voorschriften]
|
|
schuld bekennen
|
[toegeven dat je schuldig bent]
|
|
buiten zijn schuld
|
[hij kan er niets aan doen]
|
|
hem de schuld geven
|
[zeggen dat hij het gedaan heeft]
|
|
belofte maakt schuld
|
[als je iets belooft, moet je het ook doen]
|
|
eigen schuld, dikke bult
|
[commentaar als iemand door eigen schuld problemen heeft]
|
|
waar twee kijven, hebben twee schuld
|
[als er ruzie is, hebben beide partijen daar meestal schuld aan]
|
|
schulden maken
|
[niet betalen]
|
|
je in de schulden steken
|
[veel dingen kopen die je niet kunt betalen]
|
|
in de schuld staan bij iemand
|
[hem iets schuldig zijn]
|
|
buitengesloten worden
|
[niet mogen meedoen]
|
|
een burgerlijk huwelijk
|
[voor de ambtenaar van de burgerlijke stand gesloten]
|
|
burgerlijke ongehoorzaamheid
|
[verzet van burgers tegen de wet]
|
|
je burgerlijke staat
|
[de toestand van waaruit je het recht hebt om te handelen]
|
|
het Burgerlijk Wetboek
|
[dat de verhoudingen tussen burgers regelt]
|
|
carrière maken
|
[steeds betere banen krijgen]
|
|
een centrale keuken
|
[die maaltijden maakt voor alle bewoners van een gebouw]
|
|
centraal staan
|
[het belangrijkst zijn]
|
|
centraal stellen
|
[er een groot belang aan toekennen]
|
|
het centrale zenuwstelsel
|
[de hersenen en het ruggenmerg]
|
|
centraal overleg
|
[tussen overheid, vakbonden en werkgevers]
|
|
chemisch reinigen
|
[niet met water, maar met chemische stoffen]
|
|
chemische wapens
|
[gifgassen die als wapen gebruikt worden]
|
|
christelijke feestdagen
|
[als christenen iets gedenken]
|
|
een vaste feestdag
|
[die elk jaar op dezelfde datum valt]
|
|
een veranderlijke feestdag
|
[die elk jaar op een andere datum valt]
|
|
collectieve arbeidsovereenkomst
|
[afspraken tussen alle werkgevers en werknemers in een bedrijfstak]
|
|
een collectieve arbeidsovereenkomst (cao)
|
[tussen werkgevers en werknemers in een bepaalde bedrijfstak]
|
|
collectieve lastendruk
|
[het geheel aan belastingen en premies]
|
|
de collectieve sector
|
[de afdeling die afhankelijk is van overheidsgelden]
|
|
collectieve uitgaven
|
[het geheel van subsidies en uitkeringen aan instellingen en personen]
|
|
een collectieve arbeidsovereenkomst (cao)
|
[tussen werkgevers en werknemers in een bepaalde bedrijfstak]
|
|
collectieve lastendruk
|
[het geheel aan belastingen en premies]
|
|
de collectieve sector
|
[de afdeling die afhankelijk is van overheidsgelden]
|
|
collectieve uitgaven
|
[het geheel van subsidies en uitkeringen aan instellingen en personen]
|
|
hij zet het op een lopen
|
[gaat heel hard lopen]
|
|
een eindje lopen
|
[wandelen]
|
|
hij loopt als een kievit
|
[loopt heel vlug en goed]
|
|
over je laten lopen
|
[altijd doen wat anderen willen]
|
|
iemand tegen het lijf lopen
|
[ontmoeten]
|
|
de klok loopt weer
|
[gaat weer vooruit]
|
|
het loopt tegen acht uur
|
[het is bijna acht uur]
|
|
het loopt ten einde
|
[is bijna afgelopen]
|
|
je loopt gevaar
|
[je bent in gevaar]
|
|
het loopt uit de hand
|
[het gaat verkeerd]
|
|
toen liep het fout
|
[toen ging het fout]
|
|
die zin loopt goed
|
[er zitten geen fouten in]
|
|
college lopen
|
[college volgen]
|
|
er kwam geen hond
|
[er kwam niemand]
|
|
zo ziek als een hond zijn
|
[heel erg ziek]
|
|
geen slapende honden wakkermaken
|
[geen aandacht vestigen op wat beter geheim kan blijven]
|
|
de gebeten hond zijn
|
[de schuld krijgen]
|
|
commandeer je hondje en blaf zelf
|
[je hebt niet het recht te zeggen wat ik moet doen]
|
|
als twee honden vechten om een been, loopt een derde ermee heen
|
[als twee mensen ruzie hebben, heeft een derde er vaak voordeel van]
|
|
bekend zijn als de bonte hond
|
[overal ongunstig bekend zijn]
|
|
de hond in de pot vinden
|
[komen als het eten op is]
|
|
blaffende honden bijten niet
|
[voor schreeuwers hoef je niet bang te zijn]
|
|
als kat en hond leven
|
[veel ruzie maken]
|
|
communicerende vaten
|
[die met elkaar in verbinding staan]
|
|
complementaire kleuren
|
[die wit maken, als je ze mengt]
|
|
eisen stellen
|
[eisen]
|
|
Cyrillisch schrift
|
[van Russen, Serviërs en Bulgaren]
|
|
iets op schrift stellen
|
[opschrijven]
|
|
klaar is Kees
|
[het is af]
|
|
is het nu klaar?
|
[wil je er nu mee stoppen?]
|
|
ik ben nog niet klaar met je
|
[je bent nog niet van me af]
|
|
klaar ben je!
|
[het is wat moois!]
|
|
van zessen klaar zijn
|
[goed kunnen aanpakken]
|
|
zo klaar als een klontje
|
[heel erg duidelijk]
|
|
klaar wakker
|
[helemaal wakker]
|
|
zonneklaar
|
[helemaal duidelijk]
|
|
klip en klaar
|
[overduidelijk]
|
|
klare wijn schenken
|
[nergens geheimzinnig over doen]
|
|
over Jan gesproken ....
|
[nu we het toch over Jan hebben]
|
|
zij spreekt altijd de waarheid
|
[liegt nooit]
|
|
daar ben ik niet over te spreken
|
[dat bevalt me niet]
|
|
normaal gesproken ....
|
[gewoonlijk]
|
|
dat spreekt vanzelf
|
[natuurlijk!]
|
|
ik heb bij wijze van spreken geen tijd om te eten
|
[dat is niet echt zo, maar ik heb het erg druk]
|
|
deze cijfers spreken voor zich
|
[ze zijn duidelijk genoeg]
|
|
spreken is zilver, zwijgen is goud
|
[het is beter om te zwijgen dan om te praten]
|
|
dat is me vies tegengevallen
|
[erg tegengevallen]
|
|
er vies bij zijn
|
[betrapt worden]
|
|
vies weer
|
[slecht weer]
|
|
vieze moppen
|
[die met seks te maken hebben]
|
|
hem vies te pakken nemen
|
[op een gemene manier]
|
|
er vies van zijn
|
[het niet leuk of lekker vinden]
|
|
daar ben ik niet vies van
|
[dat wil ik wel graag]
|
|
vieze varkens worden niet vet
|
[je moet niet zo kieskeurig zijn]
|
|
daar ben je mee gezegend
|
[spottende reactie als iemand iets vervelends is overkomen]
|
|
in gezegende omstandigheden
|
[zwanger]
|
|
hij is gezegend met een goede gezondheid
|
[hij is zo gelukkig dat te bezitten]
|
|
daar ben je mee gezegend!
|
[het is vervelend daarmee opgescheept te zitten]
|
|
klaar is Kees
|
[het is af]
|
|
is het nu klaar?
|
[wil je er nu mee stoppen?]
|
|
ik ben nog niet klaar met je
|
[je bent nog niet van me af]
|
|
klaar ben je!
|
[het is wat moois!]
|
|
daar ben ik mooi klaar mee
|
[daar zit ik lelijk mee te kijken]
|
|
van zessen klaar zijn
|
[goed kunnen aanpakken]
|
|
zo klaar als een klontje
|
[heel erg duidelijk]
|
|
klaar wakker
|
[helemaal wakker]
|
|
zonneklaar
|
[helemaal duidelijk]
|
|
klip en klaar
|
[overduidelijk]
|
|
klare wijn schenken
|
[nergens geheimzinnig over doen]
|
|
klare wijn schenken
|
[nergens geheimzinnig over doen]
|
|
daar ben je mooi klaar mee
|
[blijk van medeleven als iemand in een nare situatie zit]
|
|
daar ben je mooi klaar mee
|
[blijk van medeleven als iemand in een nare situatie zit]
|
|
iemand uitmaken voor alles wat mooi en lelijk is
|
[uitschelden]
|
|
nou nog mooier!
|
[verontwaardigde reactie op een belediging]
|
|
jij hebt mooi praten
|
[jij zit niet met die problemen]
|
|
het is te mooi om waar te zijn
|
[zo fijn dat ik het bijna niet kan geloven]
|
|
mooi weer spelen
|
[doen alsof er niets aan de hand is]
|
|
een mooi portret
|
[een kleurrijk, bijzonder persoon]
|
|
het mooie eraf kijken
|
[ergens lang naar kijken]
|
|
hij is niet moeders mooiste
|
[lelijk]
|
|
wie mooi wil zijn, moet pijn lijden
|
[voor een fraai uiterlijk moet je wat overhebben]
|
|
het is weer mooi geweest
|
[we gaan stoppen]
|
|
daar komen we mooi van af
|
[zonder veel schade]
|
|
mooie jongen ben jij!
|
[wat je gedaan hebt is niet zo leuk]
|
|
het is mooi geweest zo
|
[zeg je als iemand ergens mee ophoudt]
|
|
mooi niet!
|
[beslist niet]
|
|
zo zijn we niet getrouwd
|
[dat hebben we niet afgesproken]
|
|
daar ben je niet mee getrouwd
|
[daar zit je niet aan vast]
|
|
voor spek en bonen meedoen
|
[meedoen zonder mee te tellen]
|
|
dat is spekje voor mijn bekje
|
[echt iets voor mij]
|
|
de kat op het spek binden
|
[iemand heel erg in de verleiding brengen]
|
|
daar dansen de muizen in het spek
|
[daar is van alles overvloed]
|
|
met spek vangt men muizen
|
[met cadeautjes kun je iedereen voor je winnen]
|
|
waarom zijn de bananen krom?
|
[grappig commentaar als iemand een moeilijke vraag stelt]
|
|
krom liggen van het lachen
|
[heel erg moeten lachen]
|
|
zich krom werken
|
[heel hard werken]
|
|
daar gaan je tenen krom van staan
|
[dat vind ik gênant, ergerlijk]
|
|
een kromme redenering
|
[een redenering die niet klopt, die niet logisch is]
|
|
er waren ten minste 100 mensen
|
[zeker niet minder]
|
|
hij is op zijn minst veertig jaar
|
[zeker niet jonger]
|
|
daar had ik niet in het minst op gerekend
|
[helemaal niet]
|
|
bij het minste of geringste wordt hij kwaad
|
[er hoeft maar weinig te gebeuren]
|
|
daar heb ik geen boodschap aan
|
[daar heb ik niets mee te maken]
|
|
een grote of kleine boodschap
|
[poepen of plassen]
|
|
daar heb ik geen vertrouwen in
|
[ik geloof niet dat het zal lukken]
|
|
ze is erg goed van vertrouwen
|
[denkt dat iedereen eerlijk is]
|
|
hem in vertrouwen nemen
|
[een geheim vertellen]
|
|
er is met Barend geen land te bezeilen
|
[er is niets met hem te beginnen]
|
|
deze boer heeft veel land
|
[veel weiland, veel grond]
|
|
's lands wijs, 's lands eer
|
[ieder land heeft zijn eigen gewoonten en daaraan moet je je aanpassen]
|
|
in het land der blinden is eenoog koning
|
[tussen mensen die niets kunnen, valt iemand die een beetje presteert al gauw op]
|
|
nog in het land der levenden zijn
|
[nog leven]
|
|
stad en land af lopen
|
[overal heen gaan]
|
|
daar heb ik het land aan
|
[daar heb ik een hekel aan]
|
|
ik heb geen mens gezien
|
[niemand dus]
|
|
grote mensen
|
[volwassenen]
|
|
zij komt niet onder de mensen
|
[ontmoet geen anderen]
|
|
daar heb ik mijn mensen voor
|
[mijn medewerkers]
|
|
zij is geen mens voor kantoor
|
[daar is zij niet geschikt voor]
|
|
hij is een nachtmens
|
[werkt het liefst 's nachts]
|
|
een mens is geen aardappel
|
[hij wil wel eens een pleziertje]
|
|
alle mensen!
|
[uitroep van verbazing of ergernis]
|
|
de mens leeft niet van brood alleen
|
[heeft hogere behoeftes dan alleen het materiële]
|
|
ik ben geen mens meer
|
[ben heel erg moe]
|
|
onder de mensen komen
|
[mensen ontmoeten]
|
|
je hebt mensen en potloden
|
[berustend commentaar als iemand onhandig is geweest]
|
|
een mens van vlees en bloed
|
[met lichamelijke begeerten en zwakheden]
|
|
de Zoon des Mensen
|
[Jezus Christus]
|
|
daar heb ik moeite mee
|
[dat kan ik niet goed]
|
|
dat gaat in één moeite door
|
[dat kan ook nog wel even gedaan worden]
|
|
dat is de moeite waard
|
[het kost inspanning, maar het levert ook iets op]
|
|
met moeite kwam hij overeind
|
[met veel inspanning]
|
|
daar heb ik part noch deel aan
|
[ik heb er niets mee te maken]
|
|
voor mijn part
|
[wat mij betreft]
|
|
de angst speelt hem parten
|
[hij heeft er last van]
|
|
daar heb ik problemen mee
|
[ik vind het moeilijk]
|
|
een probleem oplossen
|
[er een antwoord of oplossing voor vinden]
|
|
hij studeert rechten
|
[bestudeert het geheel van wetten en regels]
|
|
het recht aan zijn kant hebben
|
[gelijk hebben]
|
|
ongeschreven recht
|
[dat niet in wetten is vastgelegd]
|
|
daar heb ik recht op
|
[volgens afspraak moet ik het mogen of krijgen]
|
|
dat is zijn goed recht
|
[hij mag dat]
|
|
met recht
|
[op grond van goede redenen]
|
|
recht doen aan iets
|
[de waarde ervan goed laten uitkomen]
|
|
het recht in eigen hand nemen
|
[zelf voor rechter spelen]
|
|
dat is mijn goed recht
|
[dat kan ik eisen of vragen]
|
|
waar niets is, verliest de keizer zijn recht
|
[als iemand niets heeft, valt er ook niets te halen]
|
|
tot zijn recht komen
|
[zich voldoende kunnen laten gelden]
|
|
recht van overpad
|
[om over iemands land te gaan]
|
|
met alle respect, maar....
|
[als aankondiging dat je gaat protesteren]
|
|
daar heb ik respect voor
|
[bewondering]
|
|
daar heb ik respect voor
|
[daar ben ik ontzag voor, ben ik bang van]
|
|
respect inboezemen
|
[automatisch respect krijgen]
|
|
het getuigt van weinig respect dat ....
|
[ze sparen anderen en andermans spullen niet]
|
|
met alle respect, maar....
|
[als aankondiging dat je gaat protesteren]
|
|
daar heb ik respect voor
|
[bewondering]
|
|
daar heb ik respect voor
|
[daar ben ik ontzag voor, ben ik bang van]
|
|
respect inboezemen
|
[automatisch respect krijgen]
|
|
het getuigt van weinig respect dat ....
|
[ze sparen anderen en andermans spullen niet]
|
|
je hele hebben en houden
|
[al je spullen]
|
|
ik wil het niet hebben
|
[ik wil niet dat het gebeurt]
|
|
daar héb je hem weer
|
[daar begint hij weer te zeuren]
|
|
ik hád het niet meer
|
[ik kon niet meer van het lachen, de zenuwen, enz]
|
|
hij heeft het in zijn rug
|
[pijn in zijn rug]
|
|
zij heeft iets met haar buurjongen
|
[ze heeft verkering met hem]
|
|
te diep in het glaasje gekeken hebben
|
[te veel gedronken hebben]
|
|
je eigen glazen ingooien
|
[de zaak voor jezelf verknoeien]
|
|
daar heb je het gedonder in de glazen
|
[daar begint de ellende]
|
|
een glaasje te veel op hebben
|
[dronken zijn]
|
|
een storm in een glas water
|
[veel ophef over iets onbelangrijks]
|
|
gemak dient de mens
|
[natuurlijk kies je voor het gemakkelijke als je de kans krijgt]
|
|
daar hebben we veel gemak van
|
[het is erg plezierig om het te gebruiken]
|
|
hou je gemak!
|
[ga niet zo tekeer!]
|
|
je moet je mond houden
|
[niet praten]
|
|
met open mond keek hij toe
|
[heel verbaasd]
|
|
zij doet geen mond open
|
[ze zegt niets]
|
|
hij zette toch een grote mond op!
|
[ging ineens schelden]
|
|
ik spreek een mondje Turks
|
[een beetje]
|
|
zij is niet op haar mondje gevallen
|
[heeft altijd een antwoord klaar]
|
|
daar heeft hij de mond vol van
|
[hij praat er steeds over]
|
|
beter hard geblazen dan de mond gebrand
|
[voorzichtigheid gaat voor alles]
|
|
het brood uit de mond sparen
|
[bezuinigen op wat men eet, voor iemand anders]
|
|
van mond tot mond gaan
|
[rondverteld worden]
|
|
ik heb het uit zijn mond
|
[hij heeft het gezegd]
|
|
ik krijg er een vieze smaak van in de mond
|
[het voelt onplezierig]
|
|
met de tong uit de mond
|
[buiten adem]
|
|
het water loopt mij in de mond
|
ik heb erg veel zin in dat lekkers]
|
|
je haalt me de woorden uit de mond
|
[dat had ik ook willen zeggen]
|
|
een serie volgen op de televisie
|
[alle afleveringen zien]
|
|
daar heeft hij een hele serie van
|
[heel veel]
|
|
deze stoelen worden in serie gemaakt
|
[een heleboel tegelijk]
|
|
te kijk zitten
|
[zodat iedereen je kan zien]
|
|
tot kijk!
|
[tot ziens]
|
|
een frisse kijk op iets hebben
|
[zonder vooroordelen]
|
|
ergens kijk op hebben
|
[er deskundig in zijn]
|
|
daar is geen kijk op
|
[dat is onwaarschijnlijk]
|
|
te kijk lopen met iets
|
[er de aandacht op vestigen]
|
|
iemand te kijk zetten
|
[voor schut zetten]
|
|
daar is geen kruid tegen gewassen
|
[daar is niets aan te doen]
|
|
daar is geen speld tussen te krijgen
|
[je kunt er niets tegenin brengen]
|
|
je kon een speld horen vallen
|
[het was doodstil]
|
|
zoeken naar een speld in een hooiberg
|
[naar iets wat onvindbaar is]
|
|
hij heeft het niet met zoveel woorden gezegd
|
[niet precies zo]
|
|
hem aan het woord laten
|
[hem de anderen toe laten spreken]
|
|
er geen woorden voor hebben
|
[het heel goed of heel erg vinden]
|
|
je haalt me de woorden uit de mond
|
[je zegt wat ik net had willen zeggen]
|
|
hij had het hoogste woord
|
[was steeds op een overheersende manier aan het praten]
|
|
het laatste woord willen hebben
|
[er als laatste iets over willen beslissen]
|
|
wiens brood men eet, diens woord men spreekt
|
[je staat aan de kant van degene
|
|
ergens geen woorden voor hebben
|
[het niet kunnen uitleggen]
|
|
dat is geen woord teveel gezegd
|
[dat is niet overdreven]
|
|
woorden hebben
|
[ruzie hebben]
|
|
holle woorden
|
[zonder inhoud]
|
|
een gat in de markt
|
[iets waar behoefte aan is en dat er nog niet is]
|
|
hij heeft een gat in zijn hand
|
[geeft teveel geld uit]
|
|
we sprongen een gat in de lucht
|
[waren erg blij]
|
|
ze heeft een gaatje in haar hoofd
|
[is niet goed wijs]
|
|
daar is het gat van de deur!
|
[ga weg!]
|
|
een gat in de dag slapen
|
[laat wakker worden]
|
|
iemand in de gaten houden
|
[scherp op hem letten]
|
|
tot het gaatje gaan
|
[tot het uiterste]
|
|
in een gat vallen
|
[in een hopeloze situatie terechtkomen]
|
|
wie zijn gat verbrandt moet op de blaren zitten
|
[als je iets doms doet, moet je boeten]
|
|
het in de gaten hebben
|
[het merken, weten hoe het zit]
|
|
hem in de gaten houden
|
[op hem letten]
|
|
iets van hem gedaan krijgen
|
[ervoor zorgen dat hij het doet]
|
|
zo gezegd zo gedaan
|
[zoals we het afgesproken hadden doen we het]
|
|
het is met hem gedaan
|
[hij is dood of verloren]
|
|
dat is niks gedaan
|
[waardeloos]
|
|
iemand een plezier doen
|
[ervoor zorgen dat hij plezier heeft]
|
|
ik kon er niets aan doen
|
[het was mijn schuld niet]
|
|
dat doet er niet toe
|
[dat is onbelangrijk]
|
|
ik heb met hem te doen
|
[ik heb medelijden met hem]
|
|
daar is het haar om te doen
|
[daar doet ze het voor]
|
|
voor zijn doen
|
[in vergelijking met hoe hij anders is]
|
|
zijn doen en laten
|
[zijn manier van leven]
|
|
een poging doen
|
[het proberen]
|
|
een klein eindje
|
[een kort stukje]
|
|
ik krijg hem wel klein
|
[ik win het wel van hem]
|
|
het kleinste kamertje
|
[het toilet]
|
|
hij is voor geen kleintje vervaard
|
[durft alles aan]
|
|
iemand een kopje kleiner maken
|
[hem doden]
|
|
alles kort en klein slaan
|
[kapot slaan]
|
|
wat is de wereld toch klein!
|
[dat zeg je als je ver van huis vrienden of kennissen tegenkomt]
|
|
daar is hij een kleine jongen bij
|
[vergeleken daarmee is hij onbeduidend]
|
|
de kleine
|
[de baby of de peuter]
|
|
een kleine boodschap doen
|
[plassen, urineren]
|
|
een kleine eter zijn
|
[weinig eten]
|
|
wie het kleine niet eert, is het grote niet weerd
|
[wie niet blij is met iets kleins, verdient geen waardevolle, dure dingen]
|
|
heeft u het niet kleiner?
|
[in munten met een geringere waarde?]
|
|
de kleine kas
|
[geld voor dagelijkse uitgaven]
|
|
voor een klein prijsje
|
[voor weinig geld]
|
|
de kleine kaart
|
[beperkte kaart met eenvoudige gerechten]
|
|
hij is nogal klein van geest
|
[bekrompen]
|
|
een klein jaar
|
[bijna een jaar]
|
|
ik voel me daar thuis
|
[op mijn gemak]
|
|
ik trof hem thuis
|
[toen ik kwam, was hij in zijn woning]
|
|
daar is hij goed in thuis
|
[daar weet hij veel van]
|
|
doe alsof je thuis bent!
|
[maak het je gemakkelijk]
|
|
hij gaf niet thuis
|
[hij reageerde niet]
|
|
ik ben er ook nog!
|
[je moet mij niet overslaan!]
|
|
we moeten hoe dan ook vergaderen
|
[overal waar je loopt]
|
|
dat is waar ook
|
[ik zou het bijna vergeten]
|
|
hoe heet hij ook al weer
|
[help me even op zijn naam te komen]
|
|
zo gezegd, zo gedaan
|
[het is gebeurd zoals het was afgesproken]
|
|
zeg ....
|
[luister eens]
|
|
daar is veel voor te zeggen
|
[dat is een goed idee]
|
|
nee zeggen
|
[weigeren]
|
|
het voor het zeggen hebben
|
[de baas zijn]
|
|
hij zegt van wel
|
[dat het wel zo is]
|
|
daar is zij nog niet overheen
|
[zij heeft het nog niet verwerkt]
|
|
ik heb er overheen gelezen
|
[het niet opgemerkt]
|
|
daar kan ik me wel in vinden
|
[daar ben ik het mee eens]
|
|
ik vind er niets aan
|
[het is oninteressant]
|
|
er tijd voor vinden
|
[voor vrijmaken]
|
|
hem bereid vinden
|
[van hem horen dat hij het wil doen]
|
|
ze hebben elkaar gevonden
|
[zijn het eens geworden/ werden verliefd op elkaar]
|
|
ze hebben elkaar gevonden
|
[zijn het eens geworden/ werden verliefd op elkaar]
|
|
er iets op vinden
|
[er een oplossing voor bedenken]
|
|
er geen baat bij vinden
|
[er geen voordeel van hebben]
|
|
daar neem ik mijn petje voor af
|
[daar heb ik bewondering voor]
|
|
ik heb geen hoge pet van hem op
|
[denk dat hij niet zo goed is]
|
|
het is huilen met de pet op
|
[waardeloos slecht]
|
|
er met de pet naar gooien
|
[slecht werk leveren]
|
|
daar kan ik met mijn pet niet bij
|
[ik snap het niet]
|
|
gooi het maar in mijn pet!
|
[zoek het maar uit]
|
|
wat heb ik nou aan mijn pet hangen
|
[wat gebeurt me nou?]
|
|
onder de pet houden
|
[niet openbaar maken]
|
|
Jan met de pet
|
[arbeider, gewone man]
|
|
er met de pet niet bij kunnen
|
[het niet begrijpen]
|
|
het is zwaar pet
|
[waardeloos]
|
|
heb je dat boek bij je?
|
[heb je het meegenomen?]
|
|
daar kan ik niet bij
|
[dat kan ik niet begrijpen]
|
|
hoe kom je daar bij?
|
[hoe kom je op dat idee?]
|
|
bij jou kan ik geen goed meer doen
|
[in jouw ogen kan ik geen goed meer doen]
|
|
bij lange na niet
|
[absoluut niet]
|
|
ik kan niet
|
[ik heb andere afspraken]
|
|
ik kan er niets aan doen
|
[het is mijn schuld niet]
|
|
je kunt van hem opaan
|
[je kunt op hem rekenen]
|
|
daar kan ik niet tegen
|
[ik kan het niet verdragen]
|
|
ik kán niet meer
|
[ik ben heel erg moe]
|
|
daar kan ik niet bij met m'n verstand
|
[dat begrijp ik niet]
|
|
ik kan niet toe met mijn zakgeld
|
[ik heb er niet genoeg aan]
|
|
die jurk kán niet
|
[hij staat erg gek]
|
|
zij kan het gedaan hebben
|
[zij heeft het misschien gedaan]
|
|
het kan ermee door
|
[zo gaat het wel]
|
|
het kan niet op
|
[er komt geen eind aan]
|
|
zo kan het wel weer
|
[zo is het wel genoeg]
|
|
jullie kunnen me wat
|
[ik doe niet wat jullie willen]
|
|
ik kan niet
|
[ik heb andere afspraken]
|
|
je kunt van hem opaan
|
[je kunt op hem rekenen]
|
|
daar kan ik niet tegen
|
[ik kan het niet verdragen]
|
|
ik kán niet meer
|
[ik ben heel erg moe]
|
|
daar kan ik niet bij met m'n verstand
|
[dat begrijp ik niet]
|
|
ik kan niet toe met mijn zakgeld
|
[ik heb er niet genoeg aan]
|
|
die jurk kán niet
|
[hij staat erg gek]
|
|
zij kan het gedaan hebben
|
[zij heeft het misschien gedaan]
|
|
het kan ermee door
|
[zo gaat het wel]
|
|
het kan niet op
|
[er komt geen eind aan]
|
|
zo kan het wel weer
|
[zo is het wel genoeg]
|
|
jullie kunnen me wat
|
[ik doe niet wat jullie willen]
|
|
daar ben je mooi klaar mee
|
[blijk van medeleven als iemand in een nare situatie zit]
|
|
iemand uitmaken voor alles wat mooi en lelijk is
|
[uitschelden]
|
|
nou nog mooier!
|
[verontwaardigde reactie op een belediging]
|
|
jij hebt mooi praten
|
[jij zit niet met die problemen]
|
|
mooi weer spelen
|
[doen alsof er niets aan de hand is]
|
|
een mooi portret
|
[een kleurrijk, bijzonder persoon]
|
|
het mooie eraf kijken
|
[ergens lang naar kijken]
|
|
hij is niet moeders mooiste
|
[lelijk]
|
|
wie mooi wil zijn, moet pijn lijden
|
[voor een fraai uiterlijk moet je wat overhebben]
|
|
het is weer mooi geweest
|
[we gaan stoppen]
|
|
daar komen we mooi van af
|
[zonder veel schade]
|
|
mooie jongen ben jij!
|
[wat je gedaan hebt is niet zo leuk]
|
|
het is mooi geweest zo
|
[zeg je als iemand ergens mee ophoudt]
|
|
mooi niet!
|
[beslist niet]
|
|
het ver schoppen
|
[veel bereiken]
|
|
daar komen wij niet verder mee
|
[daar hebben we niets aan]
|
|
daar zullen we wel een mouw aan passen
|
[we vinden wel een oplossing]
|
|
hij schudt dat zomaar uit zijn mouw
|
[hij verzint het zomaar]
|
|
hem kun je wel iets op de mouw spelden
|
[iets laten geloven wat niet waar is]
|
|
daar komt de aap uit de mouw
|
[nu blijkt de echte bedoeling]
|
|
de handen uit de mouwen steken
|
[aanpakken]
|
|
de mouwen opstropen
|
[zich klaarmaken voor een grote klus]
|
|
voor aap staan
|
[voor gek staan]
|
|
daar komt de aap uit de mouw
|
[nu blijkt wat er echt gebeurd is]
|
|
in de aap gelogeerd zijn
|
[in moeilijkheden zijn]
|
|
als apen hoger klimmen willen, ziet men gauw hun blote billen
|
[wie zich beter voordoet dan hij is, valt een keer door de mand]
|
|
zich een aap lachen
|
[heel erg moeten lachen]
|
|
al draagt een aap een gouden ring, het is en blijft een lelijk ding
|
[je wordt niet mooier van chique kleren of sieraden]
|
|
een aangeklede aap
|
[iemand die erg opzichtig gekleed is]
|
|
een aap van een jongen
|
[een deugniet]
|
|
zich een aap schrikken
|
[heel erg schrikken]
|
|
voor aap staan
|
[je belachelijk maken]
|
|
iemand voor aap zetten
|
[hem in het openbaar belachelijk maken]
|
|
daar komt moord en doodslag van
|
[grote ruzie]
|
|
ze schreeuwde moord en brand
|
[heel hard]
|
|
daar komt niets van in!
|
[dat gebeurt niet!]
|
|
zijn haan moet altijd koning kraaien
|
[hij moet altijd zijn zin krijgen]
|
|
de gebraden haan uithangen
|
[veel geld uitgeven]
|
|
daar kraait geen haan naar
|
[niemand zal het opmerken]
|
|
naar smaak toevoegen
|
[zoveel als je lekker vindt]
|
|
daar krijg ik een vieze smaak van in mijn mond
|
[dat vind ik oneerlijk of naar]
|
|
de smaak te pakken krijgen
|
[iets leuk gaan vinden en het dan steeds vaker willen doen]
|
|
er zit kraak nog smaak aan
|
[het smaakt nergens naar]
|
|
smaken verschillen
|
[niet iedereen vindt dezelfde dingen mooi]
|
|
over smaak valt niet te twisten
|
[het heeft geen zin om uit te leggen waarom je iets mooi vindt]
|
|
in de smaak vallen
|
[goed of mooi gevonden worden]
|
|
met smaak eten
|
[genietend]
|
|
de smaak te pakken krijgen
|
[er plezier in krijgen]
|
|
ga eens aan de kant
|
[opzij]
|
|
het was kantje boord
|
[het liep maar net goed af]
|
|
zij loopt de kantjes ervan af
|
[weggestuurd]
|
|
ik ben door hem aan de kant gezet
|
[weggestuurd]
|
|
aan de kant staan
|
[niet meedoen]
|
|
dat raakt kant nog wal
|
[is onzin]
|
|
welke kant moet jij uit?
|
[in welke richting ga jij?]
|
|
ik kan geen kant meer op
|
[zit erg in het nauw]
|
|
daar kun je alle kanten mee uit
|
[dat kun je op verschillende manieren opvatten]
|
|
ga ik zo goed? nee, je gaat de verkeerde kant op
|
[in de verkeerde richting]
|
|
de scherpe kantjes van iets afnemen
|
[het verzachten]
|
|
de scherpe kantjes van iets afnemen
|
[het verzachten]
|
|
het deugt van geen kant
|
[is helemaal niet in orde]
|
|
geen kant meer op kunnen
|
[geen uitweg meer weten]
|
|
ergens alle kanten mee op kunnen
|
[er veel mogelijkheden mee hebben]
|
|
familie van de koude kant
|
[aangetrouwd]
|
|
het gelijk aan zijn kant hebben
|
[het bij het juiste eind hebben]
|
|
geen kant meer op kunnen
|
[geen uitweg meer weten]
|
|
familie van de koude kant
|
[aangetrouwd]
|
|
het gelijk aan zijn kant hebben
|
[het bij het juiste eind hebben]
|
|
dat hoor je van alle kanten
|
[dat zegt iedereen]
|
|
iemands kant kiezen
|
[zijn partij]
|
|
van de verkeerde kant zijn
|
[homoseksueel]
|
|
het klokje van gehoorzaamheid
|
[de tijd waarop je naar bed moet]
|
|
het klokje rond slapen
|
[twaalf uur slapen]
|
|
zoals het klokje thuis tikt, tikt het nergens
|
[het is nergens zo goed als thuis]
|
|
een digitale klok
|
[met alleen cijfers]
|
|
daar kun je de klok op gelijkzetten
|
[als iets altijd op een vaste tijd gebeurt]
|
|
met de regelmaat van de klok
|
[herhaaldelijk, regelmatig]
|
|
tegen de klok werken
|
[hard werken om nog op tijd klaar te zijn]
|
|
de biologische klok
|
[het natuurlijke mechanisme van onder andere waken en slapen]
|
|
het aan de grote klok hangen
|
[het aan iedereen vertellen]
|
|
hij heeft de klok horen luiden maar weet niet waar de klepel hangt
|
[hij weet het wel ongeveer, maar niet precies]
|
|
dat klinkt als een klok
|
[het zit goed in elkaar, is perfect]
|
|
daar kun je gif op innemen
|
[dat zal zeker gebeuren]
|
|
daar kun je je geen buil aan vallen
|
[daar zit niet veel risico aan]
|
|
daar kun je je geen buil aan vallen
|
[daar zit niet veel risico aan]
|
|
je moet met klinkende munt betalen
|
[contant]
|
|
daar kun je munt uit slaan
|
[voordeel uit halen]
|
|
we betalen hem met gelijke munt terug
|
[behandelen hem op dezelfde vervelende manier]
|
|
kop of munt gooien
|
[muntje opgooien en de bovenste kant laten bepalen wat er gebeurt]
|
|
onderuit gaan
|
[struikelen en vallen]
|
|
ze gingen even onderuit
|
[even liggen om uit te rusten]
|
|
daar kun je niet onderuit
|
[dat is verplicht, dus je moet het doen]
|
|
hij ging onderuit met die onderneming
|
[hij mislukte]
|
|
daar kun je vergif op innemen
|
[daar kun je zeker van zijn]
|
|
op het puntje van zijn stoel zitten
|
[heel goed opletten]
|
|
het ligt op het puntje van mijn tong
|
[ik weet het, maar kan er even niet opkomen]
|
|
daar kunnen ze een puntje aan zuigen
|
[een voorbeeld aan nemen]
|
|
tot in de puntjes verzorgd
|
[heel netjes]
|
|
dat is een teer punt
|
[je kunt er beter niet over praten]
|
|
ergens een punt van maken
|
[er moeilijk over doen]
|
|
een omstreden punt
|
[waarover verschil van mening bestaat]
|
|
er een punt achter zetten
|
[ermee stoppen]
|
|
de puntjes op de i zetten
|
[heel precies werken]
|
|
punt uit!
|
[ik wil er niet meer over praten!]
|
|
we stonden op het punt om te vertrekken
|
[we zouden juist vertrekken]
|
|
als puntje bij paaltje komt
|
[als het eropaan komt]
|
|
daar legt hij erg de nadruk op
|
[hij maakt duidelijk dat het erg belangrijk is]
|
|
klaar wakker
|
[heel erg wakker]
|
|
wakker liggen
|
[in bed liggen en niet slapen]
|
|
daar lig ik niet wakker van
|
[daar maak ik me geen zorgen over]
|
|
hem wakker schudden
|
[hem ergens van bewust maken]
|
|
je moet geen slapende honden wakker maken
|
[niet ergens de aandacht op vestigen als dat vervelende gevolgen kan hebben]
|
|
iets bij iemand wakker maken
|
[hem bewust laten worden van een gevoel]
|
|
wakker worden
|
[plotseling weer aandachtig zijn]
|
|
een publiek geheim
|
[het moest geheim blijven, maar iedereen weet het al]
|
|
daar maak ik geen geheim van
|
[dat mag iedereen weten]
|
|
de fabriek draait dag en nacht
|
[altijd]
|
|
zo lelijk als de nacht
|
[heel erg lelijk]
|
|
bij nacht en ontij
|
[op ongewone en onplezierige uren]
|
|
daar moet ik een nachtje over slapen
|
[nog eens goed over nadenken]
|
|
dag en nacht
|
[onophoudelijk]
|
|
van de nacht een dag maken
|
['s nachts doen wat je eigenlijk overdag hoort te doen]
|
|
als een dief in de nacht
|
[ongemerkt]
|
|
niet over één nacht ijs gaan
|
[geen risico's nemen]
|
|
daar moet ik het mijne van weten
|
[daar wil ik alles van weten]
|
|
geen begrip hebben van mijn en dijn
|
[rustig de spullen van iemand anders gebruiken]
|
|
daar moet je niet te min over denken
|
[dat moet je niet onderschatten]
|
|
te min zijn voor iemand
|
[niet goed genoeg gevonden worden]
|
|
zo min mogelijk
|
[zo weinig als kan]
|
|
daar neem ik geen genoegen mee
|
[dat accepteer ik niet]
|
|
hem serieus nemen
|
[accepteren zoals hij is]
|
|
een bad nemen
|
[in bad gaan]
|
|
hem in dienst nemen
|
[hem een baan geven]
|
|
hij neemt het niet zo nauw
|
[hij is niet erg precies]
|
|
een initiatief nemen
|
[ergens mee beginnen]
|
|
de maat nemen
|
[iets meten]
|
|
het hem kwalijk nemen
|
[hem de schuld ervoor geven]
|
|
een foto nemen
|
[een foto maken]
|
|
het was mij een waar genoegen
|
[ik vond het erg leuk]
|
|
daar neem ik geen genoegen mee
|
[dat mag niet doorgaan]
|
|
daar neem ik mijn petje voor af
|
[daar heb ik bewondering voor]
|
|
ik heb geen hoge pet van hem op
|
[denk dat hij niet zo goed is]
|
|
het is huilen met de pet op
|
[waardeloos slecht]
|
|
er met de pet naar gooien
|
[slecht werk leveren]
|
|
dat gaat boven mijn pet
|
[het is te moeilijk]
|
|
daar kan ik met mijn pet niet bij
|
[ik snap het niet]
|
|
gooi het maar in mijn pet!
|
[zoek het maar uit]
|
|
wat heb ik nou aan mijn pet hangen
|
[wat gebeurt me nou?]
|
|
onder de pet houden
|
[niet openbaar maken]
|
|
Jan met de pet
|
[arbeider, gewone man]
|
|
er met de pet niet bij kunnen
|
[het niet begrijpen]
|
|
het is zwaar pet
|
[waardeloos]
|
|
daar sta ik van te kijken
|
[daar ben ik verbaasd over]
|
|
ach jongen, jij komt pas kijken
|
[jij weet nog niet veel]
|
|
laat naar je kijken!
|
[je vertelt onzin]
|
|
boos kijken
|
[een boos gezicht trekken]
|
|
kijk, volgens mij zit het zo
|
[let op, volgens mij zit het zo]
|
|
hij kijkt niet zo nauw
|
[hij is niet zo precies of fijngevoelig]
|
|
tot kijk
|
[tot ziens]
|
|
als ik het goed heb
|
[als ik me niet vergis]
|
|
het is mij goed
|
[ik heb er niets tegen]
|
|
het is wel goed met jou
|
[ik neem je niet meer serieus]
|
|
zo goed en zo kwaad als het gaat
|
[zo primitief als het gaat]
|
|
zo goed als nieuw
|
[vrijwel nieuw]
|
|
voor de goede orde
|
[opdat alles behoorlijk geregeld is]
|
|
goed en wel
|
[nauwelijks, nog maar net]
|
|
alles goed en wel, maar ...
|
[laat dat zo zijn, maar ...]
|
|
dat zit wel goed
|
[(als iemand je bedankt) dat is in orde]
|
|
goed zo!
|
[uiting van waardering]
|
|
niet goed bij zijn verstand zijn
|
[gek zijn]
|
|
hou je goed!
|
[afscheidsgroet]
|
|
zich goed houden
|
[zich niet door emoties laten meeslepen]
|
|
het goed maken
|
[gezond zijn, in welstand verkeren]
|
|
niet goed worden
|
[misselijk worden]
|
|
ik word er niet goed van!
|
[uitroep van ergernis]
|
|
dat is nergens goed voor
|
[dat heeft geen zin]
|
|
waar is dat goed voor?
|
[wat heeft het voor zin?]
|
|
met goed gevolg
|
[met succes]
|
|
goed aangeschreven staan
|
[gunstig bekend staan]
|
|
in een goed blaadje staan bij iemand
|
[hij waardeert je erg]
|
|
goed boeren
|
[er zakelijk gunstig voorstaan]
|
|
goed voor de dag komen
|
[een goede indruk maken]
|
|
eind goed, al goed
|
[als het goed afloopt, vergeet je snel alle moeite]
|
|
goed geld naar kwaad geld gooien
|
[geld steken in een hopeloze onderneming]
|
|
op goed geluk
|
[op de gok]
|
|
goede papieren hebben
|
[veel kans maken]
|
|
een goede ruil doen
|
[meer ontvangen dan je geeft]
|
|
goed wegkomen
|
[met voordeel]
|
|
dat valt in goede aarde
|
[daar is iedereen het mee eens]
|
|
het ga je goed
|
[groet bij een definitief afscheid]
|
|
ik weet het goed gemaakt
|
[inleiding op een voorstel waarin men iets toegeeft]
|
|
we zitten hier goed
|
[we wonen hier prettig]
|
|
in goede aarde vallen
|
[welkom zijn]
|
|
goed gebekt zijn
|
[zich mondeling goed kunnen verdedigen]
|
|
dat heb je goed geschoten
|
[dat heb je goed voor elkaar]
|
|
een goed doel
|
[een liefdadige bestemming]
|
|
de zon steekt
|
[hij schijnt zo fel dat het pijn doet]
|
|
het steekt hem dat ....
|
[het doet hem pijn dat ....]
|
|
dat steekt niet zo nauw
|
[dat hoeft niet zo precies]
|
|
daar steekt iets achter
|
[daar zit iets achter]
|
|
in brand steken
|
[laten branden]
|
|
we moeten hem tot elke prijs tegenhouden
|
[wat het ook kost]
|
|
dat doe ik voor geen prijs
|
[beslist niet]
|
|
tot elke prijs
|
[beslist, in elk geval]
|
|
voor geen prijs
|
[beslist niet]
|
|
zij valt altijd in de prijzen
|
[wint altijd een prijs]
|
|
een prijs op iemands hoofd stellen
|
[een beloning uitloven voor wie hem uitlevert]
|
|
ik zou het op prijs stellen ....
|
[ik zou het prettig vinden]
|
|
daar stel ik geen prijs op
|
[ik wil het niet]
|
|
daar valt niet aan te tornen
|
[dat kan niet veranderd worden]
|
|
daar valt niet over te twisten
|
[verder discussiëren heeft geen zin]
|
|
over smaak valt niet te twisten
|
[berustend commentaar als anderen een andere voorkeur hebben]
|
|
logisch redeneren
|
[de ene gedachte volgt logisch op de andere]
|
|
daar valt niet tegen te redeneren
|
[met argumenten kun je daar niets bereiken]
|
|
hij weet daar wel raad op
|
[weet wel wat je moet doen]
|
|
daar weet ik geen raad mee
|
[daar kan ik niets mee]
|
|
ik ben ten einde raad
|
[weet echt niet meer wat ik moet doen]
|
|
hem met raad en daad bijstaan
|
[hem zoveel mogelijk helpen]
|
|
goede raad is duur
|
[een goede oplossing vinden voor een groot probleem is moeilijk]
|
|
gemeenteraad
|
[bestuur van de gemeente]
|
|
Hoge Raad
|
[belangrijkste rechtbank]
|
|
met voorbedachte rade
|
[van tevoren gepland]
|
|
hij staat onder ede
|
[heeft plechtig beloofd de waarheid te zeggen]
|
|
daar wil ik een eed op doen
|
[ik weet zeker dat het zo is]
|
|
daar wil ik geen uitlatingen over doen
|
[daar wil ik niets over zeggen]
|
|
ik weet waar de schoen wringt
|
[wat het probleem is]
|
|
hij loopt naast zijn schoenen van trots
|
[is erg trots]
|
|
hij trok de stoute schoenen aan
|
[doet iets waarvoor moed nodig is]
|
|
stevig in je schoenen staan
|
[er zeker van zijn]
|
|
wie de schoen past, trekt hem aan
|
[als het verwijt op jou slaat dan moet je er iets aan doen]
|
|
het hem in de schoenen schuiven
|
[beschuldigen]
|
|
de moed zinkt mij in de schoenen
|
[ik verlies alle moed]
|
|
ik zou niet graag in zijn schoenen willen staan
|
[niet graag meemaken wat hij meemaakt]
|
|
met lood in zijn schoenen
|
[angstig, en met tegenzin]
|
|
men moet geen oude schoenen weggooien eer men nieuwe heeft
|
[iets niet wegdoen voordat je iets beters hebt]
|
|
iemand iets in de schoenen schuiven
|
[zeggen dat hij iets vindt, of gedaan heeft]
|
|
met de tong op de schoenen
|
[uitgeput]
|
|
daar wringt de schoen
|
[daar zit de moeilijkheid]
|
|
je schoen zetten
|
[bij de schoorsteen zetten, zodat Sinterklaas er iets in kan doen]
|
|
een pak voor zijn broek krijgen
|
[klappen tegen zijn achterwerk]
|
|
een broekje
|
[een jong en onervaren iemand]
|
|
dat zal je dun door de broek lopen
|
[lelijk tegenvallen]
|
|
de broek aan hebben
|
[de baas zijn]
|
|
iemand achter de broek aan zitten
|
[hem voortdurend aanmanen]
|
|
daar zakt mijn broek van af
|
[verontwaardigde, verbaasde reactie]
|
|
het loopt hem dun door de broek
|
[hij is erg bang]
|
|
het in je broek doen
|
[in je broek plassen of poepen]
|
|
hij heeft geen broek aan zijn gat
|
[is erg arm]
|
|
een proces aan je broek krijgen
|
[het moeten voeren]
|
|
je eigen broek op kunnen houden
|
[onafhankelijk zijn]
|
|
daar zal ik een stokje voor steken
|
[dat zal ik verhinderen]
|
|
je krijgt mij daar met geen stok naar toe
|
[ik ga absoluut niet]
|
|
dat is een stok achter de deur
|
[iets vervelends waarmee je hem aan kunt sporen]
|
|
alle gekheid op een stokje
|
[nu is het afgelopen met grappig doen]
|
|
wie een hond wil slaan, vindt licht een stok
|
[wie kwaad wil, vindt altijd wel een reden]
|
|
met de kippen op stok gaan
|
[vroeg naar bed gaan]
|
|
met geen stok
|
[op geen enkele wijze]
|
|
van je stokje gaan
|
[flauwvallen]
|
|
daar zit hem de kneep!
|
[dat is precies waar het om gaat]
|
|
de fijne kneepjes van het vak kennen
|
[vakkundig zijn]
|
|
daar zit iets achter
|
[ze vertellen niet alles, ze hebben een geheim]
|
|
een achtergebleven gebied
|
[het is armer of ouderwetser dan andere gebieden]
|
|
in het bestuur zitten
|
[bestuurslid zijn]
|
|
op voetbal zitten
|
[lid zijn van een voetbalclub]
|
|
blijven zitten
|
[niet overgaan naar de volgende klas]
|
|
hij ging ervoor zitten
|
[nam er rustig de tijd voor]
|
|
ermee blijven zitten
|
[het niet kwijtraken]
|
|
ergens mee zitten
|
[het een probleem vinden]
|
|
iemand laten zitten
|
[hem in de steek laten]
|
|
blijven zitten
|
[op school nog een jaar in dezelfde klas moeten blijven]
|
|
in de schulden zitten
|
[schulden hebben]
|
|
zonder werk zitten
|
[geen werk hebben]
|
|
het zit me tot hier
|
[ik heb er genoeg van]
|
|
dat zit hem hoog
|
[daar is hij verontwaardigd over]
|
|
daar zit iets achter
|
[dat betekent nog iets anders]
|
|
hij laat het er niet bij zitten
|
[neemt maatregelen om het te veranderen]
|
|
die bal zit!
|
[hij is in het doel gekomen]
|
|
dat zit als gegoten
|
[past perfect]
|
|
ergens om zitten te springen
|
[het dringend nodig hebben]
|
|
hoe zit dat in elkaar?
|
[hoe is het gemaakt]
|
|
ergens aan zitten
|
[het aanraken]
|
|
het niet op je laten zitten
|
[wraak nemen]
|
|
dat zit zo
|
[ik zal je uitleggen hoe het is]
|
|
laat maar zitten
|
[ik hoef geen geld terug]
|
|
laat maar zitten
|
[ik hoef er niet meer over te praten]
|
|
het zit er niet in dat ...
|
[het is niet mogelijk]
|
|
hij zit ernaast
|
[heeft het mis]
|
|
die zit
|
[die opmerking was raak]
|
|
dat zit wel goed
|
[dat is wel in orde]
|
|
het zit erop
|
[het werk is klaar]
|
|
er zit niets anders op
|
[het is de enige oplossing]
|
|
ik zie het wel zitten
|
[het lijkt me wel iets]
|
|
een tekst op muziek zetten
|
[er klanken bij bedenken]
|
|
daar zit muziek in
|
[daar kun je iets goeds van verwachten]
|
|
dat klinkt mij als muziek in de oren
|
[daar heb ik veel zin in]
|
|
iemand aan de haak slaan
|
[verkering met hem krijgen]
|
|
daar zitten wel haken en ogen aan
|
[het is niet eenvoudig]
|
|
80 kilo schoon aan de haak
|
[naakt gewogen]
|
|
tussen haakjes ....
|
[uitdrukking waarmee je aangeeft dat iets niet bij het gespreksonderwerp hoort]
|
|
dit is niet in de haak
|
[er is iets niet in orde]
|
|
daar zullen we wel een mouw aan passen
|
[we vinden wel een oplossing]
|
|
hij schudt dat zomaar uit zijn mouw
|
[hij verzint het zomaar]
|
|
hem kun je wel iets op de mouw spelden
|
[iets laten geloven wat niet waar is]
|
|
daar komt de aap uit de mouw
|
[nu blijkt de echte bedoeling]
|
|
hem de les lezen
|
[hem streng zeggen wat hij niet goed doet]
|
|
iemand een lesje leren
|
[ervoor zorgen dat hij ziet dat het anders moet]
|
|
bij de les blijven
|
[opletten]
|
|
daarin kan hij je een lesje geven
|
[dat kan of weet hij veel beter]
|
|
iemand de les lezen
|
[hem berispen]
|
|
daarmee is de kous af
|
[daarmee is het afgelopen]
|
|
de kous op de kop krijgen
|
[er niet in slagen, terwijl je dacht dat het gemakkelijk was]
|
|
het naadje van de kous willen weten
|
[het precies willen weten]
|
|
een oude kous hebben
|
[spaargeld hebben]
|
|
daarmee is geen droog brood te verdienen
|
[het levert geen geld op]
|
|
dat is brood op de plank
|
[geld om van te leven]
|
|
droog brood eten
|
[heel arm zijn]
|
|
de honden lusten er geen brood van
|
[het is schandalig]
|
|
de mens leeft niet van brood alleen
|
[heeft hogere behoeften dan alleen eten en drinken]
|
|
je de kaas niet van het brood laten eten
|
[opkomen voor jezelf]
|
|
iets op je brood krijgen
|
[er de schuld van krijgen, er een verwijt over krijgen]
|
|
het brood uit de mond sparen
|
[bezuinigen op wat je eet, voor iemand anders]
|
|
iemand het brood uit de mond stoten
|
[hem afnemen waar hij zijn geld mee verdient]
|
|
op water en brood zitten
|
[in de gevangenis]
|
|
wiens brood men eet, diens woord men spreekt
|
[je staat aan de kant van degene van wie je afhankelijk bent]
|
|
ergens geen brood in zien
|
[niet verwachten dat het iets oplevert]
|
|
niet met je laten spotten
|
[je niet voor de gek laten houden]
|
|
daarmee valt niet te spotten
|
[dat moet je serieus nemen]
|
|
hij heeft het niet met zoveel woorden gezegd
|
[niet precies zo]
|
|
hem aan het woord laten
|
[hem de anderen toe laten spreken]
|
|
met andere woorden
|
[anders gezegd]
|
|
er geen woorden voor hebben
|
[het heel goed of heel erg vinden]
|
|
je haalt me de woorden uit de mond
|
[je zegt wat ik net had willen zeggen]
|
|
er geen woorden aan vuil willen maken
|
[er niet over willen spreken]
|
|
hij had het hoogste woord
|
[was steeds op een overheersende manier aan het praten]
|
|
iemand woorden in de mond leggen
|
[niet juist navertellen wat hij gezegd heeft]
|
|
het laatste woord willen hebben
|
[er als laatste iets over willen beslissen]
|
|
van het ene woord kwam het andere
|
[het ontaardde in ruzie]
|
|
ergens geen woorden voor hebben
|
[het niet kunnen uitleggen]
|
|
holle woorden
|
[zonder inhoud]
|
|
het hoogste woord hebben
|
[druk en zelfbewust praten]
|
|
woorden schieten tekort
|
[het is niet in woorden uit te drukken]
|
|
met twee woorden spreken
|
[niet alleen met ja of nee antwoorden]
|
|
daarvan gaan er dertien in een dozijn
|
[dat is heel gewoon]
|
|
de fabriek draait dag en nacht
|
[altijd]
|
|
zo lelijk als de nacht
|
[heel erg lelijk]
|
|
bij nacht en ontij
|
[op ongewone en onplezierige uren]
|
|
daar moet ik een nachtje over slapen
|
[nog eens goed over nadenken]
|
|
dag en nacht
|
[onophoudelijk]
|
|
niet over één nacht ijs gaan
|
[geen risico's nemen]
|
|
als een dief in de nacht
|
[ongemerkt]
|
|
de fabriek draait dag en nacht
|
[altijd]
|
|
zo lelijk als de nacht
|
[heel erg lelijk]
|
|
zo lelijk als de nacht
|
[heel erg lelijk]
|
|
bij nacht en ontij
|
[op ongewone en onplezierige uren]
|
|
daar moet ik een nachtje over slapen
|
[nog eens goed over nadenken]
|
|
dag en nacht
|
[onophoudelijk]
|
|
van de nacht een dag maken
|
['s nachts doen wat je eigenlijk overdag hoort te doen]
|
|
als een dief in de nacht
|
[ongemerkt]
|
|
niet over één nacht ijs gaan
|
[geen risico's nemen]
|
|
als de dag van gisteren
|
[alsof het gisteren gebeurd is]
|
|
dag in, dag uit
|
[steeds, iedere dag]
|
|
ze loopt op alledag
|
[ze kan elk moment bevallen]
|
|
op zijn oude dag
|
[toen hij al oud was]
|
|
van de ene dag op de andere
|
[heel plotseling]
|
|
bij de dag leven
|
[niet nadenken over de toekomst]
|
|
het gesprek van de dag zijn
|
[het meest besproken onderwerp]
|
|
zijn dagen zijn geteld
|
[hij gaat bijna dood]
|
|
heden ten dage
|
[tegenwoordig, in deze tijd]
|
|
sinds jaar en dag
|
[al heel lang]
|
|
tot in lengte van dagen
|
[nog heel lang]
|
|
een man van de dag zijn
|
[vlak voor zijn dood staan]
|
|
de dag des oordeels
|
[de laatste dag van de wereld]
|
|
overgaan tot de orde van de dag
|
[de gewone werkzaamheden weer gaan doen]
|
|
voor je oude dag zorgen
|
[sparen voor later]
|
|
ouden van dagen
|
[bejaarden]
|
|
pluk de dag!
|
[leef; geniet nu!]
|
|
vandaag de dag
|
[tegenwoordig]
|
|
je dag niet hebben
|
[niet kunnen doen wat je normaal kunt doen]
|
|
geen zorgen voor de dag van morgen
|
[maak je niet bezorgd over de toekomst]
|
|
men moet de dag niet prijzen voor het avond is
|
[het werk pas beoordelen als het klaar is]
|
|
het is morgen weer vroeg dag
|
[we moeten vroeg op]
|
|
iets voor de dag halen
|
[het tevoorschijn halen]
|
|
goed voor de dag komen
|
[iets goeds presteren]
|
|
het is kort dag
|
[er is nog maar weinig tijd]
|
|
dag en nacht
|
[onophoudelijk]
|
|
een gat in de dag slapen
|
[lang uitslapen]
|
|
ermee voor de dag komen
|
[het zeggen]
|
|
voor dag en dauw
|
[heel vroeg]
|
|
een verschil van dag en nacht
|
[een groot verschil]
|
|
als de dag van gisteren
|
[alsof het gisteren gebeurd is]
|
|
dag in, dag uit
|
[steeds, iedere dag]
|
|
ze loopt op alledag
|
[ze kan elk moment bevallen]
|
|
op zijn oude dag
|
[toen hij al oud was]
|
|
van de ene dag op de andere
|
[heel plotseling]
|
|
bij de dag leven
|
[niet nadenken over de toekomst]
|
|
het gesprek van de dag zijn
|
[het meest besproken onderwerp]
|
|
zijn dagen zijn geteld
|
[hij gaat bijna dood]
|
|
heden ten dage
|
[tegenwoordig, in deze tijd]
|
|
sinds jaar en dag
|
[al heel lang]
|
|
tot in lengte van dagen
|
[nog heel lang]
|
|
een man van de dag zijn
|
[vlak voor zijn dood staan]
|
|
de dag des oordeels
|
[de laatste dag van de wereld]
|
|
overgaan tot de orde van de dag
|
[de gewone werkzaamheden weer gaan doen]
|
|
voor je oude dag zorgen
|
[sparen voor later]
|
|
ouden van dagen
|
[bejaarden]
|
|
pluk de dag!
|
[leef; geniet nu!]
|
|
vandaag de dag
|
[tegenwoordig]
|
|
je dag niet hebben
|
[niet kunnen doen wat je normaal kunt doen]
|
|
geen zorgen voor de dag van morgen
|
[maak je niet bezorgd over de toekomst]
|
|
men moet de dag niet prijzen voor het avond is
|
[het werk pas beoordelen als het klaar is]
|
|
het is morgen weer vroeg dag
|
[we moeten vroeg op]
|
|
iets voor de dag halen
|
[het tevoorschijn halen]
|
|
goed voor de dag komen
|
[iets goeds presteren]
|
|
het is kort dag
|
[er is nog maar weinig tijd]
|
|
dag en nacht
|
[onophoudelijk]
|
|
een gat in de dag slapen
|
[lang uitslapen]
|
|
ermee voor de dag komen
|
[het zeggen]
|
|
voor dag en dauw
|
[heel vroeg]
|
|
een verschil van dag en nacht
|
[een groot verschil]
|
|
zijn uur is gekomen
|
[hij gaat sterven]
|
|
het uur U
|
[het moment waar het op aan komt]
|
|
van het eerste uur
|
[ervaren]
|
|
het uur van de waarheid
|
[het beslissende ogenblik]
|
|
op zondag rijdt er om het uur een bus
|
[het ene uur wel, het andere niet]
|
|
de mensen van het eerste uur
|
[die er vanaf het begin bij waren]
|
|
het uur der waarheid
|
[waarin we achter de waarheid zullen komen]
|
|
zijn laatste uur
|
[het uur van zijn sterven]
|
|
tot in de kleine(vroege) uurtjes
|
[tot diep in de nacht]
|
|
dag noch uur weten
|
[zijn oriëntatie op de tijd kwijt zijn]
|
|
klokslag acht uur
|
[precies om acht uur]
|
|
een uur in de wind stinken
|
[heel erg stinken]
|
|
te elfder ure
|
[op het laatste ogenblik]
|
|
je behoefte doen
|
[naar de WC gaan]
|
|
zij kunnen in hun eigen behoeften voorzien
|
[zij kunnen voor zichzelf zorgen]
|
|
dagelijkse behoeften
|
[dingen die je dagelijks nodig hebt]
|
|
dan ben je nog niet gelukkig
|
[dan krijg je nog een hoop ellende]
|
|
geld maakt niet gelukkig
|
[gezegde om duidelijk te maken dat geld niet alles is]
|
|
gelukkig nieuwjaar
|
[ik wens je een jaar met veel goede kansen]
|
|
gelukkig nieuwjaar
|
[ik wens je een jaar met veel goede kansen]
|
|
gelukkig gaat het goed
|
[ik ben er blij om]
|
|
iemand gelukkig prijzen
|
[zeggen dat hij geluk heeft]
|
|
dan ben je nog niet jarig!
|
[dan ziet het er niet best voor je uit]
|
|
de jarige Job
|
[degene die zijn verjaardag viert]
|
|
iemand mijden als de pest
|
[niet met hem om willen gaan]
|
|
de pest in hebben
|
[een slecht humeur hebben]
|
|
ergens de pest aan hebben
|
[er een grote hekel aan hebben]
|
|
krijg de pest!
|
[platte verwensing]
|
|
geen pest
|
[helemaal niets]
|
|
dat is nou juist de pest
|
[dat is het vervelende]
|
|
dan breekt de pest uit
|
[ontstaan er moeilijkheden]
|
|
dat is niet te eten!
|
[dat is niet lekker]
|
|
eet smakelijk
|
[wens bij begin van de maaltijd]
|
|
dat eet geen brood
|
[dat kost je niets]
|
|
je kunt er van de vloer eten
|
[het is er erg schoon]
|
|
dan heb ik al gegeten en gedronken
|
[dan heb ik er meer dan genoeg van]
|
|
dan houdt alles op
|
[dan kunnen we niets meer doen]
|
|
zonder ophouden
|
[aan een stuk door, voortdurend]
|
|
geen man meer hebben
|
[weduwe zijn]
|
|
aan de man komen
|
[trouwen]
|
|
de liefde van de man gaat door de maag
|
[mannen verleid je met lekker eten]
|
|
hij is er de man niet naar
|
[zo is hij niet]
|
|
hij staat zijn mannetje wel
|
[kan zich goed verdedigen]
|
|
een man een man, een woord een woord
|
[eerlijke mensen houden zich aan hun belofte]
|
|
hij is mans genoeg
|
[flink genoeg]
|
|
hij is heel wat mans
|
[kan heel wat en is niet gauw bang]
|
|
de man met de hamer
|
[vermoeidheid of een morele inzinking]
|
|
ik ben je man
|
[ik sta tot je beschikking]
|
|
een man van de klok zijn
|
[altijd op tijd zijn]
|
|
een sterke man
|
[iemand die op autoritaire wijze orde weet te scheppen]
|
|
een sterke man
|
[iemand die op autoritaire wijze orde weet te scheppen]
|
|
een man van de wereld zijn
|
[zelfverzekerd, met veel levenservaring]
|
|
de man met de zeis
|
[de dood]
|
|
iets aan de man brengen
|
[het verkopen]
|
|
er is geen man overboord
|
[er is niets ernstigs gebeurd]
|
|
man en paard noemen
|
[niets verzwijgen]
|
|
een gewaarschuwd man telt voor twee
|
[als je weet wat er gaat gebeuren, kun je je voorbereiden]
|
|
als één man
|
[allemaal tegelijk]
|
|
kleren maken de man
|
[kleding bepaalt welke indruk je maakt]
|
|
met man en muis vergaan
|
[met alle opvarenden]
|
|
dan is er nog geen man overboord
|
[geruststelling bij een probleem dat nog niet ernstig is]
|
|
man en paard noemen
|
[de namen van de betrokkenen geven]
|
|
anderhalve man en een paardenkop
|
[bijna niemand]
|
|
op de man spelen
|
[iemand persoonlijk aanvallen in een discussie]
|
|
iets tot de laatste man verdedigen
|
[tot het uiterste]
|
|
als de wijn is in de man, is de wijsheid in de kan
|
[wie veel gedronken heeft, weet niet meer wat hij doet]
|
|
dan is het hek van de dam
|
[er is geen belemmering meer, iedereen kan doen wat hij wil]
|
|
als er één schaap over de dam is, volgen er meer
|
[als iemand het voorbeeld geeft, doet de rest wel mee]
|
|
huis van bewaring
|
[gevangenis]
|
|
het koninklijk huis
|
[de koninklijke familie]
|
|
een heilig huisje
|
[onderwerp waar je geen kritiek op mag hebben]
|
|
niet om over naar huis te schrijven
|
[niet erg goed]
|
|
met de deur in huis vallen
|
[ergens meteen over beginnen]
|
|
met de deur in huis vallen
|
[ergens meteen over beginnen]
|
|
dicht bij huis blijven
|
[niet te ver van het onderwerp afdwalen]
|
|
je huis moeten opeten
|
[de waarde van het huis moeten gebruiken voor je levensonderhoud]
|
|
als de kat van huis is, dansen de muizen op tafel
|
[er moet toezicht zijn, anders gaat het niet goed]
|
|
ergens kind aan huis zijn
|
[er vaak komen]
|
|
veel in huis hebben
|
[veel kunnen]
|
|
van goeden huize komen
|
[van goede familie zijn]
|
|
het koninklijk huis
|
[de familie van de heersende koning of koningin]
|
|
de dames gaan in het lang
|
[in een lange jurk]
|
|
iets op de lange baan schuiven
|
[het telkens uitstellen]
|
|
op de lange duur
|
[over een lange tijd gezien]
|
|
aan het langste eind trekken
|
[het uiteindelijk winnen]
|
|
een lang gezicht trekken
|
[laten blijken dat je teleurgesteld bent]
|
|
de lange latten
|
[ski's]
|
|
lange tenen hebben
|
[snel beledigd zijn]
|
|
het is zo lang als het breed is
|
[het komt op hetzelfde neer]
|
|
we hebben er lang en breed over gesproken
|
[heel uitvoerig]
|
|
hij zal het niet lang meer maken
|
[hij leeft nog maar kort]
|
|
ze heeft erg lang werk
|
[ze doet er een hele tijd over]
|
|
werk je daar al lang?
|
[al een tijd?]
|
|
een lange adem hebben
|
[iets lange tijd volhouden]
|
|
hoe langer hoe beter
|
[steeds beter]
|
|
al lang en breed
|
[al lang]
|
|
hoe langer hoe beter
|
[steeds beter]
|
|
al lang en breed
|
[al lang]
|
|
eerlijk duurt het langst
|
[met bedrog kom je niet ver]
|
|
eerlijk duurt het langst
|
[met bedrog kom je niet ver]
|
|
lang geleden
|
[ver in het verleden]
|
|
we kennen elkaar langer dan vandaag
|
[om aan te geven dat je iemands gedrag goed kunt beoordelen]
|
|
van zijn lang zal z'n leven niet
|
[absoluut nooit]
|
|
hij zal het niet lang meer maken
|
[zal spoedig sterven]
|
|
hij zal het niet lang meer maken
|
[zal spoedig sterven]
|
|
lang van stof zijn
|
[altijd veel woorden nodig hebben]
|
|
een lang weekend
|
[waar de maandag en/of de vrijdag bij betrokken is]
|
|
ergens lang werk mee hebben
|
[niet opschieten]
|
|
iets niet langer doen
|
[het niet meer doen]
|
|
dat is lang niet slecht
|
[behoorlijk goed]
|
|
ten langen leste
|
[eindelijk]
|
|
met lange tanden eten
|
[met tegenzin]
|
|
ik sta ervoor in
|
[ik zorg ervoor]
|
|
ik sta niet voor de gevolgen in
|
[reken er maar op dat het slecht af kan lopen]
|
|
dan sta ik niet voor mezelf in
|
[dan kon ik wel eens erg driftig worden]
|
|
hoe laat is het?
|
[welke tijd wijst de klok aan?]
|
|
vroeg of laat zal ik slagen
|
[ooit zal ik slagen]
|
|
beter laat dan nooit
|
[je had het niet meer verwacht maar het gebeurt toch nog]
|
|
dan weet je wel hoe laat het is
|
[dat weet je wel hoe het zit]
|
|
het laat maken
|
[laat thuiskomen]
|
|
dan zal hij wel anders piepen
|
[anders reageren]
|
|
zij piept gauw
|
[bij het minste of geringste klaagt ze al]
|
|
het is zó gepiept
|
[snel klaar]
|
|
Iris is hem gepiept
|
[ze is ervandoor gegaan]
|
|
hij zal het nog ver brengen
|
[veel bereiken]
|
|
dat gaat te ver
|
[dat mag echt niet]
|
|
ik vind dat ver gezocht
|
[het ligt niet voor de hand]
|
|
het ver schoppen
|
[veel bereiken]
|
|
van verre zag ik hem
|
[toen ik nog ver bij hem vandaan was]
|
|
dat is verre van aardig
|
[helemaal niet aardig]
|
|
het voert te ver om hierop in te gaan
|
[we dwalen dan te veel af]
|
|
dat is ver van mijn bed
|
[daar voel ik me niet bij betrokken]
|
|
ver heen zijn
|
[stomdronken zijn]
|
|
van heinde en verre
|
[overal vandaan]
|
|
wat je van ver haalt, is lekker
|
[wat van ver komt, wordt vaak meer gewaardeerd]
|
|
niet verder kijken dan je neus lang is
|
[kortzichtig zijn]
|
|
in de verste verte niet
|
[absoluut niet]
|
|
zijn tijd ver vooruit zijn
|
[zeer modern zijn]
|
|
dat het zó ver kan komen
|
[verzuchting als iemand in slechte omstandigheden verkeert, of slechte dingen doet]
|
|
ik heb mijn baan aan hem te danken
|
[hij heeft ervoor gezorgd]
|
|
dank je feestelijk!
|
[ik denk er niet over!]
|
|
iets een feestelijk tintje geven
|
[het feestelijk maken]
|
|
dank je feestelijk!
|
[ik heb er helemaal geen zin in]
|
|
hartelijk gefeliciteerd
|
[gelukwens bij een verjaardag]
|
|
met hartelijke groeten
|
[slotzin van een brief]
|
|
dank je hartelijk
|
[ik moet er niets van weten]
|
|
iemand dank betuigen
|
[zeggen dat je blij bent met wat hij deed]
|
|
god zij dank kwam hij op tijd
|
[gelukkig kwam hij op tijd]
|
|
ik heb het tegen wil en dank gedaan
|
[met grote tegenzin]
|
|
dank zij mijn goede zorgen ...
|
[door mijn goede zorgen ...]
|
|
geen dank!
|
[beleefde reactie als iemand je bedankt]
|
|
stank voor dank krijgen
|
[ondankbaarheid krijgen als je verwacht dat iemand dankbaar is]
|
|
tegen wil en dank
|
[met tegenzin]
|
|
het hem niet in dank afnemen
|
[het hem kwalijk nemen]
|
|
dankbaarheid tonen
|
[laten zien dat je dankbaar bent]
|
|
er zorg voor dragen
|
[zorgen dat het gebeurt]
|
|
je er zorgen over maken
|
[bang zijn dat het verkeerd afloopt]
|
|
dat is van later zorg
|
[daar maken we ons nu nog niet druk om]
|
|
dat zal mij een zorg zijn
|
[dat kan me niets schelen]
|
|
zorgen hebben
|
[bang zijn voor de toekomst]
|
|
wij zijn uit de zorgen
|
[wij hoeven nergens meer bezorgd over te zijn]
|
|
dat baart me zorgen
|
[daar ben ik bezorgd over]
|
|
een zieltje zonder zorg
|
[iemand die onbekommerd leeft]
|
|
onze verwachtingen zijn overtroffen
|
[het ging beter dan we gehoopt hadden]
|
|
dat beantwoordt aan de verwachtingen
|
[dat gaat zoals we gedacht hadden]
|
|
in verwachting zijn
|
[zwanger zijn]
|
|
hoge verwachtingen hebben
|
[veel verwachten]
|
|
in de toekomst wil ik gaan studeren
|
[ooit doe ik dat]
|
|
dat bedrijf heeft geen toekomst
|
[het zal niet lang bestaan]
|
|
gestolen goed gedijt niet
|
[wat je gestolen hebt brengt je ongeluk]
|
|
have en goed verliezen
|
[al zijn bezit]
|
|
hou me ten goede
|
[verontschuldiging als je iets vervelends gaat zeggen]
|
|
ten goede komen aan iemand of iets
|
[gunstig zijn voor iemand of iets]
|
|
wie goed doet, goed ontmoet
|
[weldaden worden altijd beloond]
|
|
dit geld komt ten goede aan de kerk
|
[is voor de kerk]
|
|
hij doet zich te goed aan paling
|
[hij zit lekker te smullen van paling]
|
|
ik heb nog iets te goed
|
[ik moet nog iets krijgen]
|
|
dat belooft wat!
|
[dat zal wel erg mooi, vervelend, enz. worden]
|
|
een leven als een oordeel
|
[een ontzettend lawaai]
|
|
je bent er je leven niet zeker
|
[het is er heel gevaarlijk]
|
|
iemand om het leven brengen
|
[doden]
|
|
zij heeft het leven geschonken aan een dochter
|
[zij kreeg een dochter]
|
|
het slachtoffer is nog in leven
|
[leeft nog]
|
|
het nieuw leven inblazen
|
[het opnieuw laten opbloeien]
|
|
hij heeft geen leven bij haar
|
[zij zit hem steeds dwars]
|
|
zij leven langs elkaar heen
|
[ze hebben geen contact]
|
|
dat brengt leven in de brouwerij
|
[geeft actie en vrolijkheid]
|
|
haar leven hangt aan een zijden draad
|
[is in gevaar]
|
|
bij leven en welzijn
|
[als alles gaat zoals we verwachten]
|
|
van mijn leven niet!
|
[nooit!]
|
|
iets in het leven roepen
|
[laten ontstaan]
|
|
dat is uit het leven gegrepen
|
[naar de werkelijkheid]
|
|
zij koopt kleren bij het leven
|
[heel veel, heel vaak]
|
|
dat zal ik nooit van mijn leven doen
|
[absoluut nooit]
|
|
dat brengt veel werk met zich mee
|
[dat veroorzaakt veel werk]
|
|
dat deed me de das om
|
[dat werd me noodlottig]
|
|
het is volle maan
|
[de maan is helemaal rond]
|
|
dat ding is naar de maan
|
[kapot]
|
|
loop naar de maan!
|
[ga weg, ik heb genoeg van je]
|
|
blaffen tegen de maan
|
[nodeloos dreigen]
|
|
naar de maan gaan
|
[kapot gaan, verloren gaan]
|
|
loop naar de maan!
|
[verwensing als iemand iets vervelends doet]
|
|
dat ding is naar zijn malle moer
|
[kapot]
|
|
het kan me geen moer schelen
|
[helemaal niets]
|
|
ik begrijp er geen moer van
|
[helemaal niets]
|
|
ik begrijp er geen moer van
|
[helemaal niets]
|
|
klein geld
|
[munten]
|
|
groot geld
|
[bankpapier]
|
|
voor half geld
|
[voor de halve prijs]
|
|
geld opnemen
|
[geld bij de bank of het postkantoor halen]
|
|
hij zwemt in het geld
|
[is erg rijk]
|
|
dat doe ik voor geen geld!
|
[absoluut niet]
|
|
voor hetzelfde geld was het anders
|
[het had net zo goed anders kunnen zijn]
|
|
met geld smijten
|
[veel geld uitgeven]
|
|
het geld groeit me niet op de rug
|
[ik ben niet zo rijk dat ik dat zomaar kan betalen]
|
|
geld over de balk gooien
|
[verspillen]
|
|
geld stinkt niet
|
[het is niet belangrijk hoe je aan je geld komt]
|
|
veel geld in het laatje brengen
|
[veel opleveren]
|
|
je geld of je leven!
|
[uitroep bij een overval]
|
|
van je geld leven
|
[niet meer hoeven werken]
|
|
iets te gelde maken
|
[het verkopen]
|
|
geld dat stom is, maakt recht wat krom is
|
[geld maakt ook onrecht goed]
|
|
al kreeg ik geld toe!
|
[schampere opmerking als je iets echt niet wilt]
|
|
het geldt brandt hem in de zak
|
[hij wil het heel graag uitgeven]
|
|
het voor geen geld willen missen
|
[beslist niet]
|
|
alle waar is naar zijn geld
|
[wat goedkoop is, kan niet goed zijn]
|
|
we moeten hem tot elke prijs tegenhouden
|
[wat het ook kost]
|
|
dat doe ik voor geen prijs
|
[beslist niet]
|
|
tot elke prijs
|
[beslist, in elk geval]
|
|
voor geen prijs
|
[beslist niet]
|
|
voor een zacht prijsje
|
[voor weinig geld]
|
|
zo gek als een deur
|
[heel erg gek]
|
|
ze is net de deur uit
|
[net weg]
|
|
met de deur in huis vallen
|
[het meteen vertellen]
|
|
de deur plat lopen
|
[er heel vaak komen]
|
|
niet samen door één deur kunnen
|
[elkaar niet kunnen verdragen]
|
|
iemand het gat van de deur wijzen
|
[zeggen dat hij moet vertrekken]
|
|
de deur uit zijn
|
[niet meer thuis wonen]
|
|
buiten de deur eten
|
[in een restaurant]
|
|
voor een gesloten deur staan
|
[niemand thuis treffen]
|
|
iets van hem gedaan krijgen
|
[ervoor zorgen dat hij het doet]
|
|
zo gezegd zo gedaan
|
[zoals we het afgesproken hadden doen we het]
|
|
niets aan te doen!
|
[er is niets aan te veranderen]
|
|
het is met hem gedaan
|
[hij is dood of verloren]
|
|
dat is niks gedaan
|
[waardeloos]
|
|
doen alsof
|
[toneelspelen]
|
|
ik heb met hem te doen
|
[ik heb medelijden met hem]
|
|
hij zat met zijn rug naar het raam toe
|
[naar het raam gekeerd]
|
|
ik ben eraan toe
|
[ik wil graag beginnen]
|
|
tot nu toe
|
[tot aan dit moment]
|
|
af en toe
|
[zo nu en dan]
|
|
hij is er slecht aan toe
|
[het gaat slecht met hem]
|
|
dat doet er niet toe
|
[het geeft niet]
|
|
dat smelt op de tong
|
[wordt lekker zacht in de mond]
|
|
dat doet mijn hart smelten
|
[daar krijg ik medelijden van]
|
|
dat kapitaal is weggesmolten
|
[verdwenen]
|
|
smeltende tonen of kleuren
|
[die zacht in elkaar overgaan]
|
|
zaken doen
|
[het sluiten van overeenkomsten]
|
|
geduld is een schone zaak
|
[heb nou maar geduld]
|
|
zaken gaan voor het meisje
|
[je werk is belangrijker dan een afspraakje]
|
|
zijn zaken waarnemen
|
[zijn belangen behartigen]
|
|
de zaak komt voor
|
[de rechtszaak]
|
|
kom ter zake!
|
[zeg wat je te zeggen hebt]
|
|
de stand van zaken
|
[hoe het ervoor staat]
|
|
dat is mijn zaak
|
[daar heb jij niets mee te maken]
|
|
uit de aard der zaak
|
[als een noodzakelijk gevolg daarvan]
|
|
in de kern van de zaak
|
[in feite, eigenlijk]
|
|
met kennis van zaken
|
[op deskundige wijze]
|
|
de zaak aan het rollen brengen
|
[erover beginnen, ermee beginnen]
|
|
zoals de zaken nu staan ...
|
[zoals de situatie nu is]
|
|
dat is niet te eten!
|
[dat is niet lekker]
|
|
eet smakelijk
|
[wens bij begin van de maaltijd]
|
|
dat eet geen brood
|
[dat kost je niets]
|
|
je kunt er van de vloer eten
|
[het is er erg schoon]
|
|
dan heb ik al gegeten en gedronken
|
[dan heb ik er meer dan genoeg van]
|
|
dat eeuwige geklets
|
[dat geklets elke keer]
|
|
dat heeft niet het eeuwige leven
|
[het kan kapot gaan]
|
|
ten eeuwigen dage
|
[voor altijd]
|
|
een feestje bouwen
|
[een feest organiseren]
|
|
dat feest gaat niet door
|
[daar komt niets van in]
|
|
het strijdperk
|
[plaats waar gevochten wordt]
|
|
binnen de perken houden
|
[niet over drijven, maat houden]
|
|
dat gaat alle perken te buiten
|
[overschrijdt de grenzen]
|
|
ergens paal en perk aan stellen
|
[zorgen dat het misbruik niet toeneemt]
|
|
daar neem ik mijn petje voor af
|
[daar heb ik bewondering voor]
|
|
ik heb geen hoge pet van hem op
|
[denk dat hij niet zo goed is]
|
|
er met de pet naar gooien
|
[slecht werk leveren]
|
|
daar kan ik met mijn pet niet bij
|
[ik snap het niet]
|
|
wat heb ik nou aan mijn pet hangen
|
[wat gebeurt me nou?]
|
|
Jan met de pet
|
[arbeider, gewone man]
|
|
er met de pet niet bij kunnen
|
[het niet begrijpen]
|
|
het is zwaar pet
|
[waardeloos]
|
|
ze gaan niet meer met elkaar om
|
[ze doen niets meer samen]
|
|
wat gaat er in hem om?
|
[wat voelt hij?]
|
|
dat gaat buiten mij om
|
[daar heb ik niets mee te maken]
|
|
hem erin laten lopen
|
[beetnemen]
|
|
dat gaat er bij mij niet in
|
[dat begrijp ik niet]
|
|
dat gaat hem geld kosten
|
[daar zal hij veel geld aan kwijt zijn]
|
|
daar heb ik moeite mee
|
[dat kan ik niet goed]
|
|
dat gaat in één moeite door
|
[dat kan ook nog wel even gedaan worden]
|
|
dat is de moeite waard
|
[het kost inspanning, maar het levert ook iets op]
|
|
hij moet er veel moeite voor doen
|
[zich erg inspannen]
|
|
met moeite kwam hij overeind
|
[met veel inspanning]
|
|
dat gaat je geen reet aan!
|
[niets]
|
|
je neus stoten
|
[afgewezen worden]
|
|
je neus ervoor ophalen
|
[het minderwaardig vinden]
|
|
de neuzen tellen
|
[tellen hoeveel mensen er zijn]
|
|
met je neus kijken
|
[niet goed zoeken]
|
|
uit je neus zitten eten
|
[niets doen]
|
|
op je neus kijken
|
[teleurgesteld zijn omdat het tegenvalt]
|
|
geen knip voor zijn neus waard zijn [
|
[nergens goed voor zijn, nergens voor deugen]
|
|
iemand iets door de neus boren
|
[niet betalen wat men hem schuldig is]
|
|
iets langs zijn neus weg zeggen
|
[terloops, alsof het niet belangrijk is]
|
|
bleek om de neus worden
|
[ergens heel bang voor zijn]
|
|
met de neus in de boter vallen
|
[het goed treffen]
|
|
hij komt het wel weer te boven
|
[hij komt er wel weer overheen]
|
|
dat gaat mijn verstand te boven
|
[dat snap ik niet]
|
|
gebruik je verstand!
|
[denk na]
|
|
dat gaat mijn verstand te boven
|
[dat begrijp ik niet]
|
|
met dien verstande dat ...
|
[onder die voorwaarde]
|
|
het hem aan zijn verstand brengen
|
[laten begrijpen]
|
|
er gaan stemmen op om ....
|
[sommige mensen zeggen dat ....]
|
|
dat gaat niet op
|
[dat klopt niet]
|
|
hij gaat op voor het examen
|
[hij gaat examen doen]
|
|
een stoot onder de gordel
|
[een gemene opmerking]
|
|
dat gaf hem de laatste stoot
|
[dat was zijn ondergang]
|
|
zonder slag of stoot
|
[zonder zich te verzetten]
|
|
wel tegen een stootje kunnen
|
[veel kunnen verdragen]
|
|
dat gebeurt nogal eens
|
[behoorlijk vaak]
|
|
een brief op poten
|
[een boze, duidelijke brief]
|
|
dat geef ik je op een briefje
|
[dat weet ik heel zeker, dat bevestig ik]
|
|
een aangetekende brief
|
[waarvan je het bewijs hebt dat hij verstuurd is]
|
|
de lamp hangt scheef
|
[er is geldgebrek]
|
|
zijn pruik staat scheef
|
[hij is uit zijn humeur]
|
|
een scheve schaats rijden
|
[iets doen wat niet geoorloofd is]
|
|
schots en scheef
|
[rommelig, verkeerd]
|
|
iemand scheef aankijken
|
[met wantrouwen]
|
|
dat geef scheve gezichten
|
[waarschuwing dat men jaloers zal zijn]
|
|
dat zit scheef
|
[dat zit fout]
|
|
dat gaat scheef
|
[dat loopt verkeerd af]
|
|
met de moed der wanhoop
|
[eigenlijk durf je niet, maar toch moet het]
|
|
hem moed inspreken
|
[iets zeggen waardoor hij het durft]
|
|
dat geeft de burger moed
|
[opmerking als er weer iets positiefs gebeurd]
|
|
zich moed indrinken
|
[alcohol gebruiken om iets te durven]
|
|
moed verzamelen
|
[de kracht proberen te vinden om iets te durven]
|
|
ik heb goede moed dat het gaat lukken
|
[ik heb er vertrouwen in]
|
|
er met frisse moed tegenaan gaan
|
[er weer zin in hebben na een rustperiode]
|
|
de moed zonk me in de schoenen
|
[ik had er plotseling geen vertrouwen meer in]
|
|
dat geeft de burger moed
|
[nu kunnen we er weer tegen]
|
|
een politieman in burger
|
[in gewone kleren, zonder uniform]
|
|
iemand de pas afsnijden
|
[dwarsbomen, verhinderen verder te gaan]
|
|
pas op de plaats maken
|
[bewust geen vooruitgang maken]
|
|
uit de pas lopen
|
[niet gelijkop gaan met anderen]
|
|
dat komt goed van pas
|
[ik kan het goed gebruiken]
|
|
het woordenboek moest eraan te pas komen
|
[moesten we te hulp roepen]
|
|
te pas en te onpas
|
[op elk willekeurig moment]
|
|
dat geeft geen pas
|
[dat hoort niet]
|
|
dat geeft niets!
|
[dat is niet erg]
|
|
de dokter gaf mij het advies minder te roken
|
[hij adviseert het mij]
|
|
hij geeft gas
|
[drukt op het gaspedaal van de auto]
|
|
zij geeft te kennen dat ze weg wil
|
[ze zegt het]
|
|
ik geef hem een teken dat hij moet stoppen
|
[ik maak een gebaar]
|
|
jij moet het goede voorbeeld geven
|
[jij moet je goed gedragen]
|
|
ik heb hem zijn zin gegeven
|
[hij mocht doen wat hij wilde doen]
|
|
mag ik u het woord geven?
|
[wilt u nu iets zeggen?]
|
|
met een stalen gezicht
|
[zonder gevoel te tonen]
|
|
dat geeft scheve gezichten
|
[het maakt anderen jaloers]
|
|
een raar gezicht trekken
|
[spieren in je gezicht bewegen]
|
|
op het eerste gezicht
|
[als je er voor het eerst mee te maken krijgt]
|
|
iemand van gezicht kennen
|
[wel weten hoe hij eruitziet, maar meer niet]
|
|
het recht in zijn gezicht zeggen
|
[zonder er omheen te draaien]
|
|
even je gezicht laten zien
|
[er kort op bezoek gaan]
|
|
het gezicht verliezen
|
[blind worden]
|
|
géén gezicht!
|
[niet om aan te zien, erg lelijk]
|
|
een klap in het gezicht
|
[een grove belediging]
|
|
op je gezicht gaan
|
[afgaan, mislukken]
|
|
een gezicht als een oorwurm
|
[boos en ontevreden]
|
|
een gezicht van oude lappen
|
[huilerig en lelijk]
|
|
iemand met twee gezichten
|
[een schijnheilig iemand]
|
|
op het eerste gezicht
|
[als je er voor het eerst naar kijkt]
|
|
het is géén gezicht
|
[het ziet er heel raar uit]
|
|
de trein verdween uit het gezicht
|
[ik zag hem niet meer]
|
|
je gezicht verliezen
|
[iets doen waardoor je je goede naam kwijtraakt]
|
|
dat geluid gaat door merg en been
|
[is heel indringend]
|
|
ik sta erop
|
[ik wil per se dat het gebeurt]
|
|
ik sta achter je
|
[ik verdedig je]
|
|
het staat of valt met ....
|
[het hangt ervan af]
|
|
je moet daar boven staan
|
[je er niets van aantrekken]
|
|
ik sta op het standpunt dat ....
|
[ik vind dat]
|
|
dat staat in verband met ....
|
[dat heeft ermee te maken]
|
|
je baard laten staan
|
[je niet scheren]
|
|
die plant staat er goed bij
|
[ziet er gezond uit]
|
|
hij staat aan het hoofd
|
[hij heeft de leiding]
|
|
ik werk nooit in de tuin, laat staan als het regent
|
[dus zeker niet als het regent]
|
|
dat geval staat op zichzelf
|
[het heeft niet met iets anders te maken]
|
|
zij staat bekend als ....
|
[men kent haar zo]
|
|
ik sta op de foto
|
[ik ben daarop afgebeeld]
|
|
er staat jou nog wat te wachten
|
[je krijgt nog heel wat te verwerken]
|
|
een koekje van eigen deeg krijgen
|
[vervelend behandeld worden nadat je hetzelfde bij anderen deed]
|
|
iets voor zoete koek aannemen
|
[het zomaar geloven of accepteren]
|
|
het is weer koek en ei
|
[de ruzie is voorbij]
|
|
dat is andere koek
|
[dat is heel anders]
|
|
dat ging erin als koek
|
[dat vonden ze heel leuk]
|
|
de koek is op
|
[er is niets meer te verdelen]
|
|
per kerende post
|
[met de eerstvolgende post]
|
|
hij is per slot van rekening volwassen
|
[hij is immers volwassen]
|
|
dat ging per ongeluk
|
[niet met opzet]
|
|
dat grenst aan het onmogelijke!
|
[dat kan bijna niet!]
|
|
waar haalt hij al dat geld vandaan?
|
[hoe komt hij eraan?]
|
|
het examen halen
|
[ervoor slagen]
|
|
dat haalt het niet bij .....
|
[dat is lang niet zo goed als .....]
|
|
dingen door elkaar halen
|
[ze met elkaar vermengen]
|
|
iets uit elkaar halen
|
[het demonteren]
|
|
het voor de geest halen
|
[het in gedachten zien]
|
|
dat hoef je niet in je hoofd te halen
|
[dat mag je niet doen]
|
|
overal iets achter zoeken
|
[achterdochtig zijn]
|
|
wat heb je hier te zoeken?
|
[wat doe je hier]
|
|
naar woorden zoeken
|
[even niet weten wat je moet zeggen]
|
|
dat had ik niet achter hem gezocht
|
[niet van hem verwacht]
|
|
hulp zoeken
|
[proberen hulp te krijgen]
|
|
ruzie zoeken
|
[proberen ruzie te maken]
|
|
dat is ver gezocht
|
[dat is wel heel onwaarschijnlijk]
|
|
dat had je gedroomd!
|
[dat zou je wel willen]
|
|
dat hakt er flink in
|
[kost veel geld]
|
|
hij zit maar op me te hakken
|
[te mopperen, te vitten]
|
|
dat heb ik niet graag
|
[dat vind ik niet plezierig]
|
|
ik mag hem graag
|
[ik vind hem erg aardig]
|
|
ik mag hem graag
|
[ik vind hem erg aardig]
|
|
wil je koffie? ja, graag!
|
[ja, lekker!]
|
|
dat heb je aan jezelf te wijten
|
[het is je eigen schuld]
|
|
als ik het goed heb
|
[als ik me niet vergis]
|
|
het is mij goed
|
[ik heb er niets tegen]
|
|
het is wel goed met jou
|
[ik neem je niet meer serieus]
|
|
zo goed en zo kwaad als het gaat
|
[zo primitief als het gaat]
|
|
zo goed als nieuw
|
[vrijwel nieuw]
|
|
voor de goede orde
|
[opdat alles behoorlijk geregeld is]
|
|
goed en wel
|
[nauwelijks, nog maar net]
|
|
alles goed en wel, maar ...
|
[laat dat zo zijn, maar ...]
|
|
dat zit wel goed
|
[(als iemand je bedankt) dat is in orde]
|
|
niet goed bij zijn verstand zijn
|
[gek zijn]
|
|
zich goed houden
|
[zich niet door emoties laten meeslepen]
|
|
niet goed worden
|
[misselijk worden]
|
|
ik word er niet goed van!
|
[uitroep van ergernis]
|
|
dat is nergens goed voor
|
[dat heeft geen zin]
|
|
goed aangeschreven staan
|
[gunstig bekend staan]
|
|
in een goed blaadje staan bij iemand
|
[hij waardeert je erg]
|
|
goed boeren
|
[er zakelijk gunstig voorstaan]
|
|
eind goed, al goed
|
[als het goed afloopt, vergeet je snel alle moeite]
|
|
de goede kanten van iets zien
|
[de positieve gevolgen]
|
|
een goede ruil doen
|
[meer ontvangen dan je geeft]
|
|
er is haast bij
|
[het moet snel gebeuren]
|
|
in de haast ben ik dat vergeten
|
[omdat ik zo snel moest zijn]
|
|
maak eens een beetje haast
|
[schiet eens op]
|
|
dat heeft geen haast
|
[het kan nog wel wachten]
|
|
onder de voet gelopen worden
|
[weggedrukt door een menigte]
|
|
hem voor de voeten lopen
|
[in de weg lopen]
|
|
dat heeft heel wat voeten in de aarde
|
[kost veel moeite]
|
|
op voet van gelijkheid
|
[als twee gelijken]
|
|
voet bij stuk houden
|
[niet toegeven]
|
|
ten voeten uit
|
[helemaal zoals hij is]
|
|
te voet gaan
|
[lopend]
|
|
voetje voor voetje
|
[heel langzaam]
|
|
op de voet volgen
|
[van heel dichtbij]
|
|
op vrije voeten
|
[uit de gevangenis]
|
|
hem de voet dwars zetten
|
[tegenwerken]
|
|
hem het gras voor de voeten wegmaaien
|
[iets zeggen wat de ander óók juist had willen zeggen]
|
|
op grote voet leven
|
[met geld smijten]
|
|
belastingvrije voet
|
[deel van het inkomen waarover je geen belasting hoeft te betalen]
|
|
een wit voetje halen
|
[iets doen om indruk te maken]
|
|
je uit de voeten maken
|
[snel weggaan]
|
|
hem iets voor de voeten gooien
|
[verwijten]
|
|
geen voet buiten de deur zetten
|
[binnen blijven]
|
|
op de oude voet voortzetten
|
[op dezelfde manier]
|
|
op goede voet staan
|
[vriendschappelijk met elkaar omgaan]
|
|
ermee uit de voeten kunnen
|
[er goed mee kunnen werken]
|
|
dat is hem ten voeten uit
|
[dat is kenmerkend voor hem]
|
|
vreemde talen
|
[buitenlandse talen]
|
|
dat heeft hij niet van een vreemd
|
[dat zit in de familie]
|
|
er vreemd van opkijken
|
[het raar vinden]
|
|
vreemd genoeg....
|
[commentaar dat verbazing uitdrukt]
|
|
een vreemde snoeshaan
|
[een vreemd persoon]
|
|
een vreemd gezicht
|
[een onbekend persoon]
|
|
ik voel me als een kat in een vreemd pakhuis
|
[ik voel me hier helemaal niet thuis]
|
|
in den vreemde
|
[ver weg in het buitenland]
|
|
vreemde ogen dwingen
|
[kinderen gehoorzamen vaak beter aan vreemden dan aan hun eigen ouders]
|
|
een vreemde taal
|
[een buitenlandse taal]
|
|
de moderne vreemde talen
|
[Frans, Duits en Engels]
|
|
vreemd gaan
|
[seksuele omgang hebben met iemand anders dan de eigen partner]
|
|
dat heeft hij van geen vreemde
|
[die karaktertrek zit in de familie]
|
|
zij leven in den vreemde
|
[in het buitenland]
|
|
het bloed kruipt waar het niet gaan kan
|
[je doet toch wat in je aard ligt]
|
|
hem het bloed onder de nagels vandaan halen
|
[hem erg kwaad maken]
|
|
dat heeft kwaad bloed gezet
|
[boosheid veroorzaakt]
|
|
iemand in koelen bloede vermoorden
|
[op een harde, gevoelloze manier]
|
|
mijn eigen vlees en bloed
|
[mijn eigen kind]
|
|
het bloed stolt hem in de aderen
|
[hij is ineens erg bang]
|
|
baden in het bloed
|
[in een plas bloed liggen]
|
|
blauw bloed hebben
|
[van adellijke afkomst zijn]
|
|
zijn bloed wel kunnen drinken
|
[hem heel erg haten]
|
|
van gemengd bloed zijn
|
[afstammen van ouders van een verschillend ras]
|
|
er kleeft bloed aan zijn handen
|
[hij heeft gemoord]
|
|
in koelen bloede
|
[bewust, in het volle besef van wat je doet]
|
|
mijn bloed kookt
|
[ik ben woedend]
|
|
kwaad bloed zetten
|
[boosheid opwekken]
|
|
bloed vergieten
|
[doden]
|
|
dat eeuwige geklets
|
[dat geklets elke keer]
|
|
dat heeft niet het eeuwige leven
|
[het kan kapot gaan]
|
|
ten eeuwigen dage
|
[voor altijd]
|
|
hem tegen het lijf lopen
|
[hem tegenkomen]
|
|
dat heeft niets om het lijf
|
[dat betekent niets]
|
|
dat is hem op het lijf geschreven
|
[past precies bij hem]
|
|
gezond van lijf en leden
|
[helemaal gezond]
|
|
blijf van mijn lijf!
|
[raak me niet aan!]
|
|
iemand te lijf gaan
|
[met hem gaan vechten]
|
|
geen hemd aan het lijf hebben
|
[straatarm zijn]
|
|
iemand het hemd van het lijf vragen
|
[uithoren]
|
|
in levenden lijve
|
[in persoon, in werkelijkheid]
|
|
dat is een rib uit mijn lijf
|
[een flinke uitgave]
|
|
iemand de stuipen op het lijf jagen
|
[erg laten schrikken]
|
|
aan mijn lijf geen polonaise
|
[ik heb geen zin in ingewikkelde toestanden]
|
|
het vege lijf redden
|
[er levend af komen]
|
|
hij zal het nog ver brengen
|
[veel bereiken]
|
|
dat gaat te ver
|
[dat mag echt niet]
|
|
ik vind dat ver gezocht
|
[het ligt niet voor de hand]
|
|
het ver schoppen
|
[veel bereiken]
|
|
van verre zag ik hem
|
[toen ik nog ver bij hem vandaan was]
|
|
dat is verre van aardig
|
[helemaal niet aardig]
|
|
het voert te ver om hierop in te gaan
|
[we dwalen dan te veel af]
|
|
dan zijn we nog verder van huis
|
[dan zijn we in nog grotere moeilijkheden]
|
|
hij is al veel verder dan ik
|
[heeft al meer gedaan]
|
|
dat is ver van mijn bed
|
[daar voel ik me niet bij betrokken]
|
|
iets te ver doordrijven
|
[er te lang mee doorgaan]
|
|
ver heen zijn
|
[stomdronken zijn]
|
|
van heinde en verre
|
[overal vandaan]
|
|
wat je van ver haalt, is lekker
|
[wat van ver komt, wordt vaak meer gewaardeerd]
|
|
niet verder kijken dan je neus lang is
|
[kortzichtig zijn]
|
|
in de verste verte niet
|
[absoluut niet]
|
|
zijn tijd ver vooruit zijn
|
[zeer modern zijn]
|
|
dat het zó ver kan komen
|
[verzuchting als iemand in slechte omstandigheden verkeert, of slechte dingen doet]
|
|
waar haalt hij al dat geld vandaan?
|
[hoe komt hij eraan?]
|
|
het examen halen
|
[ervoor slagen]
|
|
dat haalt het niet bij .....
|
[dat is lang niet zo goed als .....]
|
|
dingen door elkaar halen
|
[ze met elkaar vermengen]
|
|
iets uit elkaar halen
|
[het demonteren]
|
|
het voor de geest halen
|
[het in gedachten zien]
|
|
dat hoef je niet in je hoofd te halen
|
[dat mag je niet doen]
|
|
waar haalt hij al dat geld vandaan?
|
[hoe komt hij eraan?]
|
|
het examen halen
|
[ervoor slagen]
|
|
dat haalt het niet bij .....
|
[dat is lang niet zo goed als .....]
|
|
dingen door elkaar halen
|
[ze met elkaar vermengen]
|
|
iets uit elkaar halen
|
[het demonteren]
|
|
het voor de geest halen
|
[het in gedachten zien]
|
|
dat hoef je niet in je hoofd te halen
|
[dat mag je niet doen]
|
|
dat hoeft geen betoog
|
[dat spreekt vanzelf]
|
|
ga eens aan de kant
|
[opzij]
|
|
het was kantje boord
|
[het liep maar net goed af]
|
|
zij loopt de kantjes ervan af
|
[ze doet bijna niets]
|
|
ik ben door hem aan de kant gezet
|
[weggestuurd]
|
|
aan de kant staan
|
[niet meedoen]
|
|
dat raakt kant nog wal
|
[is onzin]
|
|
welke kant moet jij uit?
|
[in welke richting ga jij?]
|
|
van moeders kant is hij Turks
|
[zijn moeder is Turks]
|
|
ik kan geen kant meer op
|
[zit erg in het nauw]
|
|
daar kun je alle kanten mee uit
|
[dat kun je op verschillende manieren opvatten]
|
|
ga ik zo goed? nee, je gaat de verkeerde kant op
|
[in de verkeerde richting]
|
|
het mes snijdt aan twee kanten
|
[het levert dubbel voordeel op]
|
|
het is een dubbeltje op zijn kant
|
[onzeker hoe het afloopt]
|
|
de scherpe kantjes van iets afnemen
|
[het verzachten]
|
|
iets van alle kanten bekijken
|
[de voors en tegens goed afwegen]
|
|
even de andere kant op kijken
|
[iets gedogen]
|
|
geen kant meer op kunnen
|
[geen uitweg meer weten]
|
|
ergens alle kanten mee op kunnen
|
[er veel mogelijkheden mee hebben]
|
|
familie van de koude kant
|
[aangetrouwd]
|
|
het gelijk aan zijn kant hebben
|
[het bij het juiste eind hebben]
|
|
dat hoor je van alle kanten
|
[dat zegt iedereen]
|
|
iemands kant kiezen
|
[zijn partij]
|
|
van de verkeerde kant zijn
|
[homoseksueel]
|
|
je van kant maken
|
[zelfmoord plegen]
|
|
het niet over je kant laten gaan
|
[je ertegen verzetten]
|
|
de boel aan kant maken
|
[opruimen]
|
|
iets over zijn kant laten gaan
|
[zich er niet tegen verzetten]
|
|
hij staat in het midden
|
[tussen twee personen in]
|
|
te midden van bloemen
|
[met bloemen om zich heen]
|
|
dat houdt het midden tussen .... en ....
|
[niet helemaal het een en ook niet helemaal het ander]
|
|
dat laten we in het midden
|
[daar zeggen we niets over]
|
|
iets in het midden brengen
|
[erover beginnen tijdens een gesprek, het aansnijden]
|
|
hij staat in het midden
|
[tussen twee personen in]
|
|
te midden van bloemen
|
[met bloemen om zich heen]
|
|
dat houdt het midden tussen .... en ....
|
[niet helemaal het een en ook niet helemaal het ander]
|
|
dat laten we in het midden
|
[daar zeggen we niets over]
|
|
iets in het midden brengen
|
[erover beginnen tijdens een gesprek, het aansnijden]
|
|
dat houdt niet over
|
[dat kon beter]
|
|
dat huis is te koop
|
[je kunt het kopen]
|
|
wat koop ik daarvoor?
|
[wat heb ik daaraan?]
|
|
hij kreeg een hoofd als een biet
|
[werd erg rood]
|
|
dat interesseert me geen biet
|
[helemaal niets]
|
|
mij een biet
|
[het kan me niet schelen]
|
|
dat interesseert me niet
|
[dat kan me niet schelen]
|
|
het in orde maken
|
[het regelen]
|
|
orde op zaken stellen
|
[alles goed regelen]
|
|
dat is aan de orde van de dag
|
[dat komt vaak voor]
|
|
dat is nu niet aan de orde
|
[daar hebben we het nu niet over]
|
|
dat is in orde
|
[dat is goed]
|
|
hem tot de orde roepen
|
[een standje geven]
|
|
de orde handhaven
|
[zorgen dat alles rustig blijft]
|
|
hij kan geen orde houden
|
[de klas doet niet wat hij wil]
|
|
ik ben niet in orde
|
[niet helemaal gezond]
|
|
de openbare orde
|
[de rust op straat]
|
|
het aan de orde stellen
|
[erover beginnen]
|
|
werk in uitvoering
|
[hier wordt gewerkt]
|
|
alles in het werk stellen om ...
|
[al het mogelijke doen]
|
|
zij heeft lang werk
|
[doet er lang over]
|
|
er werk van maken
|
[je ervoor inspannen]
|
|
er is werk aan de winkel
|
[er is veel te doen]
|
|
het vuile werk opknappen
|
[het moeilijkste of vervelendste doen]
|
|
half werk leveren
|
[het niet goed doen]
|
|
het is geen aangenomen werk!
|
[je hoeft je niet zo te haasten]
|
|
half werk leveren
|
[het niet goed doen]
|
|
dat is het betere werk
|
[dat gaat goed]
|
|
veel handen maken licht werk
|
[met wat hulp gaat alles gemakkelijker]
|
|
dat is onbegonnen werk
|
[onmogelijk]
|
|
goed gereedschap is het halve werk
|
[met goed gereedschap gaat het gemakkelijker]
|
|
geen half werk doen
|
[het keurig, grondig doen]
|
|
omkomen in het werk
|
[het erg druk hebben]
|
|
er is veel werk aan de winkel
|
[er is veel te doen]
|
|
naar je werk gaan
|
[naar de plaats waar je werkt]
|
|
dat is afgesproken werk
|
[geen toeval]
|
|
dat is geen werk
|
[geen manier van doen, niet eerlijk]
|
|
ben jij hier bekend?
|
[weet je de weg?]
|
|
je komt me bekend voor
|
[ik denk dat ik je ken]
|
|
dat is algemeen bekend
|
[iedereen weet het]
|
|
dat klinkt me bekend in de oren
|
[dat heb ik wel eens eerder gehoord]
|
|
naar de bekende weg vragen
|
[iets vragen wat je al weet]
|
|
een koekje van eigen deeg krijgen
|
[vervelend behandeld worden nadat je hetzelfde bij anderen deed]
|
|
iets voor zoete koek aannemen
|
[het zomaar geloven of accepteren]
|
|
het is weer koek en ei
|
[de ruzie is voorbij]
|
|
dat is andere koek
|
[dat is heel anders]
|
|
dat ging erin als koek
|
[dat vonden ze heel leuk]
|
|
de koek is op
|
[er is niets meer te verdelen]
|
|
dat is geen zuivere koffie
|
[dat is niet in orde, niet zoals het hoort]
|
|
op de koffie komen
|
[ergens slecht vanaf komen]
|
|
dat is andere koffie
|
[dat is nog eens wat anders]
|
|
koffie verkeerd
|
[met heel veel warme melk erin]
|
|
dat is geen zuivere koffie
|
[dat is niet helemaal te vertrouwen]
|
|
hij komt nog wel op de koffie
|
[hij komt er nog wel achter]
|
|
dat is beneden peil
|
[onvoldoende, slecht]
|
|
er geen peil op kunnen trekken
|
[er niet op kunnen vertrouwen]
|
|
dat is boter aan de galg gesmeerd
|
[vergeefse moeite]
|
|
opgroeien voor galg en rad
|
[door een slechte opvoeding slecht terechtkomen]
|
|
daarmee is geen droog brood te verdienen
|
[het levert geen geld op]
|
|
dat is brood op de plank
|
[geld om van te leven]
|
|
droog brood eten
|
[heel arm zijn]
|
|
de honden lusten er geen brood van
|
[het is schandalig]
|
|
de mens leeft niet van brood alleen
|
[heeft hogere behoeften dan alleen eten en drinken]
|
|
je de kaas niet van het brood laten eten
|
[opkomen voor jezelf]
|
|
iets op je brood krijgen
|
[er de schuld van krijgen, er een verwijt over krijgen]
|
|
het brood uit de mond sparen
|
[bezuinigen op wat je eet, voor iemand anders]
|
|
iemand het brood uit de mond stoten
|
[hem afnemen waar hij zijn geld mee verdient]
|
|
op water en brood zitten
|
[in de gevangenis]
|
|
wiens brood men eet, diens woord men spreekt
|
[je staat aan de kant van degene van wie je afhankelijk bent]
|
|
ergens geen brood in zien
|
[niet verwachten dat het iets oplevert]
|
|
je moet de dingen in de juiste proporties zien
|
[ze beoordelen op wat ze waard zijn]
|
|
dat is buiten alle proporties
|
[sterk overdreven]
|
|
dat is crimineel!
|
[geweldig, buitengewoon!]
|
|
het beestje bij de naam noemen
|
[precies zeggen wat je denkt]
|
|
het is een beest van een vent
|
[iemand die wreed en onbeschoft is]
|
|
dat is de aard van het beestje
|
[een slechte eigenschap waar niets aan te doen is]
|
|
de beest uithangen
|
[zich liederlijk gedragen]
|
|
dat is de harde realitiet
|
[zo liggen de zaken nu eenmaal]
|
|
daar heb ik moeite mee
|
[dat kan ik niet goed]
|
|
dat gaat in één moeite door
|
[dat kan ook nog wel even gedaan worden]
|
|
hij moet er veel moeite voor doen
|
[zich erg inspannen]
|
|
met moeite kwam hij overeind
|
[met veel inspanning]
|
|
diep in de beurs tasten
|
[veel betalen]
|
|
te diep in het glaasje kijken
|
[zich bedrinken]
|
|
niet diep graven
|
[niet uitputtend op de zaak ingaan]
|
|
diepe groeven
|
[rimpels]
|
|
dat is diep ingeworteld
|
[een vaste gewoonte]
|
|
tot diep in de nacht
|
[tot laat]
|
|
een dik belegde boterham
|
[met veel beleg]
|
|
een dikke huid hebben
|
[ongevoelig zijn]
|
|
een dikke nek hebben
|
[arrogant zijn, kapsones hebben]
|
|
een dikke pil
|
[een dik boek]
|
|
maak je niet dik, dun is de mode
|
[wind je niet op]
|
|
zich dik maken
|
[zich opwinden]
|
|
zij zijn dikke vrienden
|
[heel goede vrienden]
|
|
dat zit er dik in
|
[dat is te verwachten]
|
|
ze doen graag dik
|
[ze scheppen op]
|
|
dat is dik voor elkaar
|
[helemaal in orde]
|
|
dikke kans dat....
|
[het is waarschijnlijk dat...]
|
|
dat komt dik voor elkaar
|
[dat komt helemaal in orde]
|
|
een dik uur
|
ruim een uur]
|
|
het er dik bovenop leggen
|
[overdrijven]
|
|
het ligt er dik bovenop
|
[het is overduidelijk]
|
|
door dik en dun
|
[wat er ook gebeurt]
|
|
het is dikke mik tussen die twee
|
[ze zijn goed bevriend]
|
|
we spelen open kaart
|
[we zeggen precies wat we denken]
|
|
hem in de kaart spelen
|
[hem ongewild bevoordelen]
|
|
alles op één kaart zetten
|
[je geluk van één ding laten afhangen]
|
|
ansichtkaart [
|
[kaart die je stuurt als je op vakantie bent]
|
|
trouwkaart
|
[kaart met aankondiging van een huwelijk]
|
|
speelkaart
|
[kaart om het kaartspel mee te spelen]
|
|
de gele kaart
|
[teken van bestraffing in een voetbalwedstrijd]
|
|
de kaarten zijn geschud
|
[de uitslag ligt vast]
|
|
dat is doorgestoken kaart
|
[afgesproken werk]
|
|
open kaart spelen
|
[eerlijk zijn, niets verbergen]
|
|
iemand in de kaart spelen
|
[hem helpen]
|
|
de problemen zijn nog niet in kaart gebracht
|
[nog niet op een rijtje gezet]
|
|
een blinde kaart
|
[er een overzicht van maken]
|
|
onrust zaaien
|
[veroorzaken]
|
|
dat is dun gezaaid
|
[daar zijn er niet veel van]
|
|
dat is dweilen met de kraan open
|
[proberen iets op te lossen, zonder de oorzaak aan te pakken]
|
|
het witte doek
|
[het scherm waar een film op vertoond wordt]
|
|
er geen doekjes om winden
|
[er openlijk voor uitkomen]
|
|
dat is een doekje voor het bloeden
|
[hij probeert het op een makkelijke manier goed te maken]
|
|
iets uit de doeken doen
|
[het uitleggen]
|
|
ze ziet zo wit als een doek
|
[heel erg bleek]
|
|
een open doekje krijgen
|
[applaus tijdens de voorstelling]
|
|
dat is een dure liefhebberij
|
[dat gaat veel geld kosten]
|
|
het kan me geen fluit schelen
|
[helemaal niets]
|
|
dat is een fluitje van een cent
|
[een gemakkelijke klus]
|
|
ik heb geen rooie cent
|
[niets]
|
|
die fiets is geen cent meer waard
|
[niets meer waard]
|
|
hij heeft een aardig centje
|
[veel geld]
|
|
Hassan is erg op de centen
|
[gierig of zuinig]
|
|
ik ben geen cent wijzer geworden
|
[niets aan de weet gekomen]
|
|
op zijn centen zitten
|
[heel zuinig zijn]
|
|
hij deugt voor geen cent
|
[is onbetrouwbaar]
|
|
er geen cent voor geven
|
het waardeloos vinden]
|
|
hij valt dood op een halve cent
|
[is erg gierig]
|
|
je zou hem je laatste cent geven
|
[kunt hem volledig vertrouwen]
|
|
er geen cent wijzer van worden
|
[niets aan de weet komen; er niets aan verdienen]
|
|
hij gaat zijn boekje te buiten
|
[doet of zegt dingen die niet mogen]
|
|
ik zal eens een boekje over hem open doen
|
[slechte dingen over hem vertellen]
|
|
hij staat hoog te boek
|
[ze denken positief over hem]
|
|
dat is een gesloten boek
|
[een afgesloten periode]
|
|
het boek der boeken
|
[de Bijbel]
|
|
de boeken afsluiten
|
[een financieel jaarverslag maken]
|
|
buiten zijn boekje gaan
|
[andere dingen doen dan je mag doen]
|
|
dat is een goed teken
|
[dat belooft iets goeds]
|
|
ik gaf hem een teken
|
[ik maakte een gebaar]
|
|
hij gaf een teken van leven
|
[liet merken dat hij nog leefde]
|
|
hij vertoonde tekenen van angst
|
[je zag aan hem dat hij angstig was]
|
|
deze week staat in het teken van het milieu
|
[is daar helemaal aan gewijd]
|
|
de grote mensen
|
[de volwassenen]
|
|
de grote vakantie
|
[de zomervakantie]
|
|
inkopen in het groot
|
[met grote hoeveelheden tegelijk]
|
|
met grote ogen kijken
|
[verbaasd kijken]
|
|
een grote mond opzetten
|
[brutaal praten]
|
|
een grote duim hebben
|
[een rijke fantasie]
|
|
voor het grootste gedeelte
|
[voor het merendeel]
|
|
de grote hoop
|
[de grote massa]
|
|
een grote keel opzetten
|
[hard gaan schreeuwen]
|
|
veel kleintjes maken één grote
|
[veel kleine uitgaven zijn samen toch een groot bedrag]
|
|
iets aan de grote klok hangen
|
[overal bekendmaken]
|
|
groot licht
|
[autolampen op maximale sterkte]
|
|
met groot materieel uitrukken
|
[met veel brandweerwagens en blusapparatuur]
|
|
een grote mond geven
|
[brutaal toespreken]
|
|
grote ogen opzetten
|
[heel erg verbaasd zijn]
|
|
de grote plas
|
[de oceaan]
|
|
boven de grote rivieren
|
[Noord- en Midden-Nederland]
|
|
grote stappen, gauw thuis
|
[slordig en snel]
|
|
in grote trekken
|
[in hoofdzaken]
|
|
op grote voet leven
|
[veel geld uitgeven]
|
|
de groten der aarde
|
[de rijken en machtigen]
|
|
de grote dag
|
[de dag van de belangrijke gebeurtenis]
|
|
heden groot, morgen dood
|
[succes duurt maar even]
|
|
een grote geest
|
[zeer begaafd persoon]
|
|
wie 't kleine niet eert, is 't grote niet weerd
|
[wie niet tevreden is met iets kleins, verdient niets groters]
|
|
een grote rol spelen
|
[belangrijk zijn]
|
|
een grote boodschap doen
|
[poepen]
|
|
de grootste gemene deler
|
[dat wat een aantal zaken gemeenschappelijk hebben]
|
|
groot denken
|
[ruim]
|
|
het grote geld
|
[rijkdom, veel geld]
|
|
in groten getale
|
[massaal]
|
|
dat is een groot woord
|
[dat houdt meer in dan eigenlijk wordt bedoeld]
|
|
je hebt groot gelijk
|
[je hebt absoluut gelijk]
|
|
het grote publiek
|
[een grote groep mensen]
|
|
ik ben groot met hem
|
[mag hem graag en ga goed met hem om]
|
|
grote goedheid
|
[uitroep van schrik]
|
|
groot zijn met iemand
|
[bevriend met hem zijn]
|
|
om de andere dag
|
[de ene dag wel, de andere dag niet]
|
|
ik wil het een en ander bespreken
|
[verschillende dingen]
|
|
ze hebben een of ander feest
|
[doet er niet toe wat voor feest]
|
|
onder andere
|
[naast andere dingen (dieren, mensen)]
|
|
het over een andere boeg gooien
|
[het anders aanpakken]
|
|
een en ander
|
[dat wat genoemd is]
|
|
het een en ander
|
[verschillende dingen, die niet bij name genoemd worden]
|
|
het één sluit het ander niet uit
|
[beide dingen zijn mogelijk]
|
|
als geen ander
|
[beter dan wie ook]
|
|
dat is een heel ander geluid
|
[het tegendeel van wat eerder gezegd werd]
|
|
in andere handen overgaan
|
[naar een andere eigenaar]
|
|
geen andere keuze hebben
|
[naar een andere eigenaar]
|
|
onder andere
|
[wat je noemt, terwijl je ook andere dingen zou kunnen noemen]
|
|
een andere toon aanslaan
|
[beleefder worden]
|
|
van het ene woord kwam het andere
|
[het ontaardde in ruzie]
|
|
met andere woorden
|
[anders uitgedrukt]
|
|
aan een nieuw hoofdstuk beginnen
|
[aan een nieuwe periode in je leven]
|
|
dat is een heel ander hoofdstuk!
|
[een heel ander onderwerp]
|
|
over de hele linie
|
[in alle opzichten]
|
|
op het hele uur
|
[als de klok een vol uur aanwijst]
|
|
niets heel laten van iets of iemand
|
[alleen maar negatief beoordelen]
|
|
er bleef geen spaan van heel
|
[totaal niets]
|
|
een hele poos
|
[flink lang]
|
|
dat is een hele aanschaf
|
[commentaar als iemand iets duurs heeft gekocht]
|
|
een hele bedoening
|
[een hele drukte]
|
|
het was een hele bevalling
|
[het kostte veel moeite]
|
|
dat is een hele eer
|
[een onderscheiding]
|
|
een heel eind komen
|
[je doel bijna bereiken]
|
|
het is een hele geschiedenis
|
[een lang verhaal]
|
|
het is een heel karwei
|
[niet gemakkelijk]
|
|
er een hele kluif aan hebben
|
[er veel werk aan hebben, het moeilijk vinden]
|
|
hij is een hele piet
|
[een belangrijk persoon]
|
|
een hele prestatie
|
[een knap stukje werk]
|
|
de hele tijd
|
[voortdurend]
|
|
het is een hele zit
|
[commentaar als je lang ergens moet zitten]
|
|
dat is een hele zorg minder
|
[opgelucht commentaar als een probleem is opgelost]
|
|
een heel getal
|
[getal dat geen breuk is]
|
|
dat is een hele investering
|
[dat kost veel]
|
|
stap voor stap
|
[langzaam, elke keer een stukje]
|
|
een stap in de goede richting
|
[waardoor je dichter bij je doel komt]
|
|
op stap gaan
|
[ergens heen gaan]
|
|
dat is een hele stap
|
[heel ingrijpend]
|
|
geen stap buiten de deur zetten
|
[binnen blijven]
|
|
stap voor stap
|
[langzaam]
|
|
over de hele linie
|
[in alle opzichten]
|
|
op het hele uur
|
[als de klok een vol uur aanwijst]
|
|
niets heel laten van iets of iemand
|
[alleen maar negatief beoordelen]
|
|
er bleef geen spaan van heel
|
[totaal niets]
|
|
een hele poos
|
[flink lang]
|
|
dat is een hele aanschaf
|
[commentaar als iemand iets duurs heeft gekocht]
|
|
het was een hele bevalling
|
[het kostte veel moeite]
|
|
dat is een hele eer
|
[een onderscheiding]
|
|
een heel eind komen
|
[je doel bijna bereiken]
|
|
het is een heel karwei
|
[niet gemakkelijk]
|
|
er een hele kluif aan hebben
|
[er veel werk aan hebben, het moeilijk vinden]
|
|
hij is een hele piet
|
[een belangrijk persoon]
|
|
een hele prestatie
|
[een knap stukje werk]
|
|
de hele tijd
|
[voortdurend]
|
|
het is een hele zit
|
[commentaar als je lang ergens moet zitten]
|
|
dat is een hele zorg minder
|
[opgelucht commentaar als een probleem is opgelost]
|
|
een heel getal
|
[getal dat geen breuk is]
|
|
dat is een hoofdstuk apart
|
[iets heel bijzonders]
|
|
een wereld apart
|
[een totaal andere wereld]
|
|
een klasse apart
|
[iets heel bijzonders]
|
|
hem koud maken
|
[vermoorden]
|
|
een koud buffet
|
[zelfbedieningsmaaltijd met salades en andere koude gerechten]
|
|
een koude douche
|
[iets onverwachts wat je erg tegenvalt]
|
|
groente van de koude grond
|
[niet in een kas gekweekt, maar buiten]
|
|
een koude kikker
|
[iemand die onverstoorbaar is]
|
|
het langs je koude kleren laten afglijden
|
[je er niets van aantrekken]
|
|
het niet koud laten worden
|
[er onmiddellijk werk van maken]
|
|
ergens niet warm of koud van worden
|
[er niet door geraakt worden]
|
|
het koude zweet brengt me uit
|
[dat zeg je als je erg angstig bent]
|
|
dat laat hem koud
|
[dat doet hem niets, raakt hem niet]
|
|
kouwe drukte
|
[nodeloze ophef]
|
|
kouwe kak
|
[afkeurende benaming voor mensen die deftig doen]
|
|
dat is een koud kunstje
|
[het is niet moeilijk]
|
|
een koude oorlog
|
[oorlog zonder gevechten]
|
|
de Koude Oorlog
|
[benaming voor de vijandelijkheden tussen de VS en de Sovjet-Unie]
|
|
iemand lekker maken
|
[zorgen dat hij ernaar verlangt]
|
|
lekkere trek hebben
|
[zin in lekkere dingen]
|
|
wat je ver haalt is lekker
|
[wat van ver komt wordt meer gewaardeerd]
|
|
lekker is maar één vinger lang
|
[genieten duurt maar even]
|
|
voor het lekker
|
[omdat het zo lekker is]
|
|
dat zit me niet lekker
|
[dat bevalt me niet]
|
|
een lekker ding
|
[aantrekkelijke persoon]
|
|
lekker in het gehoor liggen
|
[gemakkelijk om naar te luisteren]
|
|
je bent niet lekker!
|
[je bent niet goed wijs]
|
|
dat is een lekker stel
|
[die samen niet veel goeds van plan zijn]
|
|
het zit me niet lekker
|
[ik ben er ontevreden of bezorgd over]
|
|
je bent niet lekker!
|
[je bent gek!]
|
|
dat is een lot uit de loterij!
|
[een buitenkans]
|
|
lootjes trekken
|
[briefjes met de naam van iemand]
|
|
van lotje getikt
|
[gek]
|
|
hem aan zijn lot overlaten
|
[je niet om hem bekommeren]
|
|
de ironie van het lot
|
[het toeval brengt het tegenovergestelde van wat je verwacht]
|
|
zich zijn lot aantrekken
|
[met hem begaan zijn]
|
|
berusten in zijn lot
|
[er vrede mee hebben]
|
|
hij kreeg op zijn flikker
|
[een pak slaag of een uitbrander]
|
|
hij weet er geen flikker van
|
[hij weet er niets van]
|
|
dat is een luie flikker
|
[hij voert nooit iets uit]
|
|
in de open lucht
|
[buiten]
|
|
met open mond
|
[heel verbaasd]
|
|
hem met open armen ontvangen
|
[heel hartelijk]
|
|
een open boek zijn
|
[geen geheimen hebben]
|
|
dat is een open deur
|
[iets wat al veel vaker verteld is]
|
|
dweilen met de kraan open
|
[proberen een probleem op te lossen, zonder iets aan de oorzaken te doen]
|
|
met open mond luisteren
|
[zeer aandachtig]
|
|
een open oog hebben voor iets
|
[er de waarde, het belang van inzien]
|
|
we spelen open kaart
|
[we zeggen het eerlijk]
|
|
een film met een open eind
|
[je ziet niet hoe het afloopt]
|
|
dat laat ik nog even open
|
[dat bepaal ik nu nog niet]
|
|
een open sollicitatie
|
[waarin de sollicitant zichzelf aanbiedt voor werk]
|
|
een open vraag
|
[waarbij geen mogelijke antwoorden gegeven worden]
|
|
een open brief
|
[bestemd voor iedereen die hem wil lezen]
|
|
een open dag
|
[kijkdag bij een instelling]
|
|
open huis houden
|
[iedereen mag binnenlopen op het moment dat hem uitkomt]
|
|
een open inrichting
|
[zonder afgesloten deuren]
|
|
de Open Universiteit
|
[die voor iedereen toegankelijk is]
|
|
een open gezicht
|
[dat vertrouwen wekt]
|
|
open kaart spelen
|
[eerlijk zijn, niets verbergen]
|
|
in open zee
|
[ver uit de kust]
|
|
open en bloot
|
[vrij en zonder zich te schamen]
|
|
scoren voor open doel
|
[op een gemakkelijke manier succes behalen]
|
|
dat is een pak van mijn hart
|
[een grote opluchting]
|
|
hij krijgt een pak slaag
|
[klappen]
|
|
je moet niet bij de pakken neerzitten
|
[moed houden]
|
|
heb het hart niet!
|
[waag het niet!]
|
|
iemand een hart onder de riem steken
|
[hem moed inspreken]
|
|
het gaat me aan het hart
|
[ik vind het heel jammer]
|
|
met hart en ziel
|
[met veel inzet en overtuiging]
|
|
van harte
|
[gelukwens bij verjaardag of ander feest]
|
|
het hart klopte in mijn keel
|
[ik was erg bang]
|
|
iets op je hart hebben
|
[ergens over willen praten, maar het niet durven]
|
|
er je hart aan kunnen ophalen
|
[er enorm van kunnen genieten]
|
|
iemand een warm hart toedragen
|
[hem erg aardig vinden]
|
|
het hart op de juiste plaats hebben
|
[graag iets voor anderen doen]
|
|
met de hand op het hart iets beloven
|
[ernstig en eerlijk]
|
|
geen hart hebben
|
[geen menselijk gevoel]
|
|
weinig, maar uit een goed hart
|
[weinig, maar ik geef het graag]
|
|
een gebroken hart
|
[liefdesverdriet]
|
|
naar hartenlust
|
[zoveel als je wilt]
|
|
je hebt mijn hart gestolen
|
[ik ben verliefd op je]
|
|
dat is een pleister op de wonde
|
[dat verzacht de ellende een beetje]
|
|
zoals de waard is, vertrouwt hij zijn gasten
|
[als je iets slechts van iemand denkt, heb je zelf die eigenschap vaak ook]
|
|
dat is een rare gast!
|
[een rare figuur]
|
|
hem tegen het lijf lopen
|
[hem tegenkomen]
|
|
dat heeft niets om het lijf
|
[dat betekent niets]
|
|
dat is hem op het lijf geschreven
|
[past precies bij hem]
|
|
gezond van lijf en leden
|
[helemaal gezond]
|
|
blijf van mijn lijf!
|
[raak me niet aan!]
|
|
iemand te lijf gaan
|
[met hem gaan vechten]
|
|
geen hemd aan het lijf hebben
|
[straatarm zijn]
|
|
iemand het hemd van het lijf vragen
|
[uithoren]
|
|
in levenden lijve
|
[in persoon, in werkelijkheid]
|
|
dat is een rib uit mijn lijf
|
[een flinke uitgave]
|
|
iemand de stuipen op het lijf jagen
|
[erg laten schrikken]
|
|
aan mijn lijf geen polonaise
|
[ik heb geen zin in ingewikkelde toestanden]
|
|
het vege lijf redden
|
[er levend af komen]
|
|
je kunt zijn ribben tellen
|
[hij is erg mager]
|
|
dat is een rib uit mijn lijf
|
[dat is erg duur]
|
|
zwevende ribben
|
[die niet met het borstbeen verbonden zijn]
|
|
dat is een schrale troost
|
[geen echte troost]
|
|
het schip is in de lucht gevlogen
|
[ontploft]
|
|
dat is uit de lucht gegrepen
|
[dat kun je niet bewijzen]
|
|
de kritiek was niet van de lucht
|
[er was veel kritiek]
|
|
het programma gaat de lucht in
|
[wordt uitgezonden]
|
|
een gat in de lucht springen
|
[heel blij zijn]
|
|
dat is uit de lucht gegrepen
|
[verzonnen, niet waar]
|
|
er hangt iets in de lucht
|
[er gaat iets gebeuren]
|
|
de kou is uit de lucht
|
[het conflict is voorbij]
|
|
dat is een slag in de lucht
|
[iets wat nergens op gebaseerd is]
|
|
iets in de lucht laten vliegen
|
[het opblazen]
|
|
een vliegtuig uit de lucht halen
|
[het neerschieten]
|
|
de lucht breekt
|
[de wolken gaan uiteen]
|
|
niet van de lucht zijn
|
[veel voorkomen]
|
|
er is geen vuiltje aan de lucht
|
[het is helemaal in orde]
|
|
in de open lucht
|
[buiten]
|
|
hij leeft van de lucht
|
[heeft weinig geld nodig]
|
|
we gaan een luchtje scheppen
|
[buiten lopen]
|
|
hij doet alsof zij lucht is
|
[alsof hij haar niet ziet]
|
|
het zit in de lucht
|
[iedereen heeft er last van]
|
|
frisse lucht
|
[de buitenlucht]
|
|
geen lucht krijgen
|
[moeilijk kunnen ademhalen]
|
|
een luchtje scheppen
|
[buiten een wandeling maken]
|
|
van de lucht leven
|
[heel sober]
|
|
dat is een slecht voorteken
|
[dat voorspelt niet veel goeds]
|
|
als de voortekenen niet bedriegen....
|
[het lijkt erop dat...]
|
|
daar zal ik een stokje voor steken
|
[dat zal ik verhinderen]
|
|
hij krijgt het met iedereen aan de stok
|
[heeft met iedereen ruzie]
|
|
je krijgt mij daar met geen stok naar toe
|
[ik ga absoluut niet]
|
|
dat is een stok achter de deur
|
[iets vervelends waarmee je hem aan kunt sporen]
|
|
iemand een stok tussen de benen steken
|
[zijn plannen verhinderen]
|
|
alle gekheid op een stokje
|
[nu is het afgelopen met grappig doen]
|
|
wie een hond wil slaan, vindt licht een stok
|
[wie kwaad wil, vindt altijd wel een reden]
|
|
met de kippen op stok gaan
|
[vroeg naar bed gaan]
|
|
met geen stok
|
[op geen enkele wijze]
|
|
van je stokje gaan
|
[flauwvallen]
|
|
ik zet er een streep onder
|
[ik hou ermee op]
|
|
dat is een streep door de rekening
|
[een tegenvaller]
|
|
er loopt bij hem een streepje door
|
[hij is niet goed wijs]
|
|
een streepje voor hebben
|
[meer rechten hebben dan de anderen]
|
|
ergens een streep door halen
|
[het niet laten doorgaan]
|
|
iemand over de streep trekken
|
[hem overhalen]
|
|
op je strepen staan
|
[volhouden dat je er recht op hebt]
|
|
op het puntje van zijn stoel zitten
|
[heel goed opletten]
|
|
het ligt op het puntje van mijn tong
|
[ik weet het, maar kan er even niet opkomen]
|
|
daar kunnen ze een puntje aan zuigen
|
[een voorbeeld aan nemen]
|
|
tot in de puntjes verzorgd
|
[heel netjes]
|
|
dat is een teer punt
|
[je kunt er beter niet over praten]
|
|
ergens een punt van maken
|
[er moeilijk over doen]
|
|
een omstreden punt
|
[waarover verschil van mening bestaat]
|
|
er een punt achter zetten
|
[ermee stoppen]
|
|
we stonden op het punt om te vertrekken
|
[we zouden juist vertrekken]
|
|
als puntje bij paaltje komt
|
[als het eropaan komt]
|
|
dat is een vereiste
|
[dat is echt nodig]
|
|
je neus stoten
|
[afgewezen worden]
|
|
hem met zijn neus op de feiten drukken
|
[laten zien hoe het werkelijk zit]
|
|
de neuzen tellen
|
[tellen hoeveel mensen er zijn]
|
|
er met je neus bovenop staan
|
[er vlakbij staan]
|
|
met je neus kijken
|
[niet goed zoeken]
|
|
uit je neus zitten eten
|
[niets doen]
|
|
je neus in de wind steken
|
[ergens trots op zijn]
|
|
op je neus kijken
|
[teleurgesteld zijn omdat het tegenvalt]
|
|
overal zijn neus in steken
|
[zich overal mee bemoeien]
|
|
een frisse neus halen
|
[bij koud weer buiten lopen]
|
|
geen knip voor zijn neus waard zijn
|
[nergens goed voor zijn, nergens voor deugen]
|
|
m'n neus!
|
[kom nou, dat is onzin]
|
|
iemand bij de neus nemen
|
[hem voor de gek houden, bedriegen]
|
|
dat komt me de neus uit
|
[daar heb ik schoon genoeg van]
|
|
iemand iets door de neus boren
|
[niet betalen wat men hem schuldig is]
|
|
plotseling voor iemands neus staan
|
[hem onverwacht ontmoeten]
|
|
de deur voor zijn neus dichtdoen
|
[terwijl hij er vlak voor staat]
|
|
dat gaat je neus voorbij
|
[daar krijg je niets van]
|
|
iemand iets onder de neus wrijven
|
[hem vertellen wat hij verkeerd deed]
|
|
dat zal ik je niet aan je neus hangen
|
[niet vertellen]
|
|
iets langs zijn neus weg zeggen
|
[terloops, alsof het niet belangrijk is]
|
|
doen alsof je neus bloedt
|
[alsof je van niets weet]
|
|
zijn neus krult
|
[hij is blij over een compliment]
|
|
iemand de pen op de neus zetten
|
[hem waarschuwen dat hij zich beter moet gedragen]
|
|
alle neuzen wijzen dezelfde kant op
|
[iedereen heeft dezelfde mening]
|
|
bleek om de neus worden
|
[ergens heel bang voor zijn]
|
|
niet verder kijken dan je neus lang is
|
[niet goed nadenken]
|
|
iemand iets door de neus boren
|
[verhinderen dat hij het krijgt]
|
|
met de neus in de boter vallen
|
[het goed treffen]
|
|
het deksel op je neus krijgen
|
[gestraft worden als je te begerig bent]
|
|
het ligt voor je neus
|
[vlak voor je]
|
|
iemand de pin op de neus zetten
|
[zo onder druk zetten dat hij gehoorzaamt]
|
|
dat is een wassen neus
|
[stelt niets voor]
|
|
het neusje van de zalm
|
[het fijnste, het beste]
|
|
een fijne neus voor iets hebben
|
[intuïtief iets opmerken]
|
|
een scherpe neus hebben
|
[goed kunnen ruiken]
|
|
je gewicht in goud waard zijn
|
[heel waardevol zijn]
|
|
dat legt gewicht in de schaal
|
[is heel belangrijk]
|
|
dat is een zaak van veel gewicht
|
[een belangrijke zaak]
|
|
dat is eens een ander geluid
|
[een andere mening dan gewoonlijk]
|
|
dat is erg in trek
|
[iedereen wil het hebben]
|
|
jij komt wel aan je trekken
|
[je krijgt je deel wel]
|
|
hij krijgt zijn trekken thuis
|
[hij wordt nu op zijn beurt ook gestraft]
|
|
ik vertel het in grote trekken
|
[in grote lijnen]
|
|
er zit geen trek in de schoorsteen
|
[de schoorsteen zuigt niet]
|
|
dat is geen cent waard
|
[niets waard]
|
|
dat is niet de moeite waard
|
[niets waard]
|
|
wat is het je waard?
|
[wat heb je ervoor over]
|
|
ze is nog niet veel waard
|
[nog niet erg fit]
|
|
de ene dienst is de andere waard
|
[als je iets voor iemand doet, verwacht je dat de ander ook iets voor jou doet]
|
|
het is zoveel waard als de gek ervoor geeft
|
[zoveel als de liefhebber ervoor wil betalen]
|
|
iemand niet waard zijn
|
[hem of haar niet verdienen]
|
|
dat is geen excuus
|
[geen geldige reden]
|
|
iemand excuus vragen
|
[vragen of hij je kan vergeven]
|
|
je excuses maken
|
[zeggen dat het je spijt]
|
|
een frisse adem
|
[die aangenaam ruikt]
|
|
de frisse lucht
|
[de buitenlucht]
|
|
een frisse neus halen
|
[een luchtje scheppen]
|
|
dat is geen fris zaakje
|
[er is op een verdachte manier gewerkt]
|
|
met frisse tegenzin
|
[ironische opmerking als je ergens geen zin in hebt]
|
|
zo fris als een hoentje
|
[goed uitgerust, vol energie]
|
|
fris van de lever
|
[spontaan]
|
|
klein geld
|
[munten]
|
|
groot geld
|
[bankpapier]
|
|
voor half geld
|
[voor de halve prijs]
|
|
geld opnemen
|
[geld bij de bank of het postkantoor halen]
|
|
hij zwemt in het geld
|
[is erg rijk]
|
|
dat doe ik voor geen geld!
|
[absoluut niet]
|
|
voor hetzelfde geld was het anders
|
[het had net zo goed anders kunnen zijn]
|
|
met geld smijten
|
[veel geld uitgeven]
|
|
het geld groeit me niet op de rug
|
[ik ben niet zo rijk dat ik dat zomaar kan betalen]
|
|
geld over de balk gooien
|
[verspillen]
|
|
geld stinkt niet
|
[het is niet belangrijk hoe je aan je geld komt]
|
|
veel geld in het laatje brengen
|
[veel opleveren]
|
|
je geld of je leven!
|
[uitroep bij een overval]
|
|
van je geld leven
|
[niet meer hoeven werken]
|
|
iets te gelde maken
|
[het verkopen]
|
|
geld dat stom is, maakt recht wat krom is
|
[geld maakt ook onrecht goed]
|
|
al kreeg ik geld toe!
|
[schampere opmerking als je iets echt niet wilt]
|
|
het geldt brandt hem in de zak
|
[hij wil het heel graag uitgeven]
|
|
geld zoekt geld
|
[wie geld bezit, krijgt er gemakkelijk geld bij]
|
|
eieren kiezen voor je geld
|
[je noodgedwongen met minder tevreden stellen]
|
|
voor half geld
|
[voor de helft van wat anderen moeten betalen]
|
|
dat is geen geld
|
[heel goedkoop]
|
|
het voor geen geld willen missen
|
[beslist niet]
|
|
geld speelt geen rol
|
[het doet er niet toe wat het kost]
|
|
alle waar is naar zijn geld
|
[wat goedkoop is, kan niet goed zijn]
|
|
we spelen open kaart
|
[we zeggen precies wat we denken]
|
|
hem in de kaart spelen
|
[hem ongewild bevoordelen]
|
|
alles op één kaart zetten
|
[je geluk van één ding laten afhangen]
|
|
ansichtkaart
|
[kaart die je stuurt als je op vakantie bent]
|
|
trouwkaart
|
[kaart met aankondiging van een huwelijk]
|
|
speelkaart
|
[kaart om het kaartspel mee te spelen]
|
|
dat is geen haalbare kaart
|
[heeft geen kans van slagen]
|
|
de groene kaart
|
[internationaal verzekeringsbewijs]
|
|
de rode kaart
|
[teken van ernstige overtreding waarvoor je het veld wordt uitgestuurd]
|
|
de gele kaart
|
[teken van bestraffing in een voetbalwedstrijd]
|
|
de kaarten zijn geschud
|
[de uitslag ligt vast]
|
|
de kaarten liggen nu anders
|
[de situatie is veranderd]
|
|
zijn kaarten op tafel leggen
|
[zijn bedoelingen onthullen]
|
|
dat is doorgestoken kaart
|
[afgesproken werk]
|
|
iemand in de kaart kijken
|
[zijn geheime plannen doorzien]
|
|
open kaart spelen
|
[eerlijk zijn, niets verbergen]
|
|
iemand in de kaart spelen
|
[hem helpen]
|
|
de problemen zijn nog niet in kaart gebracht
|
[nog niet op een rijtje gezet]
|
|
een blinde kaart
|
[zonder plaatsnamen]
|
|
iets in kaart brengen
|
[er een overzicht van maken]
|
|
iets op de kaart zetten
|
[zorgen dat het algemeen bekend wordt]
|
|
een stad van de kaart vegen
|
[vernietigen]
|
|
van de kaart zijn
|
[helemaal in de war zijn]
|
|
dat is geen haalbare kaart
|
[dat plan heeft geen kans van slagen]
|
|
dat is geen manier van doen
|
[geen fatsoenlijk gedrag]
|
|
zij heeft van die maniertjes
|
[ze doet zo overdreven]
|
|
dat is geen overbodige luxe
|
[het is hard nodig]
|
|
dat is geen stijl
|
[dat hoor je niet te doen]
|
|
geen sprake van!
|
[ik wil het niet!]
|
|
we kunnen in geen geval op vakantie
|
[zeker niet]
|
|
werk in uitvoering
|
[hier wordt gewerkt]
|
|
alles in het werk stellen om ...
|
[al het mogelijke doen]
|
|
zij heeft lang werk
|
[doet er lang over]
|
|
er werk van maken
|
[je ervoor inspannen]
|
|
er is werk aan de winkel
|
[er is veel te doen]
|
|
het vuile werk opknappen
|
[het moeilijkste of vervelendste doen]
|
|
dat is het betere werk
|
[dat gaat goed]
|
|
veel handen maken licht werk
|
[met wat hulp gaat alles gemakkelijker]
|
|
dat is onbegonnen werk
|
[onmogelijk]
|
|
goed gereedschap is het halve werk
|
[met goed gereedschap gaat het gemakkelijker]
|
|
geen half werk doen
|
[het keurig, grondig doen]
|
|
omkomen in het werk
|
[het erg druk hebben]
|
|
er is veel werk aan de winkel
|
[er is veel te doen]
|
|
naar je werk gaan
|
[naar de plaats waar je werkt]
|
|
dat is afgesproken werk
|
[geen toeval]
|
|
dat is geen werk
|
[geen manier van doen, niet eerlijk]
|
|
dat is een verkeerde voorstelling van zaken
|
[het geeft de dingen verkeerd weer]
|
|
werk in uitvoering
|
[hier wordt gewerkt]
|
|
alles in het werk stellen om ...
|
[al het mogelijke doen]
|
|
zij heeft lang werk
|
[doet er lang over]
|
|
er werk van maken
|
[je ervoor inspannen]
|
|
er is werk aan de winkel
|
[er is veel te doen]
|
|
het vuile werk opknappen
|
[het moeilijkste of vervelendste doen]
|
|
half werk leveren
|
[het niet goed doen]
|
|
het is geen aangenomen werk!
|
[je hoeft je niet zo te haasten]
|
|
dat is het betere werk
|
[dat gaat goed]
|
|
veel handen maken licht werk
|
[met wat hulp gaat alles gemakkelijker]
|
|
dat is onbegonnen werk
|
[onmogelijk]
|
|
goed gereedschap is het halve werk
|
[met goed gereedschap gaat het gemakkelijker]
|
|
geen half werk doen
|
[het keurig, grondig doen]
|
|
omkomen in het werk
|
[het erg druk hebben]
|
|
er is veel werk aan de winkel
|
winkel [er is veel te doen]
|
|
naar je werk gaan
|
[naar de plaats waar je werkt]
|
|
dat is afgesproken werk
|
[geen toeval]
|
|
dat is geen werk
|
[geen manier van doen, niet eerlijk]
|
|
hij heeft het niet met zoveel woorden gezegd
|
[niet precies zo]
|
|
hem aan het woord laten
|
[hem de anderen toe laten spreken]
|
|
met andere woorden
|
[anders gezegd]
|
|
er geen woorden voor hebben
|
[het heel goed of heel erg vinden]
|
|
je haalt me de woorden uit de mond
|
[je zegt wat ik net had willen zeggen]
|
|
er geen woorden aan vuil willen maken
|
[er niet over willen spreken]
|
|
hij had het hoogste woord
|
[was steeds op een overheersende manier aan het praten]
|
|
het hoge woord komt eruit
|
[hij zegt wat hij eerst niet durfde te zeggen]
|
|
met twee woorden spreken
|
['ja meneer' zeggen, in plaats van 'ja']
|
|
iemand woorden in de mond leggen
|
[niet juist navertellen wat hij gezegd heeft]
|
|
het laatste woord willen hebben
|
[er als laatste iets over willen beslissen]
|
|
van het ene woord kwam het andere
|
[het ontaardde in ruzie]
|
|
wiens brood men eet, diens woord men spreekt
|
[je staat aan de kant van degene bij wie je in dienst bent]
|
|
geen woorden maar daden
|
[we hebben niets aan praatjes alleen]
|
|
ergens geen woorden voor hebben
|
[het niet kunnen uitleggen]
|
|
dat is geen woord teveel gezegd
|
[dat is niet overdreven]
|
|
woorden hebben
|
[ruzie hebben]
|
|
holle woorden
|
[zonder inhoud]
|
|
het hoogste woord hebben
|
[druk en zelfbewust praten]
|
|
let op mijn woorden!
|
[dat zal zeker gebeuren]
|
|
woorden schieten tekort
|
[het is niet in woorden uit te drukken]
|
|
met twee woorden spreken
|
[niet alleen met ja of nee antwoorden]
|
|
woord voor woord
|
[volledig en precies]
|
|
je woorden wegen
|
[zorgvuldig formuleren]
|
|
ik geloof je op je woord
|
[omdat je het zegt]
|
|
woord houden
|
[doen wat je beloofd hebt]
|
|
iemand aan zijn woord houden
|
[verlangen dat hij doet wat hij beloofd heeft]
|
|
een man van zijn woord
|
[iemand die zich aan zijn afspraken houdt]
|
|
een man een man, een woord een woord
|
[iemand die eerlijk is, houdt zich aan zijn beloftes]
|
|
iemand aan het woord laten
|
[laten uitspreken]
|
|
het woord voeren
|
[spreken]
|
|
zijn woordje kunnen doen
|
[zich goed kunnen uitdrukken]
|
|
het woord richten tot iemand
|
[hem toespreken]
|
|
iemand te woord staan
|
[hem aanhoren]
|
|
een goed woordje voor hem doen
|
[hem aanbevelen]
|
|
een vies woord
|
[een woord dat met seks of met ontlasting te maken heeft]
|
|
niet uit je woorden kunnen komen
|
[er niet in slagen het te zeggen]
|
|
hem op zijn woord geloven
|
[hij hoeft het niet te bewijzen]
|
|
een hartig woordje spreken met iemand
|
[hem zeggen wat je vindt]
|
|
er was geen woord tussen te krijgen
|
[ik kreeg niet de kans om iets te zeggen]
|
|
een goed verstaander heeft maar een half woord nodig
|
[voor iemand die goed luistert, is een aanduiding voldoende]
|
|
enkele woorden wisselen
|
[met elkaar spreken]
|
|
een aardig woordje Engels spreken
|
[die taal goed beheersen]
|
|
altijd het laatste woord willen hebben
|
[altijd nog iets willen toevoegen]
|
|
de daad bij het woord voegen
|
[een plan meteen ten uitvoer brengen]
|
|
daar is geen woord Frans bij
|
[dat is heel duidelijk]
|
|
daarover is het laatste woord nog niet gesproken
|
[die zaak is nog niet afgehandeld]
|
|
woorden hebben
|
[ruzie hebben]
|
|
dat is geen zuivere koffie
|
[een verdachte zaak]
|
|
niet zuiver op de graad zijn
|
[niet helemaal vers, niet helemaal betrouwbaar]
|
|
van het zuiverste water
|
[van de beste soort]
|
|
een zuiver geweten hebben
|
[je niet schuldig voelen]
|
|
hij is zuiver op de graat
|
[absoluut eerlijk]
|
|
dat is geen zuivere koffie
|
[dat is niet in orde, niet zoals het hoort]
|
|
op de koffie komen
|
[ergens slecht vanaf komen]
|
|
dat is andere koffie
|
[dat is nog eens wat anders]
|
|
koffie verkeerd
|
[met heel veel warme melk erin]
|
|
dat is geen zuivere koffie
|
[dat is niet helemaal te vertrouwen]
|
|
hij komt nog wel op de koffie
|
[hij komt er nog wel achter]
|
|
dat is geen zuivere koffie
|
[dat is niet in orde, niet zoals het hoort]
|
|
op de koffie komen
|
[ergens slecht vanaf komen]
|
|
dat is andere koffie
|
[dat is nog eens wat anders]
|
|
koffie verkeerd
|
[met heel veel warme melk erin]
|
|
dat is geen zuivere koffie
|
[dat is niet helemaal te vertrouwen]
|
|
hij komt nog wel op de koffie
|
[hij komt er nog wel achter]
|
|
dat is gemakkelijker gezegd dan gedaan [
|
[als iemand lichtvaardig praat over een moeilijke klus]
|
|
jij hebt gemakkelijk praten
|
[voor jou ligt de zaak heel anders]
|
|
hij spreekt gemakkelijk
|
[vlot en zonder stotteren]
|
|
maak het je gemakkelijk
|
[ga lekker zitten]
|
|
een gemakkelijke stoel
|
[waarin je kunt luieren]
|
|
het zich gemakkelijk maken
|
[minder moeite voor iets doen dan eigenlijk zou moeten]
|
|
mijn vader is niet gemakkelijk
|
[hij is lastig in de omgang]
|
|
dat is gerommel in de marge
|
[het levert niets op, het is niet belangrijk genoeg]
|
|
dat is gevaarlijk terrein
|
[een moeilijk, gevoelig onderwerp]
|
|
dat is goed uitgevallen
|
[goed gelukt]
|
|
dat is helemaal in zijn stijl
|
[op zijn manier]
|
|
hij doet dat met stijl
|
[op een goede en mooie manier]
|
|
het huis is in stijl ingericht
|
[alles pas bij elkaar]
|
|
ik vind dat geen stijl
|
[een slechte manier van doen]
|
|
stijl hebben
|
[laten zien dat je een goede smaak hebt]
|
|
iets verkeerd begrijpen
|
[anders opvatten dan het bedoeld is]
|
|
je hebt de verkeerde voor
|
[je ziet me voor iemand anders aan]
|
|
aan het verkeerde adres zijn
|
[niet bij de goede persoon]
|
|
iemand op het verkeerde been zetten
|
[door een schijnbeweging iemand in de verkeerde richting laten denken]
|
|
het bij het verkeerde eind hebben
|
[ongelijk hebben]
|
|
in verkeerde handen vallen
|
[bij mensen terechtkomen die je kwaad doen]
|
|
dat is hem in het verkeerde keelgat geschoten
|
[daar is hij boos om]
|
|
koffie verkeerd
|
[met veel warme melk erin]
|
|
verkeerd verbonden zijn
|
[niet het juiste telefoonnummer gekozen hebben]
|
|
hij is van de verkeerde kant
|
[homoseksueel]
|
|
verkeerd om
|
[omgekeerd en daardoor verkeerd]
|
|
hem tegen het lijf lopen
|
[hem tegenkomen]
|
|
dat heeft niets om het lijf
|
[dat betekent niets]
|
|
dat is hem op het lijf geschreven
|
[past precies bij hem]
|
|
gezond van lijf en leden
|
[helemaal gezond]
|
|
blijf van mijn lijf!
|
[raak me niet aan!]
|
|
iemand te lijf gaan
|
[met hem gaan vechten]
|
|
geen hemd aan het lijf hebben
|
[straatarm zijn]
|
|
iemand het hemd van het lijf vragen
|
[uithoren]
|
|
in levenden lijve
|
[in persoon, in werkelijkheid]
|
|
dat is een rib uit mijn lijf
|
[een flinke uitgave]
|
|
iemand de stuipen op het lijf jagen
|
[erg laten schrikken]
|
|
aan mijn lijf geen polonaise
|
[ik heb geen zin in ingewikkelde toestanden]
|
|
het vege lijf redden
|
[er levend af komen]
|
|
onder de voet gelopen worden
|
[weggedrukt door een menigte]
|
|
hem voor de voeten lopen
|
[in de weg lopen]
|
|
dat heeft heel wat voeten in de aarde
|
[kost veel moeite]
|
|
op voet van gelijkheid
|
[als twee gelijken]
|
|
voet bij stuk houden
|
[niet toegeven]
|
|
ten voeten uit
|
[helemaal zoals hij is]
|
|
voetje voor voetje
|
[heel langzaam]
|
|
op de voet volgen
|
[van heel dichtbij]
|
|
hem de voet dwars zetten
|
[tegenwerken]
|
|
hem het gras voor de voeten wegmaaien
|
[iets zeggen wat de ander óók juist had willen zeggen]
|
|
op grote voet leven
|
[met geld smijten]
|
|
belastingvrije voet
|
[deel van het inkomen waarover je geen belasting hoeft te betalen]
|
|
een wit voetje halen
|
[iets doen om indruk te maken]
|
|
je uit de voeten maken
|
[snel weggaan]
|
|
hem iets voor de voeten gooien
|
[verwijten]
|
|
geen voet buiten de deur zetten
|
[binnen blijven]
|
|
op de oude voet voortzetten
|
[op dezelfde manier]
|
|
op goede voet staan
|
[vriendschappelijk met elkaar omgaan]
|
|
ermee uit de voeten kunnen
|
[er goed mee kunnen werken]
|
|
dat is hem ten voeten uit
|
[dat is kenmerkend voor hem]
|
|
dat is hem wel toevertrouwd!
|
[dat kan hij wel]
|
|
werk in uitvoering
|
[hier wordt gewerkt]
|
|
alles in het werk stellen om ...
|
[al het mogelijke doen]
|
|
zij heeft lang werk
|
[doet er lang over]
|
|
er werk van maken
|
[je ervoor inspannen]
|
|
er is werk aan de winkel
|
[er is veel te doen]
|
|
het vuile werk opknappen
|
[het moeilijkste of vervelendste doen]
|
|
half werk leveren
|
[het niet goed doen]
|
|
het is geen aangenomen werk!
|
[dat gaat goed]
|
|
dat is het betere werk
|
[dat gaat goed]
|
|
veel handen maken licht werk
|
[met wat hulp gaat alles gemakkelijker]
|
|
dat is onbegonnen werk
|
[onmogelijk]
|
|
goed gereedschap is het halve werk
|
[met goed gereedschap gaat het gemakkelijker]
|
|
geen half werk doen
|
[het keurig, grondig doen]
|
|
omkomen in het werk
|
[het erg druk hebben]
|
|
er is veel werk aan de winkel
|
[er is veel te doen]
|
|
naar je werk gaan
|
[naar de plaats waar je werkt]
|
|
dat is afgesproken werk
|
[geen toeval]
|
|
dat is geen werk
|
[geen manier van doen, niet eerlijk]
|
|
de telefoon is in gesprek
|
[bezet]
|
|
dat is het gesprek van de dag
|
[daar praat iedereen over]
|
|
een gesprek voeren
|
[ergens over praten]
|
|
iets tot de juiste proporties terugbrengen
|
[de juiste betekenis geven van iets wat overdreven is voorgesteld]
|
|
dat is het hem nou juist
|
[dat is precies het probleem]
|
|
het komt juist van pas
|
[precies op het goede moment]
|
|
dat is het juiste woord niet
|
[het geeft niet goed aan wat ik bedoel]
|
|
de juiste woorden weten te vinden
|
[precies weten wat je wilt gaan zeggen]
|
|
de telefoon is in gesprek
|
[bezet]
|
|
dat is het gesprek van de dag
|
[daar praat iedereen over]
|
|
dat is het gesprek van de dag
|
[daar praat iedereen over]
|
|
een gesprek voeren
|
[ergens over praten]
|
|
iets tot de juiste proporties terugbrengen
|
[de juiste betekenis geven van iets wat overdreven is voorgesteld]
|
|
dat is het hem nou juist
|
[dat is precies het probleem]
|
|
het komt juist van pas
|
[precies op het goede moment]
|
|
dat is het juiste woord niet
|
[het geeft niet goed aan wat ik bedoel]
|
|
de juiste woorden weten te vinden
|
[precies weten wat je wilt gaan zeggen]
|
|
dat is het laatste redmiddel
|
[waarna er niets meer aan te doen valt]
|
|
ik ben de laatste om dat te zeggen
|
[ik moet het zeker niet zeggen]
|
|
op het laatst had ik er genoeg van
|
[tenslotte had ik er genoeg van]
|
|
wanneer heb je hem voor het laatst gezien?
|
[welke keer was het kortst geleden?]
|
|
de laatste mode
|
[de nieuwste mode]
|
|
de resultaat van het onderzoek
|
[de uitslag ervan]
|
|
zonder resultaat
|
[zonder dat het succes had]
|
|
dat is het resultaat van te veel drinken
|
[het gevolg ervan]
|
|
dat leidt tot goede resultaten
|
[tot goede gevolgen]
|
|
hij verstaat zijn vak
|
[hij is goed in zijn werk]
|
|
de kneepjes van het vak kennen
|
[het vak goed beheersen]
|
|
dat is het risico van het vak
|
[als je dat gevaar niet wilt lopen, moet je er niet aan beginnen]
|
|
een oude rot in het vak
|
[iemand met veel ervaring]
|
|
zijn vak verstaan
|
[vakkundig zijn]
|
|
van top tot teen
|
[helemaal]
|
|
hij staat aan de top
|
[bovenaan]
|
|
dat is het topje van de ijsberg
|
[een klein deeltje van een onaangename zaak]
|
|
topconferentie
|
[vergadering van hoogste machthebbers]
|
|
dat is het toppunt!
|
[dat is te gek, de maat is vol!]
|
|
het toppunt van ellende
|
[de ergste ellende]
|
|
hij verdient het zout in de pap niet
|
[verdient bijna niets]
|
|
iets met een korreltje zout nemen
|
[het niet te letterlijk opvatten]
|
|
het zout in de pap niet verdienen
|
[bijna niets verdienen]
|
|
peper- en zoutkleurig
|
[gedeeltelijk grijs]
|
|
op alle slakken zout leggen
|
[overal opmerkingen over maken]
|
|
zout in de wonde wrijven
|
[een vervelende opmerking maken over iets wat pijnlijk is]
|
|
dat is het zout in de pap
|
[wat het interessant, boeiend maakt]
|
|
zo zout heb ik het nog nooit gegeten
|
[zoiets raars heb ik nog nooit meegemaakt]
|
|
zout water
|
[zeewater]
|
|
de ruzie liep hoog op
|
[was erg heftig]
|
|
dat zit haar erg hoog
|
[dat houdt haar erg bezig]
|
|
hij zit hoog en droog thuis
|
[veilig thuis]
|
|
hij zweert het bij hoog en bij laag
|
[zegt dat het zeker waar is]
|
|
een hoge borst opzetten
|
[verwaand zijn]
|
|
dat is te hoog gegrepen
|
[te moeilijk]
|
|
iets hoog houden
|
[in ere houden]
|
|
je kunt hoog of laag springen, maar...
|
[om duidelijk te maken dat je niet van mening zult veranderen]
|
|
de lat hoog leggen
|
[hoge eisen stellen]
|
|
hoog tegen iemand opkijken
|
[veel bewondering voor hem hebben]
|
|
geen hoge pet op hebben van iemand
|
[niet veel van hem verwachten]
|
|
hoog van de toren blazen
|
[een grote mond hebben]
|
|
iets hoog in zijn vaandel hebben
|
[er veel waardering voor hebben]
|
|
het neemt een hoge vlucht
|
[ontwikkelt zich goed en snel]
|
|
het neemt een hoge vlucht
|
[ontwikkelt zich goed en snel]
|
|
geen zee gaat hem te hoog
|
[hij laat zich nergens door afschrikken]
|
|
het hoogste lied zingen
|
[luidkeels laten horen dat je blij bent]
|
|
het hoogste woord hebben
|
[druk en zelfbewust praten]
|
|
in hoge mate
|
[zeer]
|
|
hoge ogen gooien
|
[er veel kans op hebben]
|
|
iemand te hoog aanslaan
|
[hem te veel belasting laten betalen]
|
|
hoge lasten hebben
|
[veel moeten betalen voor woning en onderhoud]
|
|
ten hoogste
|
[maximaal]
|
|
een hoge dunk van jezelf hebben
|
[denken dat je beter bent dan anderen]
|
|
iemand hoog hebben
|
[eerbied, respect voor hem hebben]
|
|
een hogere macht
|
[bovenaards wezen of principe]
|
|
in hogere sferen zijn
|
[wegdromen]
|
|
hoger beroep aantekenen
|
[herziening vragen van een vonnis]
|
|
geen hoge dunk van iemand hebben
|
[hem minachten]
|
|
op zijn hoogst
|
[in het uiterste geval]
|
|
de Hoge Raad
|
[hoogste rechtbank van Nederland]
|
|
hoog spel spelen
|
[riskante dingen doen]
|
|
dat is hogere wiskunde voor mij
|
[dat vind ik heel moeilijk]
|
|
hoge nood hebben
|
[naar het toilet moeten]
|
|
het is hoog tijd
|
[we kunnen niet wachten]
|
|
in hoge mate
|
[zeer, ruimschoots]
|
|
de strijd loopt hoog op
|
[wordt steeds erger]
|
|
hoog aan de wind zeilen
|
[bovenwinds]
|
|
iets bij hoog en laag beweren
|
[heel stellig]
|
|
iets hoog opnemen
|
[het iemand zeer kwalijk nemen]
|
|
iets hoog opnemen
|
[het iemand zeer kwalijk nemen]
|
|
het hoge woord is eruit
|
[hij heeft het eindelijk gezegd]
|
|
het zit hem hoog
|
[hij is er heel verontwaardigd over]
|
|
een smalle beurs hebben
|
[een klein inkomen]
|
|
dat is Holland op zijn smalst
|
[schamper commentaar bij bekrompenheid]
|
|
het in orde maken
|
[het regelen]
|
|
orde op zaken stellen
|
[alles goed regelen]
|
|
dat is aan de orde van de dag
|
[dat komt vaak voor]
|
|
dat is nu niet aan de orde
|
[daar hebben we het nu niet over]
|
|
dat is in orde
|
[dat is goed]
|
|
hem tot de orde roepen
|
[een standje geven]
|
|
de orde handhaven
|
[zorgen dat alles rustig blijft]
|
|
hij kan geen orde houden
|
[de klas doet niet wat hij wil]
|
|
ik ben niet in orde
|
[niet helemaal gezond]
|
|
de openbare orde
|
[de rust op straat]
|
|
het aan de orde stellen
|
[erover beginnen]
|
|
een kort geding
|
[voor zaken die snel afgehandeld moeten worden]
|
|
dat is in het geding
|
[daar gaat het over]
|
|
dat is in strijd met de wet
|
[het mag niet volgens de wet]
|
|
de strijd om het bestaan
|
[de worsteling om in leven te blijven]
|
|
zijn volle gewicht in de strijd gooien
|
[zijn invloed en al zijn mogelijkheden gebruiken om te winnen]
|
|
zijn huid duur verkopen
|
[zich tot het uiterste verdedigen]
|
|
een dure liefhebberij
|
[iets wat veel geld kost]
|
|
dat komt hem duur te staan
|
[heeft onplezierige gevolgen voor hem]
|
|
duur doen
|
[opscheppen]
|
|
dat is je dure plicht
|
[het is een erezaak]
|
|
dat is je geraden!
|
[dat kun je maar beter doen]
|
|
dat is je visitekaartje
|
[dat laat een eerste indruk achter]
|
|
een visitekaartje achterlaten
|
[sporen achterlaten waaraan men kan zien wie er geweest is]
|
|
gooi niet met je visitekaartje
|
[gezegd tegen iemand die tegen je scheldt]
|
|
zijn ware bedoeling
|
[zijn echte bedoeling]
|
|
een waar paradijs
|
[je kunt het echt wel zo noemen]
|
|
eerlijk waar?
|
[is het echt zo]
|
|
het is maar al te waar
|
[het is echt waar]
|
|
het voor waar aannemen
|
[het geloven]
|
|
waar of niet?
|
[is het niet zo?]
|
|
zijn ware gezicht tonen
|
[laten zien hoe hij werkelijk is]
|
|
het is niet waar!
|
[uitroep van ongeloof]
|
|
het is te mooi om waar te zijn
|
[het is zó fijn dat ik het nauwelijks kan geloven]
|
|
niets is minder waar
|
[het is absoluut onjuist]
|
|
verdomd als het niet waar is
|
[ik ben er echt van overtuigd dat het waar is]
|
|
zo waar als ik Silvano heet
|
[dat zeg je om je woorden kracht bij te zetten]
|
|
iets tot ware proporties terugbrengen
|
[de juiste betekenis geven van wat overdreven is voorgesteld]
|
|
de ware Jacob
|
[de volmaakt geschikte partner]
|
|
dat is je ware
|
[dat moet je hebben]
|
|
dat is waar ook
|
[ik was het bijna vergeten]
|
|
een Haags bakje
|
[een halfvol kopje]
|
|
een bakje troost
|
[een kopje koffie]
|
|
dat is kat in het bakkie
|
[een eenvoudig karweitje]
|
|
de bak in draaien
|
[gevangengenomen worden]
|
|
een volle bak
|
[een volle zaal]
|
|
niet aan de bak komen
|
[geen werk kunnen vinden]
|
|
dat is kinderspel
|
[dat is heel eenvoudig]
|
|
dat is koren op zijn molen
|
[dat komt hem heel goed uit]
|
|
het moet al gek gaan als ...
|
[het is bijna zeker]
|
|
gek genoeg
|
[commentaar dat verbazing uitdrukt]
|
|
doe maar gewoon, dan doe je gek genoeg
|
[gedraag je niet anders dan anderen]
|
|
je zou gek staan te kijken...
|
[stomverbaasd zijn]
|
|
hoe ouder hoe gekker
|
[wordt gezegd als oudere mensen iets bijzonders doen]
|
|
op de gekste tijden
|
[op tijdstippen waarop je het niet zou verwachten]
|
|
ik ben me daar gek!
|
[ik denk er niet over om dat te doen]
|
|
gek van angst
|
[buiten zichzelf]
|
|
het is om gek van te worden
|
[ergerlijk en vermoeiend]
|
|
zich gek zoeken naar iets
|
[er overal naar lopen te zoeken]
|
|
ben je gek!
|
[verontwaardigde reactie als iemand iets zegt wat onwaarschijnlijk is]
|
|
zo gek als een deur
|
[helemaal geschift]
|
|
díe is gek!
|
[schamper commentaar als iemand iets gevaarlijks doet]
|
|
hij is niet zo gek als hij eruitziet
|
[plagerig commentaar als iemand plotseling iets slims doet]
|
|
geen gek figuur slaan
|
[een goede indruk maken]
|
|
het is te gek om los te lopen
|
[het is al te dwaas]
|
|
dat is lang niet gek!
|
[tamelijk goed]
|
|
dat is te gek!
|
[geweldig!]
|
|
ik ben gek op Hema-worst
|
[ik ben er dol op]
|
|
Adam was gek op Eva
|
[hield veel van haar]
|
|
ergens gek mee zijn
|
[er veel van houden]
|
|
de dames gaan in het lang
|
[in een lange jurk]
|
|
iets op de lange baan schuiven
|
[het telkens uitstellen]
|
|
op de lange duur
|
[over een lange tijd gezien]
|
|
aan het langste eind trekken
|
[het uiteindelijk winnen]
|
|
een lang gezicht trekken
|
[laten blijken dat je teleurgesteld bent]
|
|
de lange latten
|
[ski's]
|
|
lange tenen hebben
|
[snel beledigd zijn]
|
|
lange vingers hebben
|
[stelen]
|
|
het is zo lang als het breed is
|
[het komt op hetzelfde neer]
|
|
we hebben er lang en breed over gesproken
|
[heel uitvoerig]
|
|
hij zal het niet lang meer maken
|
[hij leeft nog maar kort]
|
|
ze heeft erg lang werk
|
[ze doet er een hele tijd over]
|
|
werk je daar al lang?
|
[al een tijd?]
|
|
een lange adem hebben
|
[iets lange tijd volhouden]
|
|
hoe langer hoe beter
|
[steeds beter]
|
|
al lang en breed
|
[al lang]
|
|
eerlijk duurt het langst
|
[met bedrog kom je niet ver]
|
|
lang geleden
|
[ver in het verleden]
|
|
we kennen elkaar langer dan vandaag
|
[om aan te geven dat je iemands gedrag goed kunt beoordelen]
|
|
van zijn lang zal z'n leven niet
|
[absoluut nooit]
|
|
hij zal het niet lang meer maken
|
[zal spoedig sterven]
|
|
lang van stof zijn
|
[altijd veel woorden nodig hebben]
|
|
dan kun je lang wachten
|
[spottend commentaar als iemand vergeefs ergens op wacht]
|
|
een lang weekend
|
[waar de maandag en/of de vrijdag bij betrokken is]
|
|
ergens lang werk mee hebben
|
[niet opschieten]
|
|
iets niet langer doen
|
[het niet meer doen]
|
|
dat is lang niet slecht
|
[behoorlijk goed]
|
|
ten langen leste
|
[eindelijk]
|
|
met lange tanden eten
|
[met tegenzin]
|
|
de soep wordt nooit zo heet gegeten als hij wordt opgediend
|
[het is niet zo erg als het lijkt]
|
|
je kunt er wel soep van koken
|
[het is heel erg vuil]
|
|
in de soep lopen
|
[mislukken]
|
|
dat is linke soep
|
[dat is gevaarlijk]
|
|
ik ga met het lood in mijn schoenen
|
[met veel tegenzin]
|
|
het loodje leggen
|
[verliezen of doodgaan]
|
|
dat is lood om oud ijzer
|
[het maakt niet uit wat je kiest]
|
|
de laatste loodjes wegen het zwaarst
|
[de eindfase is het moeilijkst]
|
|
de deur hangt uit het lood
|
[scheef]
|
|
hij is uit het lood geslagen
|
[verbaasd, verdrietig, machteloos]
|
|
hij heeft praatjes
|
[hij schept op over zichzelf]
|
|
dat is maar een praatje
|
[het is niet waar]
|
|
praatjes vullen geen gaatjes
|
[met alleen praten wordt het werk niet gedaan]
|
|
dat is me vies tegengevallen
|
[erg tegengevallen]
|
|
er vies bij zijn
|
[betrapt worden]
|
|
vies weer
|
[slecht weer]
|
|
vieze moppen
|
[die met seks te maken hebben]
|
|
hem vies te pakken nemen
|
[op een gemene manier]
|
|
er vies van zijn
|
[het niet leuk of lekker vinden]
|
|
daar ben ik niet vies van
|
[dat wil ik wel graag]
|
|
vieze varkens worden niet vet
|
[je moet niet zo kieskeurig zijn]
|
|
hij studeert rechten
|
[bestudeert het geheel van wetten en regels]
|
|
het recht aan zijn kant hebben
|
[gelijk hebben]
|
|
ongeschreven recht
|
[dat niet in wetten is vastgelegd]
|
|
gelijke rechten hebben
|
[hetzelfde mogen doen of hebben]
|
|
daar heb ik recht op
|
[volgens afspraak moet ik het mogen of krijgen]
|
|
dat is zijn goed recht
|
[hij mag dat]
|
|
met recht
|
[op grond van goede redenen]
|
|
recht doen aan iets
|
[de waarde ervan goed laten uitkomen]
|
|
het recht van de sterkste
|
[de sterkste is de baas]
|
|
het recht in eigen hand nemen
|
[zelf voor rechter spelen]
|
|
genade voor recht laten gelden
|
[iemand zijn straf kwijtschelden]
|
|
dat is mijn goed recht
|
[dat kan ik eisen of vragen]
|
|
waar niets is, verliest de keizer zijn recht
|
[als iemand niets heeft, valt er ook niets te halen]
|
|
tot zijn recht komen
|
[zich voldoende kunnen laten gelden]
|
|
recht van overpad
|
[om over iemands land te gaan]
|
|
tot zijn recht komen
|
[goed uitkomen]
|
|
zaken doen
|
[het sluiten van overeenkomsten]
|
|
geduld is een schone zaak
|
[heb nou maar geduld]
|
|
zaken gaan voor het meisje
|
[je werk is belangrijker dan een afspraakje]
|
|
zijn zaken waarnemen
|
[zijn belangen behartigen]
|
|
de zaak komt voor
|
[de rechtszaak]
|
|
hij is ter zake kundig
|
[hij weet er veel van]
|
|
kom ter zake!
|
[zeg wat je te zeggen hebt]
|
|
dat doet niet ter zake
|
[is niet belangrijk]
|
|
uit de aard der zaak
|
[als een noodzakelijk gevolg daarvan]
|
|
de zaak is deze
|
[dit is er aan de hand]
|
|
in de kern van de zaak
|
[in feite, eigenlijk]
|
|
gedane zaken nemen geen keer
|
[wat gebeurd is, laat zich niet veranderen]
|
|
met kennis van zaken
|
[op deskundige wijze]
|
|
onverrichter zake terugkeren
|
[zonder dat men zijn doel heeft bereikt]
|
|
de zaak aan het rollen brengen
|
[erover beginnen, ermee beginnen]
|
|
zoals de zaken nu staan ...
|
[zoals de situatie nu is]
|
|
het is zaak om ...
|
[we moeten ervoor zorgen]
|
|
het is niet veel zaaks
|
[stelt niet veel voor]
|
|
dat is mooi meegenomen
|
[dat is een voordeel]
|
|
dat is koren op zijn molen
|
[dat komt hem heel goed uit]
|
|
het moet al gek gaan als ...
|
[het is bijna zeker]
|
|
gek genoeg
|
[commentaar dat verbazing uitdrukt]
|
|
doe maar gewoon, dan doe je gek genoeg
|
[gedraag je niet anders dan anderen]
|
|
je zou gek staan te kijken...
|
[stomverbaasd zijn]
|
|
hoe ouder hoe gekker
|
[wordt gezegd als oudere mensen iets bijzonders doen]
|
|
op de gekste tijden
|
[op tijdstippen waarop je het niet zou verwachten]
|
|
ik ben me daar gek!
|
[ik denk er niet over om dat te doen]
|
|
gek van angst
|
[buiten zichzelf]
|
|
het is om gek van te worden
|
[ergerlijk en vermoeiend]
|
|
zich gek zoeken naar iets
|
[er overal naar lopen te zoeken]
|
|
ben je gek!
|
[verontwaardigde reactie als iemand iets zegt wat onwaarschijnlijk is]
|
|
zo gek als een deur
|
[helemaal geschift]
|
|
díe is gek!
|
[schamper commentaar als iemand iets gevaarlijks doet]
|
|
hij is niet zo gek als hij eruitziet
|
[plagerig commentaar als iemand plotseling iets slims doet]
|
|
geen gek figuur slaan
|
[een goede indruk maken]
|
|
het is te gek om los te lopen
|
[het is al te dwaas]
|
|
dat is lang niet gek!
|
[tamelijk goed]
|
|
dat is te gek!
|
[geweldig!]
|
|
ik ben gek op Hema-worst
|
[ik ben er dol op]
|
|
Adam was gek op Eva
|
[hield veel van haar]
|
|
ergens gek mee zijn
|
[er veel van houden]
|
|
de dames gaan in het lang
|
[in een lange jurk]
|
|
iets op de lange baan schuiven
|
[het telkens uitstellen]
|
|
op de lange duur
|
[over een lange tijd gezien]
|
|
aan het langste eind trekken
|
[het uiteindelijk winnen]
|
|
een lang gezicht trekken
|
[laten blijken dat je teleurgesteld bent]
|
|
de lange latten
|
[ski's]
|
|
lange tenen hebben
|
[snel beledigd zijn]
|
|
lange vingers hebben
|
[stelen]
|
|
het is zo lang als het breed is
|
[het komt op hetzelfde neer]
|
|
we hebben er lang en breed over gesproken
|
[heel uitvoerig]
|
|
hij zal het niet lang meer maken
|
[hij leeft nog maar kort]
|
|
ze heeft erg lang werk
|
[ze doet er een hele tijd over]
|
|
werk je daar al lang?
|
[al een tijd?]
|
|
een lange adem hebben
|
[iets lange tijd volhouden]
|
|
een zaak van lange adem
|
[die lange tijd blijft bestaan]
|
|
hoe langer hoe beter
|
[steeds beter]
|
|
al lang en breed
|
[al lang]
|
|
eerlijk duurt het langst
|
[met bedrog kom je niet ver]
|
|
lang geleden
|
[ver in het verleden]
|
|
we kennen elkaar langer dan vandaag
|
[om aan te geven dat je iemands gedrag goed kunt beoordelen]
|
|
van zijn lang zal z'n leven niet
|
[absoluut nooit]
|
|
hij zal het niet lang meer maken
|
[zal spoedig sterven]
|
|
lang van stof zijn
|
[altijd veel woorden nodig hebben]
|
|
dan kun je lang wachten
|
[spottend commentaar als iemand vergeefs ergens op wacht]
|
|
een lang weekend
|
[waar de maandag en/of de vrijdag bij betrokken is]
|
|
ergens lang werk mee hebben
|
[niet opschieten]
|
|
iets niet langer doen
|
[het niet meer doen]
|
|
dat is lang niet slecht
|
[behoorlijk goed]
|
|
ten langen leste
|
[eindelijk]
|
|
met lange tanden eten
|
[met tegenzin]
|
|
de soep wordt nooit zo heet gegeten als hij wordt opgediend
|
[het is niet zo erg als het lijkt]
|
|
je kunt er wel soep van koken
|
[het is heel erg vuil]
|
|
in de soep lopen
|
[mislukken]
|
|
dat is linke soep
|
[dat is gevaarlijk]
|
|
ik ga met het lood in mijn schoenen
|
[met veel tegenzin]
|
|
het loodje leggen
|
[verliezen of doodgaan]
|
|
dat is lood om oud ijzer
|
[het maakt niet uit wat je kiest]
|
|
de laatste loodjes wegen het zwaarst
|
[de eindfase is het moeilijkst]
|
|
de deur hangt uit het lood
|
[scheef]
|
|
hij is uit het lood geslagen
|
[verbaasd, verdrietig, machteloos]
|
|
hij heeft praatjes
|
[hij schept op over zichzelf]
|
|
dat is maar een praatje
|
[het is niet waar]
|
|
praatjes vullen geen gaatjes
|
[met alleen praten wordt het werk niet gedaan]
|
|
de dames gaan in het lang
|
[in een lange jurk]
|
|
iets op de lange baan schuiven
|
[het telkens uitstellen]
|
|
op de lange duur
|
[over een lange tijd gezien]
|
|
aan het langste eind trekken
|
[het uiteindelijk winnen]
|
|
een lang gezicht trekken
|
[laten blijken dat je teleurgesteld bent]
|
|
de lange latten
|
[ski's]
|
|
lange tenen hebben
|
[snel beledigd zijn]
|
|
lange vingers hebben
|
[stelen]
|
|
het is zo lang als het breed is
|
[het komt op hetzelfde neer]
|
|
we hebben er lang en breed over gesproken
|
[heel uitvoerig]
|
|
hij zal het niet lang meer maken
|
[hij leeft nog maar kort]
|
|
ze heeft erg lang werk
|
[ze doet er een hele tijd over]
|
|
werk je daar al lang?
|
[al een tijd?]
|
|
een lange adem hebben
|
[iets lange tijd volhouden]
|
|
een zaak van lange adem
|
[die lange tijd blijft bestaan]
|
|
hoe langer hoe beter
|
[steeds beter]
|
|
al lang en breed
|
[al lang]
|
|
eerlijk duurt het langst
|
[met bedrog kom je niet ver]
|
|
lang geleden
|
[ver in het verleden]
|
|
we kennen elkaar langer dan vandaag
|
[om aan te geven dat je iemands gedrag goed kunt beoordelen]
|
|
van zijn lang zal z'n leven niet
|
[absoluut nooit]
|
|
hij zal het niet lang meer maken
|
[zal spoedig sterven]
|
|
lang van stof zijn
|
[altijd veel woorden nodig hebben]
|
|
dan kun je lang wachten
|
[spottend commentaar als iemand vergeefs ergens op wacht]
|
|
een lang weekend
|
[waar de maandag en/of de vrijdag bij betrokken is]
|
|
ergens lang werk mee hebben
|
[niet opschieten]
|
|
iets niet langer doen
|
[het niet meer doen]
|
|
dat is lang niet slecht
|
[behoorlijk goed]
|
|
ten langen leste
|
[eindelijk]
|
|
met lange tanden eten
|
[met tegenzin]
|
|
hij heeft praatjes
|
[hij schept op over zichzelf]
|
|
dat is maar een praatje
|
[het is niet waar]
|
|
praatjes vullen geen gaatjes
|
[met alleen praten wordt het werk niet gedaan]
|
|
dat is me vies tegengevallen
|
[erg tegengevallen]
|
|
er vies bij zijn
|
[betrapt worden]
|
|
vies weer
|
[slecht weer]
|
|
vieze moppen
|
[die met seks te maken hebben]
|
|
hem vies te pakken nemen
|
[op een gemene manier]
|
|
er vies van zijn
|
[het niet leuk of lekker vinden]
|
|
daar ben ik niet vies van
|
[dat wil ik wel graag]
|
|
vieze varkens worden niet vet
|
[je moet niet zo kieskeurig zijn]
|
|
hij studeert rechten
|
[bestudeert het geheel van wetten en regels]
|
|
het recht aan zijn kant hebben
|
[gelijk hebben]
|
|
ongeschreven recht
|
[dat niet in wetten is vastgelegd]
|
|
gelijke rechten hebben
|
[hetzelfde mogen doen of hebben]
|
|
daar heb ik recht op
|
[volgens afspraak moet ik het mogen of krijgen]
|
|
dat is zijn goed recht
|
[hij mag dat]
|
|
met recht
|
[op grond van goede redenen]
|
|
recht doen aan iets
|
[de waarde ervan goed laten uitkomen]
|
|
het recht van de sterkste
|
[de sterkste is de baas]
|
|
het recht in eigen hand nemen
|
[zelf voor rechter spelen]
|
|
genade voor recht laten gelden
|
[iemand zijn straf kwijtschelden]
|
|
dat is mijn goed recht
|
[dat kan ik eisen of vragen]
|
|
waar niets is, verliest de keizer zijn recht
|
[als iemand niets heeft, valt er ook niets te halen]
|
|
tot zijn recht komen
|
[zich voldoende kunnen laten gelden]
|
|
recht van overpad
|
[om over iemands land te gaan]
|
|
tot zijn recht komen
|
[goed uitkomen]
|
|
zaken doen
|
[het sluiten van overeenkomsten]
|
|
geduld is een schone zaak
|
[heb nou maar geduld]
|
|
zaken gaan voor het meisje
|
[je werk is belangrijker dan een afspraakje]
|
|
zijn zaken waarnemen
|
[zijn belangen behartigen]
|
|
de zaak komt voor
|
[de rechtszaak]
|
|
hij is ter zake kundig
|
[hij weet er veel van]
|
|
kom ter zake!
|
[zeg wat je te zeggen hebt]
|
|
dat doet niet ter zake
|
[is niet belangrijk]
|
|
de stand van zaken
|
[hoe het ervoor staat]
|
|
het fijne van de zaak vertelt hij niet
|
[de precieze gegevens]
|
|
dat is mijn zaak
|
[daar heb jij niets mee te maken]
|
|
uit de aard der zaak
|
[als een noodzakelijk gevolg daarvan]
|
|
de zaak is deze
|
[dit is er aan de hand]
|
|
in de kern van de zaak
|
[in feite, eigenlijk]
|
|
gedane zaken nemen geen keer
|
[wat gebeurd is, laat zich niet veranderen]
|
|
met kennis van zaken
|
[op deskundige wijze]
|
|
onverrichter zake terugkeren
|
[zonder dat men zijn doel heeft bereikt]
|
|
opening van zaken geven
|
[vertellen hoe het precies in elkaar zit]
|
|
de zaak aan het rollen brengen
|
[erover beginnen, ermee beginnen]
|
|
er komt schot in de zaak
|
[het begint zich te ontwikkelen]
|
|
zoals de zaken nu staan ...
|
[zoals de situatie nu is]
|
|
het is zaak om ...
|
[we moeten ervoor zorgen]
|
|
het is niet veel zaaks
|
[stelt niet veel voor]
|
|
dat is mooi meegenomen
|
[dat is een voordeel]
|
|
dat is mosterd na de maaltijd
|
[daar heb je niets meer aan, het komt te laat]
|
|
weten waar Abraham de mosterd haalt
|
[op de hoogte zijn, er alles van weten]
|
|
in die zin
|
[in dat opzicht]
|
|
in zekere zin
|
[in een bepaald opzicht]
|
|
hem zijn zin geven
|
[doen wat hij wil]
|
|
er zin in hebben
|
[het verlangen]
|
|
er zin in hebben
|
[er trek in hebben]
|
|
hij heeft het naar zijn zin
|
[voelt zich hier plezierig]
|
|
hij heeft goeie zin
|
[is vrolijk]
|
|
dat is naar mijn zin
|
[dat bevalt me]
|
|
je zin doordrijven
|
[net zolang zeuren tot het gebeurt]
|
|
iets in de zin hebben
|
[het van plan zijn]
|
|
zoveel hoofden, zoveel zinnen
|
[mensen hebben meestal verschillende meningen]
|
|
hij was nergens meer
|
[het was met hem gedaan]
|
|
ik wil hier slapen en nergens anders
|
[niet op een andere plaats]
|
|
ik wil hier slapen en nergens anders
|
[niet op een andere plaats]
|
|
ik weet nergens van
|
[ik weet er niets van]
|
|
dat is nergens goed voor
|
[ik weet er niets van]
|
|
dat is nergens goed voor
|
[voor niets is dat goed]
|
|
dat slaat nergens op
|
[dat heeft er niets mee te maken]
|
|
dat is net iets voor Loes
|
[dat is typisch voor Loes]
|
|
we moeten er iets op vinden
|
[we moeten een oplossing bedenken]
|
|
zo iets doe je niet!
|
[dat doe je niet]
|
|
als je ziek wordt of iets dergelijks
|
[of als er iets anders is]
|
|
dat is niet aan twijfel onderhevig
|
[dat is zeker]
|
|
de lidwoorden 'de' en 'het' zijn bepaalde lidwoorden
|
[ze geven aan dat je weet over wie of wat het gaat]
|
|
dat is niet bepaald slim
|
[dat is dom]
|
|
dat is geen cent waard
|
[niets waard]
|
|
dat is niet de moeite waard
|
[niets waard]
|
|
wat is het je waard?
|
[wat heb je ervoor over]
|
|
ze is nog niet veel waard
|
[nog niet erg fit]
|
|
de ene dienst is de andere waard
|
[als je iets voor iemand doet, verwacht je dat de ander ook iets voor jou doet]
|
|
het is zoveel waard als de gek ervoor geeft
|
[zoveel als de liefhebber ervoor wil betalen]
|
|
iemand niet waard zijn
|
[hem of haar niet verdienen]
|
|
een natte cel
|
[toilet, douche, of badkamer]
|
|
nat tot op zijn hemd
|
[doornat]
|
|
een nat pak halen
|
[in het water vallen]
|
|
een natte rug hebben
|
[hard gewerkt hebben]
|
|
natte sneeuw
|
[smeltende sneeuw, die in regen overgaat]
|
|
nat gaan
|
[in één ronde alles verliezen]
|
|
dat is niet gepiest maar toch nat
|
[commentaar als iemand iets bijzonders krijgt]
|
|
met de natte vinger
|
[grofweg, zonder zich er echt in te verdiepen]
|
|
zij is met een natte vinger te lijmen
|
[gemakkelijk over te halen]
|
|
dat is niet gering!
|
[heel belangrijk, erg veel]
|
|
niet in het geringst
|
[helemaal niet]
|
|
bij het minste of geringste
|
[bij de kleinste aanleiding]
|
|
dat is niet kinderachtig
|
[niet gering]
|
|
de prijs is niet kinderachtig
|
[het is erg duur]
|
|
ergens niet kinderachtig in zijn
|
[gul, royaal zijn]
|
|
dat is niet mis!
|
[erg veel, erg goed]
|
|
het is weer mis met haar
|
[het gaat niet goed met haar]
|
|
dat is niet misselijk
|
[commentaar van iemand die ergens van onder de indruk is]
|
|
zo gek als een deur
|
[heel erg gek]
|
|
ze is net de deur uit
|
[net weg]
|
|
dat is niet naast de deur
|
[dat is ver weg]
|
|
een open deur
|
[iets wat iedereen al weet]
|
|
met de deur in huis vallen
|
[het meteen vertellen]
|
|
de deur plat lopen
|
[er heel vaak komen]
|
|
dat doet de deur dicht
|
[nu moet er iets aan gedaan worden]
|
|
niet samen door één deur kunnen
|
[elkaar niet kunnen verdragen]
|
|
dat staat voor de deur
|
[het is bijna zover]
|
|
iemand het gat van de deur wijzen
|
[zeggen dat hij moet vertrekken]
|
|
de deur uit zijn
|
[niet meer thuis wonen]
|
|
buiten de deur eten
|
[in een restaurant]
|
|
voor een gesloten deur staan
|
[niemand thuis treffen]
|
|
ten aanhore van
|
[in het bijzijn van]
|
|
dat is niet om aan te horen
|
[ondraaglijk slecht of vervelend]
|
|
dat is niet te eten!
|
[dat is niet lekker]
|
|
eet smakelijk
|
[wens bij begin van de maaltijd]
|
|
dat eet geen brood
|
[dat kost je niets]
|
|
je kunt er van de vloer eten
|
[het is er erg schoon]
|
|
dan heb ik al gegeten en gedronken
|
[dan heb ik er meer dan genoeg van]
|
|
dat is niet van belang ontbloot
|
[dat is belangrijk]
|
|
dat is niet van toepassing
|
[dat geldt niet voor mij]
|
|
dat is niet voor de poes
|
[het is erg indrukwekkend]
|
|
mis poes!
|
[je hebt het lekker fout]
|
|
dat is niet voor herhaling vatbaar
|
[niet geschikt om te herhalen]
|
|
bij herhaling
|
[meer dan eens]
|
|
op herhaling zijn
|
[korte tijd terugzijn in militaire dienst]
|
|
dat is niet weggelegd voor hem
|
[niet bereikbaar]
|
|
dat is niet zoals het hoort
|
[dat hoort niet]
|
|
op eigen risico
|
[als er iets misgaat moet je niet zeuren]
|
|
dat is niet zonder risico
|
[tamelijk gevaarlijk]
|
|
kijk vóór je!
|
[kijk recht voor je uit]
|
|
aan de voorste speen liggen
|
[meer krijgen dan de anderen]
|
|
ik heb het voor weinig geld gekregen
|
[ik moest weinig betalen]
|
|
dat is voor eigen rekening
|
[dat moet je zelf betalen]
|
|
ik ben er niet voor
|
[er geen voorstander van]
|
|
ik stemde voor de VVD
|
[mijn stem ging naar die partij]
|
|
dat is niets voor mij
|
[dat vind ik helemaal niet leuk]
|
|
voor één keer
|
[alleen deze keer]
|
|
wat is dat voor ding?
|
[welk soort ding is dat]
|
|
hij doet dat voor zijn plezier
|
[omdat hij het leuk vindt]
|
|
ik ben vandaag voor het eerst geweest
|
[vandaag was de eerste keer]
|
|
voor het geval dat het gaat regenen
|
[als het gaat regenen]
|
|
iets van hem gedaan krijgen
|
[ervoor zorgen dat hij het doet]
|
|
zo gezegd zo gedaan
|
[zoals we het afgesproken hadden doen we het]
|
|
niets aan te doen!
|
[er is niets aan te veranderen]
|
|
het is met hem gedaan
|
[hij is dood of verloren]
|
|
dat is niks gedaan
|
[waardeloos]
|
|
iemand een plezier doen
|
[ervoor zorgen dat hij plezier heeft]
|
|
ik kon er niets aan doen
|
[het was mijn schuld niet]
|
|
doen alsof
|
[toneelspelen]
|
|
dat doet er niet toe
|
[dat is onbelangrijk]
|
|
ik heb met hem te doen
|
[ik heb medelijden met hem]
|
|
daar is het haar om te doen
|
[daar doet ze het voor]
|
|
voor zijn doen
|
[in vergelijking met hoe hij anders is]
|
|
het kind is uit zijn doen
|
[in de war]
|
|
zijn doen en laten
|
[zijn manier van leven]
|
|
een poging doen
|
[het proberen]
|
|
dat is nog de vraag
|
[dat is nog onzeker]
|
|
vragen afvuren
|
[een reeks vragen stellen]
|
|
een retorische vraag
|
[waarop men geen antwoord verwacht]
|
|
dat is voor jou een vraag, maar voor mij een weet
|
[daar geef ik geen antwoord op]
|
|
aan de vraag voldoen
|
[zorgen dat er voldoende artikelen zijn]
|
|
dat is nog een hele sessie
|
[het brengt veel beslommeringen met zich mee]
|
|
tot op zekere hoogte ben ik het met je eens
|
[ik ben het gedeeltelijk met je eens]
|
|
dat is nog tot daar aan toe
|
[dat is nog niet zo erg]
|
|
tot dadelijk
|
[ik ben zo terug]
|
|
we blijven tot en met dinsdag
|
[dinsdag ook nog]
|
|
tot nu toe
|
[in het verleden en ook nu nog]
|
|
van dag tot dag wordt het drukker
|
[elke dag wordt het drukker]
|
|
van tijd tot tijd liep hij naar het raam
|
[af en toe deed hij dat]
|
|
tot ziens
|
[ik ga weg, maar hoop je weer te zien]
|
|
tot besluit
|
[als laatste]
|
|
tot uw dienst
|
[beleefdheidsantwoord als iemand je bedankt]
|
|
dat is nooit weg!
|
[dat komt later wel van pas]
|
|
maak dat je weg komt!
|
[ga weg]
|
|
even weg zijn
|
[in slaap, of in gedachten zijn]
|
|
zij hebben veel van elkaar weg
|
[ze lijken veel op elkaar]
|
|
dat is nooit weg
|
[daar heb je altijd iets aan]
|
|
langs zijn neus weg
|
[terloops]
|
|
voor het vaderland weg
|
[zomaar, lukraak]
|
|
voor de vuist weg
|
[onvoorbereid]
|
|
in het wilde weg
|
[zomaar, lukraak]
|
|
dat is nooit weg!
|
[dat komt later wel van pas]
|
|
maak dat je weg komt!
|
[ga weg]
|
|
even weg zijn
|
[in slaap, of in gedachten zijn]
|
|
zij hebben veel van elkaar weg
|
[ze lijken veel op elkaar]
|
|
dat is nooit weg
|
[daar heb je altijd iets aan]
|
|
langs zijn neus weg
|
[terloops]
|
|
voor het vaderland weg
|
[zomaar, lukraak]
|
|
voor de vuist weg
|
[onvoorbereid]
|
|
in het wilde weg
|
[zomaar, lukraak]
|
|
iemand mijden als de pest
|
[niet met hem om willen gaan]
|
|
de pest in hebben
|
[een slecht humeur hebben]
|
|
ergens de pest aan hebben
|
[er een grote hekel aan hebben]
|
|
krijg de pest!
|
[platte verwensing]
|
|
geen pest
|
[helemaal niets]
|
|
dat is nou juist de pest
|
[dat is het vervelende]
|
|
dan breekt de pest uit
|
[ontstaan er moeilijkheden]
|
|
het in orde maken
|
[het regelen]
|
|
orde op zaken stellen
|
[alles goed regelen]
|
|
dat is aan de orde van de dag
|
[dat komt vaak voor]
|
|
dat is nu niet aan de orde
|
[daar hebben we het nu niet over]
|
|
dat is in orde
|
[dat is goed]
|
|
hem tot de orde roepen
|
[een standje geven]
|
|
de orde handhaven
|
[zorgen dat alles rustig blijft]
|
|
hij kan geen orde houden
|
[de klas doet niet wat hij wil]
|
|
ik ben niet in orde
|
[niet helemaal gezond]
|
|
de openbare orde
|
[de rust op straat]
|
|
het aan de orde stellen
|
erover beginnen]
|
|
dat is om te zoenen
|
[prachtig, schattig]
|
|
werk in uitvoering
|
[hier wordt gewerkt]
|
|
alles in het werk stellen om ...
|
[al het mogelijke doen]
|
|
zij heeft lang werk
|
[doet er lang over]
|
|
er werk van maken
|
[je ervoor inspannen]
|
|
er is werk aan de winkel
|
[er is veel te doen]
|
|
het vuile werk opknappen
|
[het moeilijkste of vervelendste doen]
|
|
half werk leveren
|
[het niet goed doen]
|
|
het is geen aangenomen werk!
|
[je hoeft je niet zo te haasten]
|
|
dat is het betere werk
|
[dat gaat goed]
|
|
veel handen maken licht werk
|
[met wat hulp gaat alles gemakkelijker]
|
|
dat is onbegonnen werk
|
[onmogelijk]
|
|
goed gereedschap is het halve werk
|
[met goed gereedschap gaat het gemakkelijker]
|
|
geen half werk doen
|
[het keurig, grondig doen]
|
|
omkomen in het werk
|
[het erg druk hebben]
|
|
er is veel werk aan de winkel
|
[er is veel te doen]
|
|
naar je werk gaan
|
[naar de plaats waar je werkt]
|
|
dat is afgesproken werk
|
[geen toeval]
|
|
dat is geen werk
|
[geen manier van doen, niet eerlijk]
|
|
ik neem de maat
|
[ik meet]
|
|
met mate
|
[niet te veel]
|
|
dat is op dezelfde leest geschoeid
|
[dat heeft dezelfde basis, grondgedachte]
|
|
schoenmaker, hou je bij je leest!
|
[doe vooral datgene waar je goed in bent]
|
|
van de hoed en de rand weten
|
[goed op de hoogte zijn]
|
|
aan de rand van de afgrond staan
|
[bijna ten onder gaan]
|
|
dat is op het randje
|
[het ligt op de grens van wat nog kan]
|
|
aan de rand van het graf staan
|
[de dood nabij zijn]
|
|
in plaats van
|
[als vervanging van]
|
|
plaats innemen
|
[een hoeveelheid ruimte bezetten]
|
|
hij was ter plaatse
|
[op die plaats]
|
|
plaats maken voor iemand
|
[ruimte voor hem maken]
|
|
opgestaan plaats vergaan
|
[als je wegloopt mag ik op je plaats]
|
|
dat is op zijn plaats
|
[dat is zoals het hoort]
|
|
het hart op de juiste plaats hebben
|
[iets voor anderen over hebben]
|
|
een zekere plaats
|
[het toilet]
|
|
pas op de plaats maken
|
[bewust geen voortgang maken]
|
|
op de eerste plaats ....
|
[als eerste]
|
|
zijn plaats niet weten
|
[niet weten waar hij zich aan moet houden]
|
|
in jouw plaats
|
[als ik in jouw positie was]
|
|
in jouw plaats
|
[als ik in jouw positie was]
|
|
oud en nieuw
|
[de jaarwisseling]
|
|
een oude vlam
|
[een vroegere geliefde]
|
|
een oude wond
|
[verdriet uit het verleden]
|
|
de oude garde
|
[de groep die oude tradities vertegenwoordigt]
|
|
een ouwe getrouwe
|
[iemand die al lang in dienst is]
|
|
alles bij het oude laten
|
[niets veranderen]
|
|
het is weer het oude liedje
|
[verzuchting als iets vele malen opnieuw gebeurt]
|
|
iemand van de oude stempel
|
[een conservatief iemand]
|
|
op de oude voet doorgaan
|
[op dezelfde manier als vroeger]
|
|
iets uit de oude doos
|
[iets ouderwets]
|
|
een oude kous (sok) hebben
|
[spaargeld hebben]
|
|
oude liefde roest niet
|
[vroegere verliefdheden gaan nooit helemaal over]
|
|
dat is oud nieuws
|
[allang bekend]
|
|
dat is pas werken
|
[dat is erg hard werken]
|
|
dat is praktisch niet uitvoerbaar
|
[je kunt het niet doen]
|
|
dat is precies hetzelfde
|
[helemaal gelijk]
|
|
hij is een Pietje Precies
|
[iemand die heel nauwkeurig is]
|
|
is dat Herman? Precies!
|
[dat heb je goed geraden]
|
|
voor spek en bonen meedoen
|
[meedoen zonder mee te tellen]
|
|
dat is spekje voor mijn bekje
|
[echt iets voor mij]
|
|
de kat op het spek binden
|
[iemand heel erg in de verleiding brengen]
|
|
daar dansen de muizen in het spek
|
[daar is van alles overvloed]
|
|
met spek vangt men muizen
|
[met cadeautjes kun je iedereen voor je winnen]
|
|
breek me de bek niet open!
|
[daar zou ik heel wat slechte dingen over kunnen vertellen]
|
|
je moet een gegeven paard niet in de bek kijken
|
[niet kritisch zijn over wat je krijgt]
|
|
(plat) op je bek gaan
|
[vallen]
|
|
(plat) een grote bek hebben
|
[brutaal zijn]
|
|
dat is spekje voor zijn bekje
|
[net iets voor hem]
|
|
sterke longen hebben
|
[niet gauw buiten adem raken]
|
|
sterk staan
|
[een positie hebben die niet gemakkelijk aan te vallen is]
|
|
zich ergens sterk voor maken
|
[er je best voor doen]
|
|
dat is sterk uitgedrukt
|
[dat is overdreven]
|
|
de sterke arm
|
[de politie]
|
|
zo sterk als een beer (paard)
|
[heel sterk]
|
|
het sterke geslacht
|
[de mannen]
|
|
een sterke man
|
[met z'n achten]
|
|
het recht van de sterkste
|
[de overmacht die iemand heeft omdat hij de meeste kracht heeft]
|
|
wie niet sterk is, moet slim zijn
|
[wie geen kracht heeft, moet zijn verstand gebruiken]
|
|
een sterk werkwoord
|
[met klinkerwisseling in de verleden tijd]
|
|
ik maak mij sterk dat...
|
[ik vind het waarschijnlijk]
|
|
een sterk werkwoord
|
[dat in de verleden tijd van klank verandert]
|
|
dat is te dol
|
[dat kan niet waar zijn]
|
|
het is te dol om los te lopen
|
[al te dwaas]
|
|
het is om dol van te worden
|
[ergerlijk en vermoeiend]
|
|
door het dolle heen zijn
|
[zo opgefokt dat je nergens meer bij nadenkt]
|
|
een dolle Mina
|
[strijdster voor de emancipatie van vrouwen]
|
|
ergens dol op zijn
|
[er veel van houden]
|
|
het moet al gek gaan als ...
|
[het is bijna zeker]
|
|
gek genoeg
|
[commentaar dat verbazing uitdrukt]
|
|
doe maar gewoon, dan doe je gek genoeg
|
[gedraag je niet anders dan anderen]
|
|
je zou gek staan te kijken...
|
[stomverbaasd zijn]
|
|
hoe ouder hoe gekker
|
[wordt gezegd als oudere mensen iets bijzonders doen]
|
|
op de gekste tijden
|
[op tijdstippen waarop je het niet zou verwachten]
|
|
op de gekste tijden
|
[op tijdstippen waarop je het niet zou verwachten]
|
|
ik ben me daar gek!
|
[ik denk er niet over om dat te doen]
|
|
gek van angst
|
[buiten zichzelf]
|
|
het is om gek van te worden
|
[ergerlijk en vermoeiend]
|
|
zich gek zoeken naar iets
|
[er overal naar lopen te zoeken]
|
|
ben je gek!
|
[verontwaardigde reactie als iemand iets zegt wat onwaarschijnlijk is]
|
|
zo gek als een deur
|
[helemaal geschift]
|
|
díe is gek!
|
[schamper commentaar als iemand iets gevaarlijks doet]
|
|
hij is niet zo gek als hij eruitziet
|
[plagerig commentaar als iemand plotseling iets slims doet]
|
|
geen gek figuur slaan
|
[een goede indruk maken]
|
|
het is te gek om los te lopen
|
[het is al te dwaas]
|
|
dat is lang niet gek!
|
[tamelijk goed]
|
|
dat is te gek!
|
[geweldig!]
|
|
ik ben gek op Hema-worst
|
[ik ben er dol op]
|
|
Adam was gek op Eva
|
[hield veel van haar]
|
|
ergens gek mee zijn
|
[er veel van houden]
|
|
de ruzie liep hoog op
|
[was erg heftig]
|
|
dat zit haar erg hoog
|
[dat houdt haar erg bezig]
|
|
hij zit hoog en droog thuis
|
[veilig thuis]
|
|
hij zweert het bij hoog en bij laag
|
[zegt dat het zeker waar is]
|
|
een hoge borst opzetten
|
[verwaand zijn]
|
|
dat is te hoog gegrepen
|
[te moeilijk]
|
|
iets hoog houden
|
[in ere houden]
|
|
je kunt hoog of laag springen, maar...
|
[om duidelijk te maken dat je niet van mening zult veranderen]
|
|
de lat hoog leggen
|
[hoge eisen stellen]
|
|
hoog tegen iemand opkijken
|
[veel bewondering voor hem hebben]
|
|
geen hoge pet op hebben van iemand
|
[niet veel van hem verwachten]
|
|
hoog van de toren blazen
|
[een grote mond hebben]
|
|
iets hoog in zijn vaandel hebben
|
[er veel waardering voor hebben]
|
|
het neemt een hoge vlucht
|
[ontwikkelt zich goed en snel]
|
|
geen zee gaat hem te hoog
|
[hij laat zich nergens door afschrikken]
|
|
het hoogste lied zingen
|
[luidkeels laten horen dat je blij bent]
|
|
het hoogste woord hebben
|
[druk en zelfbewust praten]
|
|
in hoge mate
|
[zeer]
|
|
hoge ogen gooien
|
[er veel kans op hebben]
|
|
iemand te hoog aanslaan
|
[hem te veel belasting laten betalen]
|
|
hoge lasten hebben
|
[veel moeten betalen voor woning en onderhoud]
|
|
ten hoogste
|
[maximaal]
|
|
een hoge dunk van jezelf hebben
|
[denken dat je beter bent dan anderen]
|
|
iemand hoog hebben
|
[eerbied, respect voor hem hebben]
|
|
een hogere macht
|
[bovenaards wezen of principe]
|
|
in hogere sferen zijn
|
[wegdromen]
|
|
hoger beroep aantekenen
|
[herziening vragen van een vonnis]
|
|
geen hoge dunk van iemand hebben
|
[hem minachten]
|
|
op zijn hoogst
|
[in het uiterste geval]
|
|
de Hoge Raad
|
[hoogste rechtbank van Nederland]
|
|
hoog spel spelen
|
[riskante dingen doen]
|
|
dat is hogere wiskunde voor mij
|
[dat vind ik heel moeilijk]
|
|
hoge nood hebben
|
[naar het toilet moeten]
|
|
het is hoog tijd
|
[we kunnen niet wachten]
|
|
in hoge mate
|
[zeer, ruimschoots]
|
|
de strijd loopt hoog op
|
[wordt steeds erger]
|
|
de strijd loopt hoog op
|
[wordt steeds erger]
|
|
hoog aan de wind zeilen
|
[bovenwinds]
|
|
iets bij hoog en laag beweren
|
[heel stellig]
|
|
iets bij hoog en laag beweren
|
[heel stellig]
|
|
iets hoog opnemen
|
[het iemand zeer kwalijk nemen]
|
|
het hoge woord is eruit
|
[hij heeft het eindelijk gezegd]
|
|
het zit hem hoog
|
[hij is er heel verontwaardigd over]
|
|
dat is toch al te dol
|
[veel te gek]
|
|
ik kom graag, te meer omdat jij zo lekker kookt
|
[vooral ook daarom]
|
|
dat is te mooi om waar te zijn
|
[je kunt het bijna niet geloven]
|
|
de kleren hangen te drogen
|
[ze hangen en zo drogen ze]
|
|
het huis is te koop
|
[je kunt het kopen]
|
|
we gaan te voet
|
[we gaan lopen]
|
|
te zijner tijd zal ik u bezoeken
|
[op een gunstig tijdstip]
|
|
ten aanzien van dat onderwerp
|
[over dat onderwerp]
|
|
ten eerste
|
[op de eerste plaats]
|
|
ter gelegenheid van
|
[bij die gelegenheid]
|
|
ten gevolge van
|
als gevolg daarvan]
|
|
ter herinnering aan
|
[als een herinnering aan]
|
|
ten koste van zijn gezondheid
|
[het was slecht daarvoor]
|
|
ten name van
|
[op de naam van]
|
|
ten opzichte van haar vader
|
[tegenover haar vader]
|
|
tenslotte
|
[op het eind]
|
|
ter waarde van
|
[met de waarde van]
|
|
ter wille van de vrede
|
[om de vrede te bevorderen]
|
|
iemand een paar regels schrijven
|
[een kort briefje]
|
|
tussen de regels door lezen
|
[het ook snappen als het er niet letterlijk staat]
|
|
dat is tegen de regels
|
[dat mag niet]
|
|
je aan de regels houden
|
[doen wat afgesproken is]
|
|
in de regel
|
[gewoonlijk]
|
|
dat is ten enen male uitgesloten
|
[absoluut uitgesloten]
|
|
herhaalde malen
|
[verschillende keren]
|
|
eenmaal is geen maal
|
[één is zo goed als niets]
|
|
voor de honderdste maal
|
[talloze keren]
|
|
zo zeker als twee maal twee vier is
|
[heel zeker]
|
|
dat is toch geen ramp
|
[dat is niet erg]
|
|
tot overmaat van ramp
|
[alsof de ellende nog niet groot genoeg was]
|
|
een regelrechte ramp
|
[heel erg]
|
|
dat is tot daar aan toe
|
[dat kun je nog een beetje begrijpen]
|
|
het schip is in de lucht gevlogen
|
[ontploft]
|
|
dat is uit de lucht gegrepen
|
[dat kun je niet bewijzen]
|
|
de kritiek was niet van de lucht
|
[er was veel kritiek]
|
|
het programma gaat de lucht in
|
[wordt uitgezonden]
|
|
een gat in de lucht springen
|
[heel blij zijn]
|
|
dat is uit de lucht gegrepen
|
[verzonnen, niet waar]
|
|
er hangt iets in de lucht
|
[er gaat iets gebeuren]
|
|
de kou is uit de lucht
|
[het conflict is voorbij]
|
|
dat is een slag in de lucht
|
[iets wat nergens op gebaseerd is]
|
|
iets in de lucht laten vliegen
|
[het opblazen]
|
|
een vliegtuig uit de lucht halen
|
[het neerschieten]
|
|
niet van de lucht zijn
|
[veel voorkomen]
|
|
er is geen vuiltje aan de lucht
|
[het is helemaal in orde]
|
|
in de open lucht
|
[buiten]
|
|
hij leeft van de lucht
|
[heeft weinig geld nodig]
|
|
we gaan een luchtje scheppen
|
[buiten lopen]
|
|
hij doet alsof zij lucht is
|
[alsof hij haar niet ziet]
|
|
het zit in de lucht
|
[iedereen heeft er last van]
|
|
frisse lucht
|
[de buitenlucht]
|
|
geen lucht krijgen
|
[moeilijk kunnen ademhalen]
|
|
een luchtje scheppen
|
[buiten een wandeling maken]
|
|
van de lucht leven
|
[heel sober]
|
|
het aan stukken slaan
|
[kapot slaan]
|
|
aan één stuk door
|
[voortdurend]
|
|
een man uit één stuk
|
[erg betrouwbaar]
|
|
stukje bij beetje
|
[langzaam en geleidelijk]
|
|
werken dat de stukken ervan afvliegen
|
[heel hard werken]
|
|
aan één stuk door
|
[voortdurend]
|
|
het ontbrekende stukje van de puzzel
|
[de oplossing]
|
|
iemand uit één stuk
|
[consequent in zijn opvattingen]
|
|
een stuk duidelijkheid scheppen
|
[enige duidelijkheid]
|
|
op geen stukken na
|
[in het geheel niet]
|
|
een raar stuk vreten
|
[een wonderlijke persoon]
|
|
stukken beter
|
[veel beter]
|
|
stuk voor stuk
|
[allemaal apart]
|
|
per stuk
|
[per exemplaar]
|
|
een stuk of tien
|
[ongeveer tien]
|
|
een aangetekend stuk
|
[waarvoor je een ontvangstbewijs moet tekenen]
|
|
een stuk of wat
|
[een paar]
|
|
stukken goedkoper
|
[veel goedkoper]
|
|
op geen stukken na
|
[lang niet]
|
|
een brief op poten
|
[een boze, duidelijke brief]
|
|
dat geef ik je op een briefje
|
[dat weet ik heel zeker, dat bevestig ik]
|
|
een aangetekende brief
|
[waarvan je het bewijs hebt dat hij verstuurd is]
|
|
een aanslag opeisen
|
[in de media laten weten dat je de aanslag gepleegd hebt]
|
|
een aanzoek doen
|
[iemand ten huwelijk vragen]
|
|
voor aap staan
|
[voor gek staan]
|
|
daar komt de aap uit de mouw
|
[nu blijkt wat er echt gebeurd is]
|
|
in de aap gelogeerd zijn
|
[in moeilijkheden zijn]
|
|
als apen hoger klimmen willen, ziet men gauw hun blote billen
|
[wie zich beter voordoet dan hij is, valt een keer door de mand]
|
|
zich een aap lachen
|
[heel erg moeten lachen]
|
|
een aangeklede aap
|
[iemand die erg opzichtig gekleed is]
|
|
een aap van een jongen
|
[een deugniet]
|
|
zich een aap schrikken
|
[heel erg schrikken]
|
|
voor aap staan
|
[je belachelijk maken]
|
|
iemand voor aap zetten
|
[hem in het openbaar belachelijk maken]
|
|
overal iets achter zoeken
|
[achterdochtig zijn]
|
|
wat heb je hier te zoeken?
|
[wat doe je hier]
|
|
naar woorden zoeken
|
[even niet weten wat je moet zeggen]
|
|
dat had ik niet achter hem gezocht
|
[niet van hem verwacht]
|
|
hulp zoeken
|
[proberen hulp te krijgen]
|
|
ruzie zoeken
|
[proberen ruzie te maken]
|
|
dat is ver gezocht
|
[dat is wel heel onwaarschijnlijk]
|
|
hij zal het nog ver brengen
|
[veel bereiken]
|
|
dat gaat te ver
|
[dat mag echt niet]
|
|
ik vind dat ver gezocht
|
[het ligt niet voor de hand]
|
|
het ver schoppen
|
[veel bereiken]
|
|
van verre zag ik hem
|
[toen ik nog ver bij hem vandaan was]
|
|
het voert te ver om hierop in te gaan
|
[we dwalen dan te veel af]
|
|
dan zijn we nog verder van huis
|
[dan zijn we in nog grotere moeilijkheden]
|
|
hij is al veel verder dan ik
|
[heeft al meer gedaan]
|
|
dat is ver van mijn bed
|
[daar voel ik me niet bij betrokken]
|
|
iets te ver doordrijven
|
[er te lang mee doorgaan]
|
|
ver heen zijn
|
[stomdronken zijn]
|
|
van heinde en verre
|
[overal vandaan]
|
|
wat je van ver haalt, is lekker
|
[wat van ver komt, wordt vaak meer gewaardeerd]
|
|
niet verder kijken dan je neus lang is
|
[kortzichtig zijn]
|
|
in de verste verte niet
|
[absoluut niet]
|
|
zijn tijd ver vooruit zijn
|
[zeer modern zijn]
|
|
dat het zó ver kan komen
|
[verzuchting als iemand in slechte omstandigheden verkeert, of slechte dingen doet]
|
|
het bed houden
|
[in bed blijven]
|
|
dat is ver ban mijn bed
|
[dat doet me niets]
|
|
ik sta ermee op en ik ga ermee naar bed
|
[ik denk er steeds aan]
|
|
met je verkeerde been uit bed gestapt zijn
|
[chagrijnig zijn]
|
|
met iemand naar bed gaan
|
[seksuele omgang met hem hebben]
|
|
zijn bedje is gespreid
|
[hij gaat gemakkelijk een goede toekomst tegemoet]
|
|
het bed houden
|
[in bed blijven wegens ziekte]
|
|
ik sta ermee op en ik ga ermee naar bed
|
[ik denk er steeds aan]
|
|
iemand van zijn bed lichten
|
[hem 's nachts arresteren]
|
|
gescheiden zijn van tafel en bed
|
[apart wonen, maar nog wel getrouwd zijn]
|
|
dat is ver van mijn bed
|
[daar voel ik me niet bij betrokken]
|
|
de tijd vliegt
|
[hij gaat snel voorbij]
|
|
de tijd zal het leren
|
[later weten we het wel]
|
|
tijd is geld
|
[tijd is kostbaar]
|
|
ik heb daar geen tijd voor
|
[ik kan er geen momenten voor vrijmaken]
|
|
hij zit de hele tijd te gapen
|
[voortdurend, steeds]
|
|
we hebben geen tijd te verliezen
|
[we moeten opschieten]
|
|
de laatste tijd
|
[de periode die achter ons ligt]
|
|
vrije tijd
|
[waarin je niet hoeft te werken]
|
|
dat is uit de tijd
|
[ouderwets]
|
|
de tijd doden
|
[iets doen als je moet wachten]
|
|
hij is zijn tijd vooruit
|
[zijn ideeën worden pas later gewaardeerd]
|
|
het zal mijn tijd wel duren
|
[ik maak me er niet druk over]
|
|
hij heeft de tijd
|
[hoeft zich niet te haasten]
|
|
zijn tijd verdoen
|
[niets uitvoeren]
|
|
een sprong in de tijd maken
|
[een lange periode overslaan]
|
|
de tand des tijds
|
[de slijtage van alle dingen]
|
|
de tijd heelt alle wonden
|
[uiteindelijk kom je alle verdriet te boven]
|
|
het is tijd om te vertrekken
|
[we moeten vertrekken]
|
|
zij komt nooit op tijd
|
[ze is altijd te laat]
|
|
je moet op de tijd letten
|
[opletten of het moment er al is]
|
|
zij is over tijd
|
[niet ongesteld geworden, dus misschien zwanger]
|
|
te zijner tijd hoor ik daar graag iets over
|
[als het moment daar is]
|
|
zij is erg bij de tijd
|
[bijdehand, slim]
|
|
komt tijd, komt raad
|
[over een tijdje vind je vanzelf de oplossing]
|
|
als het mijn tijd is
|
[wanneer ik doodga]
|
|
heb je de tijd?
|
[weet je hoe laat het is?]
|
|
op tijd zijn natje en droogje krijgen
|
[niets tekort komen]
|
|
over tijd zijn
|
[de menstruatie is nog niet gekomen]
|
|
te allen tijde
|
[altijd]
|
|
van tijd tot tijd
|
[af en toe]
|
|
binnen afzienbare tijd
|
[spoedig]
|
|
in de baas zijn tijd
|
[onder werktijd]
|
|
iemands tijd in beslag nemen
|
[zijn aandacht opeisen]
|
|
dat heeft de tijd
|
[daar kunnen we nog wel even mee wachten]
|
|
het zal mijn tijd wel duren
|
[ik maak me er niet druk om]
|
|
iemand de tijd ergens voor gunnen
|
[het hem op zijn gemak laten doen]
|
|
gezelligheid kent geen tijd
|
[als het gezellig is, gaat de tijd snel voorbij]
|
|
de hele tijd
|
[voortdurend]
|
|
ik kan mijn tijd wel beter besteden
|
[dat vind ik minderwaardig]
|
|
in minder dan geen tijd
|
[heel snel]
|
|
een scherpe tijd
|
[die moeilijk te verbeteren is]
|
|
dat is verleden tijd
|
[dat is voorbij]
|
|
de tijd aan zichzelf hebben
|
[over zijn eigen tijd kunnen beschikken]
|
|
met je tijd meegaan
|
[met de mode en de heersende opvattingen]
|
|
niet meer van deze tijd
|
[heel verouderd]
|
|
zijn tijd ver vooruit zijn
|
[heel modern zijn]
|
|
een crimineel verleden hebben
|
[in het verleden veroordeeld zijn voor een misdrijf]
|
|
dat is verleden tijd
|
[dat is voorbij]
|
|
van nu af aan
|
[te beginnen bij nu]
|
|
met alle gevolgen van dien
|
[met alle gevolgen die erbij horen]
|
|
wat ben je van plan?
|
[wat voor plan heb je]
|
|
van alles
|
[allerlei dingen]
|
|
van alles en nog wat
|
[allerlei dingen]
|
|
van belang
|
[belangrijk]
|
|
ik denk van wel
|
[ik denk dat het zo is]
|
|
hij deed het niet van harte
|
[niet graag]
|
|
van nature is hij aardig
|
[zijn aard is dat hij aardig is]
|
|
dat is verre van aardig
|
[helemaal niet aardig]
|
|
hij zal het nog ver brengen
|
[veel bereiken]
|
|
dat gaat te ver
|
[dat mag echt niet]
|
|
ik vind dat ver gezocht
|
[het ligt niet voor de hand]
|
|
het ver schoppen
|
[veel bereiken]
|
|
van verre zag ik hem
|
[toen ik nog ver bij hem vandaan was]
|
|
dat is verre van aardig
|
[helemaal niet aardig]
|
|
het voert te ver om hierop in te gaan
|
[we dwalen dan te veel af]
|
|
dan zijn we nog verder van huis
|
[dan zijn we in nog grotere moeilijkheden]
|
|
hij is al veel verder dan ik
|
[heeft al meer gedaan]
|
|
dat is ver van mijn bed
|
[daar voel ik me niet bij betrokken]
|
|
iets te ver doordrijven
|
[er te lang mee doorgaan]
|
|
ver heen zijn
|
[stomdronken zijn]
|
|
van heinde en verre
|
[overal vandaan]
|
|
wat je van ver haalt, is lekker
|
[wat van ver komt, wordt vaak meer gewaardeerd]
|
|
niet verder kijken dan je neus lang is
|
[kortzichtig zijn]
|
|
in de verste verte niet
|
[absoluut niet]
|
|
zijn tijd ver vooruit zijn
|
[zeer modern zijn]
|
|
dat het zó ver kan komen
|
[verzuchting als iemand in slechte omstandigheden verkeert, of slechte dingen doet]
|
|
kijk vóór je!
|
[kijk recht voor je uit]
|
|
aan de voorste speen liggen
|
[meer krijgen dan de anderen]
|
|
ik heb het voor weinig geld gekregen
|
[ik moest weinig betalen]
|
|
dat is voor eigen rekening
|
[dat moet je zelf betalen]
|
|
ik ben er niet voor
|
[er geen voorstander van]
|
|
ik stemde voor de VVD
|
[mijn stem ging naar die partij]
|
|
dat is niets voor mij
|
[dat vind ik helemaal niet leuk]
|
|
voor één keer
|
[alleen deze keer]
|
|
wat is dat voor ding?
|
[welk soort ding is dat]
|
|
hij doet dat voor zijn plezier
|
[omdat hij het leuk vindt]
|
|
ik ben vandaag voor het eerst geweest
|
[vandaag was de eerste keer]
|
|
voor het geval dat het gaat regenen
|
[als het gaat regenen]
|
|
dat is nog de vraag
|
[dat is nog onzeker]
|
|
vragen afvuren
|
[een reeks vragen stellen]
|
|
een retorische vraag
|
[waarop men geen antwoord verwacht]
|
|
dat is voor jou een vraag, maar voor mij een weet
|
[daar geef ik geen antwoord op]
|
|
aan de vraag voldoen
|
[zorgen dat er voldoende artikelen zijn]
|
|
je moet er niet omheen draaien
|
[je moet zeggen waar het op staat]
|
|
dat is waar het om draait
|
[daar gaat het om]
|
|
er draait een goede film
|
[die wordt vertoond]
|
|
draai jij de deur op slot?
|
[doe jij de deur op slot?]
|
|
hem een rad voor ogen draaien
|
[bedriegen]
|
|
zijn ware bedoeling
|
[zijn echte bedoeling]
|
|
een waar paradijs
|
[je kunt het echt wel zo noemen]
|
|
eerlijk waar?
|
[is het echt zo]
|
|
het is maar al te waar
|
[het is echt waar]
|
|
het voor waar aannemen
|
[het geloven]
|
|
waar of niet?
|
[is het niet zo?]
|
|
zijn ware gezicht tonen
|
[laten zien hoe hij werkelijk is]
|
|
het is niet waar!
|
[uitroep van ongeloof]
|
|
het is te mooi om waar te zijn
|
[het is zó fijn dat ik het nauwelijks kan geloven]
|
|
niets is minder waar
|
[het is absoluut onjuist]
|
|
verdomd als het niet waar is
|
[ik ben er echt van overtuigd dat het waar is]
|
|
zo waar als ik Silvano heet
|
[dat zeg je om je woorden kracht bij te zetten]
|
|
iets tot ware proporties terugbrengen
|
[de juiste betekenis geven van wat overdreven is voorgesteld]
|
|
de ware Jacob
|
[de volmaakt geschikte partner]
|
|
dat is je ware
|
[dat moet je hebben]
|
|
dat is waar ook
|
[ik was het bijna vergeten]
|
|
ik ben er ook nog!
|
[je moet mij niet overslaan!]
|
|
hij liep zonder jas: hij is dan ook ziek geworden
|
[dus is hij ziek geworden]
|
|
we moeten hoe dan ook vergaderen
|
[in elk geval]
|
|
daar is oma! ook dat nog!
|
[wat vreselijk!]
|
|
waar je ook loopt
|
[overal waar je loopt]
|
|
dat is waar ook
|
[ik zou het bijna vergeten]
|
|
hoe heet hij ook al weer
|
[help me even op zijn naam te komen]
|
|
hij studeert rechten
|
[bestudeert het geheel van wetten en regels]
|
|
het recht aan zijn kant hebben
|
[gelijk hebben]
|
|
ongeschreven recht
|
[dat niet in wetten is vastgelegd]
|
|
gelijke rechten hebben
|
[hetzelfde mogen doen of hebben]
|
|
daar heb ik recht op
|
[volgens afspraak moet ik het mogen of krijgen]
|
|
dat is zijn goed recht
|
[hij mag dat]
|
|
met recht
|
[op grond van goede redenen]
|
|
recht doen aan iets
|
[de waarde ervan goed laten uitkomen]
|
|
het recht van de sterkste
|
[de sterkste is de baas]
|
|
het recht in eigen hand nemen
|
[zelf voor rechter spelen]
|
|
genade voor recht laten gelden
|
[iemand zijn straf kwijtschelden]
|
|
dat is mijn goed recht
|
[dat kan ik eisen of vragen]
|
|
waar niets is, verliest de keizer zijn recht
|
[als iemand niets heeft, valt er ook niets te halen]
|
|
tot zijn recht komen
|
[zich voldoende kunnen laten gelden]
|
|
recht van overpad
|
[om over iemands land te gaan]
|
|
tot zijn recht komen
|
[goed uitkomen]
|
|
dat is zijn tweede natuur
|
[zijn vaste gewoonte]
|
|
ik kan niet zonder jou
|
[ik kan je niet missen]
|
|
zonder dat iemand het wist
|
[niemand wist het]
|
|
zonder aarzelen
|
[hij aarzelde niet]
|
|
dat is zonder meer waar
|
[absoluut waar]
|
|
zonder twijfel
|
[daar hoeft niet aan getwijfeld te worden]
|
|
we zitten zonder
|
[we hebben niets meer]
|
|
een vakantie aan zee
|
[aan de kust]
|
|
op volle zee
|
[midden op zee]
|
|
met hem in zee gaan
|
[een verbintenis met hem aangaan]
|
|
geen zee gaat hem te hoog
|
[hij is nergens bang voor]
|
|
zij is recht door zee
|
[erg eerlijk en direct]
|
|
de zeven zeeën bevaren hebben
|
[over de hele wereld gezworven hebben]
|
|
water naar de zee dragen
|
[onnodig werk doen]
|
|
het water stroomt altijd naar de zee
|
[rijke mensen krijgen alle voordelen]
|
|
dat kan al het water van de zee niet afwassen
|
[die schuld of die schande is niet weg te krijgen]
|
|
er verdrinken er meer in een wijnglas dan in de zee
|
[drank maakt meer slachtoffers dan de zee]
|
|
geen zee gaat hem te hoog
|
[hij laat zich nergens door afschrikken]
|
|
mensenzee
|
[groot aantal mensen]
|
|
wat ik zeg, gebeurt!
|
[je moet dat doen]
|
|
dat kan de beste gebeuren
|
[dat kan iedereen overkomen]
|
|
het zal je gebeuren
|
[het is niet leuk als het je overkomt]
|
|
het is zo gebeurd
|
[het is snel klaar]
|
|
dat kan de toets der kritiek doorstaan
|
[het is goed genoeg]
|
|
zo blij als een kind
|
[heel erg blij]
|
|
hij is een kind van zijn tijd
|
[hij past precies in die tijd]
|
|
je moet het kind niet met het badwater weggooien
|
[tegelijk met het slechte ook het goede weggooien]
|
|
Kjeld is het kind van de rekening
|
[hij is het slachtoffer]
|
|
als een pasgeboren kind
|
[zo onschuldig]
|
|
dat kan een kind begrijpen
|
[dat is erg eenvoudig]
|
|
een doodgeboren kindje
|
[een zaak die van het begin af niets zou worden]
|
|
geen kind hebben aan iemand
|
[niet de minste last van hem hebben]
|
|
ik krijg er een kind van!
|
[ik heb er schoon genoeg van]
|
|
een ondergeschoven kindje
|
[dat niet veel aandacht krijgt]
|
|
een kind kan de was doen
|
[het is heel eenvoudig]
|
|
kind aan huis zijn bij iemand
|
[er vaak komen]
|
|
kind noch kraai hebben
|
[geen familie hebben]
|
|
een onwettig/ buitenechtelijk/ onecht kind
|
[van mensen die niet met elkaar getrouwd zijn]
|
|
dat kan het daglicht niet verdragen
|
[dat kan beter niet ontdekt worden]
|
|
in een kwaad daglicht stellen
|
[slechte dingen over iemand vertellen]
|
|
dat kan ik hem niet verbeteren
|
[dat kan ik niet beter doen dan hij]
|
|
dat kan ik toch niet ruiken!
|
[hoe moet ik dat weten?]
|
|
dat kan in de prullenmand
|
[het is waardeloos]
|
|
ik heb net een stuk taart achter de kiezen
|
[ik heb het net op]
|
|
hij krijgt heel wat voor zijn kiezen
|
[heel wat te verwerken]
|
|
dat kan in mijn holle kies
|
[dat is wel erg weinig]
|
|
iets achter de kiezen hebben
|
[doorstaan, meegemaakt hebben]
|
|
kiezen op elkaar!
|
[aanmoediging om iets zonder klagen te ondergaan]
|
|
dat kan me gestolen worden
|
[daar vind ik niets aan]
|
|
hij ziet eruit om te stelen
|
[erg lief]
|
|
je hebt mijn hart gestolen
|
[ik ben verliefd op je]
|
|
dat kan niet door de beugel
|
[dat is zó slecht dat je het niet mag doen]
|
|
het schot miste zijn doel
|
[het was niet raak]
|
|
dat kan niet missen
|
[dat gaat altijd goed]
|
|
er missen twee appels
|
[twee appels zijn weg]
|
|
ik wil er geen woord van missen
|
[ik wil alles goed horen]
|
|
hij kan veel missen
|
[hij geeft graag iets weg]
|
|
wacht even!
|
[heb nog even geduld]
|
|
dat kan wel wachten
|
[dat hoeft niet meteen]
|
|
hij weet niet wat hem daar te wachten staat
|
[wat hij daar zal meemaken]
|
|
hij weet niet wat hem daar te wachten staat
|
[wat hij daar zal meemaken]
|
|
dat smelt op de tong
|
[wordt lekker zacht in de mond]
|
|
dat doet mijn hart smelten
|
[daar krijg ik medelijden van]
|
|
dat kapitaal is weggesmolten
|
[verdwenen]
|
|
smeltende tonen of kleuren
|
[die zacht in elkaar overgaan]
|
|
het klokje van gehoorzaamheid
|
[de tijd waarop je naar bed moet]
|
|
het klokje rond slapen
|
[twaalf uur slapen]
|
|
hij is een man van de klok
|
[hij is altijd op tijd]
|
|
zoals het klokje thuis tikt, tikt het nergens
|
[het is nergens zo goed als thuis]
|
|
een analoge klok
|
[met wijzers]
|
|
een digitale klok
|
[met alleen cijfers]
|
|
het klokje van gehoorzaamheid
|
[bedtijd voor kinderen]
|
|
daar kun je de klok op gelijkzetten
|
[als iets altijd op een vaste tijd gebeurt]
|
|
met de regelmaat van de klok
|
[herhaaldelijk, regelmatig]
|
|
de klok terugdraaien
|
[terugkeren naar een vroegere situatie]
|
|
tegen de klok werken
|
[hard werken om nog op tijd klaar te zijn]
|
|
de biologische klok
|
[het natuurlijke mechanisme van onder andere waken en slapen]
|
|
het aan de grote klok hangen
|
[het aan iedereen vertellen]
|
|
hij heeft de klok horen luiden maar weet niet waar de klepel hangt
|
[hij weet het wel ongeveer, maar niet precies]
|
|
dat klinkt als een klok
|
[het zit goed in elkaar, is perfect]
|
|
ben jij hier bekend?
|
[weet je de weg?]
|
|
je komt me bekend voor
|
[ik denk dat ik je ken]
|
|
dat is algemeen bekend
|
[iedereen weet het]
|
|
dat klinkt me bekend in de oren
|
[dat heb ik wel eens eerder gehoord]
|
|
naar de bekende weg vragen
|
[iets vragen wat je al weet]
|
|
een tekst op muziek zetten
|
[er klanken bij bedenken]
|
|
daar zit muziek in
|
[daar kun je iets goeds van verwachten]
|
|
dat klinkt mij als muziek in de oren
|
[daar heb ik veel zin in]
|
|
mijn hart klopt
|
[ik voel het samentrekken en weer ontspannen]
|
|
slagroom kloppen
|
[die stijf slaan]
|
|
er klopt iets niet
|
[er is iets niet logisch]
|
|
dat klopt
|
[dat is juist]
|
|
een dik belegde boterham
|
[met veel beleg]
|
|
een dikke huid hebben
|
[ongevoelig zijn]
|
|
een dikke nek hebben
|
[arrogant zijn, kapsones hebben]
|
|
een dikke pil
|
[een dik boek]
|
|
maak je niet dik, dun is de mode
|
[wind je niet op]
|
|
zich dik maken
|
[zich opwinden]
|
|
zij zijn dikke vrienden
|
[heel goede vrienden]
|
|
dat zit er dik in
|
[dat is te verwachten]
|
|
ze doen graag dik
|
[ze scheppen op]
|
|
dat is dik voor elkaar
|
[helemaal in orde]
|
|
dikke kans dat....
|
[het is waarschijnlijk dat...]
|
|
dat komt dik voor elkaar
|
[dat komt helemaal in orde]
|
|
een dik uur
|
[ruim een uur]
|
|
het er dik bovenop leggen
|
[overdrijven]
|
|
het ligt er dik bovenop
|
[het is overduidelijk]
|
|
door dik en dun
|
[wat er ook gebeurt]
|
|
het is dikke mik tussen die twee
|
[ze zijn goed bevriend]
|
|
wie het eerst komt, het eerst maalt
|
[wie er het eerste bij is, heeft de eerste kans]
|
|
erachter komen
|
[het ontdekken]
|
|
tussenbeide komen
|
[bemiddelen in een ruzie]
|
|
tot jezelf komen
|
[weer rustig en helder worden]
|
|
er kwam iets tussen
|
[iets verhinderde het]
|
|
hoe komt dat?
|
[wat is de oorzaak?]
|
|
hoe kom je daarbij
|
[waar haal je dat idee vandaan?]
|
|
hoe kom je daarbij
|
[waar haal je dat idee vandaan?]
|
|
dat komt ervan als je teveel eet
|
[dat is het gevolg]
|
|
ik kan niet op zijn naam komen
|
[ik kan me zijn naam niet herinneren]
|
|
het komt wel goed
|
[het loopt wel goed af]
|
|
kom op!
|
[laat de moed niet zakken]
|
|
die som is moeilijk, ik kom er niet uit
|
[ik kan hem niet oplossen]
|
|
ik zal het wel te weten komen
|
[ik ontdek het wel]
|
|
dat komt goed uit
|
[dat komt op het juiste moment]
|
|
iemand de pas afsnijden
|
[dwarsbomen, verhinderen verder te gaan]
|
|
pas op de plaats maken
|
[bewust geen vooruitgang maken]
|
|
uit de pas lopen
|
[niet gelijkop gaan met anderen]
|
|
dat komt goed van pas
|
[ik kan het goed gebruiken]
|
|
het woordenboek moest eraan te pas komen
|
[moesten we te hulp roepen]
|
|
ik kom er nooit aan te pas
|
[op elk willekeurig moment]
|
|
dat geeft geen pas
|
[dat hoort niet]
|
|
iemand de pas afsnijden
|
[dwarsbomen, verhinderen verder te gaan]
|
|
pas op de plaats maken
|
[bewust geen vooruitgang maken]
|
|
uit de pas lopen
|
[niet gelijkop gaan met anderen]
|
|
dat komt goed van pas
|
[ik kan het goed gebruiken]
|
|
het woordenboek moest eraan te pas komen
|
[moesten we te hulp roepen]
|
|
ik kom er nooit aan te pas
|
[ik mag nooit meedoen]
|
|
te pas en te onpas
|
[op elk willekeurig moment]
|
|
dat geeft geen pas
|
[dat hoort niet]
|
|
duur doen
|
[opscheppen]
|
|
dat is je dure plicht
|
[het is een erezaak]
|
|
dat zit in de familie
|
[veel familieleden hebben die eigenschap geërfd]
|
|
dat komt in de beste families voor
|
[het kan iedereen overkomen]
|
|
dat komt jou toe
|
[daar heb je recht op]
|
|
je neus stoten
|
[afgewezen worden]
|
|
je neus ervoor ophalen
|
[het minderwaardig vinden]
|
|
hem met zijn neus op de feiten drukken
|
[laten zien hoe het werkelijk zit]
|
|
de neuzen tellen
|
[tellen hoeveel mensen er zijn]
|
|
er met je neus bovenop staan
|
[er vlakbij staan]
|
|
met je neus kijken
|
[niet goed zoeken]
|
|
uit je neus zitten eten
|
[niets doen]
|
|
je neus in de wind steken
|
[ergens trots op zijn]
|
|
op je neus kijken
|
[teleurgesteld zijn omdat het tegenvalt]
|
|
overal zijn neus in steken
|
[zich overal mee bemoeien]
|
|
een frisse neus halen
|
[bij koud weer buiten lopen]
|
|
geen knip voor zijn neus waard zijn
|
[nergens goed voor zijn, nergens voor deugen]
|
|
m'n neus!
|
[kom nou, dat is onzin]
|
|
iemand bij de neus nemen
|
[hem voor de gek houden, bedriegen]
|
|
iemand iets door de neus boren
|
[niet betalen wat men hem schuldig is]
|
|
plotseling voor iemands neus staan
|
[hem onverwacht ontmoeten]
|
|
iemand iets onder de neus wrijven
|
[hem vertellen wat hij verkeerd deed]
|
|
doen alsof je neus bloedt
|
[alsof je van niets weet]
|
|
zijn neus krult
|
[hij is blij over een compliment]
|
|
met de neus in de boter vallen
|
[het goed treffen]
|
|
het deksel op je neus krijgen
|
[gestraft worden als je te begerig bent]
|
|
iemand de pin op de neus zetten
|
[zo onder druk zetten dat hij gehoorzaamt]
|
|
dat is een wassen neus
|
[stelt niets voor]
|
|
het neusje van de zalm
|
[het fijnste, het beste]
|
|
dat komt niet in zijn kraam te pas
|
[daar kan hij geen gebruik van maken]
|
|
dat komt op hetzelfde neer
|
[dat is ongeveer gelijk]
|
|
schoolbord
|
[zwart bord waar je met krijt op schrijft]
|
|
de bordjes zijn verhangen
|
[alles is veranderd]
|
|
dat komt op mijn bordje terecht
|
[daar ben ik verantwoordelijk voor]
|
|
voor het bord moeten komen
|
[voor de klas]
|
|
dat komt prachtig uit
|
[het komt heel goed uit]
|
|
dat komt uit mijn koker!
|
[dat heb ik bedacht!]
|
|
dat kost een aardig sommetje
|
[heel wat geld]
|
|
de proef op de som nemen
|
[nagaan of iets klopt]
|
|
ik heb geen rooie duit meer
|
[geen geld meer]
|
|
dat kost een aardige duit
|
[vrij veel geld]
|
|
een duit in het zakje doen
|
[meepraten]
|
|
een slordige duit kosten
|
[vrij veel]
|
|
hij is zo rond als een ton
|
[erg dik]
|
|
als haringen in een ton
|
[heel dicht tegen elkaar aan zitten]
|
|
dat kost tonnen
|
[heel veel geld]
|
|
dat kun je in alle redelijkheid niet verwachten
|
[het is niet eerlijk om dat te verwachten]
|
|
iemand onder uit de zak geven
|
[scherpe kritiek op hem geven]
|
|
een kat in de zak kopen
|
[iets wat waardeloos blijkt te zijn]
|
|
zakjes plakken
|
[in de gevangenis zitten]
|
|
oude wijn in nieuwe zakken
|
[in een toestand van verslagenheid]
|
|
een duit in het zakje doen
|
[een woordje meespreken]
|
|
geld op zak hebben
|
[geld bij je hebben]
|
|
die kan hij in zijn zak steken
|
[hij is veel beter dan die ander]
|
|
iemand in je zak hebben
|
[met hem kunnen doen wat je wilt]
|
|
zijn zakken vullen
|
[zich verrijken]
|
|
op zijn zak teren
|
[van zijn geld leven]
|
|
een ouwe zak
|
[oude man]
|
|
ik begrijp er geen zak van
|
[helemaal niets]
|
|
dat kun je niet van haar verlangen
|
[van haar vragen]
|
|
nou breekt mijn klomp!
|
[daar ben ik stomverbaasd over]
|
|
dat kun je op je klompen aanvoelen
|
[als je kunt verwachten dat er iets zal gebeuren]
|
|
schrijf maar op je buik
|
[je krijgt je zin niet]
|
|
baas in eigen buik zijn
|
[zelf mogen beslissen over abortus]
|
|
er de buik vol van hebben
|
[ervan balen]
|
|
het zijn twee handen op één buik
|
[schamper commentaar als twee mensen het altijd met elkaar eens zijn]
|
|
dat kun je wel op je buik schrijven
|
[dat gaat niet door]
|
|
baas in eigen buik zijn
|
[zelf mogen beslissen over abortus]
|
|
er de buik vol van hebben
|
[ervan balen]
|
|
dat kun je wel op je buik
|
[dat gaat niet door]
|
|
het zijn twee handen op één buik
|
[schamper commentaar als twee mensen het altijd met elkaar eens zijn]
|
|
dat kun je wel op je buik schrijven
|
[dat gaat niet door]
|
|
vlinders in je buik hebben
|
[verliefd zijn]
|
|
er de buik vol van hebben
|
[er niets meer mee te maken willen hebben]
|
|
voor ik het vergeet ...
|
[ik geef het eerst maar even door]
|
|
vergeet het maar!
|
[zet dat maar uit je hoofd]
|
|
dat kun je wel vergeten
|
[daar hoef je niet op te rekenen]
|
|
een vergeten groep
|
[waar niemand aan denkt]
|
|
hem koud maken
|
[vermoorden]
|
|
een koude douche
|
[iets onverwachts wat je erg tegenvalt]
|
|
groente van de koude grond
|
[niet in een kas gekweekt, maar buiten]
|
|
het langs je koude kleren laten afglijden
|
[je er niets van aantrekken]
|
|
kunt u ons laten weten wat het besluit is
|
[kunt u ons dat meedelen?]
|
|
laat maar
|
[het hoeft niet meer]
|
|
het buiten beschouwing laten
|
[het er niet over hebben]
|
|
wil je me met rust laten?
|
[niet storen]
|
|
heb ik mijn sleutels hier laten liggen?
|
[heb ik ze hier achtergelaten?]
|
|
waar heb ik mijn sleutels gelaten?
|
[waar heb ik ze opgeborgen?]
|
|
laat hij nou gelijk hebben!
|
[tot mijn verbazing had hij gelijk]
|
|
dat laat me niet los
|
[ik moet er steeds aan denken]
|
|
dat laat veel te wensen over
|
[daar mankeert veel aan]
|
|
hij staat in het midden
|
[tussen twee personen in]
|
|
dat houdt het midden tussen .... en ....
|
[niet helemaal het een en ook niet helemaal het ander]
|
|
iets in het midden brengen
|
[erover beginnen tijdens een gesprek, het aansnijden]
|
|
er werd op grote schaal gespijbeld
|
[heel vaak, door veel leerlingen]
|
|
op schaal natekenen
|
[groter of kleiner tekenen, maar zo dat de verhoudingen kloppen]
|
|
een glijdende schaal
|
[die geleidelijk afloopt]
|
|
de schaal van Richter
|
[norm voor de kracht van aardbevingen]
|
|
dat legt gewicht in de schaal
|
[dat is belangrijk, heeft invloed]
|
|
je gewicht in goud waard zijn
|
[heel waardevol zijn]
|
|
dat legt gewicht in de schaal
|
[is heel belangrijk]
|
|
dat is een zaak van veel gewicht
|
[een belangrijke zaak]
|
|
de resultaat van het onderzoek
|
[de uitslag ervan]
|
|
zonder resultaat
|
[zonder dat het succes had]
|
|
dat is het resultaat van te veel drinken
|
[het gevolg ervan]
|
|
dat leidt tot goede resultaten
|
[tot goede gevolgen]
|
|
hij liegt alsof het gedrukt staat
|
[liegt heel erg]
|
|
dat liegt er niet om
|
[dat is nogal wat, dat is niet mis]
|
|
zo hard als steen
|
[erg hard]
|
|
een steen des aanstoots
|
[iets wat ergernis veroorzaakt]
|
|
een ezel stoot zich niet twee keer aan dezelfde steen
|
[alleen wie die dommer is dan een ezel, maakt twee keer dezelfde fout]
|
|
een steen in de vijver gooien
|
[opschudding veroorzaken]
|
|
dat ligt als een steen op je maag
|
[is moeilijk te verteren]
|
|
er een steentje aan bijdragen
|
[meehelpen]
|
|
geen steen op de andere laten
|
[veel veranderingen doorvoeren]
|
|
ergens je steentje aan bijdragen
|
[je bijdrage aan leveren]
|
|
de onderste steen moet boven komen
|
[er moet een grondig onderzoek naar worden gedaan]
|
|
steen en been klagen
|
[voortdurend jammeren]
|
|
dat ligt daar voor oud vuil
|
[alsof het niet meer gebruikt hoeft te worden]
|
|
hij ligt op sterven
|
[hij sterft]
|
|
ze hebben een kans laten liggen
|
[voorbij laten gaan]
|
|
dat ligt in zijn aard
|
[zo is hij nu eenmaal]
|
|
dat ligt voor de hand
|
[dat kies je als eerste]
|
|
de wind gaat liggen
|
[neemt af, wordt minder]
|
|
het ligt in de bedoeling ...
|
[de bedoeling is ...]
|
|
dat ligt me zwaar op de maag
|
[daar zie ik erg tegenop]
|
|
ik zit ermee in mijn maag
|
[het is een probleem voor me]
|
|
hij heeft het me in de maag gesplitst
|
[hij heeft me iets vervelends opgedragen]
|
|
een knorrende maag hebben
|
[honger hebben]
|
|
zijn ogen zijn groter dan zijn maag
|
[hij kan minder eten dan hij dacht]
|
|
iemand iets in zijn maag splitsen
|
[hem ergens mee opzadelen]
|
|
dat staat in de maag
|
[dat is stevige kost]
|
|
zij doet aan de slanke lijn
|
[probeert slanker te worden]
|
|
ik kan er geen lijn in ontdekken
|
[geen duidelijke regelmaat of samenhang]
|
|
het vertoont een stijgende lijn
|
[wordt steeds beter]
|
|
we moeten één lijn trekken
|
[dezelfde dingen goed en fout vinden]
|
|
de grote lijn
|
[een samenvatting van de hoofdzaken]
|
|
we hebben Amerika aan de lijn
|
[aan de telefoon]
|
|
zij houdt je aan het lijntje
|
[geeft niet waar je om vraagt, maar wijst je ook niet af]
|
|
langzaamaan, dan breekt het lijntje niet
|
[als je kalm aan doet, bereik je je doel]
|
|
de lijn trekken
|
[luieren]
|
|
hij volgt de harde lijn
|
[is erg streng]
|
|
dat ligt niet in mijn lijn
|
[dat past niet bij me]
|
|
dat ligt niet op de route
|
[daar komen we niet langs]
|
|
dat ligt nog vers in mijn geheugen
|
[dat weet ik nog heel goed]
|
|
het geheugen van een computer
|
[waar gegevens in worden opgeslagen]
|
|
een geheugen als een ijzeren pot
|
[een heel goed geheugen]
|
|
hij ligt op sterven
|
[hij sterft]
|
|
ze hebben een kans laten liggen
|
[voorbij laten gaan]
|
|
dat ligt in zijn aard
|
[zo is hij nu eenmaal]
|
|
dat ligt voor de hand
|
[dat kies je als eerste]
|
|
de wind gaat liggen
|
[neemt af, wordt minder]
|
|
het ligt in de bedoeling ...
|
[de bedoeling is ...]
|
|
zo mogelijk
|
[als het mogelijk is]
|
|
zo goed als
|
[bijna]
|
|
zo snel mogelijk
|
[met de snelheid die mogelijk is]
|
|
zo'n twee meter
|
[ongeveer twee meter]
|
|
goed zo
|
[goed]
|
|
hoe zo?
|
[wat bedoel je daarmee]
|
|
zo goed en zo kwaad als het lukte
|
[zover als het lukte]
|
|
dat lijkt maar zo
|
[het lijkt er alleen maar op]
|
|
dat lijkt maar zo
|
[het geeft die indruk, maar het is niet zo]
|
|
dat zou mij wel lijken
|
[dat zou mij wel bevallen]
|
|
dat loont de moeite niet
|
[het is de moeite niet waard]
|
|
dat loopt aardig in de papieren
|
[dat wordt kostbaar]
|
|
een aardig mondje (woordje) Engels spreken
|
[die taal redelijk beheersen]
|
|
hem van de trein halen
|
[ophalen als hij aankomt]
|
|
dat loopt als een trein
|
[dat gaat prima]
|
|
op een rijdende trein springen
|
[meedoen met iets dat al op gang is gekomen]
|
|
zich voor de trein gooien
|
[zelfmoord plegen]
|
|
het leest als een trein
|
[heel gemakkelijk]
|
|
het op papier zetten
|
[het opschrijven]
|
|
op papier hebben we dertig leerlingen
|
[officieel, maar de werkelijkheid is anders]
|
|
dat loopt in de papieren
|
[dat kost veel geld]
|
|
de harde schijf
|
[ingebouwde gegevensopslag in een computer]
|
|
dat loopt over veel schijven
|
[veel instanties bemoeien zich ermee]
|
|
dat luistert nauw
|
[dat komt er heel precies op aan]
|
|
het komt niet zo nauw
|
[het hoeft niet zo precies]
|
|
dat luistert nauw
|
[dat moet heel precies gebeuren]
|
|
mens en aap zijn nauw aan elkaar verwant
|
[lijken veel op elkaar]
|
|
de een of ander nam mijn tas mee
|
[iemand nam mijn tas mee]
|
|
een dag of wat geleden
|
[een paar dagen geleden]
|
|
een voor een doken ze in het water
|
[na elkaar]
|
|
dat lukt niet een twee drie
|
[niet meteen]
|
|
het heeft aan een stuk door geregend
|
[het heeft voortdurend geregend]
|
|
het pad was een en al blad
|
[er lagen overal bladeren]
|
|
er waren me daar een mensen
|
[er waren erg veel mensen]
|
|
wat maakt dat nou uit!
|
[dat maakt toch geen verschil]
|
|
hem uitmaken voor alles wat mooi en lelijk is
|
[allerlei scheldwoorden tegen hem zeggen]
|
|
dat maakt deel uit van een verzameling
|
[is er een onderdeel van]
|
|
dat maakt geen verschil
|
[dat maakt niets uit]
|
|
een verschil van mening hebben
|
[er anders over denken, er ruzie over maken]
|
|
een verschil van dag en nacht
|
[een heel groot verschil]
|
|
ik gun je de pret
|
[mij zou dat niets lijken]
|
|
dat mag de pret niet drukken
|
[die tegenslag is niet zo erg]
|
|
er was eens ....
|
[er leefde eens]
|
|
ware het niet dat ...
|
[als het niet zo was]
|
|
als het ware
|
[waar je het mee kunt vergelijken]
|
|
dat mag er zijn
|
[dat is indrukwekkend]
|
|
wat is er?
|
[wat scheelt eraan]
|
|
hij is er geweest
|
[hij is dood]
|
|
we zijn er
|
[we zijn op de plaats van bestemming]
|
|
erbij zijn
|
[goed opletten]
|
|
als ik jou was dan ...
|
[ik geef je de raad om ...]
|
|
dat mag wel in de krant
|
[dat is heel bijzonder]
|
|
plaatjes schieten
|
[foto's maken]
|
|
de plaat poetsen
|
[vluchten]
|
|
geen wonder dat hij gevallen is
|
[het verbaast me niets]
|
|
het is een wonder dat hij nog leeft
|
[het is onverklaarbaar]
|
|
dat middel doet wonderen
|
[het helpt erg goed]
|
|
wonder boven wonder
|
[tot ieders verrassing]
|
|
de wonderen zijn de wereld nog niet uit
|
[dat had ik nu nooit verwacht]
|
|
ik mag lijden dat hij vroeg komt
|
[ik hoop het]
|
|
hij mag er zijn hoor!
|
[hij ziet er knap uit]
|
|
dat mocht je willen
|
[je wilt het wel, maar het gebeurt niet]
|
|
het mocht niet baten
|
[het hielp helaas niet]
|
|
mocht je in de buurt zijn
|
[als je toevallig in de buurt bent]
|
|
dat moest een keer gebeuren
|
[het was te verwachten]
|
|
ik moet op voor het examen
|
[aan het examen meedoen]
|
|
dat moet je zelf weten
|
[dat mag je zelf uitmaken]
|
|
ze moeten heel aardig zijn
|
[men zegt dat]
|
|
ik moet nodig
|
[naar de WC]
|
|
zij moest eraan geloven
|
[zij was aan de beurt]
|
|
dat moet je me niet meer flikken
|
[dat moet je niet meer doen]
|
|
iemand een geintje flikken
|
[iets lelijks met hem uithalen]
|
|
dat moest een keer gebeuren
|
[het was te verwachten]
|
|
ik moet op voor het examen
|
[aan het examen meedoen]
|
|
dat moet je zelf weten
|
[dat mag je zelf uitmaken]
|
|
ze moeten heel aardig zijn
|
[men zegt dat]
|
|
ik moet nodig
|
[naar de WC]
|
|
dat muisje had nog een staartje
|
[die gebeurtenis had onverwachte gevolgen]
|
|
de berg heeft een muis gebaard
|
[het grote plan is op niets uitgelopen]
|
|
als een muis in de val zitten
|
[niet meer weg kunnen]
|
|
de muizen liggen er dood in de broodkast
|
[ze zijn erg arm]
|
|
een grijze muis
|
[een onopvallend persoon]
|
|
met man en muis vergaan
|
[het schip zinkt en alle opvarenden verdrinken]
|
|
met spek vangt men muizen
|
[als je gul bent, kun je iedereen voor je winnen]
|
|
met de staart tussen de benen afdruipen
|
[schaamtevol of vernederd weglopen]
|
|
als je van de duivel spreekt, trap je hem op zijn staart
|
[degene over wie je het hebt, komt net binnen]
|
|
er zit kop noch staart aan
|
[het is een warrig verhaal]
|
|
dat muisje zal nog een staartje hebben
|
[die zaak zal gevolgen hebben]
|
|
het venijn zit in de staart
|
[op het laatst zijn er toch nog moeilijkheden]
|
|
die zaak heeft nog een staartje
|
[nog een vervolg]
|
|
vaker dan me lief is
|
[vaker dan ik zou willen]
|
|
als je leven je lief is...
|
[dreigement]
|
|
iets voor lief nemen
|
[er genoegen mee nemen]
|
|
dat neem ik voor lief
|
[ik wil het eigenlijk niet, maar accepteer het toch]
|
|
ik deed net zo lief wat anders
|
[eigenlijk wil ik het niet doen]
|
|
lieve deugd!
|
[uitroep van schrik en verbazing]
|
|
het lieve leventje
|
[het leven van alledag]
|
|
werken dat het een lieve lust is
|
[intensief en met veel plezier werken]
|
|
net zo lief
|
[even graag]
|
|
dat neemt niet weg dat ....
|
[dat betekent niet dat ...]
|
|
zo kun je niet over straat
|
[naar buiten]
|
|
hij kwam op straat te staan
|
[werd dakloos, had geen woning meer]
|
|
dat past precies in zijn straatje
|
[dat past bij zijn opvattingen en plannen]
|
|
er moet meer blauw op straat komen
|
[meer politie]
|
|
ach, je bent van de straat
|
[je hebt iets te doen]
|
|
dat nieuwtje ligt op straat
|
[is algemeen bekend]
|
|
niet van de straat zijn
|
[hoog ontwikkeld of erg rijk zijn]
|
|
op straat staan
|
[geen huis hebben]
|
|
dat past in mijn holle kies
|
[schamper commentaar als je te weinig eten krijgt]
|
|
holle vaten klinken het hardst
|
[domme mensen hebben vaak de meeste praatjes]
|
|
holle bolle Gijs
|
[een dik, gulzig iemand]
|
|
holle klanken
|
[woorden die niets zeggen]
|
|
holle wangen
|
[ingevallen]
|
|
holle ogen
|
[die diep in de kassen liggen]
|
|
een holle weg
|
[die dieper ligt dan de grond aan weerskanten]
|
|
een holle blik
|
[een blik die niets lijkt te zien]
|
|
holle frasen
|
[nietszeggende, mooi klinkende woorden]
|
|
in het holst van de nacht
|
[middenin de nacht]
|
|
zo kun je niet over straat
|
[naar buiten]
|
|
hij kwam op straat te staan
|
[werd dakloos, had geen woning meer]
|
|
dat past precies in zijn straatje
|
[dat past bij zijn opvattingen en plannen]
|
|
er moet meer blauw op straat komen
|
[meer politie]
|
|
ach, je bent van de straat
|
[je hebt iets te doen]
|
|
dat nieuwtje ligt op straat
|
[is algemeen bekend]
|
|
niet van de straat zijn
|
[hoog ontwikkeld of erg rijk zijn]
|
|
op straat staan
|
[geen huis hebben]
|
|
dat plan klinkt leuk
|
[het lijkt een leuk plan]
|
|
dat plan komt op de helling te staan
|
[gaat misschien verdwijnen]
|
|
driemaal raden wie dat gedaan heeft
|
[het is niet moeilijk om te raden]
|
|
dat raadt je de koekoek!
|
[dat spreekt vanzelf!]
|
|
lichtgeraakt zijn
|
[snel beledigd zijn, boos worden]
|
|
dat raakt hem niet
|
[dat doet hem niets, laat hem onverschillig]
|
|
slaags raken
|
[gaan vechten]
|
|
we zullen hem eens flink raken
|
[veel alcohol drinken]
|
|
elkaar in de haren vliegen
|
[beginnen te vechten]
|
|
dat scheelde een haar
|
[heel erg weinig]
|
|
geen haar op m'n hoofd die eraan denkt
|
[ik doe het echt niet]
|
|
een vos verliest wel zijn haren, maar niet zijn streken
|
[een slecht mens is nooit te vertrouwen]
|
|
iemand geen haar krenken
|
[hem niets doen]
|
|
je wilde haren kwijtraken
|
[rustiger worden naarmate je ouder wordt]
|
|
er grijze haren van krijgen
|
[je er veel zorgen over maken]
|
|
iemand tegen de haren in strijken
|
[dingen zeggen die vervelend voor hem zijn]
|
|
mijn haren rezen te berge
|
[ik schrok heel erg]
|
|
met huid en haar
|
[volledig, helemaal]
|
|
gekrulde haren, gekrulde zinnen
|
[iemand met krullen is heel uitbundig]
|
|
haar op de tanden hebben
|
[sterk zijn, jezelf goed kunnen verdedigen]
|
|
met de handen in het haar zitten
|
[geen raad meer weten]
|
|
hem aan zijn jasje trekken
|
[hem herinneren aan wat hij beloofd heeft]
|
|
dat scheelt een jas
|
[het is veel minder koud dan gisteren]
|
|
zoals de wind waait, waait zijn jasje
|
[hij doet altijd waar hij het meeste voordeel van heeft, is een opportunist]
|
|
hij heeft een jasje uitgetrokken
|
[is heel mager geworden]
|
|
dat scheelt een slok op een borrel
|
[heel veel]
|
|
je verplichtingen nakomen
|
[doen wat je moet doen]
|
|
dat schept verplichtingen
|
[door dat te doen voelt iemand anders zich verplicht iets terug te doen]
|
|
dat slaat als een tang op een varken
|
[dat slaat nergens op]
|
|
hem in de tang nemen
|
[te pakken nemen, vastzetten]
|
|
een oude tang
|
[boosaardige, oude vrouw]
|
|
dat slaat als kut op Dirk
|
[dat slaat nergens op]
|
|
voor de kat zijn kut
|
[voor niets]
|
|
kut met peren!
|
[grove uiting van ongenoegen]
|
|
dat slaat een bres in de financiën
|
[kost veel geld]
|
|
voor iemand in de bres springen
|
[hem vurig verdedigen]
|
|
een bal over het net slaan
|
[naar de andere kant ervan]
|
|
de maat slaan
|
[de maat aangeven met armbewegingen]
|
|
ze is daar niet weg te slaan
|
[ze is er altijd bij]
|
|
dat slaat nergens op
|
[dat is onzin]
|
|
ik sla me er wel doorheen
|
[ik red het wel]
|
|
hij was nergens meer
|
[het was met hem gedaan]
|
|
ik wil hier slapen en nergens anders
|
[niet op een andere plaats]
|
|
ik weet nergens van
|
[ik weet er niets van]
|
|
dat is nergens goed voor
|
[voor niets is dat goed]
|
|
dat slaat nergens op
|
[dat heeft er niets mee te maken]
|
|
dat smelt op de tong
|
[wordt lekker zacht in de mond]
|
|
dat doet mijn hart smelten
|
[daar krijg ik medelijden van]
|
|
dat kapitaal is weggesmolten
|
[verdwenen]
|
|
smeltende tonen of kleuren
|
[die zacht in elkaar overgaan]
|
|
de botte bijl hanteren
|
[harde, grove maatregelen nemen]
|
|
dat snap jij niet met je botte hersens
|
[beledigend commentaar als iemand iets niet begrijpt]
|
|
bot ijs
|
[niet glad, hobbelig ijs]
|
|
hij is uit het goede hout gesneden
|
[is eerlijk en betrouwbaar]
|
|
we moeten op een houtje bijten
|
[hebben niets meer te eten]
|
|
dat snijdt geen hout
|
[dat gaat niet op, dat klopt niet]
|
|
van dik hout zaagt men planken
|
[wordt gezegd als iets op een slordige en grove manier wordt aangepakt]
|
|
een flinke bos hout voor de deur hebben
|
[grote borsten]
|
|
uit hetzelfde hout gesneden zijn
|
[op elkaar lijken]
|
|
op eigen houtje
|
[zonder overleg met en hulp van anderen]
|
|
ik snap er geen hout van
|
[niets]
|
|
de kroon op het werk
|
[de laatste en beste prestatie]
|
|
iemand naar de kroon steken
|
[proberen hem te overtreffen]
|
|
dat spant de kroon
|
[dat overtreft alles]
|
|
een parel aan zijn kroon
|
[een van zijn beste eigenschappen]
|
|
in dat geval kom ik lopen
|
[als dat zo is, kom ik lopen]
|
|
dat spreek vanzelf
|
[natuurlijk!]
|
|
dat treft!
|
[het komt goed uit]
|
|
dat spreekt tot de verbeelding
|
[maakt veel indruk]
|
|
over Jan gesproken ....
|
[nu we het toch over Jan hebben]
|
|
zij spreekt altijd de waarheid
|
[liegt nooit]
|
|
daar ben ik niet over te spreken
|
[dat bevalt me niet]
|
|
normaal gesproken ....
|
[gewoonlijk]
|
|
dat spreekt vanzelf
|
[natuurlijk!]
|
|
ik heb bij wijze van spreken geen tijd om te eten
|
[dat is niet echt zo, maar ik heb het erg druk]
|
|
deze cijfers spreken voor zich
|
[ze zijn duidelijk genoeg]
|
|
spreken is zilver, zwijgen is goud
|
[het is beter om te zwijgen dan om te praten]
|
|
dat staat als een paal boven water
|
[dat is absoluut zeker, duidelijk]
|
|
paal en perk aan iets stellen
|
[precies aangeven tot hoever het mag gaan]
|
|
voor paal staan
|
[voor gek staan]
|
|
als puntje bij paaltje komt
|
[als het eropaan komt]
|
|
voor paal staan
|
[je belachelijk maken]
|
|
dat ligt me zwaar op de maag
|
[daar zie ik erg tegenop]
|
|
ik zit ermee in mijn maag
|
[het is een probleem voor me]
|
|
hij heeft het me in de maag gesplitst
|
[hij heeft me iets vervelends opgedragen]
|
|
een knorrende maag hebben
|
[honger hebben]
|
|
zijn ogen zijn groter dan zijn maag
|
[hij kan minder eten dan hij dacht]
|
|
iemand iets in zijn maag splitsen
|
[hem ergens mee opzadelen]
|
|
dat staat in de maag
|
[dat is stevige kost]
|
|
dat staat in mijn geheugen gegrift
|
[dat zal ik nooit vergeten]
|
|
ik sta erop
|
[ik wil per se dat het gebeurt]
|
|
ik sta achter je
|
[ik verdedig je]
|
|
het staat of valt met ....
|
[het hangt ervan af]
|
|
je moet daar boven staan
|
[je er niets van aantrekken]
|
|
ik sta op het standpunt dat ....
|
[ik vind dat]
|
|
dat staat in verband met ....
|
[dat heeft ermee te maken]
|
|
je baard laten staan
|
[je niet scheren]
|
|
die plant staat er goed bij
|
[ziet er gezond uit]
|
|
hij staat aan het hoofd
|
[hij heeft de leiding]
|
|
ik werk nooit in de tuin, laat staan als het regent
|
[dus zeker niet als het regent]
|
|
dat geval staat op zichzelf
|
[het heeft niet met iets anders te maken]
|
|
zij staat bekend als ....
|
[men kent haar zo]
|
|
ik sta op de foto
|
[ik ben daarop afgebeeld]
|
|
er staat jou nog wat te wachten
|
[je krijgt nog heel wat te verwerken]
|
|
iets in een fraai daglicht stellen
|
[het zo mooi mogelijk voorstellen]
|
|
dat staat je fraai!
|
[daarvoor moet je je schamen!]
|
|
een fraaie prestatie
|
[een goede prestatie]
|
|
dat staat ter discussie
|
[daar is nog geen beslissing over genomen]
|
|
ter discussie stellen
|
[zeggen dat je erover wilt praten]
|
|
de zon steekt
|
[hij schijnt zo fel dat het pijn doet]
|
|
het steekt hem dat ....
|
[het doet hem pijn dat ....]
|
|
dat steekt niet zo nauw
|
[dat hoeft niet zo precies]
|
|
daar steekt iets achter
|
[daar zit iets achter]
|
|
in brand steken
|
[laten branden]
|
|
bittere tranen
|
[die voortkomen uit verdriet of spijt]
|
|
een bittere nasmaak
|
[een vervelend gevoel dat je ergens aan overhoudt]
|
|
een bittere pil
|
[een vervelende boodschap]
|
|
een bittere pil moeten slikken
|
[een pijnlijke vernedering moeten ondergaan]
|
|
doorgaan tot het bittere eind
|
[altijd maar doorgaan, hoe erg het ook wordt]
|
|
het is bitter koud
|
[heel erg koud]
|
|
er blanco tegenover staan
|
[niet vóór zijn en ook niet tégen]
|
|
een blanco cheque
|
[waarop de ontvanger elk bedrag kan invullen]
|
|
een blanco cheque
|
[een machtiging om te doen wat je wilt]
|
|
er blanco tegenover staan
|
[er geen mening over hebben]
|
|
blanco stemmen
|
[een stembiljet oningevuld inleveren; niet voor of tegen stemmen]
|
|
een blanco strafblad hebben
|
[nog nooit door de rechter veroordeeld zijn]
|
|
er blanco tegenover staan
|
[niet vóór zijn en ook niet tégen]
|
|
een blanco cheque
|
[waarop de ontvanger elk bedrag kan invullen]
|
|
een blanco cheque
|
[een machtiging om te doen wat je wilt]
|
|
er blanco tegenover staan
|
[er geen mening over hebben]
|
|
blanco stemmen
|
[een stembiljet oningevuld inleveren; niet voor of tegen stemmen]
|
|
een blanco strafblad hebben
|
[nog nooit door de rechter veroordeeld zijn]
|
|
van de blauwe knoop zijn
|
[geen alcohol gebruiken]
|
|
een blauwe maandag
|
[heel kort]
|
|
iemand bont en blauw slaan
|
[hem afranselen]
|
|
een blauwe plek
|
[lichte bloeduitstorting onder de huid]
|
|
spa blauw
|
[bronwater zonder koolzuur]
|
|
Delfts blauw
|
[blauw beschilderd aardewerk uit Delft]
|
|
meer blauw op straat
|
[meer politie]
|
|
blauw bloed hebben
|
[van adellijke afkomst zijn]
|
|
zich blauw ergeren
|
[zich in hoge mate ergeren]
|
|
een blauwe maandag
|
[een zeer korte tijd]
|
|
ter plekke
|
[op de plaats zelf]
|
|
een blauwe plek
|
[een bloeduitstorting onder de huid]
|
|
de vinger op de zere plek leggen
|
[het probleem precies aanwijzen]
|
|
van de blauwe knoop zijn
|
[geen alcohol gebruiken]
|
|
een blauwe maandag
|
[heel kort]
|
|
iemand bont en blauw slaan
|
[hem afranselen]
|
|
een blauwe plek
|
[lichte bloeduitstorting onder de huid]
|
|
spa blauw
|
[bronwater zonder koolzuur]
|
|
Delfts blauw
|
[blauw beschilderd aardewerk uit Delft]
|
|
meer blauw op straat
|
[meer politie]
|
|
blauw bloed hebben
|
[van adellijke afkomst zijn]
|
|
zich blauw ergeren
|
[zich in hoge mate ergeren]
|
|
een blauwe maandag
|
[een zeer korte tijd]
|
|
een bleek zonnetje
|
[een flauw zonnetje]
|
|
bleek om de neus worden
|
[wit worden van angst]
|
|
een blik agenten opentrekken
|
[een extra aantal agenten inzetten]
|
|
een holle blik
|
[die niets lijkt te zien]
|
|
een vernietigende blik
|
[waaruit boosheid spreekt]
|
|
iemands blik vangen
|
[zorgen dat hij naar je kijkt]
|
|
verstand op nul, blik op oneindig
|
[niet denken, maar doen]
|
|
iemand geen blik waardig keuren
|
[hem uit minachting of trots niet aankijken]
|
|
ergens een blik op werpen
|
[ernaar kijken]
|
|
een ruime blik hebben
|
[ruimdenkend zijn]
|
|
een vooruitziende blik hebben
|
[weten wat er in de toekomst gebeurt]
|
|
je er blind op staren
|
[er te lang naar kijken waardoor je het niet goed meer ziet]
|
|
liefde is blind
|
[wie verliefd is ziet de gebreken van de geliefde niet]
|
|
een blinde vlek hebben voor iets
|
[het niet kunnen inzien]
|
|
ziende blind zijn
|
[iets niet zien of niet willen zien]
|
|
blinde haat
|
[die alleen het afstotelijke ziet]
|
|
blind toeval
|
[een gebeurtenis waar niet op te rekenen viel]
|
|
een blind vertrouwen hebben in iemand
|
[hem zonder meer vertrouwen]
|
|
een blinde muur
|
[zonder raam of deur]
|
|
ik heb een blind vertrouwen in hem
|
[een groot vertrouwen]
|
|
blind typen
|
[zonder naar de toetsen te kijken]
|
|
een blinde vink
|
[rolletje gehakt met lapje vlees eromheen]
|
|
een blinde deur
|
[die niet geopend kan worden]
|
|
een blinde muur
|
[zonder ramen of deuren]
|
|
we spelen open kaart
|
[we zeggen precies wat we denken]
|
|
hem in de kaart spelen
|
[hem ongewild bevoordelen]
|
|
alles op één kaart zetten
|
[je geluk van één ding laten afhangen]
|
|
ansichtkaart
|
[kaart die je stuurt als je op vakantie bent]
|
|
de rode kaart
|
[teken van ernstige overtreding waarvoor je het veld wordt uitgestuurd]
|
|
de gele kaart
|
[teken van bestraffing in een voetbalwedstrijd]
|
|
de kaarten zijn geschud
|
[de uitslag ligt vast]
|
|
iemand in de kaart kijken
|
[zijn geheime plannen doorzien]
|
|
de problemen zijn nog niet in kaart gebracht
|
[nog niet op een rijtje gezet]
|
|
een blinde kaart
|
[zonder plaatsnamen]
|
|
iets in kaart brengen
|
[er een overzicht van maken]
|
|
een stad van de kaart vegen
|
[vernietigen]
|
|
van de kaart zijn
|
[helemaal in de war zijn]
|
|
de muren hebben oren
|
[je kunt afgeluisterd worden]
|
|
uit de muur eten
|
[voedsel uit de automaat eten]
|
|
de muren kwamen op me af
|
[ik voelde me erg opgesloten]
|
|
een blinde muur
|
[zonder ramen of deuren]
|
|
een dragende muur
|
[waarop het dak steunt]
|
|
met je kop tegen de muur lopen
|
[door tegenwerking niet bereiken wat je wilt bereiken]
|
|
een muur optrekken
|
[je in jezelf terugtrekken]
|
|
de muren hebben oren
|
[zorg ervoor dat niemand je afluistert]
|
|
met de rug tegen de muur staan
|
[geen uitweg meer zien]
|
|
Gert-Jan kan nog geen spijker in de muur slaan
|
[is erg onhandig]
|
|
je er blind op staren
|
[er te lang naar kijken waardoor je het niet goed meer ziet]
|
|
liefde is blind
|
[wie verliefd is ziet de gebreken van de geliefde niet]
|
|
een blinde vlek hebben voor iets
|
[het niet kunnen inzien]
|
|
ziende blind zijn
|
[iets niet zien of niet willen zien]
|
|
blinde haat
|
[die alleen het afstotelijke ziet]
|
|
in blinde razernij (woede)
|
[waarbij je niet meer nadenkt]
|
|
blind toeval
|
[een gebeurtenis waar niet op te rekenen viel]
|
|
een blind vertrouwen hebben in iemand
|
[hem zonder meer vertrouwen]
|
|
een blinde muur
|
[zonder raam of deur]
|
|
blind typen
|
[zonder naar de toetsen te kijken]
|
|
een blinde vink
|
[rolletje gehakt met lapje vlees eromheen]
|
|
een blinde deur
|
[die niet geopend kan worden]
|
|
een blinde muur
|
[zonder ramen of deuren]
|
|
vlekkeloos
|
[zonder schuld]
|
|
men noemt geen koe bont, of er zit wel een vlekje aan
|
[niemand is volmaakt]
|
|
een blinde vlek
|
[iets wat je niet kunt leren of begrijpen]
|
|
je er blind op staren
|
[er te lang naar kijken waardoor je het niet goed meer ziet]
|
|
een blinde vlek hebben voor iets
|
[het niet kunnen inzien]
|
|
ziende blind zijn
|
[iets niet zien of niet willen zien]
|
|
blinde haat
|
[die alleen het afstotelijke ziet]
|
|
in blinde razernij (woede)
|
[waarbij je niet meer nadenkt]
|
|
blind toeval
|
[een gebeurtenis waar niet op te rekenen viel]
|
|
een blind vertrouwen hebben in iemand
|
[hem zonder meer vertrouwen]
|
|
een blote jurk
|
[die veel bloot laat]
|
|
op blote voeten
|
[zonder kousen of schoenen]
|
|
met zijn blote handen
|
[zonder gereedschap te gebruiken]
|
|
onder de blote hemel slapen
|
[in de open lucht]
|
|
uit het blote hoofd
|
[zonder hulpmiddel]
|
|
open en bloot
|
[heel openlijk]
|
|
de beer een jurk aantrekken
|
[de zaak mooier voorstellen dan ze is]
|
|
een blote jurk
|
[die veel bloot laat]
|
|
aan bod zijn
|
[aan de beurt zijn]
|
|
niet aan bod komen
|
[er geen kans voor krijgen]
|
|
een bod uitbrengen
|
[er iets voor bieden]
|
|
een bodemloze put
|
[waar je steeds geld in stopt en waar nooit een eind aan komt]
|
|
een boef vangen
|
[hem grijpen]
|
|
er geld voor vangen
|
[er geld voor krijgen]
|
|
je adem inhouden
|
[even niet ademen omdat het spannend is]
|
|
buiten adem zijn
|
[moeilijk ademen als je hard gelopen hebt]
|
|
een boek in één adem uitlezen
|
[zonder weg te leggen, omdat het zo spannend is]
|
|
je laatste adem uitblazen
|
[doodgaan]
|
|
op adem komen
|
[tot rust komen]
|
|
een boek van kaft tot kaft kennen
|
[helemaal]
|
|
hij gaat zijn boekje te buiten
|
[doet of zegt dingen die niet mogen]
|
|
ik zal eens een boekje over hem open doen
|
[slechte dingen over hem vertellen]
|
|
een open boek zijn
|
[geen geheimen hebben]
|
|
dat is een gesloten boek
|
[een afgesloten periode]
|
|
het boek der boeken
|
[de Bijbel]
|
|
de boeken afsluiten
|
[een financieel jaarverslag maken]
|
|
volgens het boekje
|
[volgens de voorschriften]
|
|
de bokken van de schapen scheiden
|
[de mannen van de vrouwen scheiden]
|
|
een oude bok lust wel een groen blaadje
|
[een oude vent houdt wel van een jonge vrouw]
|
|
erop zitten als een bok op de haverkist
|
[erg happig zijn op iets]
|
|
de bokken van de schapen scheiden
|
[de goede van de slechte mensen scheiden]
|
|
het nieuws sloeg in als een bom
|
[iedereen was er verbijsterd over]
|
|
na een dag barstte de bom
|
[toen konden ze zich niet langer inhouden]
|
|
een zure bom
|
[een grote zure augurk]
|
|
een bom duiten
|
[een grote hoeveelheid geld]
|
|
een bon ter waarde van een tientje
|
[met de waarde ervan]
|
|
er waarde aan hechten
|
[het belangrijk vinden]
|
|
waarden en normen
|
[opvattingen over goed of slecht]
|
|
hem in zijn waarde laten
|
[aanvaarden zoals hij is]
|
|
van nul en generlei waarde
|
[zonder enige waarde]
|
|
iemand bont en blauw slaan
|
[afranselen]
|
|
bekendstaan als de bonte hond
|
[overal bekend zijn]
|
|
de bonte was
|
[was voor gekleurd goed]
|
|
een bonte avond
|
[avondprogramma met veel afwisseling]
|
|
een bonte mengeling
|
[allerlei soorten mensen]
|
|
het te bont maken
|
[te ver gaan]
|
|
een boom van een vent
|
[een grote, massieve kerel]
|
|
weer het ventje zijn
|
[erbovenop zijn]
|
|
een boom van een vent
|
[een grote stevige man]
|
|
hoge bomen vangen veel wind
|
[wie belangrijk is, krijgt veel kritiek]
|
|
de bomen groeien niet tot in de hemel
|
[de mogelijkheden zijn niet onbeperkt]
|
|
aan de vruchten kent men de boom
|
[men kent de mens aan wat hij doet]
|
|
de kat uit de boom kijken
|
[een afwachtende houding aannemen]
|
|
een boom omzagen
|
[hard snurken]
|
|
iemand om de tuin leiden
|
[hem bedriegen, misleiden]
|
|
in zijn knollentuin zijn
|
[het erg naar zijn zin hebben]
|
|
een botanische tuin
|
[plantentuin]
|
|
ieder moet zijn eigen tuintje wieden
|
[zijn eigen gebreken verbeteren]
|
|
wie zijn eigen tuintje wiedt, ziet het onkruid van een ander niet
|
[aansproring om vooral voor jezelf kritisch te zijn]
|
|
een boterham met tevredenheid
|
[brood zonder boter en beleg]
|
|
een goede boterham verdienen
|
[een baan hebben die goed betaalt]
|
|
een boterham met tevredenheid
|
[zonder beleg, alleen met boter]
|
|
tot volle tevredenheid
|
[iedereen is er helemaal tevreden over]
|
|
ergens op gebrand zijn
|
[het heel graag willen]
|
|
die vraag brandt me op de lippen
|
[ik kan bijna niet wachten hem te stellen]
|
|
branden van ongeduld
|
[heel ongeduldig zijn]
|
|
een brandende kwestie
|
[een erg belangrijke zaak]
|
|
het stuit me tegen de borst
|
[ik vind het afschuwelijk]
|
|
uit volle borst zingen
|
[heel hard zingen]
|
|
hij klopt zich op de borst
|
[laat blijken dat hij zichzelf erg goed vindt]
|
|
maak je borst maar nat
|
[bereid je er maar op voor]
|
|
een slang aan je borst koesteren
|
[goed zijn voor iemand die daar misbruik van maakt]
|
|
een hoge borst opzetten
|
[verwaand zijn]
|
|
het op de borst hebben
|
[zwaar verkouden zijn]
|
|
een brave borst
|
[een goeie kerel]
|
|
een brave Hendrik
|
[iemand die akelig braaf is]
|
|
een brave borst
|
[een goeie kerel]
|
|
een breuk tussen twee mensen weer lijmen
|
[zorgen dat de relatie weer goed wordt]
|
|
een brief op poten
|
[een boze, duidelijke brief]
|
|
dat geef ik je op een briefje
|
[dat weet ik heel zeker, dat bevestig ik]
|
|
een aangetekende brief
|
[waarvan je het bewijs hebt dat hij verstuurd is]
|
|
een brok in je keel hebben
|
[ontroerd zijn]
|
|
brokken maken
|
[iets kapot maken, een ongeluk veroorzaken]
|
|
met de brokken zitten
|
[narigheid hebben als gevolg van iets wat mislukt]
|
|
een bromfiets biedt uitkomst als je gauw moe bent
|
[biedt de oplossing]
|
|
een bron van vermaak
|
[waar je veel plezier kunt hebben]
|
|
bron van inkomsten
|
[waar je je geld mee verdient]
|
|
uit betrouwbare bron
|
[van iemand die te vertrouwen is]
|
|
zo gezond als een vis
|
[erg gezond]
|
|
gezond en wel
|
[volkomen gezond]
|
|
je moet gezond eten
|
[dingen eten die goed voor je zijn]
|
|
de gezonde apotheek
|
[gewone, goede kost]
|
|
een broodje gezond
|
[met wat rauwkost erbij]
|
|
het gezond verstand
|
[een nuchtere wijze van redeneren]
|
|
een brug slaan tussen twee volken
|
[ervoor zorgen dat ze elkaar begrijpen]
|
|
hij moet over de brug komen
|
[hij moet doen wat wij willen]
|
|
een bruin café
|
[café met donkere muren en meubels]
|
|
ze bruin (kunnen) bakken
|
[erg overdrijven, het te gek maken]
|
|
een bruin leven
|
[wild en ongeregeld]
|
|
bruisen van energie
|
[heel veel energie hebben]
|
|
een bruisend feest
|
[waar veel gebeurt]
|
|
een burgerlijk huwelijk
|
[voor de ambtenaar van de burgerlijke stand gesloten]
|
|
burgerlijke ongehoorzaamheid
|
[verzet van burgers tegen de wet]
|
|
je burgerlijke staat
|
[de toestand van waaruit je het recht hebt om te handelen]
|
|
het Burgerlijk Wetboek
|
[dat de verhoudingen tussen burgers regelt]
|
|
een centrale keuken
|
[die maaltijden maakt voor alle bewoners van een gebouw]
|
|
centraal staan
|
[het belangrijkst zijn]
|
|
centraal stellen
|
[er een groot belang aan toekennen]
|
|
het centrale zenuwstelsel
|
[de hersenen en het ruggenmerg]
|
|
centraal overleg
|
[tussen overheid, vakbonden en werkgevers]
|
|
een chronische ziekte
|
[die niet meer overgaat]
|
|
een collectieve arbeidsovereenkomst (cao)
|
[tussen werkgevers en werknemers in een bepaalde bedrijfstak]
|
|
collectieve lastendruk
|
[de afdeling die afhankelijk is van overheidsgelden]
|
|
collectieve uitgaven
|
[het geheel van subsidies en uitkeringen aan instellingen en personen]
|
|
de aandacht trekken
|
[zorgen dat ze je zien]
|
|
het toneelstuk trekt veel publiek
|
[veel mensen willen het zien]
|
|
dat trekt mij niet
|
[dat vind ik niet aantrekkelijk]
|
|
een kies trekken
|
[hem eruit halen]
|
|
een conclusie trekken
|
[zeggen wat je mening over het onderwerp is]
|
|
een lijn trekken
|
[tekenen]
|
|
het trekt
|
[het tocht]
|
|
aan je trekken komen
|
[krijgen wat je nodig hebt of hebben wilt]
|
|
een crimineel verleden hebben
|
[in het verleden veroordeeld zijn voor een misdrijf]
|
|
dat is verleden tijd
|
[dat is voorbij]
|
|
zo gezegd, zo gedaan
|
[het is gebeurd zoals het was afgesproken]
|
|
zeg ....
|
[luister eens]
|
|
zeg dat wel!
|
[inderdaad]
|
|
daar is veel voor te zeggen
|
[dat is een goed idee]
|
|
nee zeggen
|
[weigeren]
|
|
het voor het zeggen hebben
|
[de baas zijn]
|
|
eerlijk gezegd
|
[als ik eerlijk ben]
|
|
hij zegt van wel
|
[dat het wel zo is]
|
|
dat zegt me niets
|
[dat betekent niets voor me]
|
|
het over het hoofd zien
|
[niet opmerken]
|
|
tot ziens!
|
[ik hoop je gauw weer te zien]
|
|
hij mag gezien worden
|
[ziet er goed uit]
|
|
ik zie er wel iets in
|
[ik vind het wel aantrekkelijk]
|
|
zie je kans om ...
|
[kun je]
|
|
het laten zien
|
[het tonen]
|
|
mij niet gezien!
|
[dat doe ik niet]
|
|
dat zijn de krenten in de pap
|
[dat zorgt voor iets bijzonders]
|
|
een maatregel nemen
|
[besluiten wat er gebeurt]
|
|
dat zijn geen halve maatregelen
|
[er verandert veel door]
|
|
dat zijn interessante details
|
[interessante bijzonderheden]
|
|
je moet niet in details treden
|
[geen kleine bijzonderheden vertellen]
|
|
dat zit in de familie
|
[veel familieleden hebben die eigenschap geërfd]
|
|
dat komt in de beste families voor
|
[het kan iedereen overkomen]
|
|
moderne talen
|
[Engels, Frans en Duits]
|
|
klassieke talen
|
[Grieks en Latijn]
|
|
moderne talen
|
Engels, Frans en Duits]
|
|
klassieke talen
|
Grieks en Latijn]
|
|
een dode taal
|
die niemand meer spreekt]
|
|
grove taal uitslaan
|
lelijke woorden gebruiken
|
|
zwijgen in alle talen
|
niets zeggen
|
|
hij gaf taal noch teken
|
liet niets van zich horen
|
|
een levende taal
|
die nog gesproken wordt
|
|
een vreemde taal
|
een buitenlandse taal
|
|
bloemrijke taal
|
[met veel beeldspraak]
|
|
duidelijke taal spreken
|
begrijpelijk zijn
|
|
gepeperde taal
|
met harde oordelen
|
|
gespierde taal
|
waaruit blijkt dat je daadkrachtig bent
|
|
taal noch teken geven
|
niets van zich laten horen
|
|
versluierende taal
|
waarmee iemand niet ronduit zegt wat hij bedoelt]
|
|
je eigen graf graven
|
je eigen ondergang veroorzaken
|
|
zwijgen als het graf
|
helemaal niets zeggen
|
|
met een been in het graf staan
|
niet lang meer te leven hebben
|
|
je eigen graf graven
|
je positie onmogelijk maken
|
|
iemand het graf in prijzen
|
overdreven veel lof toezwaaien
|
|
over zijn graf heen regeren
|
macht uitoefenen na zijn dood
|
|
van de wieg tot het graf
|
het hele leven
|
|
zwijgen als het graf
|
een geheim niet verraden
|
|
je kunt zijn ribben tellen
|
hij is erg mager
|
|
dat is een rib uit mijn lijf
|
dat is erg duur]
|
|
zwevende ribben
|
die niet met het borstbeen verbonden zijn
|
|
zwemmen in het geld
|
heel rijk zijn
|
|
Zwarte Piet
|
de knecht van Sinterklaas
|
|
voor Piet Snot staan
|
een dom of gek figuur slaan]
|
|
er voor Piet Snot bij zitten
|
niet echt mee mogen doen
|
|
Zwarte Piet
|
de knecht van Sinterklaas
|
|
voor Piet Snot staan
|
een dom of gek figuur slaan
|
|
zwarte lijst
|
opsomming van personen die iets verkeerd gedaan hebben
|
|
beeldende kunsten
|
[schilderen en beeldhouwen]
|
|
uit de kunst!
|
[geweldig]
|
|
zwarte kunst
|
[toverij, magie]
|
|
volgens de regels van de kunst
|
[zoals het hoort]
|
|
de kunst van iemand afkijken
|
[bij hem kijken hoe het moet]
|
|
oefening baart kunst
|
[door oefening krijg je vaardigheid]
|
|
uit de kunst!
|
[geweldig!]
|
|
het zag er zwart van de mensen
|
er waren heel veel mensen]
|
|
het zwarte werelddeel
|
Afrika]
|
|
zo zwart als een tor
|
[heel zwart]
|
|
in de zwarte cijfers zitten
|
[een positief saldo hebben]
|
|
zo zwart als roet
|
[heel zwart]
|
|
zwart op wit
|
[vastgelegd op papier]
|
|
iemand zwart maken
|
[ongunstige dingen over hem vertellen]
|
|
de zwarte lijst
|
[waarop staat wie uitgesloten is]
|
|
zwart geld
|
[waarover geen belasting is betaald]
|
|
een zwarte bladzijde uit de geschiedenis
|
[een droevige of rampzalige periode]
|
|
het zwarte schaap
|
[iemand die altijd beschuldigd wordt, het mikpunt is]
|
|
een zwarte school
|
[waarop meer gekleurde dan blanke kinderen zitten]
|
|
op zwart zaad zitten
|
[geen geld meer hebben]
|
|
het ziet er zwart van de mensen
|
[er zijn heel veel mensen]
|
|
hem zwart maken
|
slechte dingen over hem vertellen
|
|
zwart rijden in de bus
|
[zonder te betalen]
|
|
zwart geld
|
waarover geen premies en belastingen zijn betaald]
|
|
zwart werk
|
[waarover geen belasting en premies worden betaald]
|
|
het zwarte circuit
|
[de omloop van zwart geld]
|
|
iemand zwart afschilderen
|
[hem slechter voorstellen dan hij is]
|
|
iemand zwart maken
|
[slechte dingen over hem vertellen]
|
|
de zwarte doos
|
[recorder met opnames van tijdens de vlucht]
|
|
een witte kerst
|
[als er sneeuw ligt]
|
|
zo wit als sneeuw
|
erg wit]
|
|
de witte vlag
|
teken van overgave]
|
|
een wit voetje bij iemand halen
|
[slijmen, proberen bij hem in de gunst te komen]
|
|
de witte boorden
|
[kantoorpersoneel, ambtenaren]
|
|
wit om de neus worden
|
[angstig, bang worden]
|
|
Witte Donderdag
|
[de donderdag voor Pasen]
|
|
een witte fiets
|
[die iedereen mag gebruiken]
|
|
witte plekken
|
[gedeelten op een landkaart die nog niet bekend zijn]
|
|
de witte vlag
|
[teken in de strijd dat men wil onderhandelen]
|
|
een wit voetje proberen te halen
|
bij iemand in de gunst proberen te komen]
|
|
een witte wereld
|
[een besneeuwd landschap]
|
|
zwart op wit
|
een bewijs op schrift]
|
|
wit wegtrekken
|
[erg bleek worden]
|
|
zo wit als een doek
|
[erg bleek]
|
|
witte rijst
|
[gepelde rijst]
|
|
wit om de neus worden
|
[verbleken van angst]
|
|
het zag er zwart van de mensen
|
[er waren heel veel mensen]
|
|
het zwarte werelddeel
|
[Afrika]
|
|
zo zwart als een tor
|
[heel zwart]
|
|
in de zwarte cijfers zitten
|
[een positief saldo hebben]
|
|
zo zwart als roet
|
[heel zwart]
|
|
zwart op wit
|
[vastgelegd op papier]
|
|
iemand zwart maken
|
[ongunstige dingen over hem vertellen]
|
|
de zwarte lijst
|
[waarop staat wie uitgesloten is]
|
|
zwart geld
|
[waarover geen belasting is betaald]
|
|
een zwarte bladzijde uit de geschiedenis
|
[een droevige of rampzalige periode]
|
|
het zwarte schaap
|
[iemand die altijd beschuldigd wordt, het mikpunt is]
|
|
een zwarte school
|
[waarop meer gekleurde dan blanke kinderen zitten]
|
|
op zwart zaad zitten
|
[geen geld meer hebben]
het ziet er zwart van de mensen [er zijn heel veel mensen] |
|
hem zwart maken
|
[slechte dingen over hem vertellen]
|
|
zwart rijden in de bus
|
[zonder te betalen]
|
|
zwart geld
|
[waarover geen premies en belastingen zijn betaald]
|
|
zwart werk
|
[waarover geen belasting en premies worden betaald]
|
|
het zwarte circuit
|
[de omloop van zwart geld]
tegenstelling: wit |
|
iemand zwart afschilderen
|
[hem slechter voorstellen dan hij is]
|
|
iemand zwart maken
|
[slechte dingen over hem vertellen]
|
|
de zwarte doos
|
[recorder met opnames van tijdens de vlucht]
|
|
zijn verdiende loon krijgen
|
[terecht gestraft worden]
|
|
loon naar werken krijgen
|
[krijgen wat je toekomt]
|
|
zwart loon
|
[waarover geen premies en belastingen zijn betaald]
|
|
boontje komt om zijn loontje
|
[commentaar als iemand terecht gestraft wordt]
|
|
het zag er zwart van de mensen
|
[er waren heel veel mensen]
|
|
het zwarte werelddeel
|
[Afrika]
zo zwart als een tor [heel zwart] |
|
in de zwarte cijfers zitten
|
[een positief saldo hebben]
|
|
zo zwart als roet
|
[heel zwart]
zwart op wit [vastgelegd op papier] |
|
iemand zwart maken
|
ongunstige dingen over hem vertellen]
|
|
de zwarte lijst
|
[waarop staat wie uitgesloten is]
|
|
zwart geld
|
[waarover geen belasting is betaald]
|
|
een zwarte bladzijde uit de geschiedenis
|
[een droevige of rampzalige periode]
|
|
het zwarte schaap
|
[iemand die altijd beschuldigd wordt, het mikpunt is]
|
|
een zwarte school
|
[waarop meer gekleurde dan blanke kinderen zitten]
|
|
op zwart zaad zitten
|
[geen geld meer hebben]
|
|
het ziet er zwart van de mensen
|
[er zijn heel veel mensen]
|
|
hem zwart maken
|
[slechte dingen over hem vertellen]
|
|
zwart rijden in de bus
|
[zonder te betalen]
|
|
zwart geld
|
[waarover geen premies en belastingen zijn betaald]
|
|
zwart werk
|
[waarover geen belasting en premies worden betaald]
|
|
het zwarte circuit
|
[de omloop van zwart geld]
tegenstelling: wit |
|
iemand zwart afschilderen
|
[hem slechter voorstellen dan hij is]
|
|
iemand zwart maken
|
[slechte dingen over hem vertellen]
|
|
de zwarte doos
|
[recorder met opnames van tijdens de vlucht]
|
|
het zag er zwart van de mensen
|
[er waren heel veel mensen]
|
|
het zwarte werelddeel
|
[Afrika]
|
|
zo zwart als een tor
|
[heel zwart]
|
|
in de zwarte cijfers zitten
|
[een positief saldo hebben]
|
|
zo zwart als roet
|
[heel zwart]
|
|
zwart op wit
|
[vastgelegd op papier]
|
|
iemand zwart maken
|
[ongunstige dingen over hem vertellen]
|
|
de zwarte lijst
|
waarop staat wie uitgesloten is]
|
|
zwart geld
|
[waarover geen belasting is betaald]
|
|
een zwarte bladzijde uit de geschiedenis
|
[een droevige of rampzalige periode]
|
|
het zwarte schaap
|
[iemand die altijd beschuldigd wordt, het mikpunt is]
|
|
een zwarte school
|
[waarop meer gekleurde dan blanke kinderen zitten]
|
|
op zwart zaad zitten
|
[geen geld meer hebben]
|
|
het ziet er zwart van de mensen
|
[er zijn heel veel mensen]
|
|
er zwaar aan tillen
|
[het als een groot bezwaar zien]
|
|
ik heb er een zwaar hoofd in
|
[ik voorzie grote problemen]
|
|
wat het zwaarst is, moet het zwaarst wegen
|
[het belangrijkste gaat voor]
|
|
zwaar op de maag liggen
|
[moeilijk te verteren zijn]
|
|
zwaar verkeer
|
[grote vrachtwagens]
|
|
dat weegt zwaar
|
[dat is belangrijk]
|
|
de laatste loodjes wegen het zwaarst
|
[de eindfase is het moeilijkst]
|
|
het zwaar te verduren krijgen
|
[het moeilijk hebben]
|
|
een zware straf
|
[een strenge en harde straf]
|
|
het valt me zwaar
|
[het kost me veel moeite]
|
|
zwaar beproefd worden
|
[veel moeten lijden]
|
|
een zware dobber ergens aan hebben
|
[er veel moeite mee hebben]
|
|
zware kost
|
[moeilijk verteerbaar voedsel, of moeilijk te begrijpen stof]
|
|
het zwaar te verduren hebben
|
[veel onaangenaams meemaken]
|
|
de zware industrie
|
grote metaalindustrie]
|
|
een zware jongen
|
[echte misdadiger, of iemand met een hoge positie]
|
|
zware kost
|
[moeilijk verteerbaar voedsel, of moeilijk te begrijpen stof]
|
|
het zwaar te verduren hebben
|
[veel onaangenaams meemaken]
|
|
de zware industrie
|
[grote metaalindustrie]
|
|
een zware jongen
|
[echte misdadiger, of iemand met een hoge positie]
|
|
van een zwaar kaliber
|
[met hoge kwaliteit]
|
|
er een zware pijp mee roken
|
[ergens heel negatieve ervaringen mee hebben]
|
|
zware wapens
|
[artillerie en tanks]
|
|
ergens zwaar over in zitten
|
[je er ernstig zorgen over maken]
|
|
een zwaar verlies
|
[een groot verlies, grote schade]
|
|
zware lasten hebben
|
[veel betalen voor woning en onderhoud]
|
|
wat het zwaarst is, moet het zwaarst wegen
|
[het belangrijkste gaat voor]
|
|
het zwaar te pakken hebben
|
[erg verkouden zijn, of erg verliefd zijn]
|
|
ergens zwaar aan tillen
|
[laten weten dat je het belangrijk vindt]
|
|
zwaar op de hand zijn
|
[erg serieus en tobberig zijn]
|
|
de kleine criminaliteit
|
[winkeldiefstal, vandalisme, e.d.]
|
|
zware criminaliteit
|
[moord en doodslag]
|
|
zwangerschapsverlof
|
[vrije dagen in verband met de geboorte van een kind]
|
|
betaald verlof
|
[vrije dagen waarin je doorbetaald wordt]
|
|
een zwak argument
|
[niet overtuigend]
|
|
zwak staan
|
[er zo voor staan dat je gemakkelijk kunt verliezen]
|
|
het zwakke geslacht
|
[de vrouwen]
|
|
een zwakke maag hebben
|
[die geen zwaar voedsel verdraagt]
|
|
in een zwak moment (ogenblik)
|
[waarin niet voldoende aan de gevolgen gedacht is]
|
|
het vlees is zwak
|
[wordt gezegd als iemand geen weerstand kon bieden aan een verleiding]
|
|
een zwakke broeder
|
[iemand die niet goed kan meekomen op school]
|
|
een zwak werkwoord
|
[dat geen klinkerwisseling heeft in de verleden tijd]
|
|
er zwaar aan tillen
|
het als een groot bezwaar zien]
|
|
ik heb er een zwaar hoofd in
|
[ik voorzie grote problemen]
|
|
wat het zwaarst is, moet het zwaarst wegen
|
[het belangrijkste gaat voor]
|
|
zwaar op de maag liggen
|
[moeilijk te verteren zijn]
|
|
zwaar verkeer
|
[grote vrachtwagens]
|
|
dat weegt zwaar
|
[dat is belangrijk]
|
|
de laatste loodjes wegen het zwaarst
|
[de eindfase is het moeilijkst]
|
|
het zwaar te verduren krijgen
|
[het moeilijk hebben]
|
|
een zware straf
|
[een strenge en harde straf]
|
|
het valt me zwaar
|
[het kost me veel moeite]
|
|
zwaar beproefd worden
|
[veel moeten lijden]
|
|
een zware dobber ergens aan hebben
|
[er veel moeite mee hebben]
|
|
zware kost
|
[moeilijk verteerbaar voedsel, of moeilijk te begrijpen stof]
|
|
het zwaar te verduren hebben
|
[veel onaangenaams meemaken]
|
|
de zware industrie
|
[grote metaalindustrie]
|
|
een zware jongen
|
[echte misdadiger, of iemand met een hoge positie]
|
|
van een zwaar kaliber
|
[met hoge kwaliteit]
|
|
er een zware pijp mee roken
|
[ergens heel negatieve ervaringen mee hebben]
|
|
zware wapens
|
[artillerie en tanks]
|
|
ergens zwaar over in zitten
|
[je er ernstig zorgen over maken]
|
|
een zwaar verlies
|
[een groot verlies, grote schade]
|
|
zware lasten hebben
|
[veel betalen voor woning en onderhoud]
|
|
wat het zwaarst is, moet het zwaarst wegen
|
[het belangrijkste gaat voor]
|
|
het zwaar te pakken hebben
|
[erg verkouden zijn, of erg verliefd zijn]
|
|
ergens zwaar aan tillen
|
[laten weten dat je het belangrijk vindt]
|
|
zwaar op de hand zijn
|
[erg serieus en tobberig zijn]
|
|
de kleine criminaliteit
|
[winkeldiefstal, vandalisme, e.d.]
|
|
zware criminaliteit
|
[moord en doodslag]
|
|
zwangerschapsverlof
|
[vrije dagen in verband met de geboorte van een kind]
|
|
betaald verlof
|
[vrije dagen waarin je doorbetaald wordt]
|
|
zijn verdiende loon krijgen
|
[terecht gestraft worden]
|
|
loon naar werken krijgen
|
[krijgen wat je toekomt]
|
|
zwart loon
|
[waarover geen premies en belastingen zijn betaald]
|
|
boontje komt om zijn loontje
|
[commentaar als iemand terecht gestraft wordt]
|
|
zwangerschapsverlof
|
[vrije dagen in verband met de geboorte van een kind]
|
|
betaald verlof
|
[vrije dagen waarin je doorbetaald wordt]
|
|
zwangerschapsverlof
|
[vrije dagen in verband met de geboorte van een kind]
|
|
betaald verlof
|
[vrije dagen waarin je doorbetaald wordt]
|
|
een zwak argument
|
[niet overtuigend]
|
|
zwak staan
|
[er zo voor staan dat je gemakkelijk kunt verliezen]
|
|
het zwakke geslacht
|
[de vrouwen]
|
|
een zwakke maag heb
|
[die geen zwaar voedsel verdraagt]
|
|
in een zwak moment (ogenblik)
|
[waarin niet voldoende aan de gevolgen gedacht is]
|
|
het vlees is z
|
[wordt gezegd als iemand geen weerstand kon bieden aan een verleiding]
|
|
een zwakke broeder
|
[iemand die niet goed kan meekomen op school]
|
|
een zwak werkwoord
|
[dat geen klinkerwisseling heeft in de verleden tijd]
|
|
er zwaar aan tillen
|
[het als een groot bezwaar zien]
|
|
ik heb er een zwaar hoofd in
|
[ik voorzie grote problemen]
|
|
wat het zwaarst is, moet het zwaarst wegen
|
[het belangrijkste gaat voor]
|
|
zwaar op de maag liggen
|
[moeilijk te verteren zijn]
|
|
zwaar verkeer
|
[grote vrachtwagens]
|
|
dat weegt zwaar
|
[dat is belangrijk]
|
|
de laatste loodjes wegen het zwaarst
|
[de eindfase is het moeilijkst]
|
|
het zwaar te verduren krijgen
|
[het moeilijk hebben]
|
|
een zware straf
|
[een strenge en harde straf]
|
|
het valt me zwaar
|
[het kost me veel moeite]
|
|
zwaar beproefd worden
|
[veel moeten lijden]
|
|
een zware dobber ergens aan hebben
|
[er veel moeite mee hebben]
|
|
zware kost
|
[moeilijk verteerbaar voedsel, of moeilijk te begrijpen stof]
|
|
het zwaar te verduren hebben
|
[veel onaangenaams meemaken]
|
|
de zware industrie
|
[grote metaalindustrie]
|
|
een zware jongen
|
[echte misdadiger, of iemand met een hoge positie]
|
|
van een zwaar kaliber
|
[met hoge kwaliteit]
|
|
er een zware pijp mee roken
|
[ergens heel negatieve ervaringen mee hebben]
|
|
zware wapens
|
[artillerie en tanks]
|
|
ergens zwaar over in zitten
|
[je er ernstig zorgen over maken]
|
|
een zwaar verlies
|
[een groot verlies, grote schade]
|
|
zware lasten hebben
|
[veel betalen voor woning en onderhoud]
|
|
wat het zwaarst is, moet het zwaarst wegen
|
[het belangrijkste gaat voor]
|
|
het zwaar te pakken hebben
|
[erg verkouden zijn, of erg verliefd zijn]
|
|
ergens zwaar aan tillen
|
[laten weten dat je het belangrijk vindt]
|
|
zwaar op de hand zijn
|
[erg serieus en tobberig zijn]
|
|
er zwaar aan tillen
|
[het als een groot bezwaar zien]
|
|
ik heb er een zwaar hoofd in
|
[ik voorzie grote problemen]
|
|
wat het zwaarst is, moet het zwaarst wegen
|
[het belangrijkste gaat voor]
|
|
zwaar op de maag liggen
|
[moeilijk te verteren zijn]
|
|
zwaar verkeer
|
[grote vrachtwagens]
|
|
dat weegt zwaar
|
[dat is belangrijk]
|
|
de laatste loodjes wegen het zwaarst
|
[de eindfase is het moeilijkst]
|
|
het zwaar te verduren krijgen
|
[het moeilijk hebben]
|
|
een zware straf
|
[een strenge en harde straf]
|
|
het valt me zwaar
|
[het kost me veel moeite]
|
|
zwaar beproefd worden
|
[veel moeten lijden]
|
|
een zware dobber ergens aan hebben
|
[er veel moeite mee hebben]
|
|
zware kost
|
[moeilijk verteerbaar voedsel, of moeilijk te begrijpen stof]
|
|
het zwaar te verduren hebben
|
[veel onaangenaams meemaken]
|
|
ergens zwaar over in zitten
|
[je er ernstig zorgen over maken]
|
|
een zwaar verlies
|
[een groot verlies, grote schade]
|
|
zware lasten hebben
|
[veel betalen voor woning en onderhoud]
|
|
wat het zwaarst is, moet het zwaarst wegen
|
[het belangrijkste gaat voor]
|
|
het zwaar te pakken hebben
|
[erg verkouden zijn, of erg verliefd zijn]
|
|
ergens zwaar aan tillen
|
[laten weten dat je het belangrijk vindt]
|
|
zwaar op de hand zijn
|
[erg serieus en tobberig zijn]
|
|
de handen uit de mouwen steken
|
ijverig gaan werken]
|
|
je hand ophouden
|
[geld vragen]
|
|
de hand aan jezelf slaan
|
[zelfmoord plegen]
|
|
met harde hand optreden
|
[streng optreden]
|
|
een handje helpen
|
[even meehelpen]
|
|
dat ligt voor de hand
|
[dat is heel logisch]
|
|
iets achter de hand hebben
|
[in reserve hebben]
|
|
de hand over het hart strijken
|
[voor één keer minder streng zijn]
|
|
er de hand aan houden
|
[de voorschriften volgen]
|
|
in goede handen zijn
|
[goed verzorgd worden]
|
|
jezelf in de hand hebben
|
[je beheersen]
|
|
wat is er aan de hand?
|
[wat is er mis, of wat gebeurt er?]
|
|
zwaar op de hand zijn
|
[erg serieus of somber zijn]
|
|
er je hand niet voor omdraaien
|
[het niet moeilijk vinden om te doen]
|
|
een hand geven
|
[een hand drukken om te begroeten]
|
|
er de laatste hand aan leggen
|
[het juist afmaken]
|
|
handen te kort komen
|
[het heel druk hebben]
|
|
een gat in je hand hebben
|
[gemakkelijk te veel geld uitgeven]
|
|
de hand boven het hoofd houden
|
[verdedigen met woorden]
|
|
met de handen over elkaar zitten
|
[niets doen]
aan de beterende hand zijn [langzaam |
|
aan de beterende hand zijn
|
[langzaam genezen]
|
|
van de hand wijzen
|
[weigeren]
|
|
in de hand werken
|
[bevorderen]
|
|
er de hand op weten te leggen
|
[iets bijzonders kopen of krijgen]
|
|
de hand op de knip houden
|
[zuinig zijn, gierig zijn]
|
|
je handen thuishouden
|
[niet aankomen, niet slaan]
|
|
uit je hand eten
|
[precies doen wat je zegt]
|
|
twee handen op één buik zijn
|
[het altijd met elkaar eens zijn]
|
|
uit de hand lopen
|
[niet meer kunnen beheersen]
|
|
van de hand doen
|
[wegdoen, verkopen]
|
|
het hoofd boven water houden
|
[maar nét genoeg hebben om van te leven]
|
|
het hoofd laten hangen
|
de moed verliezen]
|
|
de handen dichtknijpen
|
[jezelf gelukkig prijzen]
|
|
bij de hand houden
|
[zo houden dat je het snel kunt laten zien]
|
|
er zwaar aan tillen
|
[het als een groot bezwaar zien]
|
|
ik heb er een zwaar hoofd in
|
[ik voorzie grote problemen]
|
|
wat het zwaarst is, moet het zwaarst wegen
|
[het belangrijkste gaat voor]
|
|
zwaar op de maag liggen
|
[moeilijk te verteren zijn]
|
|
zwaar verkeer
|
[grote vrachtwagens]
|
|
dat weegt zwaar
|
[dat is belangrijk]
|
|
de laatste loodjes wegen het zwaarst
|
[de eindfase is het moeilijkst]
|
|
het zwaar te verduren krijgen
|
[het moeilijk hebben]
|
|
een zware straf
|
[een strenge en harde straf]
|
|
het valt me zwaar
|
[het kost me veel moeite]
|
|
zwaar beproefd worden
|
[veel moeten lijden]
|
|
een zware dobber ergens aan hebben
|
[er veel moeite mee hebben]
|
|
het valt me zwaar
|
[het kost me veel moeite]
|
|
zwaar beproefd worden
|
[veel moeten lijden]
|
|
een zware dobber ergens aan hebben
|
[er veel moeite mee hebben]
|
|
zware kost
|
[moeilijk verteerbaar voedsel, of moeilijk te begrijpen stof]
|
|
het zwaar te verduren hebben
|
[veel onaangenaams meemaken]
|
|
de zware industrie
|
[grote metaalindustrie]
|
|
een zware jongen
|
echte misdadiger, of iemand met een hoge positie]
|
|
van een zwaar kaliber
|
[met hoge kwaliteit]
|
|
er een zware pijp mee roken
|
[ergens heel negatieve ervaringen mee hebben]
|
|
zware wapens
|
[artillerie en tanks]
|
|
ergens zwaar over in zitten
|
[je er ernstig zorgen over maken]
|
|
een zwaar verlies
|
[een groot verlies, grote schade]
|
|
zware lasten hebben
|
[veel betalen voor woning en onderhoud]
|
|
wat het zwaarst is, moet het zwaarst wegen
|
[het belangrijkste gaat voor]
|
|
het zwaar te pakken hebben
|
[erg verkouden zijn, of erg verliefd zijn]
|
|
ergens zwaar aan tillen
|
[laten weten dat je het belangrijk vindt]
|
|
zwaar op de hand zijn
|
[erg serieus en tobberig zijn]
|
|
zwaar bewapend zijn
|
[veel wapens bij je hebben]
|
|
er zwaar aan tillen
|
[het als een groot bezwaar zien]
|
|
ik heb er een zwaar hoofd in
|
[ik voorzie grote problemen]
|
|
wat het zwaarst is, moet het zwaarst wegen
|
[het belangrijkste gaat voor]
|
|
zwaar op de maag liggen
|
[moeilijk te verteren zijn]
|
|
zwaar verkeer
|
[grote vrachtwagens]
|
|
dat weegt zwaar
|
[dat is belangrijk]
|
|
de laatste loodjes wegen het zwaarst
|
[de eindfase is het moeilijkst]
|
|
het zwaar te verduren krijgen
|
[het moeilijk hebben]
tegenstelling: licht |
|
een zware straf
|
[een strenge en harde straf]
|
|
het valt me zwaar
|
[het kost me veel moeite]
|
|
zwaar beproefd worden
|
[veel moeten lijden]
|
|
een zware dobber ergens aan hebben
|
[er veel moeite mee hebben]
|
|
zware kost [
|
[moeilijk verteerbaar voedsel, of moeilijk te begrijpen stof]
|
|
het zwaar te verduren hebben
|
[veel onaangenaams meemaken]
|
|
de zware industrie
|
[grote metaalindustrie]
|
|
een zware jongen
|
[echte misdadiger, of iemand met een hoge positie]
|
|
van een zwaar kaliber
|
met hoge kwaliteit]
|
|
er een zware pijp mee roken
|
[ergens heel negatieve ervaringen mee hebben]
|
|
zware wapens
|
[artillerie en tanks]
|
|
ergens zwaar over in zitten
|
[je er ernstig zorgen over maken]
|
|
een zwaar verlies
|
[een groot verlies, grote schade]
|
|
zware lasten hebben
|
[veel betalen voor woning en onderhoud]
|
|
wat het zwaarst is, moet het zwaarst wegen
|
[het belangrijkste gaat voor]
|
|
het zwaar te pakken hebben
|
[erg verkouden zijn, of erg verliefd zijn]
|
|
ergens zwaar aan tillen
|
[laten weten dat je het belangrijk vindt]
|
|
zwaar op de hand zijn
|
[erg serieus en tobberig zijn]
|
|
ZVV is aan de bal
|
[de spelers van ZVV hebben de bal]
|
|
ik vind er niets aan
|
[ik vind het niet leuk]
|
|
hij is er slecht aan toe
|
[het gaat slecht met hem]
|
|
wie is aan de beurt?
|
[wie is de volgende klant?]
|
|
hoe kom je aan die hoed?
|
[hoe heb je die hoed gekregen?]
|
|
ik kan er niets aan doen
|
[ik kan het niet helpen, het is mijn schuld niet]
|
|
ik vind er niets aan
|
[ik vind het helemaal niet leuk]
|
|
zuur kijken
|
[onvriendelijk]
|
|
iemand het leven zuur maken
|
[hem dwarszitten]
|
|
door de zure appel heen bijten
|
[aanvaarden wat onvermijdelijk en vervelend is]
|
|
een zure bom
|
[grote, zoetzure augurk]
|
|
de druiven zijn zuur
|
[de nederlaag is moeilijk te accepteren]
|
|
nou ben je zuur
|
[nou ben je betrapt]
|
|
zullen we tot stemming overgaan?
|
[gaan stemmen]
|
|
huis van bewaring
|
[gevangenis]
|
|
het koninklijk huis
|
[de koninklijke familie]
|
|
een heilig huisje
|
[onderwerp waar je geen kritiek op mag hebben]
|
|
niet om over naar huis te schrijven
|
[niet erg goed]
|
|
van huis uit
|
[bij ons in het gezin]
|
|
nog verder van huis raken
|
[nog meer moeilijkheden krijgen]
|
|
heel wat in huis hebben
|
[heel veel kunnen]
|
|
ieder huisje heeft zijn kruisje
|
[elk gezin heeft zijn problemen]
|
|
zuinigheid met vlijt bouwt huizen als kastelen
|
[wie zuinig en vlijtig is kan heel wat bereiken]
|
|
het huisje bij het schuurtje laten
|
[niet meer uitgeven dan verantwoord is]
|
|
dat staat als een huis
|
[is heel zeker]
|
|
dan is het huis te klein
|
[dan gaat hij verschrikkelijk tekeer]
|
|
van goeden huize
|
[uit een deftige familie]
|
|
huis aan huis
|
[in alle woningen]
|
|
met de deur in huis vallen
|
[ergens meteen over beginnen]
|
|
dicht bij huis blijven
|
[niet te ver van het onderwerp afdwalen]
|
|
je huis moeten opeten
|
[de waarde van het huis moeten gebruiken voor je levensonderhoud]
|
|
iets in huis hebben
|
[in voorraad hebben]
|
|
als de kat van huis is, dansen de muizen op tafel
|
[er moet toezicht zijn, anders gaat het niet goed]
|
|
ergens kind aan huis zijn
|
[er vaak komen]
|
|
veel in huis hebben
|
[veel kunnen]
|
|
van goeden huize komen
|
[van goede familie zijn]
|
|
het koninklijk huis
|
[de familie van de heersende koning of koningin]
|
|
zuinig leven
|
[weinig geld gebruiken]
|
|
de auto rijdt zuinig
|
[gebruikt weinig brandstof]
|
|
ik ben er zuinig op
|
[ga er heel voorzichtig mee om]
|
|
ergens zuinig mee omgaan
|
[er weinig van gebruiken]
|
|
en niet zo zuinig ook!
|
[stevig, flink]
|
|
zuinig zijn met woorden
|
[weinig zeggen]
|
|
zuinig op jezelf zijn
|
[gezond en veilig leven]
|
|
zuinig kijken
|
[teleurgesteld of weinig toeschietelijk]
|
|
zuinig leven
|
[weinig geld gebruiken]
|
|
de auto rijdt zuinig
|
[gebruikt weinig brandstof]
|
|
ik ben er zuinig op
|
ga er heel voorzichtig mee om]
|
|
ergens zuinig mee omgaan
|
[er weinig van gebruiken]
|
|
en niet zo zuinig ook!
|
[stevig, flink]
|
|
zuinig zijn met woorden
|
[weinig zeggen]
|
|
zuinig op jezelf zijn
|
[gezond en veilig leven]
|
|
zuinig kijken
|
[teleurgesteld of weinig toeschietelijk]
|
|
zuchtend en steunend
|
[met veel klagen]
|
|
in die zin
|
[in dat opzicht]
|
|
in zekere zin
|
[in een bepaald opzicht]
|
|
hem zijn zin geven
|
[doen wat hij wil]
|
|
er zin in hebben
|
[het verlangen]
|
|
er zin in hebben
|
[er trek in hebben]
|
|
hij heeft het naar zijn zin
|
[voelt zich hier plezierig]
|
|
hij heeft goeie zin
|
[is vrolijk]
|
|
dat is naar mijn zin
|
[dat bevalt me]
|
|
je zin doordrijven
|
[net zolang zeuren tot het gebeurt]
|
|
je zin doordrijven
|
[net zolang zeuren tot het gebeurt]
|
|
iets in de zin hebben
|
[het van plan zijn]
|
|
zoveel hoofden, zoveel zinnen
|
[mensen hebben meestal verschillende meningen]
|
|
iedere gek heeft z'n gebrek
|
[niemand is volmaakt]
|
|
iemand voor de gek houden
|
[voor de grap tegen hem liegen]
|
|
een jongensgek
|
[een meisje dat dol is op jongens]
|
|
voor gek staan
|
[jezelf belachelijk maken]
|
|
één gek kan meer vragen dan tien wijzen kunnen beantwoorden
|
[er zijn vragen waarop je geen zinnig antwoord kunt geven]
|
|
al te goed is buurmans gek
|
[wees niet te behulpzaam, want mensen maken daar misbruik van]
|
|
voor gek lopen
|
[er bespottelijk uitzien]
|
|
zoveel als de gek ervoor geeft
|
[zoveel als iemand wil bieden]
|
|
één gek kan meer vragen, dan tien wijzen kunnen beantwoorden
|
[op veel vragen is geen verstandig antwoord mogelijk]
|
|
hij verdient het zout in de pap niet
|
[verdient bijna niets]
|
|
iets met een korreltje zout nemen
|
[het niet te letterlijk opvatten]
|
|
het zout in de pap niet verdienen
|
[bijna niets verdienen]
|
|
peper- en zoutkleurig
|
[gedeeltelijk grijs]
|
|
op alle slakken zout leggen
|
[overal opmerkingen over maken]
|
|
zout in de wonde wrijven
|
[een vervelende opmerking maken over iets wat pijnlijk is]
|
|
dat is het zout in de pap
|
[wat het interessant, boeiend maakt]
|
|
zo zout heb ik het nog nooit gegeten
|
[zoiets raars heb ik nog nooit meegemaakt]
|
|
zout water
|
[zeewater]
|
|
zou het?
|
[denk je dat het zo is]
|
|
dat zul je altijd zien
|
[zo gaat het nu altijd]
|
|
zou je ze niet?
|
[ik wil ze wel een pak rammel geven]
|
|
oud en nieuw
|
[de jaarwisseling]
|
|
een oude vlam
|
[een vroegere geliefde]
|
|
een oude wond
|
[verdriet uit het verleden]
|
|
de oude garde
|
[de groep die oude tradities vertegenwoordigt
|
|
een ouwe getrouwe
|
[iemand die al lang in dienst is]
|
|
dat is ouwe koek
|
[niets nieuws]
|
|
alles bij het oude laten
|
[niets veranderen]
|
|
het is weer het oude liedje
|
[verzuchting als iets vele malen opnieuw gebeurt]
|
|
iemand van de oude stempel
|
[een conservatief iemand]
|
|
op de oude voet doorgaan
|
[op dezelfde manier als vroeger]
|
|
iets uit de oude doos
|
[iets ouderwets]
|
|
een oude kous (sok) hebben
|
[spaargeld hebben]
|
|
oude liefde roest niet
|
[vroegere verliefdheden gaan nooit helemaal over]
|
|
dat is oud nieuws
|
[allang bekend]
|
|
je moet geen oude schoenen weggooien voordat je nieuwe hebt
|
[iets niet wegdoen voordat je iets beters hebt]
|
|
oude talen
|
[Latijn en Grieks]
|
|
zo oud als de weg naar Kralingen (Rome)
|
[heel oud]
|
|
dat is oud zeer
|
[iets wat al heel lang verdriet veroorzaakt]
|
|
oude bomen moet je niet verplanten
|
[oude mensen kunnen beter niet verhuizen]
|
|
zorgen voor de oude dag
|
[sparen voor later, als men oud is]
|
|
ouden van dagen
|
[bejaarden]
|
|
hoe ouder hoe gekker
|
[wordt gezegd als oude mensen zich aanstellen]
|
|
jong en oud
|
[iedereen]
|
|
jong geleerd, oud gedaan
|
[wat je in je jeugd leert, geeft je je hele leven voordeel]
|
|
zoals de ouden zongen, piepen de jongen
|
[kinderen lijken in hun gedrag vaak op hun ouders]
|
|
zo oud als Methusalem
|
[hoogbejaard]
|
|
een ouwe snoeper
|
[iemand met veel oog voor vrouwelijk schoon]
|
|
een ouwe vrijster
|
[een zure, ongehuwde oudere vrouw]
|
|
hij is oud en wijs genoeg
|
[hij heeft er genoeg wijsheid en levenservaring voor]
|
|
er zorg voor dragen
|
[zorgen dat het gebeurt]
|
|
je er zorgen over maken
|
[bang zijn dat het verkeerd afloopt]
|
|
dat is van later zorg
|
[daar maken we ons nu nog niet druk om]
|
|
dat zal mij een zorg zijn
|
[dat kan me niets schelen]
|
|
zorgen hebben
|
[bang zijn voor de toekomst]
|
|
wij zijn uit de zorgen
|
[wij hoeven nergens meer bezorgd over te zijn]
|
|
dat baart me zorgen
|
[daar ben ik bezorgd over]
|
|
een zieltje zonder zorg
|
[iemand die onbekommerd leeft]
|
|
q
|
9030
|
|
kost en inwoning
|
[eten en slapen]
|
|
ergens in de kost zijn
|
[altijd mee-eten]
|
|
hij heeft de kosten eruit
|
[wat hij ervoor betaald heeft, kreeg hij terug]
|
|
hem op kosten jagen
|
[ervoor zorgen dat hij veel moet betalen]
|
|
dat gaat ten koste van Jan
|
[die moet daaronder lijden]
|
|
wat doet hij voor de kost?
|
[wat voor werk doet hij]
|
|
zijn kostje is gekocht
|
[hij kan daar meer dan genoeg geld verdienen]
|
|
zand erover
|
[we praten er niet meer over]
|
|
zand schuurt de maag
|
[een beetje zand in het eten is niet erg]
|
|
als los zand
|
[zonder samenhang]
|
|
hem zand in de ogen strooien
|
[hem misleiden]
|
|
zijn kop in het zand steken
|
[iets niet willen zien]
|
|
bouwen op los zand
|
[iets ondernemen zonder de vereiste voorbereiding]
|
|
in het zand bijten
|
[neervallen of verliezen]
|
|
schoon aan de haak
|
[naakt gewogen]
|
|
met een schone lei beginnen
|
[een heel nieuw begin maken]
|
|
schoon metselwerk
|
netjes gevoegd]
|
|
een schone motor
|
[die weinig luchtvervuiling veroorzaakt]
|
|
schoon schip maken
|
[opruimen]
|
|
het schone geslacht
|
[de vrouwen]
|
|
de schone slaapster
|
[Doornroosje]
|
|
schoon in het handje
|
[contant]
|
|
het eten is schoon op
|
[helemaal op]
|
|
je hebt schoon gelijk
|
[helemaal gelijk]
|
|
ik heb er schoon genoeg van
|
[ik ben het zat]
|
|
zijn kans schoon zien
|
[een goede kans zien en daar gebruik van maken]
|
|
we spelen open kaart
|
[we zeggen precies wat we denken]
|
|
hem in de kaart spelen
|
[hem ongewild bevoordelen]
|
|
alles op één kaart zetten
|
[je geluk van één ding laten afhangen]
|
|
ansichtkaart
|
[kaart die je stuurt als je op vakantie bent]
|
|
trouwkaart
|
[kaart met aankondiging van een huwelijk]
|
|
speelkaart
|
[kaart om het kaartspel mee te spelen]
|
|
dat is geen haalbare kaart
|
[heeft geen kans van slagen]
|
|
de groene kaart
|
[internationaal verzekeringsbewijs]
|
|
de rode kaart
|
[teken van ernstige overtreding waarvoor je het veld wordt uitgestuurd]
|
|
de gele kaart
|
[teken van bestraffing in een voetbalwedstrijd]
|
|
de kaarten zijn geschud
|
[de uitslag ligt vast]
|
|
de kaarten liggen nu anders
|
[de situatie is veranderd]
|
|
zijn kaarten op tafel leggen
|
[zijn bedoelingen onthullen]
|
|
dat is doorgestoken kaart
|
[afgesproken werk]
|
|
iemand in de kaart kijken
|
[zijn geheime plannen doorzien]
|
|
open kaart spelen
|
[eerlijk zijn, niets verbergen]
|
|
iemand in de kaart spelen
|
[hem helpen]
|
|
de problemen zijn nog niet in kaart gebracht
|
[nog niet op een rijtje gezet]
|
|
een blinde kaart
|
[zonder plaatsnamen]
|
|
iets in kaart brengen
|
[er een overzicht van maken]
|
|
iets op de kaart zetten
|
[zorgen dat het algemeen bekend wordt]
|
|
een stad van de kaart vegen
|
[vernietigen]
|
|
van de kaart zijn
|
[helemaal in de war zijn]
|
|
zijn intrede doen
|
[in gebruik raken]
|
|
hem op de huid zitten
|
[hem onder druk zetten]
|
|
een dikke huid hebben
|
[je niet snel beledigd voelen]
|
|
hem de huid vol schelden
|
[hem heel erg uitschelden]
|
|
het met huid en haar opeten
|
[helemaal]
|
|
bang voor zijn huid zijn
|
[voor zijn leven]
|
|
je moet de huid niet verkopen voor de beer geschoten is
|
[geen toezeggingen doen als iets nog niet van jou is]
|
|
zijn huid duur verkopen
|
[zich tot het uiterste verdedigen]
|
|
in iemands huid kruipen
|
[je indenken dat je hem bent]
|
|
zijn huid duur verkopen
|
[zich tot het uiterste verdedigen]
|
|
een dure liefhebberij
|
[iets wat veel geld kost]
|
|
dat komt hem duur te staan
|
[heeft onplezierige gevolgen voor hem]
|
|
duur doen
|
[opscheppen]
|
|
dat is je dure plicht
|
[het is een erezaak]
|
|
het uit de handel nemen
|
[het niet langer verkopen]
|
|
zijn handel en wandel
|
[alles wat hij doet, hoe hij zich gedraagt]
|
|
zijn haan moet altijd koning kraaien
|
[hij moet altijd zijn zin krijgen]
|
|
de gebraden haan uithangen
|
[veel geld uitgeven]
|
|
daar kraait geen haan naar
|
[niemand zal het opmerken]
|
|
zijn gram halen
|
[zich wreken]
|
|
zijn gezicht staat op onweer
|
[hij kijkt heel boos]
|
|
zo eerlijk als goud
|
[erg eerlijk]
|
|
voor geen goud ga ik de straat op
|
[ik durf het echt niet]
|
|
het is niet alles goud wat er blinkt
|
[laat je niet misleiden door de mooie buitenkant]
|
|
zijn gewicht in goud waard zijn
|
[heel waardevol zijn]
|
|
een hart van goud hebben
|
[goed zijn voor alles en iedereen]
|
|
iets voor geen goud willen missen
|
[beslist niet]
vloeibaar goud [aardolie] |
|
spreken is zilver, zwijgen is goud
|
[soms is het beter om niets te zeggen]
|
|
zijn geduld op de proef stellen
|
[ervoor zorgen dat hij lang moet wachten]
|
|
hem op gang helpen
|
[hem helpen te beginnen]
ga je gang [doe het maar] |
|
een vreemde gang van zaken
|
[het gaat op een vreemde manier]
|
|
hij zette er flink de gang in
|
[flink vaart maken]
|
|
zijn eigen gang gaan
|
[zijn eigen zin doen]
|
|
zijn gangen nagaan
|
[controleren hoe hij leeft en wat hij doet]
|
|
aan de gang gaan met iets
|
[ermee beginnen]
|
|
iets in gang zetten
|
[het laten werken]
|
|
ik kan wel aan de gang blijven!
|
[protest als je iets steeds opnieuw moet doen]
|
|
op gang komen
|
[goed beginnen te lopen]
|
|
zijn gal spuwen
|
[zijn boosheid uiten]
|
|
per slot van rekening ben ik de oudste
|
[ik ben immers de oudste]
|
|
ten slotte gingen we een patatje halen
|
[als laatste deden we dat]
|
|
de deur is op slot
|
[afgesloten]
|
|
zijn fiets op slot zetten
|
[afsluiten]
|
|
achter slot en grendel
|
[in de gevangenis]
|
|
zijn fantasie de vrije loop laten
|
[laten werken]
|
|
op de loop gaan
|
[vluchten]
|
|
zijn er nog liefhebbers voor ....
|
[wil iemand er nog iets van?]
|
|
eten wat de pot schaft
|
[wat op tafel komt]
|
|
hij kan een potje bij me breken
|
[ik word niet gauw boos op hem]
|
|
zijn eigen potje koken
|
[zijn eigen eten klaarmaken]
|
|
op ieder potje past een dekseltje
|
[voor iedereen is een geschikte partner te vinden]
|
|
de dood in de pot
|
[een saaie boel]
|
|
de hond in de pot vinden
|
[komen als het eten op is]
|
|
een hoofd als een ijzeren pot
|
[een goed geheugen]
|
|
jongens van de gestampte pot
|
[zonder kapsones]
|
|
het is één pot nat
|
[er bestaat nauwelijks verschil tussen]
|
|
kleine potjes hebben grote oren
|
[als er kinderen in de buurt zijn moet je niet te veel vertellen]
|
|
hij kan de pot op
|
[ik trek me niets van hem aan]
|
|
ben je nou helemaal van de pot gerukt!
|
[ben je gek geworden?]
|
|
naast de pot piesen
|
[misgrijpen of te laat zijn]
|
|
naast de pot piesen
|
[overspel plegen]
|
|
het is allemaal één pot nat
|
[hetzelfde]
|
|
je maakt er een potje van
|
[een rommeltje]
|
|
hem op gang helpen
|
[hem helpen te beginnen]
|
|
ga je gang
|
[doe het maar]
|
|
een vreemde gang van zaken
|
[het gaat op een vreemde manier]
|
|
hij zette er flink de gang in
|
[flink vaart maken]
|
|
zijn eigen gang gaan
|
[zijn eigen zin doen]
|
|
zijn gangen nagaan
|
[controleren hoe hij leeft en wat hij doet]
|
|
aan de gang gaan met iets
|
[ermee beginnen]
|
|
iets in gang zetten
|
[het laten werken]
|
|
ik kan wel aan de gang blijven!
|
[protest als je iets steeds opnieuw moet doen]
|
|
op gang komen
|
[goed beginnen te lopen]
|
|
beter een half ei dan een lege dop
|
[beter iets dan niets]
|
|
het ei van Columbus
|
[een eenvoudige oplossing waar niemand aan gedacht had]
|
|
eieren voor je geld kiezen
|
[met wat minder tevreden zijn]
|
|
je ei niet kwijt kunnen
|
[geen kans krijgen het te vertellen]
|
|
voor een appel en een ei
|
[heel goedkoop]
|
|
de kip met de gouden eieren slachten
|
[een bron van inkomsten wegdoen]
|
|
zijn ei niet kwijt kunnen
|
[zich niet kunnen uitspreken, niet aan bod komen]
|
|
het is koek en ei
|
[hun verhouding is goed]
|
|
op eieren lopen
|
[heel voorzichtig zijn]
|
|
zijn gezicht staat op onweer
|
[hij kijkt heel boos]
|
|
zo eerlijk als goud
|
[erg eerlijk]
|
|
voor geen goud ga ik de straat op
|
[ik durf het echt niet]
|
|
het is niet alles goud wat er blinkt
|
[laat je niet misleiden door de mooie buitenkant]
|
|
zijn gewicht in goud waard zijn
|
[heel waardevol zijn]
|
|
een hart van goud hebben
|
[goed zijn voor alles en iedereen]
|
|
iets voor geen goud willen missen
|
[beslist niet]
|
|
vloeibaar goud
|
[aardolie]
|
|
spreken is zilver, zwijgen is goud
|
[soms is het beter om niets te zeggen]
|
|
zijn geduld op de proef stellen
|
[ervoor zorgen dat hij lang moet wachten]
|
|
zijn gal spuwen
|
[zijn boosheid uiten]
|
|
per slot van rekening ben ik de oudste
|
[ik ben immers de oudste]
|
|
ten slotte gingen we een patatje halen
|
[als laatste deden we dat]
|
|
de deur is op slot
|
[afgesloten]
|
|
zijn fiets op slot zetten
|
[afsluiten]
|
|
achter slot en grendel
|
[in de gevangenis]
|
|
zijn fantasie de vrije loop laten
|
[laten werken]
|
|
op de loop gaan
|
[vluchten]
|
|
zijn er nog liefhebbers voor ....
|
[wil iemand er nog iets van?]
|
|
eten wat de pot schaft
|
[wat op tafel komt]
|
|
hij kan een potje bij me breken
|
[ik word niet gauw boos op hem]
|
|
zijn eigen potje koken
|
[zijn eigen eten klaarmaken]
|
|
op ieder potje past een dekseltje
|
[voor iedereen is een geschikte partner te vinden]
|
|
de dood in de pot
|
[een saaie boel]
|
|
de hond in de pot vinden
|
[komen als het eten op is]
|
|
een hoofd als een ijzeren pot
|
[een goed geheugen]
|
|
jongens van de gestampte pot
|
[zonder kapsones
|
|
het is één pot nat
|
[er bestaat nauwelijks verschil tussen]
|
|
kleine potjes hebben grote oren
|
[als er kinderen in de buurt zijn moet je niet te veel vertellen]
|
|
hij kan de pot op
|
[ik trek me niets van hem aan]
|
|
ben je nou helemaal van de pot gerukt!
|
[ben je gek geworden?]
|
|
naast de pot piesen
|
[misgrijpen of te laat zijn]
|
|
naast de pot piesen
|
[overspel plegen]
|
|
het is allemaal één pot nat
|
[hetzelfde]
|
|
je maakt er een potje van
|
[een rommeltje]
|
|
hem op het goede pad brengen
|
[zorgen dat hij geen slechte dingen meer doet]
|
|
op pad gaan
|
[eropuit gaan]
|
|
platgetreden paden bewandelen
|
[methoden die allang uitgeprobeerd zijn]
|
|
zijn pad gaat niet over rozen
|
[hij heeft het erg moeilijk]
|
|
van het rechte pad afdwalen
|
[in de criminaliteit verzeild raken]
|
|
zijn eigen paadje schoonvegen
|
[zorgen dat hem niets te verwijten valt]
|
|
hem op gang helpen
|
[hem helpen te beginnen]
|
|
ga je gang
|
[doe het maar]
|
|
een vreemde gang van zaken
|
[het gaat op een vreemde manier]
|
|
hij zette er flink de gang in
|
[flink vaart maken]
|
|
zijn eigen gang gaan
|
[zijn eigen zin doen]
|
|
zijn gangen nagaan
|
[controleren hoe hij leeft en wat hij doet]
|
|
aan de gang gaan met iets
|
[ermee beginnen]
|
|
iets in gang zetten
|
[het laten werken]
|
|
ik kan wel aan de gang blijven!
|
[protest als je iets steeds opnieuw moet doen]
|
|
op gang komen
|
[goed beginnen te lopen]
|
|
beter een half ei dan een lege dop
|
[beter iets dan niets]
|
|
het ei van Columbus
|
[een eenvoudige oplossing waar niemand aan gedacht had]
|
|
eieren voor je geld kiezen
|
[met wat minder tevreden zijn]
|
|
je ei niet kwijt kunnen
|
[geen kans krijgen het te vertellen]
|
|
voor een appel en een ei
|
[heel goedkoop]
|
|
de kip met de gouden eieren slachten
|
[een bron van inkomsten wegdoen]
|
|
zijn ei niet kwijt kunnen
|
[zich niet kunnen uitspreken, niet aan bod komen]
|
|
het is koek en ei
|
[hun verhouding is goed]
|
|
op eieren lopen
|
[heel voorzichtig zijn]
|
|
zijn ego kreeg een flinke deuk
|
[zijn zelfvertrouwen werd een stuk minder]
|
|
iets van hem gedaan krijgen
|
[ervoor zorgen dat hij het doet]
|
|
zo gezegd zo gedaan
|
[zoals we het afgesproken hadden doen we het]
|
|
niets aan te doen
|
[er is niets aan te veranderen]
|
|
het is met hem gedaan
|
[hij is dood of verloren]
|
|
dat is niks gedaan
|
[waardeloos]
|
|
iemand een plezier doen
|
[ervoor zorgen dat hij plezier heeft]
|
|
ik kon er niets aan doen
|
[het was mijn schuld niet]
|
|
doen alsof
|
[toneelspelen]
|
|
dat doet er niet toe
|
[dat is onbelangrijk]
|
|
ik heb met hem te doen
|
[ik heb medelijden met hem]
|
|
daar is het haar om te doen
|
[daar doet ze het voor]
|
|
voor zijn doen
|
[in vergelijking met hoe hij anders is]
|
|
het kind is uit zijn doen
|
[in de war]
|
|
zijn doen en laten
|
[zijn manier van leven]
|
|
een poging doen
|
[het proberen]
|
|
als de dag van gisteren
|
[alsof het gisteren gebeurd is]
|
|
dag in, dag uit
|
[steeds, iedere dag]
|
|
ze loopt op alledag
|
[ze kan elk moment bevallen]
|
|
op zijn oude dag
|
[toen hij al oud was]
|
|
van de ene dag op de andere
|
[heel plotseling]
|
|
bij de dag leven
|
[niet nadenken over de toekomst]
|
|
het gesprek van de dag zijn
|
[het meest besproken onderwerp]
|
|
zijn dagen zijn geteld
|
[hij gaat bijna dood]
|
|
heden ten dage
|
[tegenwoordig, in deze tijd]
|
|
sinds jaar en dag
|
[al heel lang]
|
|
tot in lengte van dagen
|
[nog heel lang]
|
|
een man van de dag zijn
|
[vlak voor zijn dood staan]
|
|
de dag des oordeels
|
[de laatste dag van de wereld]
|
|
overgaan tot de orde van de dag
|
[de gewone werkzaamheden weer gaan doen]
|
|
voor je oude dag zorgen
|
[sparen voor later]
|
|
ouden van dagen
|
[bejaarden]
|
|
pluk de dag!
|
[leef; geniet nu!]
|
|
vandaag de dag
|
[tegenwoordig]
|
|
je dag niet hebben
|
[niet kunnen doen wat je normaal kunt doen]
|
|
geen zorgen voor de dag van morgen
|
[maak je niet bezorgd over de toekomst]
|
|
men moet de dag niet prijzen voor het avond is
|
het werk pas beoordelen als het klaar is]
|
|
het is morgen weer vroeg dag
|
[we moeten vroeg op]
|
|
iets voor de dag halen
|
[het tevoorschijn halen]
|
|
goed voor de dag komen
|
[iets goeds presteren]
|
|
het is kort dag
|
[er is nog maar weinig tijd]
|
|
dag en nacht
|
[onophoudelijk]
|
|
een gat in de dag slapen
|
[lang uitslapen]
|
|
ermee voor de dag komen
|
[het zeggen]
|
|
voor dag en dauw
|
[heel vroeg]
|
|
een verschil van dag en nacht
|
[een groot verschil]
|
|
het bloed kruipt waar het niet gaan kan
|
[je doet toch wat in je aard ligt]
|
|
hem het bloed onder de nagels vandaan halen
|
[hem erg kwaad maken]
|
|
dat heeft kwaad bloed gezet
|
[boosheid veroorzaakt]
|
|
iemand in koelen bloede vermoorden
|
[op een harde, gevoelloze manier]
|
|
mijn eigen vlees en bloed
|
[mijn eigen kind]
|
|
het bloed stolt hem in de aderen
|
[hij is ineens erg bang]
|
|
baden in het bloed
|
[in een plas bloed liggen]
|
|
blauw bloed hebben
|
[van adellijke afkomst zijn]
|
|
zijn bloed wel kunnen drinken
|
[hem heel erg haten]
|
|
van gemengd bloed zijn
|
[afstammen van ouders van een verschillend ras]
|
|
er kleeft bloed aan zijn handen
|
[hij heeft gemoord]
|
|
in koelen bloede
|
[bewust, in het volle besef van wat je doet]
|
|
mijn bloed kookt
|
[ik ben woedend]
|
|
kwaad bloed zetten
|
[boosheid opwekken]
|
|
bloed vergieten
|
[doden]
|
|
je biezen pakken
|
[ervandoor gaan, vluchten]
|
|
zijn biezen pakken
|
[zich uit de voeten maken, vertrekken, vluchten]
|
|
diep in de beurs tasten
|
[heel veel betalen]
|
|
met gesloten beurs betalen
|
[zonder geld, bijvoorbeeld door te ruilen]
|
|
een smalle beurs hebben
|
[weinig geld]
|
|
iemands beurs spekken
|
[hem veel betalen]
|
|
zijn beurs trekken
|
[betalen]
|
|
aan de beurs genoteerd zijn
|
[op de vaste koerslijsten voorkomen]
|
|
zo stijf als een plank
|
[heel erg stijf]
|
|
de brief staat stijf van de fouten
|
[er staan heel veel fouten in]
|
|
een stijve krijgen
|
[een stijve penis krijgen]
|
|
zijn been (poot) stijf houden
|
[niet toegeven]
|
|
iemand stijf vloeken
|
[overdonderen met scheldwoorden]
|
|
een stijve hark
|
[een onhandig en houterig iemand]
|
|
het bed houden
|
[in bed blijven]
|
|
dat is ver ban mijn bed
|
[dat doet me niets]
|
|
ik sta ermee op en ik ga ermee naar bed
|
[ik denk er steeds aan]
|
|
met je verkeerde been uit bed gestapt zijn
|
[chagrijnig zijn]
|
|
met iemand naar bed gaan
|
[seksuele omgang met hem hebben]
|
|
zijn bedje is gespreid
|
[hij gaat gemakkelijk een goede toekomst tegemoet]
|
|
het bed houden
|
[in bed blijven wegens ziekte]
|
|
ik sta ermee op en ik ga ermee naar bed
|
[ik denk er steeds aan]
|
|
iemand van zijn bed lichten
|
[hem 's nachts arresteren]
|
|
gescheiden zijn van tafel en bed
|
[apart wonen, maar nog wel getrouwd zijn]
|
|
sterke longen hebben
|
[niet gauw buiten adem raken]
|
|
sterk staan
|
[een positie hebben die niet gemakkelijk aan te vallen is]
|
|
zich ergens sterk voor maken
|
[er je best voor doen]
|
|
dat is sterk uitgedrukt
|
[dat is overdreven]
|
|
de sterke arm
|
[de politie]
|
|
zo sterk als een beer (paard)
|
[heel sterk]
|
|
het sterke geslacht
|
[de mannen]
|
|
een sterke man
|
[iemand die autoritair leiding geeft en orde weet te scheppen]
|
|
acht man sterk
|
[met z'n achten]
|
|
het recht van de sterkste
|
[de overmacht die iemand heeft omdat hij de meeste kracht heeft]
|
|
wie niet sterk is, moet slim zijn
|
[wie geen kracht heeft, moet zijn verstand gebruiken]
|
|
een sterk werkwoord
|
[met klinkerwisseling in de verleden tijd]
|
|
ik maak mij sterk dat...
|
[ik vind het waarschijnlijk]
|
|
een sterk werkwoord
|
[dat in de verleden tijd van klank verandert]
|
|
zo sterk als een beer
|
[heel erg sterk]
|
|
een beer van een vent
|
[een grote, sterke man]
|
|
beren op de weg zien
|
[bang zijn voor iets wat niet bestaat]
|
|
de beer is los!
|
[de strijd is begonnen]
|
|
een ongelikte beer
|
[iemand zonder goede manieren]
|
|
je moet de huid niet verkopen voordat de beer geschoten is
|
[geen toezeggingen doen over iets wat nog niet van jou is]
|
|
zo mogelijk
|
[als het mogelijk is]
|
|
zo goed als
|
[bijna]
|
|
zo snel mogelijk
|
[met de snelheid die mogelijk is]
|
|
zo'n twee meter
|
[ongeveer twee meter]
|
|
goed zo
|
[goed]
|
|
hoe zo?
|
[wat bedoel je daarmee]
|
|
zo goed en zo kwaad als het lukte
|
[zover als het lukte]
|
|
is dat zo?
|
[is dat waar]
|
|
dat lijkt maar zo
|
[het lijkt er alleen maar op]
|
|
zo sluw als een vos
|
[heel sluw]
|
|
zo slim als een vos
|
[heel slim]
|
|
een vos verliest wel zijn haren, maar niet zijn streken
|
[wie ouder wordt, houdt hetzelfde karakter]
|
|
als de vos passie preekt, boer pas op je kippen
|
[vertrouw niet iemand met mooie praatjes]
|
|
men moet vossen met vossen vangen
|
[tegenover slimheid moet je slim te werk gaan]
|
|
een oude vos
|
[iemand met veel ervaring]
|
|
een sluwe vos
|
[een geslepen iemand]
|
|
je slap lachen
|
[heel erg lachen]
|
|
slappe koffie
|
[met weinig smaak]
|
|
zo slap als een vaatdoek
|
[heel erg slap]
|
|
zich slap lachen
|
[heel erg moeten lachen]
|
|
hij zit weer slap te kletsen
|
[onzin te praten]
|
|
een slappe tijd
|
[niet druk]
|
|
slap geklets
|
[wat nergens over gaat]
|
|
zo scheef als een krab
|
[erg scheef]
|
|
zo rot als een mispel
|
[heel erg rot]
|
|
iemand uitmaken voor rotte vis
|
[uitschelden]
|
|
ze reed met een rotvaart
|
[heel erg hard]
|
|
je rot ergeren (lachen, schrikken, etc)
|
[je heel erg ergeren etc.]
|
|
zo rood als een kreeft
|
[heel rood]
|
|
een hoofd zo rood als een biet
|
[erg rood]
|
|
zo rood als een kreeft
|
[verbrand door de zon]
|
|
in de rode cijfers komen
|
[een negatief saldo hebben, verlies lijden]
|
|
de rode draad
|
[een onderwerp dat steeds terugkomt in een verhaal]
|
|
de rode kaart
|
[teken dat je na een grove overtreding het veld moet verlaten]
|
|
de rode vlag hangt uit
|
[iemand menstrueert]
|
|
dat werkt als een rode lap op een stier
|
[het veroorzaakt een woedende reactie]
|
|
een rooie rakker
|
[een linkse activist]
|
|
geen rooie cent
|
[helemaal niets]
|
|
met rode oortjes
|
[met stijgende opwinding]
|
|
ik sta rood bij de bank
|
[ik heb een tekort op mijn rekening]
|
|
een rond bedrag
|
[dat op een of meer nullen eindigt]
|
|
het jaar rond
|
[het hele jaar]
|
|
het klokje rond slapen
|
[twaalf uur achter elkaar]
|
|
zo rond als een ton(netje)
|
[dat zeg je van heel dikke mensen]
|
|
in het rond kijken
|
[om je heen kijken]
|
|
zo recht als een kaars
|
[heel recht]
|
|
zo iemand moet je met een kaarsje zoeken
|
[kun je moeilijk vinden]
|
|
oud en nieuw
|
[de jaarwisseling]
|
|
een oude vlam
|
[een vroegere geliefde]
|
|
een oude wond
|
[verdriet uit het verleden]
|
|
de oude garde
|
[de groep die oude tradities vertegenwoordigt]
|
|
een ouwe getrouwe
|
[iemand die al lang in dienst is]
|
|
dat is ouwe koek
|
[niets nieuws]
|
|
alles bij het oude laten
|
[niets veranderen]
|
|
het is weer het oude liedje
|
[verzuchting als iets vele malen opnieuw gebeurt]
|
|
iemand van de oude stempel
|
[een conservatief iemand]
|
|
op de oude voet doorgaan
|
[op dezelfde manier als vroeger]
|
|
iets uit de oude doos
|
[iets ouderwets]
|
|
een oude kous (sok) hebben
|
[spaargeld hebben]
|
|
oude liefde roest niet
|
[vroegere verliefdheden gaan nooit helemaal over]
|
|
dat is oud nieuws
|
[allang bekend]
|
|
je moet geen oude schoenen weggooien voordat je nieuwe hebt
|
[iets niet wegdoen voordat je iets beters hebt]
|
|
oude talen
|
[Latijn en Grieks]
|
|
zo oud als de weg naar Kralingen (Rome)
|
[heel oud]
|
|
dat is oud zeer
|
[iets wat al heel lang verdriet veroorzaakt]
|
|
oude bomen moet je niet verplanten
|
[oude mensen kunnen beter niet verhuizen]
|
|
zorgen voor de oude dag
|
[sparen voor later, als men oud is]
|
|
ouden van dagen
|
[bejaarden]
|
|
hoe ouder hoe gekker
|
[wordt gezegd als oude mensen zich aanstellen]
|
|
jong en oud
|
[iedereen]
|
|
jong geleerd, oud gedaan
|
[wat je in je jeugd leert, geeft je je hele leven voordeel]
|
|
zoals de ouden zongen, piepen de jongen
|
[kinderen lijken in hun gedrag vaak op hun ouders]
|
|
zo oud als Methusalem
|
[hoogbejaard]
|
|
een ouwe snoeper
|
[iemand met veel oog voor vrouwelijk schoon]
|
|
een ouwe vrijster
|
[een zure, ongehuwde oudere vrouw]
|
|
hij is oud en wijs genoeg
|
[hij heeft er genoeg wijsheid en levenservaring voor]
|
|
u moet deze weg houden
|
[op deze weg blijven]
|
|
je eigen weg gaan
|
[je leven op je eigen manier inrichten]
|
|
aan de weg timmeren
|
[iets doen om publieke aandacht te krijgen]
|
|
zo oud als de weg naar Rome
|
[heel oud]
|
|
de weg voor iemand banen
|
[hindernissen voor hem weghalen]
|
|
gebaande wegen bewandelen
|
[dingen doen die anderen voorbereid hebben]
|
|
de officiële weg bewandelen
|
[volgens de voorschriften handelen]
|
|
in geen velden of wegen te bekennen
|
[nergens]
|
|
de weg van de minste weerstand
|
[de makkelijkste methode]
|
|
waar een wil is, is een weg
|
[als je iets werkelijk wilt, is er ook een oplossing voor]
|
|
hem de weg wijzen
|
[vertellen hoe hij moet lopen of rijden]
|
|
in de weg staan
|
[de doorgang versperren]
|
|
we gaan op weg
|
[ergens naar toe]
|
|
hem op weg helpen
|
[in het begin even helpen]
|
|
naar de bekende weg vragen
|
[iets vragen waar je het antwoord al van weet]
|
|
hem uit de weg gaan
|
[zorgen dat je hem niet ontmoet]
|
|
hem iets in de weg leggen
|
[hem hinderen]
|
|
hem uit de weg ruimen
|
[vermoorden]
|
|
oud en nieuw
|
[de jaarwisseling]
|
|
een oude vlam
|
[een vroegere geliefde]
|
|
een oude wond
|
[verdriet uit het verleden]
|
|
een oude vlam
|
[een vroegere geliefde]
|
|
een oude wond
|
[verdriet uit het verleden]
|
|
de oude garde
|
[de groep die oude tradities vertegenwoordigt]
|
|
een ouwe getrouwe
|
[iemand die al lang in dienst is]
|
|
dat is ouwe koek
|
[niets nieuws]
|
|
alles bij het oude laten
|
[niets veranderen]
|
|
het is weer het oude liedje
|
[verzuchting als iets vele malen opnieuw gebeurt]
|
|
iemand van de oude stempel
|
[een conservatief iemand]
|
|
op de oude voet doorgaan
|
[op dezelfde manier als vroeger]
|
|
iets uit de oude doos
|
[iets ouderwets]
|
|
een oude kous (sok) hebben
|
[spaargeld hebben]
|
|
oude liefde roest niet
|
[vroegere verliefdheden gaan nooit helemaal over]
|
|
dat is oud nieuws
|
[allang bekend]
|
|
je moet geen oude schoenen weggooien voordat je nieuwe hebt
|
[iets niet wegdoen voordat je iets beters hebt]
|
|
oude talen
|
[Latijn en Grieks]
|
|
zo oud als de weg naar Kralingen (Rome)
|
[heel oud]
|
|
dat is oud zeer
|
[iets wat al heel lang verdriet veroorzaakt]
|
|
oude bomen moet je niet verplanten
|
[oude mensen kunnen beter niet verhuizen]
|
|
zorgen voor de oude dag
|
[sparen voor later, als men oud is]
|
|
ouden van dagen
|
[bejaarden]
|
|
hoe ouder hoe gekker
|
[wordt gezegd als oude mensen zich aanstellen]
|
|
jong en oud
|
[iedereen]
|
|
jong geleerd, oud gedaan
|
[wat je in je jeugd leert, geeft je je hele leven voordeel]
|
|
zoals de ouden zongen, piepen de jongen
|
[kinderen lijken in hun gedrag vaak op hun ouders]
|
|
zo oud als Methusalem
|
[hoogbejaard]
|
|
een ouwe snoeper
|
[iemand met veel oog voor vrouwelijk schoon]
|
|
een ouwe vrijster
|
[een zure, ongehuwde oudere vrouw]
|
|
hij is oud en wijs genoeg
|
[hij heeft er genoeg wijsheid en levenservaring voor]
|
|
uit het oog, uit het hart
|
[wie je niet meer ziet, vergeet je]
|
|
zo op het oog
|
[als je oppervlakkig kijkt]
uit het oog verliezen [niet meer zien] |
|
iemand onder vier ogen spreken
|
[zonder dat er anderen bij zijn]
|
|
oog om oog, tand om tand
|
[wat iemand je aandoet, dat doe je ook hem aan]
|
|
oog in oog staan met iemand
|
[recht tegenover elkaar]
|
|
iemand een doorn in het oog zijn
|
[hem ergeren]
|
|
groen en geel voor de ogen worden
|
[duizelig worden]
|
|
iemand een rad voor de ogen draaien
|
[de dingen anders voorstellen dan ze zijn]
|
|
wat zijn ogen zien, maken zijn handen
|
handen [hij is erg handig]
|
|
zijn ogen zijn groter dan zijn maag
|
[hij kan minder eten dan hij dacht]
|
|
ogen in zijn rug hebben
|
[alles zien]
|
|
iemand de ogen openen
|
[hem de waarheid laten zien]
|
|
met het oog op
|
[in verband daarmee]
|
|
iemand naar de ogen zien
|
[je afhankelijk opstellen]
|
|
iets met de ogen verslinden
|
[er verlangend naar kijken]
|
|
een oogje in het zeil houden
|
[opletten of alles goed gaat]
|
|
iets voor ogen houden
|
[het in gedachten houden]
|
|
in zijn ogen
|
[volgens hem]
|
|
in het oog lopen of springen
|
[opvallen]
|
|
je ogen uitkijken
|
[het prachtig vinden om te zien]
|
|
het met andere ogen bekijken
|
[op een andere manier]
|
|
schele ogen geven
|
[anderen jaloers maken]
|
|
grote ogen opzetten
|
[verbaasd kijken]
|
|
er geen oog voor hebben
|
[er geen aandacht voor hebben]
|
|
iemand de ogen uitsteken
|
[jaloers maken]
|
|
een oogje op iemand hebben
|
[een beetje verliefd op haar zijn]
|
|
het onder ogen zien
|
[het beseffen]
|
|
iets op het oog hebben
|
[het gezien hebben en willen kopen]
|
|
je ogen de kost geven
|
[goed kijken]
|
|
iemand zand in de ogen strooien
|
[hem misleiden]
|
|
je ogen in je zak hebben
|
[niet opletten]
|
|
iemand zand in de ogen strooien
|
[voor de gek houden, misleiden]
|
|
ogen tekortkomen
|
[veel te zien hebben]
|
|
als mijn ogen mij niet bedriegen
|
[ik weet niet zeker of ik het goed gezien heb]
|
|
met het blote oog
|
[zonder bril of andere hulpmiddelen]
|
|
geen oog dichtdoen
|
[niet kunnen slapen]
|
|
hij heeft dollartekens in zijn ogen
|
[laat blijken dat hij graag geld wil verdienen]
|
|
geen hand voor ogen kunnen zien
|
[helemaal niets]
|
|
iemand het licht in de ogen niet gunnen
|
[niets gunnen]
|
|
ergens een open oog voor hebben
|
[er de waarde van inzien]
|
|
de schellen vallen hem van de ogen
|
[hij ziet hoe het werkelijk zit]
|
|
wel de splinter in andersmans oog zien, maar niet de balk in zijn eigen oog
|
[blind zijn voor eigen fouten, maar van anderen alles zien]
|
|
hoge ogen gooien
|
[veel kans maken]
|
|
door het oog van de naald
|
[aan groot gevaar ontkomen]
|
|
zo mogelijk
|
[als het mogelijk is]
|
|
zo goed als
|
[bijna]
|
|
zo snel mogelijk
|
[met de snelheid die mogelijk is]
|
|
zo'n twee meter
|
[ongeveer twee meter]
|
|
goed zo
|
[goed]
|
|
hoe zo?
|
[wat bedoel je daarmee]
|
|
zo goed en zo kwaad als het lukte
|
[zover als het lukte]
|
|
is dat zo?
|
[is dat waar]
|
|
zo goed en zo kwaad als het lukte
|
[zover als het lukte]
|
|
is dat zo?
|
[is dat waar]
|
|
dat lijkt maar zo
|
[het lijkt er alleen maar op]
|
|
zo moedig als een leeuw
|
[heel erg moedig]
|
|
goed gebruld, leeuw!
|
[als een machtig iemand gezegd heeft wat er moet gebeuren]
|
|
voor de leeuwen gegooid worden
|
[aan het publiek overleveren]
|
|
zich in het hol van de leeuw wagen
|
[zelf het gevaar opzoeken]
|
|
zo moedig als een leeuw
|
[heel erg moedig]
|
|
goed gebruld, leeuw!
|
[als een machtig iemand gezegd heeft wat er moet gebeuren]
|
|
voor de leeuwen gegooid worden
|
[aan het publiek overleveren]
|
|
zich in het hol van de leeuw wagen
|
wagen [zelf het gevaar opzoeken]
|
|
zo moe als een hond
|
[heel erg moe]
|
|
het moede hoofd neerleggen
|
[sterven na een periode vol zorgen]
|
|
liever lui dan moe zijn
|
[erg lui zijn]
|
|
iemand of iets moe zijn
|
[ervan balen]
|
|
daar moet je niet te min over denken
|
[dat moet je niet onderschatten]
|
|
te min zijn voor iemand
|
[niet goed genoeg gevonden worden]
|
|
te min zijn voor iemand
|
[niet goed genoeg gevonden worden]
|
|
zo min mogelijk
|
[zo weinig als kan]
|
|
zo mak als een lammetje
|
[erg kalm en rustig]
|
|
onschuldig als een pasgeboren lam
|
[erg onschuldig]
|
|
als een lam naar de slachtbank geleid worden
|
[weerloos je ondergang tegemoet gaan]
|
|
de lange latten
|
[ski's]
|
|
zo mager als een lat
|
[heel erg mager]
|
|
de lat gelijk leggen
|
[iedereen op dezelfde manier behandelen]
|
|
onder de lat staan
|
[in het doel]
|
|
de lat hoger leggen
|
[hogere eisen stellen]
|
|
het bruidspaar
|
[twee mensen die trouwen]
|
|
het koninklijk paar
|
[de koningin en haar man]
|
|
zo lust ik er nog wel een paar!
|
[dat antwoord slaat nergens op]
|
|
zo lust ik er nog wel een paar!
|
[dat antwoord slaat nergens op]
|
|
in een paar seconden
|
[even]
|
|
zo link als een looien deur
|
[erg doortrapt]
|
|
hij is gewogen en te licht bevonden
|
[hij is beoordeeld, maar men vond hem niet geschikt]
|
|
zij is zo licht als een veertje
|
[ze weegt erg weinig]
|
|
met een licht hart
|
[opgewekt]
|
|
zo licht als een veertje
|
[heel licht]
|
|
zo licht als een veertje
|
[heel erg licht]
|
|
vroeg uit de veren zijn
|
[vroeg op zijn]
|
|
pronken met andermans veren
|
[opscheppen over iets wat je niet zelf gedaan hebt]
|
|
een veer moeten laten
|
[met minder tevreden moeten zijn]
|
|
men plukt een gans zolang zij veren heeft
|
[men trekt ergens voordeel uit, zolang er iets te
|
|
iemand een veer op zijn hoed steken
|
[hem prijzen]
|
|
van een kikker kun je geen veren plukken
|
[als iemand niets heeft, kun je ook niets bij hem halen]
|
|
men kent de vogel aan zijn veren
|
[aan het uiterlijk zie je wat voor persoon het is]
|
|
de fabriek draait dag en nacht
|
[altijd]
|
|
zo lelijk als de nacht
|
[heel erg lelijk]
|
|
bij nacht en ontij
|
[op ongewone en onplezierige uren]
|
|
daar moet ik een nachtje over slapen
|
[nog eens goed over nadenken]
|
|
dag en nacht
|
[onophoudelijk]
|
|
van de nacht een dag maken
|
['s nachts doen wat je eigenlijk overdag hoort te doen]
|
|
als een dief in de nacht
|
[ongemerkt]
|
|
niet over één nacht ijs gaan
|
[geen risico's nemen]
|
|
zo lelijk als de nacht
|
[erg lelijk]
|
|
een lelijke eend
|
[een auto, type Citroën, ook genoemd: deux-chevaux]
|
|
het ziet er lelijk voor je uit
|
[het lijkt erop of het niet goed afloopt]
|
|
hij vertelt lelijke dingen over mij
|
[ongunstige, slechte dingen]
|
|
een lelijke knauw krijgen
|
[schade aan gezondheid of financiën]
|
|
iemand uitmaken voor alles wat mooi en lelijk is
|
[uitschelden]
|
|
een lelijke pijp roken
|
[een slechte, nare ervaring hebben]
|
|
lelijk op zijn neus kijken
|
[erg teleurgesteld worden]
|
|
dat zal je nog lelijk opbreken
|
[daar zul je spijt van krijgen]
|
|
wat kijk je lelijk!
|
[wat kijk je boos!]
|
|
zo lek als een zeef
|
[heel erg lek]
|
|
een geheugen als een zeef hebben
|
[een zeer slecht geheugen]
|
|
hij valt door de mand
|
[moet tenslotte bekennen wat hij gedaan heeft]
|
|
zo lek als een mandje
|
[helemaal lek]
|
|
zo lang als het duurt
|
[het zal wel weer gauw voorbij zijn]
|
|
zo kun je niet over straat
|
[naar buiten]
|
|
hij kwam op straat te staan
|
[werd dakloos, had geen woning meer]
|
|
dat past precies in zijn straatje
|
[dat past bij zijn opvattingen en plannen]
|
|
er moet meer blauw op straat komen
|
[meer politie]
|
|
ach, je bent van de straat
|
[je hebt iets te doen]
|
|
dat nieuwtje ligt op straat
|
[is algemeen bekend]
|
|
niet van de straat zijn
|
[hoog ontwikkeld of erg rijk zijn]
|
|
op straat staan
|
[geen huis hebben]
|
|
zo koppig als een ezel
|
[heel koppig]
|
|
wat ben ik toch een ezel!
|
[wat ben ik toch dom!]
|
|
een ezel stoot zich niet twee keer aan dezelfde steen
|
[alleen wie dommer is als een ezel maakt twee keer achter elkaar dezelfde fout]
|
|
klaar is Kees
|
[het is af]
|
|
is het nu klaar?
|
[wil je er nu mee stoppen?]
|
|
ik ben nog niet klaar met je
|
[je bent nog niet van me af]
|
|
klaar ben je!
|
[het is wat moois!]
|
|
daar ben ik mooi klaar mee
|
[daar zit ik lelijk mee te kijken]
|
|
van zessen klaar zijn
|
[goed kunnen aanpakken]
|
|
zo klaar als een klontje
|
[heel erg duidelijk]
|
|
klaar wakker
|
[helemaal wakker]
|
|
zonneklaar
|
[helemaal duidelijk]
|
|
zo klaar als koffiedik
|
[helemaal niet duidelijk]
|
|
klip en klaar
|
[overduidelijk]
|
|
klare wijn schenken
|
[nergens geheimzinnig over doen]
|
|
daar ben je mooi klaar mee
|
[blijk van medeleven als iemand in een nare situatie zit]
|
|
ik kan niet
|
[ik heb andere afspraken]
|
|
ik kan er niets aan doen
|
[het is mijn schuld niet]
|
|
je kunt van hem opaan
|
[je kunt op hem rekenen]
|
|
daar kan ik niet tegen
|
[ik kan het niet verdragen]
|
|
ik kán niet meer
|
[ik ben heel erg moe]
|
|
daar kan ik niet bij met m'n verstand
|
[dat begrijp ik niet]
|
|
ik kan niet toe met mijn zakgeld
|
[ik heb er niet genoeg aan]
|
|
die jurk kán niet
|
[hij staat erg gek
|
|
zij kan het gedaan hebben
|
[zij heeft het misschien gedaan]
|
|
het kan ermee door
|
[zo gaat het wel]
|
|
het kan niet op
|
[er komt geen eind aan]
|
|
zo kan het wel weer
|
[zo is het wel genoeg]
|
|
jullie kunnen me wat
|
[ik doe niet wat jullie willen]
|
|
zo kaal als een luis
|
[heel arm]
|
|
leven als een luis op een zeer hoofd
|
[heel comfortabel]
|
|
een kale boterham
|
[zonder beleg]
|
|
een kale boom
|
[zonder blad]
|
|
een kale plek in een stof
|
[een versleten plek]
|
|
zo kaal als een luis
|
[heel erg arm]
|
|
een kale neet
|
[een armoedzaaier]
|
|
de kale huur
|
[zonder de kosten van gas en licht]
|
|
kale kak
|
[afkeurende benaming voor zogenaamd deftige mensen]
|
|
dat is net iets voor Loes
|
[dat is typisch voor Loes]
|
|
we moeten er iets op vinden
|
[we moeten een oplossing bedenken]
|
|
zo iets doe je niet!
|
[dat doe je niet]
|
|
als je ziek wordt of iets dergelijks
|
[of als er iets anders is]
|
|
zo recht als een kaars
|
[heel recht]
|
|
zo iemand moet je met een kaarsje zoeken
|
[kun je moeilijk vinden]
|
|
een helder moment hebben
|
[een goed idee hebben]
|
|
het staat me nog helder voor de geest
|
[ik kan het me nog goed herinneren]
|
|
zo helder als koffiedik
|
[onbegrijpelijk]
|
|
als een donderslag bij heldere hemel
|
[heel onverwacht]
|
|
zo helder als koffiedik
|
[erg onduidelijk]
|
|
zo hard als steen
|
[erg hard]
|
|
een steen des aanstoots
|
[iets wat ergernis veroorzaakt]
|
|
een ezel stoot zich niet twee keer aan dezelfde steen
|
[alleen wie die dommer is dan een ezel, maakt twee keer dezelfde fout]
|
|
een steen in de vijver gooien
|
[opschudding veroorzaken]
|
|
dat ligt als een steen op je maag
|
[is moeilijk te verteren]
|
|
er een steentje aan bijdragen
|
[meehelpen]
|
|
geen steen op de andere laten
|
[veel veranderingen doorvoeren]
|
|
ergens je steentje aan bijdragen
|
[je bijdrage aan leveren]
|
|
de onderste steen moet boven komen
|
[er moet een grondig onderzoek naar worden gedaan]
|
|
steen en been klagen
|
[voortdurend jammeren]
|
|
zo hard als staal
|
[heel hard]
|
|
het staal wordt in het vuur gehard
|
[tegenslag maakt mensen sterker]
|
|
hij toonde ons een staaltje van zijn kunnen
|
[liet zien hoe goed hij het kon]
|
|
een sterk staaltje
|
[een knappe prestatie]
|
|
zo mogelijk
|
[als het mogelijk is]
|
|
zo goed als
|
[bijna]
|
|
zo snel mogelijk
|
[met de snelheid die mogelijk is]
|
|
zo'n twee meter
|
[ongeveer twee meter]
|
|
goed zo
|
[goed]
|
|
hoe zo?
|
[wat bedoel je daarmee]
|
|
zo goed en zo kwaad als het lukte
|
[zover als het lukte]
|
|
is dat zo?
|
[is dat waar]
|
|
dat lijkt maar zo
|
[het lijkt er alleen maar op]
|
|
de goeden moeten onder de kwaden lijden
|
[de onschuldigen moeten ook mee lijden]
|
|
hij meent het zo kwaad niet
|
[verontschuldiging voor iemand die onaardig doet]
|
|
te kwader trouw zijn
|
[oneerlijk zijn]
|
|
in een kwaad daglicht staan
|
[slecht bekend staan]
|
|
een kwade dronk hebben
|
[agressief zijn als je dronken bent]
|
|
een kwaad geweten hebben
|
[een gevoel van schuld]
|
|
zo goed en zo kwaad als het gaat
|
[zo goed als in deze situatie mogelijk is]
|
|
aan iemand een kwaaie hebben
|
[een geduchte tegenstander]
|
|
hij is de kwaadste niet
|
[hij is best vriendelijk]
|
|
met hem is het kwaad kersen eten
|
[met hem kun je beter niet te maken krijgen]
|
|
de kwaaie pier zijn
|
[altijd de schuld krijgen]
|
|
kwaad bloed zetten
|
[boosheid opwekken]
|
|
iemand een kwaad hart toedragen
|
[gunstig over hem denken]
|
|
kwade tongen beweren....
|
[roddelaars vertellen...]
|
|
kwade tijden
|
[tijden vol tegenspoed]
|
|
als ik het goed heb
|
[als ik me niet vergis]
|
|
het is mij goed
|
[ik heb er niets tegen]
|
|
het is wel goed met jou
|
[ik neem je niet meer serieus]
|
|
zo goed en zo kwaad als het gaat
|
[zo primitief als het gaat]
|
|
voor de goede orde
|
[opdat alles behoorlijk geregeld is]
|
|
goed en wel
|
[nauwelijks, nog maar net]
|
|
alles goed en wel, maar ...
|
[laat dat zo zijn, maar ...]
|
|
dat zit wel goed
|
[(als iemand je bedankt) dat is in orde]
|
|
goed zo!
|
[uiting van waardering]
|
|
niet goed bij zijn verstand zijn
|
[gek zijn]
|
|
hou je goed!
|
[afscheidsgroet]
|
|
zich goed houden
|
[zich niet door emoties laten meeslepen]
|
|
het goed maken
|
[gezond zijn, in welstand verkeren]
|
|
niet goed worden
|
[misselijk worden]
|
|
ik word er niet goed van!
|
[uitroep van ergernis]
|
|
dat is nergens goed voor
|
[dat heeft geen zin]
|
|
waar is dat goed voor?
|
[wat heeft het voor zin?]
|
|
met goed gevolg
|
[met succes]
|
|
goed aangeschreven staan
|
[gunstig bekend staan]
|
|
in een goed blaadje staan bij iemand
|
[hij waardeert je erg]
|
|
goed boeren
|
[er zakelijk gunstig voorstaan]
|
|
goed voor de dag komen
|
[een goede indruk maken]
|
|
eind goed, al goed
|
[als het goed afloopt, vergeet je snel alle moeite]
|
|
goed geld naar kwaad geld gooien
|
[geld steken in een hopeloze onderneming]
|
|
op goed geluk
|
[op de gok]
|
|
de goede kanten van iets zien
|
[de positieve gevolgen]
|
|
net goed!
|
[commentaar als door eigen schuld iets vervelends gebeurt]
|
|
goede papieren hebben
|
[veel kans maken]
|
|
een goede partij
|
[een passende huwelijkspartner]
|
|
een goede ruil doen
|
[meer ontvangen dan je geeft]
|
|
goed wegkomen
|
[met voordeel]
|
|
er geen goed woord voor overhebben
|
[het absoluut verwerpelijk vinden]
|
|
een goed woordje voor iemand doen
|
[hem aanbevelen, verdedigen]
|
|
dat valt in goede aarde
|
[daar is iedereen het mee eens]
|
|
het ga je goed
|
[groet bij een definitief afscheid]
|
|
die goeie, oude tijd
|
[het verleden is beter dan het heden]
|
|
ik weet het goed gemaakt
|
[inleiding op een voorstel waarin men iets toegeeft]
|
|
we zitten hier goed
|
[we wonen hier prettig]
|
|
in goede aarde vallen
|
[welkom zijn]
|
|
goed blijven
|
[niet bederven]
|
|
goed gebekt zijn
|
[zich mondeling goed kunnen verdedigen]
|
|
dat heb je goed geschoten
|
[dat heb je goed voor elkaar]
|
|
niet half zo goed
|
[lang niet zo goed]
|
|
een goed heenkomen zoeken
|
[zich redden uit een gevaarlijke situatie]
|
|
uit het goede hout gesneden zijn
|
[geschikt zijn]
|
|
goed beslagen ten ijs komen
|
[goed voorbereid zijn]
|
|
in goeden doen zijn
|
[veel geld hebben]
|
|
kort en goed
|
[direct en zonder omhaal]
|
|
nou goed?
|
[heb je nu je zin?]
|
|
goede raad is duur
|
[gezegd als je geen oplossing weet]
|
|
goede waar verkoopt zich zelf
|
[wat goed is heeft geen aanbeveling nodig]
|
|
een goed doel
|
[een liefdadige bestemming]
|
|
daar sta je dan met je goeie gedrag
|
[commentaar als iemand onverdiend in de moeilijkheden zit]
|
|
te goeder trouw zijn
|
[oprecht en eerlijk zijn]
|
|
goed bij zijn
|
[slim zijn]
|
|
goed in zijn geld zitten
|
[rijk zijn]
|
|
goed op elkaar ingespeeld zijn
|
[goed kunnen samenwerken]
|
|
goed ingevoerd zijn
|
[goed op de hoogte zijn]
|
|
goed bij kas zitten
|
[voldoende geld hebben]
|
|
goed in de markt liggen
|
[gevraagd, gewild zijn]
|
|
het er goed van nemen
|
[veel consumeren]
|
|
goed van pas komen
|
[nuttig zijn]
|
|
niet goed snik zijn
|
[gek zijn]
|
|
goed van de tongriem gesneden zijn
|
[goed kunnen praten]
|
|
goed uitgeslapen zijn
|
[pittig, oplettend zijn]
|
|
goed vertegenwoordigd zijn
|
[met een behoorlijk aantal]
|
|
goed van vertrouwen zijn
|
[lichtgelovig]
|
|
het goed kunnen vinden met iemand
|
[goed met hem kunnen opschieten]
|
|
goed in het vlees zitten
|
[niet mager zijn]
|
|
als goede vrienden uit elkaar gaan
|
[scheiden zonder ruzie]
|
|
er goed bij zitten
|
[in een luxueus huis]
|
|
goede zaken doen
|
[veel geld verdienen]
|
|
een goed uur
|
[ruim een uur]
|
|
een goed hart hebben
|
[vriendelijk van aard zijn]
|
|
het goed voor hebben met iemand
|
[hem willen helpen]
|
|
een goed onthaal krijgen
|
[welkom zijn]
|
|
te goed zijn voor deze wereld
|
[te goed van vertrouwen zijn]
|
|
in goede handen zijn
|
[goed verzorgd worden]
|
|
een goede verliezer zijn
|
[je verlies waardig kunnen dragen]
|
|
goed en wel was hij thuis ....
|
[nauwelijks was hij thuis ....]
|
|
zo goed als nieuw
|
[bijna nieuw]
|
|
zich te goed doen aan iets
|
[er volop van genieten]
|
|
goeie genade!
|
[uitroep van schrik of ergernis]
|
|
iets te goed houden
|
[het te zijner tijd kunnen opeisen]
|
|
nou wordt ie goed!
|
[uitroep van verbaasde verontwaardiging]
|
|
iets te goed hebben
|
[te vorderen, te verwachten]
|
|
Goede Vrijdag
|
[de vrijdag voor Pasen]
|
|
goed en wel
|
[nauwelijks]
|
|
zo goed als nieuw
|
[bijna nieuw]
|
|
als ik het goed heb
|
[als ik me niet vergis]
|
|
het is mij goed
|
[ik heb er niets tegen]
|
|
het is wel goed met jou
|
[ik neem je niet meer serieus]
|
|
zo goed en zo kwaad als het gaat
|
[zo primitief als het gaat]
|
|
zo goed als nieuw
|
[vrijwel nieuw]
|
|
voor de goede orde
|
[opdat alles behoorlijk geregeld is]
|
|
goed en wel [
|
[nauwelijks, nog maar net]
|
|
alles goed en wel, maar
|
[laat dat zo zijn, maar ...]
|
|
dat zit wel goed
|
[(als iemand je bedankt) dat is in orde]
|
|
goed zo!
|
[uiting van waardering]
|
|
niet goed bij zijn verstand zijn
|
[gek zijn]
|
|
hou je goed!
|
[afscheidsgroet]
|
|
zich goed houden
|
[zich niet door emoties laten meeslepen]
|
|
het goed maken
|
[gezond zijn, in welstand verkeren]
|
|
niet goed worden
|
[misselijk worden]
|
|
ik word er niet goed van!
|
[uitroep van ergernis]
|
|
dat is nergens goed voor
|
[dat heeft geen zin]
|
|
waar is dat goed voor?
|
[wat heeft het voor zin?]
|
|
met goed gevolg
|
[met succes]
|
|
Goed aangeschreven staan
|
[gunstig bekend staan]
|
|
goed af zijn
|
[door bepaalde omstandigheden in een gunstige toestand zijn]
|
|
in een goed blaadje staan bij iemand
|
[hij waardeert je erg]
|
|
goed boeren
|
[er zakelijk gunstig voorstaan]
|
|
goed voor de dag komen
|
[een goede indruk maken]
|
|
eind goed, al goed
|
[als het goed afloopt, vergeet je snel alle moeite]
|
|
goed geld naar kwaad geld gooien
|
[geld steken in een hopeloze onderneming]
|
|
op goed geluk
|
[op de gok]
|
|
de goede kanten van iets zien
|
[de positieve gevolgen]
|
|
net goed!
|
[commentaar als door eigen schuld iets vervelends gebeurt]
|
|
goede papieren hebben
|
[veel kans maken]
|
|
een goede partij
|
[een passende huwelijkspartner]
|
|
een goede ruil doen
|
[meer ontvangen dan je geeft]
|
|
goed wegkomen
|
[met voordeel]
|
|
er geen goed woord voor overhebben
|
[het absoluut verwerpelijk vinden]
|
|
een goed woordje voor iemand doen
|
[hem aanbevelen, verdedigen]
|
|
dat valt in goede aarde
|
[daar is iedereen het mee eens]
|
|
het ga je goed
|
[groet bij een definitief afscheid]
|
|
die goeie, oude tijd
|
[het verleden is beter dan het heden]
|
|
ik weet het goed gemaakt
|
[inleiding op een voorstel waarin men iets toegeeft]
|
|
we zitten hier goed
|
[we wonen hier prettig]
|
|
in goede aarde vallen
|
[welkom zijn]
|
|
goed blijven
|
[niet bederven]
|
|
goed gebekt zijn
|
[zich mondeling goed kunnen verdedigen]
|
|
dat heb je goed geschoten
|
[dat heb je goed voor elkaar]
|
|
niet half zo goed
|
[lang niet zo goed]
|
|
een goed heenkomen zoeken
|
[zich redden uit een gevaarlijke situatie]
|
|
uit het goede hout gesneden zijn
|
[geschikt
|
|
goed beslagen ten ijs komen
|
[goed voorbereid zijn]
|
|
in goeden doen zijn
|
[veel geld hebben]
|
|
kort en goed
|
[direct en zonder omhaal]
|
|
nou goed?
|
[heb je nu je zin?]
|
|
goede raad is duur
|
[gezegd als je geen oplossing weet]
|
|
goede waar verkoopt zich zelf
|
[wat goed is heeft geen aanbeveling nodig]
|
|
een goed doel
|
[een liefdadige bestemming]
|
|
daar sta je dan met je goeie gedrag
|
[commentaar als iemand onverdiend in de moeilijkheden zit]
|
|
te goeder trouw zijn
|
[oprecht en eerlijk zijn]
|
|
goed bij zijn
|
[slim zijn]
|
|
goed in zijn geld zitten
|
[rijk zijn]
|
|
goed op elkaar ingespeeld zijn
|
[goed kunnen samenwerken]
|
|
goed ingevoerd zijn
|
[goed op de hoogte zijn]
|
|
goed bij kas zitten
|
[voldoende geld hebben]
|
|
goed in de markt liggen
|
[gevraagd, gewild zijn]
|
|
het er goed van nemen
|
[veel consumeren]
|
|
goed van pas komen
|
[nuttig zijn]
|
|
niet goed snik zijn
|
[gek zijn]
|
|
goed van de tongriem gesneden zijn
|
[goed kunnen praten]
|
|
goed uitgeslapen zijn
|
[pittig, oplettend zijn]
|
|
goed vertegenwoordigd zijn
|
[met een behoorlijk aantal]
|
|
goed van vertrouwen zijn
|
[lichtgelovig]
|
|
het goed kunnen vinden met iemand
|
[goed met hem kunnen opschieten]
|
|
goed in het vlees zitten
|
[niet mager zijn]
|
|
als goede vrienden uit elkaar gaan
|
[scheiden zonder ruzie]
|
|
er goed bij zitten
|
[in een luxueus huis]
|
|
goede zaken doen
|
[veel geld verdienen]
|
|
een goed uur
|
[ruim een uur]
|
|
een goed hart hebben
|
[vriendelijk van aard zijn]
|
|
het goed voor hebben met iemand
|
[hem willen helpen]
|
|
een goed onthaal krijgen
|
[welkom zijn]
|
|
te goed zijn voor deze wereld
|
[te goed van vertrouwen zijn]
|
|
in goede handen zijn
|
[goed verzorgd worden]
|
|
een goede verliezer zijn
|
[je verlies waardig kunnen dragen]
|
|
goed en wel was hij thuis ....
|
[nauwelijks was hij thuis ....]
|
|
zo goed als nieuw
|
[bijna nieuw]
|
|
zich te goed doen aan iets
|
[er volop van genieten]
|
|
goeie genade!
|
[uitroep van schrik of ergernis]
|
|
iets te goed houden
|
[het te zijner tijd kunnen opeisen]
|
|
nou wordt ie goed!
|
[uitroep van verbaasde verontwaardiging]
|
|
iets te goed hebben
|
[te vorderen, te verwachten]
|
|
Goede Vrijdag [
|
[de vrijdag voor Pasen]
|
|
zo mogelijk
|
[als het mogelijk is]
|
|
zo goed als
|
[bijna]
|
|
zo snel mogelijk
|
[met de snelheid die mogelijk is]
|
|
zo'n twee meter
|
[ongeveer twee meter]
|
|
goed zo
|
[goed]
|
|
hoe zo?
|
[wat bedoel je daarmee]
|
|
zo goed en zo kwaad als het lukte
|
[zover als het lukte]
|
|
is dat zo?
|
[is dat waar]
|
|
dat lijkt maar zo
|
[het lijkt er alleen maar op]
|
|
zich op glad ijs begeven
|
[een moeilijk onderwerp aansnijden]
|
|
zo glad als een aal
|
[heel slim en geslepen]
|
|
een gladde jongen
|
[een sluwe jongen]
|
|
dat zal hem niet glad zitten
|
[dat zal hem tegenvallen]
|
|
nogal glad
|
[dat ligt voor de hand]
|
|
een gladde tong hebben
|
[goed kunnen praten]
|
|
zo gezond als een vis
|
[erg gezond]
|
|
gezond en wel
|
[volkomen gezond]
|
|
je moet gezond eten
|
[dingen eten die goed voor je zijn]
|
|
de gezonde apotheek
|
[gewone, goede kost]
|
|
een broodje gezond
|
[met wat rauwkost erbij]
|
|
het gezond verstand
|
[een nuchtere wijze van redeneren]
|
|
hem voor rotte vis uitmaken
|
[heel erg uitschelden]
|
|
zo gezond als een vis
|
[helemaal gezond]
|
|
je voelen als een vis in het water
|
[erg prettig, echt op je plaats]
|
|
de vis wordt duur betaald
|
[je moet er veel voor over hebben]
|
|
het is vlees noch vis
|
[het een noch het ander]
|
|
als een vis op het droge
|
[hulpeloos]
|
|
boter bij de vis
|
[contante betaling]
|
|
de vis wordt duur betaald
|
[vraagt grote offers]
|
|
vis moet zwemmen
|
[als je vis eet, moet je erbij drinken]
|
|
zo gezegd, zo gedaan
|
[het is gebeurd zoals het was afgesproken]
|
|
zeg ..
|
[luister eens]
|
|
zeg dat wel!
|
[inderdaad]
|
|
daar is veel voor te zeggen
|
[dat is een goed idee]
|
|
nee zeggen
|
[weigeren]
|
|
het voor het zeggen hebben
|
[de baas zijn]
|
|
eerlijk gezegd
|
[als ik eerlijk ben]
|
|
hij zegt van wel
|
[dat het wel zo is]
|
|
dat zegt me niets
|
[dat betekent niets voor me]
|
|
iets van hem gedaan krijgen
|
[ervoor zorgen dat hij het doet]
|
|
zo gezegd zo gedaan
|
[zoals we het afgesproken hadden doen we het]
|
|
niets aan te doen!
|
[er is niets aan te veranderen]
|
|
het is met hem gedaan
|
[hij is dood of verloren]
|
|
dat is niks gedaan
|
[waardeloos]
|
|
iemand een plezier doen
|
[ervoor zorgen dat hij plezier heeft]
|
|
ik kon er niets aan doen
|
[het was mijn schuld niet]
|
|
doen alsof
|
[toneelspelen]
|
|
dat doet er niet toe
|
[dat is onbelangrijk
|
|
ik heb met hem te doen
|
[ik heb medelijden met hem]
|
|
daar is het haar om te doen
|
[daar doet ze het voor]
|
|
voor zijn doen
|
[in vergelijking met hoe hij anders is]
|
|
het kind is uit zijn doen
|
[in de war]
|
|
zijn doen en laten
|
[zijn manier van leven]
|
|
een poging doen
|
[het proberen]
|
|
een gesloten beroep
|
[waar niet iedereen vrij kan toetreden]
|
|
met gesloten beurs betalen
|
[zonder dat er geld aan te pas komt]
|
|
een gesloten boek
|
[zonder dat er geld aan te pas komt]
|
|
een gesloten boek
|
[een afgesloten periode]
|
|
voor een gesloten deur staan
|
[niemand thuis treffen]
|
|
hermetisch gesloten
|
[zonder dat er lucht bij kan]
|
|
in gesloten gelederen
|
[eensgezind]
|
|
zo gesloten als een oester (het graf)
|
[heel erg gesloten]
|
|
hij is een gesloten boek voor mij
|
[hij laat zijn gevoelens niet blijken]
|
|
een gesloten circuit
|
[zonder onderbreking]
|
|
een gesloten lettergreep
|
[die op een medeklinker eindigt]
|
|
een gesloten vraag
|
[waarbij maar een beperkt aantal antwoorden mogelijk is]
Meer informatie bij: |
|
het moet al gek gaan als ...
|
[het is bijna zeker]
|
|
gek genoeg
|
[commentaar dat verbazing uitdrukt]
|
|
doe maar gewoon, dan doe je gek genoeg
|
[gedraag je niet anders dan anderen]
|
|
je zou gek staan te kijken...
|
[stomverbaasd zijn]
|
|
hoe ouder hoe gekker
|
[wordt gezegd als oudere mensen iets bijzonders doen]
|
|
op de gekste tijden
|
[op tijdstippen waarop je het niet zou verwachten]
|
|
ik ben me daar gek!
|
[ik denk er niet over om dat te doen]
|
|
gek van angst
|
[buiten zichzelf]
|
|
het is om gek van te worden
|
[ergerlijk en vermoeiend]
|
|
zich gek zoeken naar iets
|
[er overal naar lopen te zoeken]
|
|
ben je gek!
|
[verontwaardigde reactie als iemand iets zegt wat onwaarschijnlijk is]
|
|
zo gek als een deur
|
[helemaal geschift]
|
|
díe is gek!
|
[schamper commentaar als iemand iets gevaarlijks doet]
|
|
hij is niet zo gek als hij eruitziet
|
[plagerig commentaar als iemand plotseling iets slims doet]
|
|
geen gek figuur slaan
|
[een goede indruk maken]
|
|
het is te gek om los te lopen
|
[het is al te dwaas]
|
|
dat is lang niet gek!
|
[tamelijk goed]
|
|
dat is te gek!
|
[geweldig!]
|
|
ik ben gek op Hema-worst
|
[ik ben er dol op]
|
|
Adam was gek op Eva
|
[hield veel van haar]
|
|
ergens gek mee zijn
|
[er veel van houden]
|
|
zo gek als een deur
|
[heel erg gek]
|
|
ze is net de deur uit
|
[net weg]
|
|
dat is niet naast de deur
|
[dat is ver weg]
|
|
een open deur
|
[iets wat iedereen al weet]
|
|
met de deur in huis vallen
|
[het meteen vertellen]
|
|
de deur plat lopen
|
[er heel vaak komen]
|
|
dat doet de deur dicht
|
[nu moet er iets aan gedaan worden]
|
|
niet samen door één deur kunnen
|
[elkaar niet kunnen verdragen]
|
|
dat staat voor de deur
|
[het is bijna zover]
|
|
iemand het gat van de deur wijzen
|
[zeggen dat hij moet vertrekken]
|
|
de deur uit zijn
|
[niet meer thuis wonen]
|
|
buiten de deur eten
|
[in een restaurant]
|
|
voor een gesloten deur staan
|
[niemand thuis treffen]
|
|
niet van zijn zijde wijken [
|
[niet bij hem vandaan gaan]
|
|
hem ter zijde staan
|
[helpen]
|
|
het ter zijde leggen
|
[wegleggen]
|
|
dit terzijde
|
[het heeft er eigenlijk niet mee te maken]
|
|
ik heb pijn in mij zij
|
[in de zijkant van mijn lijf]
|
|
van de zijde van zijn familie
|
[van zijn familie]
|
|
's winters
|
[in de winter]
|
|
van de winter
|
[de komende of de afgelopen winter]
|
|
van de wind kun je niet leven
|
[je moet werken om aan de kost te komen]
|
|
het gaat hem voor de wind
|
[alles gaat voorspoedig]
|
|
met alle winden meewaaien
|
[met iedereen meepraten]
|
|
hij heeft de wind eronder
|
[ze doen wat hij zegt]
|
|
de wind van voren krijgen
|
[scherpe kritiek krijgen]
|
|
iets in de wind slaan
|
[er niet op letten]
|
|
wind en weder dienende
|
[als het goed weer is]
|
|
wie wind zaait, zal storm oogsten
|
[voor fouten word je vaak zwaar gestraft]
|
|
als de wind
|
[zeer snel]
|
|
er waait een frisse wind
|
[er is een nieuwe aanpak]
|
|
de wind uit díe hoek?
|
[scherpe kritiek krijgen]
|
|
iets in de wind slaan
|
[er niet op letten]
|
|
wind en weder dienende
|
[als het goed weer is]
|
|
wie wind zaait, zal storm oogsten
|
[voor fouten word je vaak zwaar gestraft]
als de wind [zeer snel] |
|
er waait een frisse wind
|
[er is een nieuwe aanpak]
|
|
waait de wind uit díe hoek?
|
[zit het zo?]
|
|
weten uit wat voor hoek de wind waait
|
[waar de tegenwerking vandaan komt]
|
|
van de wind kun je niet leven
|
[er moet gewerkt worden voor de kost]
|
|
je kop in de wind gooien
|
[opstandig, tegendraads zijn]
|
|
de wind gaat liggen
|
[het houdt op met waaien]
|
|
de wind mee hebben
|
[in gunstige omstandigheden zijn]
|
|
zijn neus in de wind steken
|
[hooghartig, arrogant zijn]
|
|
de wind ruimt
|
[gaat door het noorden naar het westen]
|
|
een waarschuwing in de wind slaan
|
[er niets mee doen]
|
|
een uur in de wind stinken
|
[heel erg stinken]
|
|
hem de wind uit de zeilen nemen
|
[hem hinderen, gaan doen wat hij al wilde gaan doen]
|
|
zoals de wind waait, waait zijn jasje
|
[hij doet altijd waar hij het meeste voordeel van heeft]
|
|
je eigen graf graven
|
[je eigen ondergang veroorzaken]
|
|
zwijgen als het graf
|
[helemaal niets zeggen]
|
|
met een been in het graf staan
|
[niet lang meer te leven hebben]
|
|
je eigen graf graven
|
[je positie onmogelijk maken]
|
|
iemand het graf in prijzen
|
[overdreven veel lof toezwaaien]
|
|
over zijn graf heen regeren [
|
[macht uitoefenen na zijn dood]
|
|
van de wieg tot het graf
|
[het hele leven]
|
|
zwijgen als het graf
|
[een geheim niet verraden]
|
|
ga eens aan de kant
|
[opzij]
|
|
het was kantje boord
|
[het liep maar net goed af]
|
|
zij loopt de kantjes ervan af
|
[ze doet bijna niets]
|
|
ik ben door hem aan de kant gezet
|
[weggestuurd]
|
|
aan de kant staan
|
[niet meedoen]
|
|
dat raakt kant nog wal
|
[is onzin]
|
|
welke kant moet jij uit?
|
[in welke richting ga jij?]
|
|
van moeders kant is hij Turks
|
[zijn moeder is Turks]
|
|
ik kan geen kant meer op
|
[zit erg in het nauw]
|
|
daar kun je alle kanten mee uit
|
[dat kun je op verschillende manieren opvatten]
|
|
ga ik zo goed? nee, je gaat de verkeerde kant op
|
[in de verkeerde richting]
|
|
het mes snijdt aan twee kanten
|
[het levert dubbel voordeel op]
|
|
het is een dubbeltje op zijn kant
|
[onzeker hoe het afloopt]
|
|
de scherpe kantjes van iets afnemen
|
[het verzachten]
|
|
iets van alle kanten bekijken
|
[de voors en tegens goed afwegen]
|
|
het deugt van geen kant
|
[is helemaal niet in orde]
|
|
even de andere kant op kijken
|
[iets gedogen]
|
|
geen kant meer op kunnen
|
[geen uitweg meer weten]
|
|
ergens alle kanten mee op kunnen
|
[er veel mogelijkheden mee hebben]
|
|
familie van de koude kant
|
[aangetrouwd]
|
|
het gelijk aan zijn kant hebben
|
[het bij het juiste eind hebben]
|
|
dat hoor je van alle kanten
|
[dat zegt iedereen]
|
|
iemands kant kiezen
|
[zijn partij]
|
|
van de verkeerde kant zijn
|
[homoseksueel]
|
|
je van kant maken
|
[zelfmoord plegen]
|
|
het niet over je kant laten gaan
|
[je ertegen verzetten]
|
|
de boel aan kant maken
|
[opruimen]
|
|
iets over zijn kant laten gaan
|
[zich er niet tegen verzetten]
|
|
een regen van prijzen
|
[heel veel prijzen]
|
|
na regen komt zonneschijn
|
[na een vervelende tijd komt een goede tijd]
|
|
van de regen in de drup
|
[je ontwijkt iets vervelends, en krijgt iets ergers]
|
|
van de prins geen kwaad weten
|
[nergens iets van weten, onschuldig zijn]
|
|
leven als een prins
|
[in grote weelde]
|
|
de prins op het witte paard
|
[de ideale echtgenoot]
|
|
in de pen klimmen
|
[iemand gaan schrijven]
|
|
het valt met geen pen te beschrijven
|
[het is heel erg]
|
|
pennen in beweging brengen
|
[veel schriftelijke reacties oproepen]
|
|
van de pen leven
|
[met schrijven de kost verdienen]
|
|
het doet me deugd
|
[ik vind het fijn]
|
|
lieve deugd!
|
[uitroep van onsteltenis]
|
|
de deugd in het midden
|
[schertsend gezegd als iemand tussen twee anderen in zit]
|
|
van de nood een deugd maken
|
[uit een ongunstige situatie voordeel halen]
|
|
nood breekt wet
|
[als je in moeilijkheden bent kun je je niet altijd aan de regels houden]
|
|
van de nood een deugd maken
|
[van een moeilijke situatie iets goeds maken]
|
|
in geval van nood
|
[als de nood je ertoe dwingt]
|
|
geen nood!
|
[uitroep als een probleem snel kan worden opgelost]
|
|
nood leert bidden
|
[als je in nood bent, leer je om hulp vragen]
|
|
als de nood het hoogst is, is de redding nabij [
|
[als de moeilijkheden het ergst zijn, komt er snel hulp]
|
|
we komen in tijdnood
|
[hebben geen tijd genoeg]
|
|
ik heb hoge nood
|
[moet dringend naar de WC]
|
|
woningnood
|
[veel behoefte aan woningen]
|
|
de fabriek draait dag en nacht
|
[altijd]
|
|
zo lelijk als de nacht
|
[heel erg lelijk]
|
|
bij nacht en ontij
|
[op ongewone en onplezierige uren]
|
|
daar moet ik een nachtje over slapen
|
[nog eens goed over nadenken]
|
|
dag en nacht
|
[onophoudelijk]
|
|
van de nacht een dag maken
|
['s nachts doen wat je eigenlijk overdag hoort te doen]
|
|
als een dief in de nacht
|
[ongemerkt]
|
|
niet over één nacht ijs gaan
|
[geen risico's nemen]
|
|
het schip is in de lucht gevlogen
|
[ontploft]
|
|
dat is uit de lucht gegrepen
|
[dat kun je niet bewijzen]
|
|
de kritiek was niet van de lucht
|
[er was veel kritiek]
|
|
het programma gaat de lucht in
|
[wordt uitgezonden]
|
|
een gat in de lucht springen
|
[heel blij zijn]
|
|
dat is uit de lucht gegrepen
|
[verzonnen, niet waar]
|
|
er hangt iets in de lucht
|
[er gaat iets gebeuren]
|
|
de kou is uit de lucht
|
[het conflict is voorbij]
|
|
dat is een slag in de lucht
|
[iets wat nergens op gebaseerd is]
|
|
iets in de lucht laten vliegen
|
[het opblazen]
|
|
een vliegtuig uit de lucht halen
|
[het neerschieten]
|
|
de lucht breekt [
|
[de wolken gaan uiteen]
|
|
niet van de lucht zijn
|
[veel voorkomen]
|
|
er is geen vuiltje aan de lucht
|
[het is helemaal in orde]
|
|
in de open lucht
|
[buiten]
|
|
hij leeft van de lucht
|
[heeft weinig geld nodig]
|
|
we gaan een luchtje scheppen
|
[buiten lopen]
|
|
hij doet alsof zij lucht is
|
[alsof hij haar niet ziet]
|
|
het zit in de lucht
|
[iedereen heeft er last van]
|
|
frisse lucht
|
[de buitenlucht]
|
|
geen lucht krijgen
|
[moeilijk kunnen ademhalen]
|
|
een luchtje scheppen
|
[buiten een wandeling maken]
|
|
van de lucht leven
|
[heel sober]
|
|
van de kook zijn
|
[in de war zijn]
|
|
we spelen open kaart
|
[we zeggen precies wat we denken]
|
|
hem in de kaart spelen
|
[hem ongewild bevoordelen]
|
|
alles op één kaart zetten
|
[je geluk van één ding laten afhangen]
|
|
ansichtkaart
|
[kaart die je stuurt als je op vakantie bent]
|
|
trouwkaart
|
[kaart met aankondiging van een huwelijk]
|
|
speelkaart
|
[kaart om het kaartspel mee te spelen]
|
|
dat is geen haalbare kaart
|
[heeft geen kans van slagen]
|
|
de groene kaart
|
[internationaal verzekeringsbewijs]
|
|
de rode kaart
|
[teken van ernstige overtreding waarvoor je het veld wordt uitgestuurd]
|
|
de gele kaart
|
[teken van bestraffing in een voetbalwedstrijd]
|
|
de kaarten zijn geschud
|
[de uitslag ligt vast]
|
|
de kaarten liggen nu anders
|
[de situatie is veranderd]
|
|
zijn kaarten op tafel leggen
|
[zijn bedoelingen onthullen]
|
|
dat is doorgestoken kaart
|
[afgesproken werk]
|
|
iemand in de kaart kijken
|
[zijn geheime plannen doorzien]
|
|
open kaart spelen
|
[eerlijk zijn, niets verbergen]
|
|
iemand in de kaart spelen
|
[hem helpen]
|
|
de problemen zijn nog niet in kaart gebracht
|
[nog niet op een rijtje gezet]
|
|
een blinde kaart
|
[zonder plaatsnamen]
|
|
iets in kaart brengen
|
[er een overzicht van maken]
|
|
iets op de kaart zetten
|
[zorgen dat het algemeen bekend wordt]
|
|
een stad van de kaart vegen
|
[vernietigen]
|
|
van de kaart zijn
|
[helemaal in de war zijn]
|
|
ik schrok me een hoedje
|
[ik schrok heel erg]
|
|
onder één hoedje spelen
|
[met iemand samenzweren]
|
|
hij is onder een hoedje te vangen
|
[is heel rustig en gehoorzaam]
|
|
ergens je hoed voor afnemen
|
[er veel waardering voor hebben]
|
|
met de hoed in de hand, komt men door het ganse land
|
[wie beleefd is, zal het ver brengen]
|
|
van de hoed en de rand weten
|
[op de hoogte zijn]
|
|
iets uit zijn hoed toveren
|
[plotseling tevoorschijn brengen]
|
|
alle duivels uit de hel vloeken
|
[heel erg vloeken]
|
|
het is kermis in de hel
|
[dat zeg je wanneer de zon schijnt en het regent]
|
|
iets voor de poorten van de hel wegslepen
|
[met grote moeite nog net redden]
|
|
het stinkt er als de hel
|
[heel erg]
|
|
de weg naar de hel is geplaveid met goede voornemens
|
[goede voornemens worden meestal niet uitgevoerd]
|
|
de hel breekt los
|
[de situatie is onhoudbaar geworden]
|
|
van de hel in de hemel komen
|
[opnieuw een deel van leven krijgen]
|
|
de handen uit de mouwen steken
|
[ijverig gaan werken]
|
|
je hand ophouden
|
[geld vragen]
|
|
de hand aan jezelf slaan [
|
zelfmoord plegen]
|
|
er de hand aan houden
|
[de voorschriften volgen]
|
|
in goede handen zijn
|
[goed verzorgd worden]
|
|
jezelf in de hand hebben
|
[je beheersen]
|
|
wat is er aan de hand?
|
[wat is er mis, of wat gebeurt er?]
|
|
zwaar op de hand zijn
|
[erg serieus of somber zijn]
|
|
er je hand niet voor omdraaien
|
[het niet moeilijk vinden om te doen]
|
|
een hand geven
|
[een hand drukken om te begroeten]
|
|
er de laatste hand aan leggen
|
[het juist afmaken]
|
|
handen te kort komen
|
[het heel druk hebben]
|
|
een gat in je hand hebben
|
[gemakkelijk te veel geld uitgeven]
|
|
de hand boven het hoofd houden
|
[verdedigen met woorden]
|
|
met de handen over elkaar zitten
|
[niets doen]
|
|
aan de beterende hand zijn
|
[langzaam genezen]
|
|
van de hand wijzen
|
[weigeren]
|
|
in de hand werken
|
[bevorderen]
|
|
er de hand op weten te leggen
|
[iets bijzonders kopen of krijgen]
|
|
de hand op de knip houden
|
[zuinig zijn, gierig zijn]
|
|
je handen thuishouden
|
[niet aankomen, niet slaan]
|
|
uit je hand eten
|
[precies doen wat je zegt]
|
|
twee handen op één buik zijn
|
[het altijd met elkaar eens zijn]
|
|
uit de hand lopen
|
[niet meer kunnen beheersen]
|
|
van de hand doen
|
[wegdoen, verkopen]
|
|
het hoofd boven water houden
|
[maar nét genoeg hebben om van te leven]
|
|
het hoofd laten hangen
|
[de moed verliezen]
|
|
de handen dichtknijpen
|
[jezelf gelukkig prijzen]
|
|
bij de hand houden
|
[zo houden dat je het snel kunt laten zien]
|
|
hem aan de tand voelen
|
[ondervragen]
|
|
tot de tanden gewapend
|
[zwaar bewapend]
|
|
eten met lange tanden
|
[met tegenzin]
|
|
je tanden laten zien
|
[dreigend laten zien dat je niet bang bent]
|
|
haar op de tanden hebben
|
[nergens bang voor zijn]
|
|
op zijn tanden bijten
|
[pijn of boosheid niet laten zien]
|
|
van de hand in de tand leven
|
[wat je verdient, meteen uitgeven]
|
|
zich met hand en tand verzetten
|
[met alle kracht]
|
|
met de mond vol tanden staan
|
[geen antwoord weten]
|
|
oog om oog, tand om tand
|
[wat hij mij aandoet, doe ik hem aan]
|
|
ergens zijn tanden op stukbijten
|
[vergeefse moeite doen om iets te bereiken]
|
|
de tand des tijds
|
[de slijtage van alle dingen]
|
|
zijn tanden laten zien
|
[een dreigende houding aannemen]
|
|
ergens zijn tanden in zetten
|
[beginnen aan een zware klus]
|
|
een tandje hoger
|
[in een hogere versnelling]
|
|
de handen uit de mouwen steken
|
[ijverig gaan werken]
|
|
je hand ophouden
|
[geld vragen]
|
|
de hand aan jezelf slaan
|
[zelfmoord plegen]
|
|
met harde hand optreden
|
[streng optreden]
|
|
een handje helpen
|
[even meehelpen]
|
|
dat ligt voor de hand
|
[dat is heel logisch]
|
|
iets achter de hand hebben
|
[in reserve hebben]
|
|
de hand over het hart strijken
|
[voor één keer minder streng zijn]
|
|
er de hand aan houden
|
[de voorschriften volgen]
|
|
in goede handen zijn
|
[goed verzorgd worden]
|
|
jezelf in de hand hebben
|
[je beheersen]
|
|
wat is er aan de hand?
|
[wat is er mis, of wat gebeurt er?]
|
|
zwaar op de hand zijn
|
[erg serieus of somber zijn]
|
|
er je hand niet voor omdraaien
|
[het niet moeilijk vinden om te doen]
|
|
een hand geven
|
[een hand drukken om te begroeten]
|
|
er de laatste hand aan leggen
|
[het juist afmaken]
|
|
handen te kort komen
|
[het heel druk hebben]
|
|
een gat in je hand hebben
|
[gemakkelijk te veel geld uitgeven]
|
|
de hand boven het hoofd houden
|
[verdedigen met woorden]
|
|
met de handen over elkaar zitten
|
[niets doen]
|
|
aan de beterende hand zijn
|
[langzaam genezen]
|
|
van de hand wijzen
|
[weigeren]
|
|
in de hand werken
|
[bevorderen]
|
|
er de hand op weten te leggen
|
[iets bijzonders kopen of krijgen]
|
|
de hand op de knip houden
|
[zuinig zijn, gierig zijn]
|
|
je handen thuishouden
|
[niet aankomen, niet slaan]
|
|
uit je hand eten
|
[precies doen wat je zegt]
|
|
twee handen op één buik zijn
|
[het altijd met elkaar eens zijn]
|
|
uit de hand lopen
|
[niet meer kunnen beheersen]
|
|
van de hand doen
|
[wegdoen, verkopen]
|
|
het hoofd boven water houden
|
[maar nét genoeg hebben om van te leven]
|
|
het hoofd laten hangen
|
[de moed verliezen]
|
|
de handen dichtknijpen
|
[jezelf gelukkig prijzen]
|
|
bij de hand houden
|
[zo houden dat je het snel kunt laten zien]
|
|
met je hakken over de sloot
|
[op het nippertje]
|
|
van de hak op de tak springen
|
[dingen vertellen die niets met elkaar te maken hebben]
|
|
iemand een hak zetten
|
[een gemene streek met hem uithalen]
|
|
op de hak nemen
|
[er de spot mee drijven]
|
|
met de hakken over de sloot
|
[op het nippertje]
|
|
iets met wortel en tak uitroeien
|
[helemaal]
|
|
van de hak op de tak springen
|
[van het ene onderwerp op het andere]
|
|
hij slaat de plank mis
|
[hij vergist zich]
|
|
ik ben zo stijf als een plank
|
[heel erg stijf]
|
|
van de bovenste plank
|
[zeer goed]
|
|
brood op de plank hebben
|
[genoeg hebben om van te leven]
|
|
van dik hout zaagt men planken
|
[zeg je als iets voortvarend, maar ruw wordt aangepakt]
|
|
tussen zes planken liggen
|
[dood zijn]
|
|
de plank misslaan
|
[zich vergissen]
|
|
op de planken staan
|
[toneelspelen]
|
|
op de plank blijven liggen
|
[niet uitgegeven worden]
|
|
van de blauwe knoop zijn
|
[geen alcohol gebruiken]
|
|
een blauwe maandag
|
[heel kort]
|
|
iemand bont en blauw slaan
|
[hem afranselen]
|
|
een blauwe plek
|
[lichte bloeduitstorting onder de huid]
|
|
spa blauw
|
[bronwater zonder koolzuur]
|
|
Delfts blauw
|
[blauw beschilderd aardewerk uit Delft]
|
|
meer blauw op straat
|
[meer politie]
|
|
blauw bloed hebben
|
[van adellijke afkomst zijn]
|
|
zich blauw ergeren
|
[zich in hoge mate ergeren]
|
|
een blauwe maandag
|
[een zeer korte tijd]
|
|
Delfts blauw
|
[met blauwe kleur beschilderd aardewerk]
|
|
meer blauw op straat
|
[meer politie]
|
|
van de blauwe knoop zijn
|
[geen alcohol gebruiken]
|
|
iets in goede banen leiden
|
[zorgen dat het goed verloopt]
|
|
iets op de lange baan schuiven
|
[het steeds uitstellen]
|
|
iets of iemand ruim baan geven
|
[vrije gelegenheid om iets te doen]
|
|
van de baan zijn
|
[niet meer doorgaan]
|
|
baantjes trekken
|
[heen en weer zwemmen in een zwembad]
|
|
tot op zekere hoogte ben ik het met je eens
|
[ik ben het gedeeltelijk met je eens]
|
|
dat is nog tot daar aan toe
|
[dat is nog niet zo erg]
|
|
tot dadelijk
|
[ik ben zo terug]
|
|
we blijven tot en met dinsdag
|
[dinsdag ook nog]
|
|
tot nu toe
|
[in het verleden en ook nu nog]
|
|
van dag tot dag wordt het drukker
|
elke dag wordt het drukker]
|
|
van tijd tot tijd liep hij naar het raam
|
[af en toe deed hij dat]
|
|
tot ziens
|
[ik ga weg, maar hoop je weer te zien]
|
|
tot besluit
|
[als laatste]
|
|
tot uw dienst
|
[beleefdheidsantwoord als iemand je bedankt]
|
|
er is stront aan de knikker
|
[er gaat iets mis waardoor je in moeilijkheden kunt komen]
|
|
hij heeft stront in zijn ogen
|
[het is heel opvallend, maar hij ziet het niet]
|
|
in de stront zitten
|
[in de problemen]
|
|
van boven bont, van onder stront
|
[het lijkt meer dan het is]
|
|
van boven bont, van onder stront
|
[het lijkt meer dan het is]
|
|
het was kantje boord
|
[op het nippertje]
|
|
van boord gaan
|
[van het schip af, uit het vliegtuig, etc.]
|
|
van nu af aan
|
[te beginnen bij nu]
|
|
met alle gevolgen van dien
|
[met alle gevolgen die erbij horen]
|
|
wat ben je van plan?
|
[wat voor plan heb je]
|
|
van alles
|
[allerlei dingen]
|
|
van alles en nog wat
|
[allerlei dingen]
|
|
van belang
|
[belangrijk]
|
|
ik denk van wel
|
[ik denk dat het zo is]
|
|
hij deed het niet van harte
|
[niet graag]
|
|
van nature is hij aardig
|
[zijn aard is dat hij aardig is]
|
|
dat is verre van aardig
|
[helemaal niet aardig]
Meer |
|
het is armoe troef
|
[ze zijn erg arm]
|
|
van armoe iets doen
|
[omdat je niets beters kunt bedenken]
|
|
bittere armoede
|
[heel erg arm]
|
|
stille armoede
|
[waarvoor je niet uit wilt komen]
|
|
van nu af aan
|
[te beginnen bij nu]
|
|
met alle gevolgen van dien
|
[met alle gevolgen die erbij horen]
|
|
wat ben je van plan?
|
[wat voor plan heb je]
|
|
van alles
|
[allerlei dingen]
|
|
van alles en nog wat
|
[allerlei dingen]
|
|
van belang
|
[belangrijk]
|
|
ik denk van wel
|
[ik denk dat het zo is]
|
|
hij deed het niet van harte
|
[niet graag]
|
|
van nature is hij aardig
|
[zijn aard is dat hij aardig is]
|
|
dat is verre van aardig
|
[helemaal niet aardig]
|
|
van nu af aan
|
[te beginnen bij nu]
|
|
met alle gevolgen van dien
|
[met alle gevolgen die erbij horen]
|
|
wat ben je van plan?
|
[wat voor plan heb je]
|
|
van alles
|
[allerlei dingen]
|
|
van alles en nog wat
|
[allerlei dingen]
|
|
van belang
|
[belangrijk]
|
|
ik denk van wel
|
[ik denk dat het zo is]
|
|
hij deed het niet van harte
|
[niet graag]
|
|
van nature is hij aardig
|
[zijn aard is dat hij aardig is]
|
|
dat is verre van aardig
|
[helemaal niet aardig]
|
|
hem aan de tand voelen
|
[ondervragen]
|
|
tot de tanden gewapend
|
[zwaar bewapend]
|
|
eten met lange tanden
|
[met tegenzin]
|
|
je tanden laten zien
|
[dreigend laten zien dat je niet bang bent]
|
|
haar op de tanden hebben
|
[nergens bang voor zijn]
|
|
op zijn tanden bijten
|
[pijn of boosheid niet laten zien]
|
|
van de hand in de tand leven
|
[wat je verdient, meteen uitgeven]
|
|
zich met hand en tand verzetten
|
[met alle kracht]
|
|
met de mond vol tanden staan
|
[geen antwoord weten]
|
|
oog om oog, tand om tand
|
[wat hij mij aandoet, doe ik hem aan]
|
|
ergens zijn tanden op stukbijten
|
[vergeefse moeite doen om iets te bereiken]
|
|
de tand des tijds
|
[de slijtage van alle dingen]
|
|
zijn tanden laten zien
|
[een dreigende houding aannemen]
|
|
ergens zijn tanden in zetten
|
[beginnen aan een zware klus]
|
|
een tandje hoger
|
[in een hogere versnelling]
|
|
met je hakken over de sloot
|
[op het nippertje]
|
|
van de hak op de tak springen
|
[dingen vertellen die niets met elkaar te maken hebben]
|
|
iemand een hak zetten
|
[een gemene streek met hem uithalen]
|
|
op de hak nemen
|
[er de spot mee drijven]
|
|
met de hakken over de sloot
|
[op het nippertje]
|
|
iets met wortel en tak uitroeien
|
[helemaal]
|
|
van de hak op de tak springen
|
[van het ene onderwerp op het andere]
|
|
van de gelegenheid profiteren
|
[er gebruik van maken]
|
|
als de dag van gisteren
|
[alsof het gisteren gebeurd is]
|
|
dag in, dag uit
|
[steeds, iedere dag]
|
|
ze loopt op alledag
|
[ze kan elk moment bevallen]
|
|
op zijn oude dag
|
[toen hij al oud was]
|
|
van de ene dag op de andere
|
[heel plotseling]
|
|
bij de dag leven
|
[niet nadenken over de toekomst]
|
|
het gesprek van de dag zijn
|
[het meest besproken onderwerp]
|
|
zijn dagen zijn geteld
|
[hij gaat bijna dood]
|
|
heden ten dage
|
[tegenwoordig, in deze tijd]
|
|
sinds jaar en dag
|
[al heel lang]
|
|
tot in lengte van dagen
|
[nog heel lang]
|
|
een man van de dag zijn
|
[vlak voor zijn dood staan]
|
|
de dag des oordeels
|
[de laatste dag van de wereld]
|
|
overgaan tot de orde van de dag
|
[de gewone werkzaamheden weer gaan doen]
|
|
voor je oude dag zorgen
|
[sparen voor later]
|
|
ouden van dagen
|
[bejaarden]
|
|
pluk de dag!
|
[leef; geniet nu!]
|
|
vandaag de dag
|
[tegenwoordig]
|
|
je dag niet hebben
|
[niet kunnen doen wat je normaal kunt doen]
|
|
geen zorgen voor de dag van morgen
|
[maak je niet bezorgd over de toekomst]
|
|
men moet de dag niet prijzen voor het avond is
|
[het werk pas beoordelen als het klaar is]
|
|
het is morgen weer vroeg dag
|
[we moeten vroeg op]
|
|
iets voor de dag halen
|
[het tevoorschijn halen]
|
|
goed voor de dag komen
|
[iets goeds presteren]
|
|
het is kort dag
|
[er is nog maar weinig tijd]
|
|
dag en nacht
|
[onophoudelijk]
|
|
een gat in de dag slapen
|
[lang uitslapen]
|
|
ermee voor de dag komen
|
[het zeggen]
|
|
voor dag en dauw
|
[heel vroeg]
|
|
een verschil van dag en nacht
|
[een groot verschil]
|
|
hij slaat de plank mis
|
[hij vergist zich]
|
|
ik ben zo stijf als een plank
|
[heel erg stijf]
|
|
van de bovenste plank
|
[zeer goed]
|
|
brood op de plank hebben
|
[genoeg hebben om van te leven]
|
|
van dik hout zaagt men planken
|
[zeg je als iets voortvarend, maar ruw wordt aangepakt]
|
|
tussen zes planken
|
[dood zijn]
|
|
de plank misslaan
|
[zich vergissen]
|
|
op de planken staan
|
[toneelspelen]
|
|
op de plank blijven liggen
|
[niet uitgegeven worden]
|
|
van de blauwe knoop zijn
|
[geen alcohol gebruiken]
|
|
een blauwe maandag
|
[heel kort]
|
|
iemand bont en blauw slaan
|
[hem afranselen]
|
|
een blauwe plek
|
[lichte bloeduitstorting onder de huid]
|
|
spa blauw
|
[bronwater zonder koolzuur]
|
|
Delfts blauw
|
[blauw beschilderd aardewerk uit Delft]
|
|
meer blauw op straat
|
[meer politie]
|
|
blauw bloed hebben
|
[van adellijke afkomst zijn]
|
|
zich blauw ergeren
|
[zich in hoge mate ergeren]
|
|
een blauwe maandag
|
[een zeer korte tijd]
|
|
Delfts blauw
|
[met blauwe kleur beschilderd aardewerk]
|
|
meer blauw op straat
|
[meer politie]
|
|
van de blauwe knoop zijn
|
[geen alcohol gebruiken]
|
|
van de blauwe knoop zijn
|
[geen alcohol gebruiken]
|
|
in de knoop zitten
|
[in moeilijkheden]
|
|
de knoop doorhakken
|
[een moeilijke beslissing nemen]
|
|
met zichzelf in de knoop zitten
|
[verward zijn]
|
|
een knoop in je zakdoek leggen
|
[proberen iets niet te vergeten]
|
|
iets uit de knoop halen
|
[het ontwarren]
|
|
iets in goede banen leiden
|
[zorgen dat het goed verloopt]
|
|
iets op de lange baan schuiven
|
[het steeds uitstellen]
|
|
iets of iemand ruim baan geven
|
[vrije gelegenheid om iets te doen]
|
|
van de baan zijn
|
[niet meer doorgaan]
|
|
baantjes trekken
|
[heen en weer zwemmen in een zwembad]
|
|
tot op zekere hoogte ben ik het met je eens
|
[ik ben het gedeeltelijk met je eens]
|
|
tot dadelijk
|
[ik ben zo terug]
|
|
we blijven tot en met dinsdag
|
[dinsdag ook nog]
|
|
tot nu toe
|
[in het verleden en ook nu nog]
|
|
van dag tot dag wordt het drukker
|
[elke dag wordt het drukker]
|
|
van tijd tot tijd liep hij naar het raam
|
[af en toe deed hij dat]
|
|
tot ziens
|
[ik ga weg, maar hoop je weer te zien]
|
|
van buiten leren
|
[zorgen dat je het meteen weet]
|
|
ik zal je leren!
|
[ik ga je straffen]
|
|
er is stront aan de knikker
|
[er gaat iets mis waardoor je in moeilijkheden kunt komen]
|
|
hij heeft stront in zijn ogen
|
[het is heel opvallend, maar hij ziet het niet]
|
|
in de stront zitten
|
[in de problemen]
|
|
van boven bont, van onder stront
|
[het lijkt meer dan het is]
|
|
van boven bont, van onder stront
|
[het lijkt meer dan het is]
|
|
het was kantje boord
|
[op het nippertje]
|
|
van boord gaan
|
[van het schip af, uit het vliegtuig, etc.]
|
|
van nu af aan
|
[te beginnen bij nu]
|
|
met alle gevolgen van dien
|
[met alle gevolgen die erbij horen]
|
|
wat ben je van plan?
|
[wat voor plan heb je]
|
|
van alles
|
[allerlei dingen]
|
|
van alles en nog wat
|
[allerlei dingen]
|
|
van belang
|
[belangrijk]
|
|
ik denk van wel
|
[ik denk dat het zo is]
|
|
hij deed het niet van harte
|
[niet graag]
|
|
van nature is hij aardig
|
[zijn aard is dat hij aardig is]
|
|
dat is verre van aardig
|
[helemaal niet aardig]
|
|
van nu af aan
|
[te beginnen bij nu]
|
|
met alle gevolgen van dien
|
[met alle gevolgen die erbij horen]
|
|
wat ben je van plan?
|
[wat voor plan heb je]
|
|
van alles
|
[allerlei dingen]
|
|
van alles en nog wat
|
[allerlei dingen]
|
|
van belang
|
[belangrijk]
|
|
ik denk van wel
|
[ik denk dat het zo is]
|
|
hij deed het niet van harte
|
[niet graag]
|
|
van nature is hij aardig
|
[zijn aard is dat hij aardig is]
|
|
dat is verre van aardig
|
[helemaal niet aardig]
|
|
van nu af aan
|
[te beginnen bij nu]
|
|
met alle gevolgen van dien
|
[met alle gevolgen die erbij horen]
|
|
wat ben je van plan?
|
[wat voor plan heb je]
|
|
van alles
|
[allerlei dingen]
|
|
van alles en nog wat
|
[allerlei dingen]
|
|
van belang
|
[belangrijk]
|
|
ik denk van wel
|
[ik denk dat het zo is]
|
|
hij deed het niet van harte
|
[niet graag]
|
|
van nature is hij aardig
|
[zijn aard is dat hij aardig is]
|
|
dat is verre van aardig
|
[helemaal niet aardig]
|
|
van alle markten thuis zijn
|
[overal wat vanaf weten]
|
|
een gat in de markt
|
[een mogelijkheid om producten te verkopen]
|
|
goed in de markt liggen
|
[gevraagd, gewild zijn]
|
|
in de markt zijn voor iets
|
[gegadigde zijn]
|
|
een nerveuze markt
|
[met sterke schommelingen]
|
|
een open markt
|
[zonder invoerrechten en heffingen]
|
|
iets onder de markt verkopen
|
[onder de vastgestelde prijs]
|
|
de markt veroveren
|
[veel verkopen]
|
|
de zwarte markt
|
[clandestiene handel]
|
|
heb jij al een vriendje, Anna?
|
[heb jij al verkering]
|
|
dikke vrienden
|
[goede vrienden van elkaar]
|
|
hem te vriend houden
|
ervoor zorgen dat hij je aardig blijft vinden
|
|
even goede vrienden
|
[ik blijf je toch aardig vinden]
|
|
beter een goede buur dan een verre vriend
|
[goede buren kunnen sneller hulp bieden dan vrienden die ver weg wonen]
|
|
in nood leert men zijn vrienden kennen
|
[als je in nood bent, ontdek je pas wie je echte vrienden zijn]
|
|
valse vrienden
|
[woorden in verschillende talen die op elkaar lijken, maar verschillende betekenissen hebben]
|
|
van je vrienden moet je het maar hebben
|
[reactie als vrienden in gebreke blijven]
|
|
valse lucht
|
[door een lek aangezogen]
|
|
vals spelen
|
[onzuiver spelen]
|
|
een valse start
|
[vertrek voordat het startsein geklonken heeft]
|
|
hem vals beschuldigen
|
[beschuldigen terwijl hij niets heeft gedaan]
|
|
valse hoop wekken
|
[waardoor men bedrogen uitkomt]
|
|
valse schaamte
|
[die niet terecht is]
|
|
onder valse vlag varen
|
[zich uitgeven voor iemand anders]
|
|
valse tanden
|
[een kunstgebit]
|
|
vals zingen
|
[onzuiver zingen]
|
|
hij is in geen velden of wegen te bekennen
|
[nergens te zien]
|
|
het veld ruimen
|
[je terugtrekken nadat je verloren hebt]
|
|
veld winnen
|
[meer aanhangers krijgen]
|
|
zij is uit het veld geslagen
|
[in verwarring, onzeker]
|
|
vallen op het veld van eer
|
[sneuvelen in de strijd]
|
|
uit het veld
|
[uit de praktijk]
|
|
vaker dan me lief is
|
[vaker dan ik zou willen]
|
|
als je leven je lief is...
|
[dreigement]
|
|
iets voor lief nemen
|
[er genoegen mee nemen]
|
|
dat neem ik voor lief
|
[ik wil het eigenlijk niet, maar accepteer het toch]
|
|
ik deed net zo lief wat anders
|
[eigenlijk wil ik het niet doen]
|
|
lieve deugd!
|
[uitroep van schrik en verbazing]
|
|
het lieve leventje
|
[het leven van alledag]
|
|
werken dat het een lieve lust is
|
[intensief en met veel plezier werken]
|
|
net zo lief
|
[even graag]
|
|
op vakantie gaan
|
[naar een andere plaats gaan als je vrij hebt]
|
|
vakantie nemen
|
[vrije dagen opnemen]
|
|
onder geen voorwaarde mag je dat doen
|
[je mag het beslist niet doen]
synoniemen: conditie beding |
|
uw opleiding voldoet niet aan de voorwaarden
|
[u hebt niet voldoende opleiding]
|
|
zich het recht voorbehouden
|
[het als je recht beschouwen]
|
|
prijswijzigingen voorbehouden
|
[de prijzen kunnen veranderen]
|
|
uitzonderingen voorbehouden
|
[uitzonderingen zijn mogelijk]
|
|
itkeringstrekker
|
[iemand die een uitkering ontvangt]
|
|
iets op zijn sloffen kunnen
|
[heel gemakkelijk]
|
|
uit zijn slof schieten
|
[plotseling boos worden]
|
|
het vuur uit zijn sloffen lopen
|
[ergens veel moeite voor doen]
|
|
in de kracht van je leven
|
[in je beste tijd]
|
|
met vereende krachten
|
[met zijn allen]
|
|
uit zijn krachten gegroeid zijn
|
[naar verhouding te lang geworden]
|
|
zijn krachten meten met iemand
|
[uitproberen wie de sterkste is]
|
|
met vereende krachten
|
[met gezamenlijke inspanning]
|
|
de krachten bundelen
|
[samenwerken]
|
|
op eigen kracht
|
[zonder hulp van anderen]
|
|
is die wet al van kracht?
|
[in werking]
|
|
een losse kracht
|
[in werking]
|
|
een losse kracht
|
[zonder arbeidsovereenkomst]
|
|
in de as gelegd worden
|
[door brand helemaal vernietigd worden]
|
|
uit zijn as herrijzen
|
[na een dieptepunt weer helemaal opbloeien]
|
|
as is verbrande turf
|
[zeg je tegen iemand die zeurt over 'maar als nou...']
|
|
in zak en as zitten
|
[je verslagen voelen]
|
|
zo vrij als een vogeltje in de lucht
|
[heel erg vrij]
|
|
een vrij beroep
|
[waarbij je je eigen baas bent]
|
|
vrije toegang
|
[zonder te betalen]
|
|
iemand de vrije hand geven
|
[het hem laten doen zoals hij zelf wil]
|
|
de handen vrij hebben
|
[ongehinderd iets kunnen doen]
|
|
een vrije jongen
|
[een kleine zelfstandige]
|
|
uit vrije wil
|
[niet gedwongen]
|
|
er vrij over kunnen beschikken
|
[kunnen gebruiken wat je wilt]
|
|
vrij op naam
|
[de koper betaalt de overdrachtskosten van het huis]
|
|
vrij spel hebben
|
[ongehinderd je gang kunnen gaan]
|
|
iemand de vrije teugel laten
|
[hem zijn gang laten gaan]
|
|
een vrije trap
|
[een schot dat ongehinderd genomen mag worden]
|
|
een vrije vertaling
|
[die zich niet precies aan de betekenis houdt]
|
|
een vrije vogel
|
[iemand die zich van niemand iets aantrekt]
|
|
vrije tijd
|
[de tijd die je niet hoeft te werken]
|
|
de vrije sector
|
[huizen waarvoor je geen woonvergunning hoeft te hebben]
|
|
mag ik zo vrij zijn om...?
|
[vindt u dat goed?]
|
|
ter wille van de kinderen
|
[voor de kinderen]
|
|
hem ter wille zijn
|
[helpen met wat hij vraagt]
|
|
uit vrije wil
|
[zonder dat je gedwongen wordt]
|
|
hij is van goede wil
|
[bedoelt het goed]
|
|
met de beste wil van de wereld niet
|
[hoe ik het ook probeer]
|
|
voor elk wat wils
|
[voor iedereen iets wat hij leuk vindt]
|
|
tegen wil en dank
|
[met tegenzin, gedwongen]
|
|
om 's hemels wil!
|
[in godsnaam]
|
|
met een beetje goede wil
|
[als je maar meewerkt]
|
|
uit vrije wil
|
[niet gedwongen]
|
|
waar een wil is, is een weg
|
[als je werkelijk iets wilt, vind je een oplossing]
|
|
zijn wil is wet
|
[hij bepaalt de regels]
|
|
er vol van zijn
|
[over niets anders meer kunnen praten of denken]
|
|
het was een volle bak
|
[een uitverkochte zaal]
|
|
ergens de buik vol van hebben
|
[er niets meer mee te maken willen hebben]
|
|
ergens de handen vol aan hebben
|
[het er druk mee hebben]
|
|
de maat is vol
|
[ik accepteer het niet langer]
|
|
ergens de mond vol van hebben
|
[er voortdurend over praten]
|
|
iemand voor vol aanzien
|
[hem serieus nemen]
|
|
de volle laag krijgen
|
[veel verwijten krijgen]
|
|
in zijn volle lengte
|
[met zijn hele lichaam]
|
|
het volle leven
|
[het werkelijke leven]
|
|
in het volle licht staan
|
[goed opgemerkt worden]
|
|
de volle mep betalen
|
het hele bedrag]
|
|
het volle pond betalen
|
[de hele som]
|
|
ten volle
|
[volkomen]
|
|
op volle toeren
|
[uit alle macht]
|
|
uit volle borst zingen
|
[luidkeels]
|
|
in volle ernst
|
[heel ernstig]
|
|
hem voor vol aanzien
|
[hem serieus nemen]
|
|
iemand de huid vol schelden
|
[hem overladen met scheldwoorden]
|
|
het stuit me tegen de borst
|
[ik vind het afschuwelijk]
|
|
uit volle borst zingen
|
[heel hard zingen]
|
|
hij klopt zich op de borst
|
[laat blijken dat hij zichzelf erg goed vindt]
|
|
maak je borst maar nat
|
[bereid je er maar op voor]
|
|
een slang aan je borst koesteren
|
[goed zijn voor iemand die daar misbruik van maakt]
|
|
een hoge borst opzetten
|
[verwaand zijn]
|
|
het op de borst hebben
|
[zwaar verkouden zijn]
|
|
een brave borst
|
[een goeie kerel]
|
|
het mag geen naam hebben
|
[het betekent niets]
|
|
ik kan niet op zijn naam komen
|
[ik herinner me niet hoe hij heet]
|
|
met name in augustus was het koud
|
[vooral in augustus]
|
|
zij heeft de naam lui te zijn
|
[veel mensen vinden dat]
|
|
die winkel heeft een goede naam
|
[staat bekend als een goede winkel]
|
|
uit naam van de vereniging
|
[als vertegenwoordiger van de vereniging]
|
|
mijn naam is haas
|
[ik weet er niets van]
|
|
een naamloze vennootschap
|
[zaak waarvan de aandelen openbaar verkocht kunnen worden]
|
|
het beestje bij de naam noemen
|
[zeggen waar het op staat]
|
|
iets op zijn naam schrijven
|
[een succes behalen]
|
|
in zijn naam
|
[op zijn gezag]
|
|
ten name van
|
[op die naam geregistreerd]
|
|
met naam en toenaam
|
[met alle persoonlijke gegevens]
|
|
vrij op naam
|
[de koper betaalt geen overdrachtskosten]
|
|
in naam der wet
|
[de wet bepaalt het zo]
|
|
zijn naam eer aan doen
|
[zijn reputatie waarmaken]
|
|
te goeder naam en faam bekend zijn
|
[gunstig bekendstaan]
|
|
iemand in zijn goede naam aantasten
|
[belasteren]
|
|
een slechte naam hebben
|
[een slechte reputatie]
|
|
iemands naam door het slijk halen
|
[zijn reputatie aantasten]
|
|
het aan zijn naam verplicht zijn
|
[voor het behoud van zijn goede naam]
|
|
uit je vel springen
|
[erg kwaad worden]
|
|
vel over been zijn
|
[heel erg mager]
|
|
hem het vel over de oren halen
|
[veel te veel laten betalen]
|
|
uit je ritme zijn
|
[uit de dagelijkse regelmaat]
|
|
veel aan je hoofd hebben
|
[het druk hebben]
|
|
het hoofd laten hangen
|
[de moed opgeven]
|
|
iets uit je hoofd leren
|
[het zo leren dat je het kunt herhalen]
|
|
een dak boven je hoofd hebben
|
[woonruimte hebben]
|
|
het hoofd verliezen
|
[niet meer nadenken]
|
|
je kon over de hoofden lopen
|
[het was er erg druk]
|
|
over het hoofd zien
|
[niet opmerken]
|
|
je boven het hoofd groeien
|
[het wordt je te veel]
|
|
niet goed bij zijn hoofd zijn
|
[niet goed wijs zijn]
|
|
uit je hoofd laten
|
[niet doen]
|
|
voor het hoofd stoten
|
[iets doen waarmee je iemand beledigt]
|
|
de hand boven het hoofd houden
|
[beschermen]
|
|
het hoofd bieden
|
[een probleem oplossen]
|
|
je hoofd er niet bij kunnen houden
|
[niet goed kunnen nadenken]
|
|
iets het hoofd bieden
|
[je ertegen verzetten]
|
|
het hoofd stoten
|
[er wordt je iets geweigerd]
|
|
het hoofd in de schoot leggen
|
[de moed verliezen]
|
|
iemand hoofd eisen
|
[eisen dat hij aftreedt]
|
|
daar durf ik mijn hoofd onder te verwedden
|
[daar ben ik heel zeker van]
|
|
het hoofd neerleggen
|
[doodgaan, sterven]
|
|
het hoofd boven water houden
|
[maar net genoeg geld hebben om van te leven]
|
|
mijn hoofd staat er niet naar
|
[ik ben er niet voor in de stemming]
|
|
er hangt hem iets boven het hoofd
|
[er gaat iets met hem gebeuren]
|
|
het hoofd op hol brengen
|
[héél enthousiast of verliefd maken]
|
|
er je hoofd over breken
|
[er diep over nadenken]
|
|
het hoofd van de tafel
|
[een van de korte zijden]
|
|
er een hard hoofd in hebben
|
[er niet in geloven]
|
|
boter op je hoofd hebben
|
[ook schuldig zijn]
|
|
de handen uit de mouwen steken
|
[ijverig gaan werken]
|
|
je hand ophouden
|
[geld vragen]
|
|
de hand aan jezelf slaan
|
[zelfmoord plegen]
|
|
met harde hand optreden
|
[streng optreden]
|
|
een handje helpen
|
[even meehelpen]
|
|
dat ligt voor de hand
|
[dat is heel logisch]
|
|
iets achter de hand hebben
|
[in reserve hebben]
|
|
de hand over het hart strijken
|
[voor één keer minder streng zijn]
|
|
er de hand aan houden
|
[de voorschriften volgen]
|
|
in goede handen zijn
|
[goed verzorgd worden]
|
|
jezelf in de hand hebben
|
[je beheersen]
|
|
wat is er aan de hand?
|
[wat is er mis, of wat gebeurt er?]
|
|
zwaar op de hand zijn
|
[erg serieus of somber zijn]
|
|
er je hand niet voor omdraaien
|
[het niet moeilijk vinden om te doen]
|
|
een hand geven
|
[een hand drukken om te begroeten]
|
|
er de laatste hand aan leggen
|
[het juist afmaken]
|
|
handen te kort komen
|
[het heel druk hebben]
|
|
een gat in je hand hebben
|
[gemakkelijk te veel geld uitgeven]
|
|
de hand boven het hoofd houden
|
[verdedigen met woorden]
|
|
met de handen over elkaar zitten
|
[niets doen]
|
|
aan de beterende hand zijn
|
[langzaam genezen]
|
|
van de hand wijzen
|
[weigeren]
|
|
in de hand werken
|
[bevorderen]
|
|
er de hand op weten te leggen
|
[iets bijzonders kopen of krijgen]
|
|
de hand op de knip houden
|
[zuinig zijn, gierig zijn]
|
|
je handen thuishouden
|
[niet aankomen, niet slaan]
|
|
uit je hand eten
|
[precies doen wat je zegt]
|
|
twee handen op één buik zijn
|
[het altijd met elkaar eens zijn]
|
|
uit de hand lopen
|
[niet meer kunnen beheersen]
|
|
van de hand doen
|
[wegdoen, verkopen]
|
|
het hoofd boven water houden
|
[maar nét genoeg hebben om van te leven]
|
|
het hoofd laten hangen
|
[de moed verliezen]
|
|
het hoofd laten hangen
|
[de moed verliezen]
|
|
de handen dichtknijpen
|
[jezelf gelukkig prijzen]
|
|
bij de hand houden
|
[zo houden dat je het snel kunt laten zien]
|
|
het van de daken schreeuwen
|
[het overal vertellen]
|
|
iemand op je dak krijgen
|
hem onverwacht op bezoek krijgen]
|
|
geen dak boven je hoofd hebben
|
[geen huis om in te wonen]
|
|
onder dak zijn
|
[huisvesting gevonden hebben]
|
|
een dak boven je hoofd hebben
|
[een woning hebben]
|
|
uit je dak gaan
|
[uitzinnig worden van woede of blijdschap]
|
|
ga nou gauw op het dak zitten!
|
[ik geloof je niet; ik wil het niet]
|
|
dat valt me koud op het dak
|
[dat is een onaangename verrassing, het overvalt me]
|
|
het gaat van een leien dakje
|
[heel gemakkelijk en vlot]
|
|
de mussen vallen dood van het dak
|
[het is heel warm]
|
|
iemand iets op zijn dak schuiven
|
[hem ermee opzadelen]
|
|
iemand op je dak krijgen
|
[met iemand te maken krijgen zonder dat je dat wilt]
|
|
hij is uit het goede hout gesneden
|
[is eerlijk en betrouwbaar]
|
|
we moeten op een houtje bijten
|
[hebben niets meer te eten]
|
|
dat snijdt geen hout
|
[dat gaat niet op, dat klopt niet]
|
|
van dik hout zaagt men planken
|
[wordt gezegd als iets op een slordige en grove manier wordt aangepakt]
|
|
een flinke bos hout voor de deur hebben
|
[grote borsten]
|
|
uit hetzelfde hout gesneden zijn
|
[op elkaar lijken]
|
|
op eigen houtje
|
[zonder overleg met en hulp van anderen]
|
|
ik snap er geen hout van
|
[niets]
|
|
voor de vuist weg
|
[zonder voorbereiding]
|
|
in je vuistje lachen
|
[stiekem plezier hebben om de pech van iemand anders]
|
|
een vuist maken
|
[samen met anderen in verzet komen]
|
|
brood uit het vuistje
|
[niet van een bord]
|
|
op de vuist gaan met iemand
|
[met hem vechten]
|
|
met de vuist op tafel slaan
|
[eisen stellen door te dreigen]
|
|
uit het vuistje eten
|
[uit de hand, zonder bestek]
|
|
uit het oog, uit het hart
|
[wie je niet meer ziet, vergeet je]
|
|
zo op het oog
|
[als je oppervlakkig kijkt]
|
|
uit het oog verliezen
|
[niet meer zien]
|
|
iemand onder vier ogen spreken
|
[zonder dat er anderen bij zijn]
|
|
oog om oog, tand om tand [
|
[wat iemand je aandoet, dat doe je ook hem aan]
|
|
oog in oog staan met iemand
|
[recht tegenover elkaar]
|
|
iemand een doorn in het oog zijn
|
[hem ergeren]
|
|
groen en geel voor de ogen worden
|
duizelig worden]
|
|
iemand een rad voor de ogen draaien
|
[de dingen anders voorstellen dan ze zijn]
|
|
wat zijn ogen zien, maken zijn handen
|
[hij is erg handig]
|
|
zijn ogen zijn groter dan zijn maag
|
[hij kan minder eten dan hij dacht]
|
|
ogen in zijn rug hebben
|
[alles zien]
|
|
iemand de ogen openen
|
[hem de waarheid laten zien]
|
|
met het oog op
|
in verband daarmee]
|
|
iemand naar de ogen zien
|
[je afhankelijk opstellen]
|
|
iets met de ogen verslinden
|
[er verlangend naar kijken]
|
|
een oogje in het zeil houden
|
[opletten of alles goed gaat]
|
|
iets voor ogen houden
|
[het in gedachten houden]
|
|
in zijn ogen
|
[volgens hem]
|
|
in het oog lopen of springen
|
[opvallen]
|
|
je ogen uitkijken
|
[het prachtig vinden om te zien]
|
|
het met andere ogen bekijken
|
[op een andere manier]
|
|
schele ogen geven
|
[anderen jaloers maken]
|
|
grote ogen opzetten
|
[verbaasd kijken]
|
|
er geen oog voor hebben
|
[er geen aandacht voor hebben]
|
|
iemand de ogen uitsteken
|
[jaloers maken]
|
|
een oogje op iemand hebben
|
[een beetje verliefd op haar zijn]
|
|
het onder ogen zien
|
[het beseffen]
|
|
iets op het oog hebben
|
[het gezien hebben en willen kopen]
|
|
je ogen de kost geven
|
[goed kijken]
|
|
iemand zand in de ogen strooien
|
[hem misleiden]
|
|
je ogen in je zak hebben
|
[niet opletten]
|
|
iemand zand in de ogen strooien
|
[voor de gek houden, misleiden]
|
|
ogen tekortkomen
|
[veel te zien hebben]
|
|
als mijn ogen mij niet bedriegen
|
[ik weet niet zeker of ik het goed gezien heb]
|
|
met het blote oog
|
[zonder bril of andere hulpmiddelen]
|
|
geen oog dichtdoen
|
[niet kunnen slapen]
|
|
hij heeft dollartekens in zijn ogen
|
[laat blijken dat hij graag geld wil verdienen]
|
|
geen hand voor ogen kunnen zien
|
[helemaal niets]
|
|
iemand het licht in de ogen niet gunnen
|
[niets gunnen]
|
|
ergens een open oog voor hebben
|
[er de waarde van inzien]
|
|
de schellen vallen hem van de ogen
|
[hij ziet hoe het werkelijk zit]
|
|
wel de splinter in andersmans oog zien, maar niet de balk in zijn eigen oog
|
[blind zijn voor eigen fouten, maar van anderen alles zien]
|
|
hoge ogen gooien
|
[veel kans maken]
|
|
door het oog van de naald
|
[aan groot gevaar ontkomen]
|
|
een blote jurk
|
[die veel bloot laat
|
|
op blote voeten
|
[zonder kousen of schoenen]
|
|
met zijn blote handen
|
[zonder gereedschap te gebruiken]
|
|
onder de blote hemel slapen
|
[in de open lucht]
|
|
uit het blote hoofd
|
[zonder hulpmiddel]
|
|
open en bloot
|
[heel openlijk]
|
|
achter elkaar lopen
|
[de een achter de ander]
|
|
het is voor elkaar
|
[het is in orde]
|
|
hij sprak twee uur achter elkaar
|
[twee uur aan een stuk door]
|
|
je haalt die dingen door elkaar
|
[je verwart ze]
|
|
ik kan die tweelingen niet uit elkaar houden
|
[ik weet niet wie wie is]
|
|
hij roept de bestuursleden bij elkaar
|
[hij schrijft een vergadering uit]
|
|
het in elkaar zetten
|
[het opbouwen]
|
|
in elkaar slaan
|
[zo lang slaan dat de ander niet meer kan staan]
|
|
uit elkaar gaan
|
[niet langer samen blijven]
|
|
je een vreemde taal eigen maken
|
[een vreemde taal leren]
|
|
eigen baas zijn
|
[niet in loondienst]
|
|
in haar eigen belang
|
[in het belang van haarzelf]
|
|
uit eigen beweging kwam hj
|
[we vroegen het niet]
|
|
de burgemeester in eigen persoon
|
[de burgemeester zelf]
|
|
uit eigen beweging
|
[zonder dat iemand dat zegt]
|
|
ze komen in beweging
|
[ze gaan bewegen]
|
|
ervandoor gaan
|
[wegvluchten]
|
|
uit de weg gaan
|
[opzij stappen]
|
|
hem zijn gang laten gaan
|
[je niet met hem bemoeien]
|
|
in staking gaan
|
[een staking beginnen]
|
|
hoe gaat het? het gaat wel.
|
[ik maak het redelijk]
|
|
het gaat haar om dat horloge
|
[ze wil dat horloge hebben]
|
|
hij gaat er flink tegenaan
|
[werkt hard]
|
|
hij gaat eraan
|
[hij wordt gedood]
|
|
met iemand gaan
|
[verkering met hem of haar hebben]
|
|
met iemand naar bed gaan
|
[met hem neuken]
|
|
daar moet je niet te min over denken
|
[dat moet je niet onderschatten]
|
|
te min zijn voor iemand
|
[niet goed genoeg gevonden worden]
|
|
zo min mogelijk
|
[zo weinig als kan]
|
|
zo mak als een lammetje
|
[erg kalm en rustig]
|
|
onschuldig als een pasgeboren lam
|
erg onschuldig]
|
|
de lange latten
|
[ski's]
|
|
zo mager als een lat
|
[heel erg mager]
|
|
de lat gelijk leggen
|
[iedereen op dezelfde manier behandelen]
|
|
onder de lat staan
|
[in het doel]
|
|
de lat hoger leggen
|
[hogere eisen stellen]
|
|
zo mager als een lat
|
[heel erg mager]
|
|
een magere sprinkhaan
|
[iemand die erg mager is]
|
|
magere en vette jaren
|
[goede en slechte jaren]
|
|
een mager resultaat
|
[slechter dan verwacht]
|
|
het bruidspaar
|
[twee mensen die trouwen]
|
|
het koninklijk paar
|
[de koningin en haar man]
|
|
zo lust ik er nog wel een paar!
|
[dat antwoord slaat nergens op]
|
|
in een paar seconden
|
[even]
|
|
zo link als een looien deur
|
[erg doortrapt]
|
|
hij is gewogen en te licht bevonden
|
[hij is beoordeeld, maar men vond hem niet geschikt]
|
|
zij is zo licht als een veertje
|
[ze weegt erg weinig]
|
|
met een licht hart
|
[opgewekt]
|
|
zo licht als een veertje
|
[heel licht]
|
|
lichte muziek
|
[popmuziek, jazzmuziek, volksmuziek etc]
|
|
zo licht als een veertje
|
[heel erg licht]
|
|
vroeg uit de veren zijn
|
[vroeg op zijn]
|
|
pronken met andermans veren
|
[opscheppen over iets wat je niet zelf gedaan hebt]
|
|
een veer moeten laten
|
[met minder tevreden moeten zijn]
|
|
men plukt een gans zolang zij veren heeft
|
[men trekt ergens voordeel uit, zolang er iets te halen valt]
|
|
iemand een veer op zijn hoed steken
|
[hem prijzen]
|
|
van een kikker kun je geen veren plukken
|
[als iemand niets heeft, kun je ook niets bij hem halen]
|
|
men kent de vogel aan zijn veren
|
[aan het uiterlijk zie je wat voor persoon het is]
|
|
zo lelijk als de nacht
|
[erg lelijk]
|
|
een lelijke eend
|
[een auto, type Citroën, ook genoemd: deux-chevaux]
|
|
het ziet er lelijk voor je uit
|
[het lijkt erop of het niet goed afloopt]
|
|
hij vertelt lelijke dingen over mij
|
[ongunstige, slechte dingen]
|
|
een lelijke knauw krijgen
|
[schade aan gezondheid of financiën]
|
|
iemand uitmaken voor alles wat mooi en lelijk is
|
[uitschelden]
|
|
een lelijke pijp roken
|
[een slechte, nare ervaring hebben]
|
|
een lelijk gezicht trekken
|
[boos kijken]
|
|
lelijk op zijn neus kijken
|
[erg teleurgesteld worden]
|
|
dat zal je nog lelijk opbreken
|
[daar zul je spijt van krijgen]
|
|
wat kijk je lelijk!
|
[wat kijk je boos!]
|
|
zo lek als een zeef
|
[heel erg lek]
|
|
een geheugen als een zeef hebben
|
[een zeer slecht geheugen]
|
|
hij valt door de mand
|
[moet tenslotte bekennen wat hij gedaan heeft]
|
|
zo lek als een mandje
|
[helemaal lek]
|
|
zo lang als het duurt
|
[het zal wel weer gauw voorbij zijn]
|
|
zo kun je niet over straat
|
[naar buiten]
|
|
hij kwam op straat te staan
|
[werd dakloos, had geen woning meer]
|
|
dat past precies in zijn straatje
|
[dat past bij zijn opvattingen en plannen]
|
|
er moet meer blauw op straat komen
|
[meer politie]
|
|
ach, je bent van de straat
|
[je hebt iets te doen]
|
|
dat nieuwtje ligt op straat
|
[is algemeen bekend]
|
|
niet van de straat zijn
|
[hoog ontwikkeld of erg rijk zijn]
|
|
op straat staan
|
[geen huis hebben]
|
|
klaar is Kees
|
[het is af]
|
|
is het nu klaar?
|
[wil je er nu mee stoppen?]
|
|
ik ben nog niet klaar met je
|
[je bent nog niet van me af]
|
|
klaar ben je!
|
[het is wat moois!]
|
|
daar ben ik mooi klaar mee
|
[daar zit ik lelijk mee te kijken]
|
|
van zessen klaar zijn
|
[goed kunnen aanpakken]
|
|
zo klaar als een klontje
|
[heel erg duidelijk]
|
|
klaar wakker
|
[helemaal wakker]
|
|
zonneklaar
|
[helemaal duidelijk]
|
|
zo klaar als koffiedik
|
[helemaal niet duidelijk]
|
|
klip en klaar
|
[overduidelijk]
|
|
klare wijn schenken
|
[nergens geheimzinnig over doen]
|
|
daar ben je mooi klaar mee
|
[blijk van medeleven als iemand in een nare situatie zit]
|
|
ik kan niet
|
[ik heb andere afspraken]
|
|
ik kan er niets aan doen
|
[het is mijn schuld niet]
|
|
je kunt van hem opaan
|
[je kunt op hem rekenen]
|
|
daar kan ik niet tegen [
|
[ik kan het niet verdragen]
|
|
ik kán niet meer
|
[ik ben heel erg moe]
|
|
daar kan ik niet bij met m'n verstand
|
[dat begrijp ik niet]
|
|
ik kan niet toe met mijn zakgeld
|
[ik heb er niet genoeg aan]
|
|
die jurk kán niet
|
[hij staat erg gek]
|
|
zij kan het gedaan hebben
|
[zij heeft het misschien gedaan]
|
|
het kan ermee door
|
[zo gaat het wel]
|
|
het kan niet op
|
[er komt geen eind aan]
|
|
zo kan het wel weer
|
[zo is het wel genoeg]
|
|
jullie kunnen me wat
|
[ik doe niet wat jullie willen]
|
|
zo kaal als een luis
|
[heel arm]
|
|
leven als een luis op een zeer hoofd
|
[heel comfortabel]
|
|
dat is net iets voor Loes
|
[dat is typisch voor Loes]
|
|
we moeten er iets op vinden
|
[we moeten een oplossing bedenken]
|
|
zo iets doe je niet!
|
[dat doe je niet]
|
|
als je ziek wordt of iets dergelijks
|
[of als er iets anders is]
|
|
zo recht als een kaars
|
[heel recht]
|
|
zo iemand moet je met een kaarsje zoeken
|
[kun je moeilijk vinden]
|
|
een platte neus
|
[die niet ver uitsteekt]
|
|
zo plat als een dubbeltje
|
[heel erg plat]
|
|
ik ga plat
|
[ik ga slapen]
|
|
hem plat spuiten
|
[veel kalmerende middelen inspuiten]
|
|
iemand plat krijgen
|
[hem voor je winnen]
|
|
de fabriek gaat plat
|
[er wordt gestaakt]
|
|
oud en nieuw
|
[de jaarwisseling]
|
|
een oude vlam
|
[een vroegere geliefde]
|
|
een oude wond
|
[verdriet uit het verleden]
|
|
de oude garde
|
[de groep die oude tradities vertegenwoordigt]
|
|
een ouwe getrouwe
|
[iemand die al lang in dienst is]
|
|
dat is ouwe koek
|
[niets nieuws]
|
|
alles bij het oude laten
|
[niets veranderen]
|
|
het is weer het oude liedje
|
[verzuchting als iets vele malen opnieuw gebeurt]
|
|
iemand van de oude stempel
|
[een conservatief iemand]
|
|
op de oude voet doorgaan
|
[op dezelfde manier als vroeger]
|
|
iets uit de oude doos
|
[iets ouderwets]
|
|
een oude kous (sok) hebben
|
[spaargeld hebben]
|
|
oude liefde roest niet
|
[vroegere verliefdheden gaan nooit helemaal over]
|
|
dat is oud nieuws
|
[allang bekend]
|
|
je moet geen oude schoenen weggooien voordat je nieuwe hebt
|
[iets niet wegdoen voordat je iets beters hebt]
|
|
oude talen
|
[Latijn en Grieks]
|
|
zo oud als de weg naar Kralingen (Rome)
|
[heel oud]
|
|
dat is oud zeer
|
[iets wat al heel lang verdriet veroorzaakt]
|
|
oude bomen moet je niet verplanten
|
[oude mensen kunnen beter niet verhuizen]
|
|
zorgen voor de oude dag [
|
[sparen voor later, als men oud is]
|
|
ouden van dagen
|
[bejaarden]
|
|
hoe ouder hoe gekker
|
[wordt gezegd als oude mensen zich aanstellen]
|
|
jong en oud
|
[iedereen]
|
|
jong geleerd, oud gedaan
|
[wat je in je jeugd leert, geeft je je hele leven voordeel]
|
|
zoals de ouden zongen, piepen de jongen
|
[kinderen lijken in hun gedrag vaak op hun ouders]
|
|
zo oud als Methusalem
|
[hoogbejaard]
|
|
een ouwe snoeper
|
[iemand met veel oog voor vrouwelijk schoon]
|
|
een ouwe vrijster
|
[een zure, ongehuwde oudere vrouw]
|
|
hij is oud en wijs genoeg
|
[hij heeft er genoeg wijsheid en levenservaring voor]
|
|
oud en nieuw
|
[de jaarwisseling]
|
|
een oude vlam
|
[een vroegere geliefde]
|
|
een oude wond
|
[verdriet uit het verleden]
|
|
de oude garde
|
[de groep die oude tradities vertegenwoordigt]
|
|
een ouwe getrouwe
|
[iemand die al lang in dienst is]
|
|
dat is ouwe koek
|
[niets nieuws]
|
|
alles bij het oude laten
|
[niets veranderen]
|
|
het is weer het oude liedje
|
[verzuchting als iets vele malen opnieuw gebeurt]
|
|
iemand van de oude stempel
|
[een conservatief iemand]
|
|
op de oude voet doorgaan
|
[op dezelfde manier als vroeger]
|
|
iets uit de oude doos
|
[iets ouderwets]
|
|
een oude kous (sok) hebben
|
[spaargeld hebben]
|
|
oude liefde roest niet
|
[vroegere verliefdheden gaan nooit helemaal over]
|
|
dat is oud nieuws
|
[allang bekend]
|
|
je moet geen oude schoenen weggooien voordat je nieuwe hebt
|
[iets niet wegdoen voordat je iets beters hebt]
|
|
oude talen
|
[Latijn en Grieks]
|
|
zo oud als de weg naar Kralingen (Rome)
|
[heel oud]
|
|
dat is oud zeer
|
[iets wat al heel lang verdriet veroorzaakt]
|
|
oude bomen moet je niet verplanten
|
[oude mensen kunnen beter niet verhuizen]
|
|
zorgen voor de oude dag
|
[sparen voor later, als men oud is]
|
|
ouden van dagen
|
[bejaarden]
|
|
hoe ouder hoe gekker
|
[wordt gezegd als oude mensen zich aanstellen]
|
|
jong en oud
|
[iedereen]
|
|
jong geleerd, oud gedaan
|
[wat je in je jeugd leert, geeft je je hele leven voordeel]
|
|
zoals de ouden zongen, piepen de jongen
|
[kinderen lijken in hun gedrag vaak op hun ouders]
|
|
zo oud als Methusalem
|
[hoogbejaard]
|
|
een ouwe snoeper
|
[iemand met veel oog voor vrouwelijk schoon]
|
|
een ouwe vrijster
|
[een zure, ongehuwde oudere vrouw]
|
|
hij is oud en wijs genoeg
|
[hij heeft er genoeg wijsheid en levenservaring voor]
|
|
u moet deze weg houden
|
[op deze weg blijven]
|
|
je eigen weg gaan
|
[je leven op je eigen manier inrichten]
|
|
aan de weg timmeren
|
[iets doen om publieke aandacht te krijgen]
|
|
zo oud als de weg naar Rome
|
[heel oud]
|
|
de weg voor iemand banen
|
[hindernissen voor hem weghalen
|
|
gebaande wegen bewandelen
|
[dingen doen die anderen voorbereid hebben]
|
|
de officiële weg bewandelen
|
[volgens de voorschriften handelen]
|
|
in geen velden of wegen te bekennen
|
[nergens]
|
|
de weg van de minste weerstand
|
[de makkelijkste methode]
|
|
waar een wil is, is een weg
|
[als je iets werkelijk wilt, is er ook een oplossing voor]
|
|
hem de weg wijzen
|
[vertellen hoe hij moet lopen of rijden]
|
|
in de weg staan
|
[de doorgang versperren]
|
|
we gaan op weg
|
[ergens naar toe]
|
|
hem op weg helpen
|
[in het begin even helpen]
|
|
naar de bekende weg vragen
|
[iets vragen waar je het antwoord al van weet]
|
|
hem uit de weg gaan
|
[zorgen dat je hem niet ontmoet]
|
|
hem iets in de weg leggen
|
[hem hinderen]
|
|
hem uit de weg ruimen
|
[vermoorden]
|
|
oud en nieuw
|
[de jaarwisseling]
|
|
een oude vlam
|
[een vroegere geliefde]
|
|
een oude wond
|
[verdriet uit het verleden]
|
|
de oude garde
|
[de groep die oude tradities vertegenwoordigt]
|
|
een ouwe getrouwe
|
[iemand die al lang in dienst is]
|
|
dat is ouwe koek
|
[niets nieuws]
|
|
alles bij het oude laten
|
[niets veranderen]
|
|
het is weer het oude liedje
|
[verzuchting als iets vele malen opnieuw gebeurt]
|
|
iemand van de oude stempel
|
[een conservatief iemand]
|
|
op de oude voet doorgaan
|
[op dezelfde manier als vroeger]
|
|
iets uit de oude doos
|
[iets ouderwets]
|
|
een oude kous (sok) hebben
|
[spaargeld hebben]
|
|
oude liefde roest niet
|
[vroegere verliefdheden gaan nooit helemaal over]
|
|
dat is oud nieuws
|
[allang bekend]
|
|
je moet geen oude schoenen weggooien voordat je nieuwe hebt
|
[iets niet wegdoen voordat je iets beters hebt]
|
|
oude talen
|
[Latijn en Grieks]
|
|
zo oud als de weg naar Kralingen (Rome)
|
[heel oud]
|
|
dat is oud zeer
|
[iets wat al heel lang verdriet veroorzaakt]
|
|
oude bomen moet je niet verplanten
|
[oude mensen kunnen beter niet verhuizen]
|
|
zorgen voor de oude dag
|
[sparen voor later, als men oud is]
|
|
ouden van dagen
|
[bejaarden]
|
|
hoe ouder hoe gekker
|
[wordt gezegd als oude mensen zich aanstellen]
|
|
jong en oud
|
[iedereen]
|
|
jong geleerd, oud gedaan
|
[wat je in je jeugd leert, geeft je je hele leven voordeel]
|
|
zoals de ouden zongen, piepen de jongen
|
[kinderen lijken in hun gedrag vaak op hun ouders]
|
|
zo oud als Methusalem
|
[hoogbejaard]
|
|
een ouwe snoeper
|
[iemand met veel oog voor vrouwelijk schoon]
|
|
een ouwe vrijster
|
[een zure, ongehuwde oudere vrouw]
|
|
hij is oud en wijs genoeg
|
[hij heeft er genoeg wijsheid en levenservaring voor]
|
|
zo mogelijk
|
[als het mogelijk is]
|
|
zo goed als
|
[bijna]
|
|
zo snel mogelijk
|
[met de snelheid die mogelijk is]
|
|
zo'n twee meter
|
[ongeveer twee meter]
|
|
goed zo
|
[goed]
|
|
hoe zo?
|
[wat bedoel je daarmee]
|
|
zo goed en zo kwaad als het lukte
|
[zover als het lukte]
|
|
is dat zo?
|
[is dat waar]
|
|
dat lijkt maar zo
|
[het lijkt er alleen maar op]
|
|
zo moe als een hond
|
[heel erg moe]
|
|
het moede hoofd neerleggen
|
[sterven na een periode vol zorgen]
|
|
liever lui dan moe zijn
|
[erg lui zijn]
|
|
iemand of iets moe zijn
|
[ervan balen]
|
|
zo mak als een lammetje
|
[erg kalm en rustig]
|
|
onschuldig als een pasgeboren lam
|
[erg onschuldig]
|
|
als een lam naar de slachtbank geleid worden
|
[weerloos je ondergang tegemoet gaan]
|
|
zo mager als een lat
|
[heel erg mager]
|
|
een magere sprinkhaan
|
[iemand die erg mager is]
|
|
magere en vette jaren
|
[goede en slechte jaren]
|
|
een mager resultaat
|
[slechter dan verwacht]
|
|
het bruidspaar
|
[twee mensen die trouwen]
|
|
het koninklijk paar
|
[de koningin en haar man]
|
|
zo lust ik er nog wel een paar!
|
[dat antwoord slaat nergens op]
|
|
in een paar seconden
|
[even]
|
|
zo link als een looien deur
|
[erg doortrapt]
|
|
hij is gewogen en te licht bevonden
|
[hij is beoordeeld, maar men vond hem niet geschikt]
|
|
zij is zo licht als een veertje
|
[ze weegt erg weinig]
|
|
met een licht hart
|
[opgewekt]
|
|
zo licht als een veertje
|
[heel licht]
|
|
lichte muziek
|
[popmuziek, jazzmuziek, volksmuziek etc]
|
|
zo licht als een veertje
|
[heel erg licht]
|
|
vroeg uit de veren zijn
|
[vroeg op zijn]
|
|
pronken met andermans veren
|
[opscheppen over iets wat je niet zelf gedaan hebt]
|
|
een veer moeten laten
|
[met minder tevreden moeten zijn]
|
|
men plukt een gans zolang zij veren heeft
|
[men trekt ergens voordeel uit, zolang er iets te halen valt]
|
|
iemand een veer op zijn hoed steken
|
[hem prijzen]
|
|
van een kikker kun je geen veren plukken
|
[hem prijzen]
|
|
van een kikker kun je geen veren plukken
|
[als iemand niets heeft, kun je ook niets bij hem halen]
|
|
men kent de vogel aan zijn veren
|
[aan het uiterlijk zie je wat voor persoon het is]
|
|
de fabriek draait dag en nacht
|
[altijd]
|
|
zo lelijk als de nacht
|
[heel erg lelijk]
|
|
bij nacht en ontij
|
[op ongewone en onplezierige uren]
|
|
daar moet ik een nachtje over slapen
|
[nog eens goed over nadenken]
|
|
dag en nacht
|
[onophoudelijk]
|
|
van de nacht een dag maken
|
['s nachts doen wat je eigenlijk overdag hoort te doen]
|
|
als een dief in de nacht
|
[ongemerkt]
|
|
niet over één nacht ijs gaan
|
[geen risico's nemen]
|
|
zo lelijk als de nacht
|
[erg lelijk]
|
|
een lelijke eend
|
[een auto, type Citroën, ook genoemd: deux-chevaux]
|
|
het ziet er lelijk voor je uit
|
[het lijkt erop of het niet goed afloopt]
|
|
hij vertelt lelijke dingen over mij
|
[ongunstige, slechte dingen]
|
|
een lelijke knauw krijgen
|
[schade aan gezondheid of financiën]
|
|
iemand uitmaken voor alles wat mooi en lelijk is
|
[uitschelden]
|
|
een lelijke pijp roken
|
[een slechte, nare ervaring hebben]
|
|
een lelijk gezicht trekken
|
[boos kijken]
|
|
lelijk op zijn neus kijken
|
[erg teleurgesteld worden]
|
|
dat zal je nog lelijk opbreken [
|
[daar zul je spijt van krijgen]
|
|
wat kijk je lelijk!
|
[wat kijk je boos!]
|
|
hij valt door de mand
|
[moet tenslotte bekennen wat hij gedaan heeft]
|
|
zo lek als een mandje
|
[helemaal lek]
|
|
zo kun je niet over straat
|
[naar buiten]
|
|
hij kwam op straat te staan
|
[werd dakloos, had geen woning meer]
|
|
dat past precies in zijn straatje
|
[dat past bij zijn opvattingen en plannen]
|
|
er moet meer blauw op straat komen
|
[meer politie]
|
|
ach, je bent van de straat
|
[je hebt iets te doen]
|
|
dat nieuwtje ligt op straat
|
[is algemeen bekend]
|
|
niet van de straat zijn
|
[hoog ontwikkeld of erg rijk zijn]
|
|
op straat staan
|
[geen huis hebben]
|
|
klaar is Kees
|
[het is af]
|
|
het nu klaar?
|
[wil je er nu mee stoppen?]
|
|
ik ben nog niet klaar met je
|
[je bent nog niet van me af]
|
|
klaar ben je!
|
[het is wat moois!]
|
|
daar ben ik mooi klaar mee
|
[daar zit ik lelijk mee te kijken]
|
|
van zessen klaar zijn
|
[goed kunnen aanpakken]
|
|
zo klaar als een klontje
|
[heel erg duidelijk]
|
|
klaar wakker
|
[helemaal wakker]
|
|
zonneklaar
|
[helemaal duidelijk]
|
|
zo klaar als koffiedik
|
[helemaal niet duidelijk]
|
|
klip en klaar
|
[overduidelijk]
|
|
klare wijn schenken
|
[nergens geheimzinnig over doen]
|
|
daar ben je mooi klaar mee
|
[blijk van medeleven als iemand in een nare situatie zit]
|
|
ik kan niet
|
[ik heb andere afspraken]
|
|
ik kan er niets aan doen
|
[het is mijn schuld niet]
|
|
je kunt van hem opaan
|
[je kunt op hem rekenen]
|
|
daar kan ik niet tegen
|
[ik kan het niet verdragen]
|
|
ik kán niet meer
|
[ik ben heel erg moe]
|
|
daar kan ik niet bij met m'n verstand
|
[dat begrijp ik niet]
|
|
ik kan niet toe met mijn zakgeld
|
[ik heb er niet genoeg aan]
|
|
die jurk kán niet
|
[hij staat erg gek]
|
|
zij kan het gedaan hebben
|
[zij heeft het misschien gedaan]
|
|
het kan ermee door
|
[zo gaat het wel]
|
|
het kan niet op
|
[er komt geen eind aan]
|
|
zo kan het wel weer
|
[zo is het wel genoeg]
|
|
jullie kunnen me wat
|
[ik doe niet wat jullie willen]
|
|
zo kaal als een luis
|
[heel arm]
|
|
leven als een luis op een zeer hoofd
|
[heel comfortabel]
|
|
een kale boterham
|
[zonder beleg]
|
|
een kale boom
|
[zonder blad]
|
|
een kale plek in een stof
|
[een versleten plek]
|
|
zo kaal als een luis
|
[heel erg arm]
|
|
een kale neet
|
[een armoedzaaier]
|
|
de kale huur
|
[zonder de kosten van gas en licht]
|
|
kale kak
|
[afkeurende benaming voor zogenaamd deftige mensen]
|
|
dat is net iets voor Loes
|
[dat is typisch voor Loes]
|
|
we moeten er iets op vinden
|
[we moeten een oplossing bedenken]
|
|
zo iets doe je niet!
|
[dat doe je niet]
|
|
als je ziek wordt of iets dergelijks
|
[of als er iets anders is]
|
|
een helder moment hebben
|
[een goed idee hebben]
|
|
het staat me nog helder voor de geest
|
[ik kan het me nog goed herinneren]
|
|
zo helder als koffiedik
|
[onbegrijpelijk]
|
|
als een donderslag bij heldere hemel
|
[heel onverwacht]
|
|
zo helder als koffiedik
|
[erg onduidelijk]
|
|
zo hard als steen
|
[erg hard]
|
|
een steen des aanstoots
|
[iets wat ergernis veroorzaakt]
|
|
een ezel stoot zich niet twee keer aan dezelfde steen
|
[alleen wie die dommer is dan een ezel, maakt twee keer dezelfde fout]
|
|
een steen in de vijver gooien
|
[opschudding veroorzaken]
|
|
dat ligt als een steen op je maag
|
[is moeilijk te verteren]
|
|
er een steentje aan bijdragen
|
[meehelpen]
|
|
geen steen op de andere laten
|
[veel veranderingen doorvoeren]
|
|
ergens je steentje aan bijdragen
|
[je bijdrage aan leveren]
|
|
de onderste steen moet boven komen
|
[er moet een grondig onderzoek naar worden gedaan]
|
|
steen en been klagen
|
[voortdurend jammeren]
|
|
hij laat er geen gras over groeien
|
[hij haast zich ermee]
|
|
hem het gras voor de voeten wegmaaien
|
[iets zeggen wat iemand anders had willen zeggen]
|
|
zo groen als gras
|
[onervaren en onbedorven]
|
|
er zit een addertje onder het gras
|
[er is een verborgen gevaar of moeilijkheid]
|
|
te hooi en te gras
|
[zonder orde of systeem]
|
|
luisteren of het gras groeit
|
[liggen luieren]
|
|
zo mogelijk
|
[als het mogelijk is]
|
|
zo goed als
|
[bijna]
|
|
zo snel mogelijk
|
[met de snelheid die mogelijk is]
|
|
zo'n twee meter
|
[ongeveer twee meter]
|
|
goed zo
|
[goed]
|
|
hoe zo?
|
[wat bedoel je daarmee]
|
|
zo goed en zo kwaad als het lukte
|
[zover als het lukte]
|
|
is dat zo?
|
[is dat waar]
|
|
dat lijkt maar zo
|
[het lijkt er alleen maar op]
|
|
als ik het goed heb
|
[als ik me niet vergis]
|
|
het is mij goed
|
[ik heb er niets tegen]
|
|
het is wel goed met jou
|
[ik neem je niet meer serieus]
|
|
zo goed en zo kwaad als het gaat
|
[zo primitief als het gaat]
|
|
zo goed als nieuw
|
[vrijwel nieuw]
|
|
voor de goede orde
|
[opdat alles behoorlijk geregeld is]
|
|
goed en wel
|
[nauwelijks, nog maar net]
|
|
alles goed en wel, maar ..
|
[laat dat zo zijn, maar ...]
|
|
dat zit wel goed
|
[(als iemand je bedankt) dat is in orde]
|
|
goed zo!
|
[uiting van waardering]
|
|
niet goed bij zijn verstand zijn
|
[gek zijn]
|
|
hou je goed!
|
[afscheidsgroet]
|
|
zich goed houden
|
[zich niet door emoties laten meeslepen]
|
|
het goed maken
|
[gezond zijn, in welstand verkeren]
|
|
niet goed worden
|
[misselijk worden]
|
|
ik word er niet goed van!
|
[uitroep van ergernis]
|
|
dat is nergens goed voor
|
[dat heeft geen zin]
|
|
waar is dat goed voor?
|
[wat heeft het voor zin?]
|
|
met goed gevolg
|
[met succes]
|
|
goed aangeschreven staan
|
[gunstig bekend staan]
|
|
goed af zijn
|
[door bepaalde omstandigheden in een gunstige toestand zijn]
|
|
in een goed blaadje staan bij iemand
|
[hij waardeert je erg]
|
|
goed boeren
|
[er zakelijk gunstig voorstaan]
|
|
goed voor de dag komen
|
[een goede indruk maken]
|
|
eind goed, al goed
|
[als het goed afloopt, vergeet je snel alle moeite]
|
|
goed geld naar kwaad geld gooien
|
[geld steken in een hopeloze onderneming]
|
|
op goed geluk
|
[op de gok]
|
|
de goede kanten van iets zien
|
[de positieve gevolgen]
|
|
net goed!
|
[commentaar als door eigen schuld iets vervelends gebeurt]
|
|
goede papieren hebben
|
[veel kans maken]
|
|
een goede partij
|
[een passende huwelijkspartner]
|
|
een goede ruil doen
|
[meer ontvangen dan je geeft]
|
|
goed wegkomen
|
[met voordeel]
|
|
er geen goed woord voor overhebben
|
[het absoluut verwerpelijk vinden]
|
|
een goed woordje voor iemand doen
|
[hem aanbevelen, verdedigen]
|
|
dat valt in goede aarde
|
[daar is iedereen het mee eens]
|
|
het ga je goed
|
[groet bij een definitief afscheid]
|
|
die goeie, oude tijd
|
[het verleden is beter dan het heden]
|
|
ik weet het goed gemaakt
|
[inleiding op een voorstel waarin men iets toegeeft]
|
|
we zitten hier goed
|
[we wonen hier prettig]
|
|
in goede aarde vallen
|
[welkom zijn]
|
|
goed blijven
|
[niet bederven]
|
|
goed gebekt zijn
|
[zich mondeling goed kunnen verdedigen]
|
|
dat heb je goed geschoten
|
[dat heb je goed voor elkaar]
|
|
niet half zo goed
|
[lang niet zo goed]
|
|
een goed heenkomen zoeken
|
[zich redden uit een gevaarlijke situatie]
|
|
uit het goede hout gesneden zijn
|
[geschikt zijn]
|
|
goed beslagen ten ijs komen
|
[goed voorbereid zijn]
|
|
in goeden doen zijn
|
[veel geld hebben]
|
|
kort en goed
|
[direct en zonder omhaal]
|
|
nou goed?
|
[heb je nu je zin?]
|
|
goede raad is duur
|
[gezegd als je geen oplossing weet]
|
|
goede waar verkoopt zich zelf
|
[wat goed is heeft geen aanbeveling nodig]
|
|
een goed doel
|
[een liefdadige bestemming]
|
|
daar sta je dan met je goeie gedrag
|
[commentaar als iemand onverdiend in de moeilijkheden zit]
|
|
te goeder trouw zijn
|
[oprecht en eerlijk zijn]
|
|
goed bij zijn
|
[slim zijn]
|
|
goed in zijn geld zitten
|
[rijk zijn]
|
|
goed op elkaar ingespeeld zijn
|
[goed kunnen samenwerken]
|
|
goed ingevoerd zijn
|
[goed op de hoogte zijn]
|
|
goed bij kas zitten
|
[voldoende geld hebben]
|
|
goed in de markt liggen
|
[gevraagd, gewild zijn]
|
|
het er goed van nemen
|
[veel consumeren]
|
|
goed van pas komen
|
[nuttig zijn]
|
|
niet goed snik zijn
|
[gek zijn]
|
|
goed van de tongriem gesneden zijn
|
[goed kunnen praten]
|
|
goed uitgeslapen zijn
|
[pittig, oplettend zijn]
|
|
goed vertegenwoordigd zijn
|
[met een behoorlijk aantal]
|
|
goed van vertrouwen zijn
|
[lichtgelovig]
|
|
het goed kunnen vinden met iemand
|
[goed met hem kunnen opschieten]
|
|
goed in het vlees zitten
|
[niet mager zijn]
|
|
als goede vrienden uit elkaar gaan
|
[scheiden zonder ruzie]
|
|
er goed bij zitten
|
[in een luxueus huis]
|
|
goede zaken doen
|
[veel geld verdienen]
|
|
een goed uur
|
[ruim een uur]
|
|
een goed hart hebben
|
[vriendelijk van aard zijn]
|
|
het goed voor hebben met iemand
|
[hem willen helpen]
|
|
een goed onthaal krijgen
|
[welkom zijn]
|
|
te goed zijn voor deze wereld
|
[te goed van vertrouwen zijn]
|
|
in goede handen zijn
|
[goed verzorgd worden]
|
|
een goede verliezer zijn
|
[je verlies waardig kunnen dragen]
|
|
goed en wel was hij thuis ....
|
[nauwelijks was hij thuis ....]
|
|
zo goed als nieuw
|
[bijna nieuw]
|
|
zich te goed doen aan iets
|
[er volop van genieten]
|
|
goeie genade!
|
[uitroep van schrik of ergernis]
|
|
iets te goed houden
|
[het te zijner tijd kunnen opeisen]
|
|
nou wordt ie goed!
|
[uitroep van verbaasde verontwaardiging]
|
|
iets te goed hebben
|
[te vorderen, te verwachten]
|
|
Goede Vrijdag
|
[de vrijdag voor Pasen]
|
|
zo mogelijk
|
[als het mogelijk is]
|
|
zo goed als
|
[bijna]
|
|
zo snel mogelijk
|
[met de snelheid die mogelijk is]
|
|
zo'n twee meter
|
[ongeveer twee meter]
|
|
goed zo
|
[goed]
|
|
hoe zo?
|
[wat bedoel je daarmee]
|
|
zo goed en zo kwaad als het lukte
|
[zover als het lukte]
|
|
is dat zo?
|
[is dat waar]
|
|
dat lijkt maar zo
|
[het lijkt er alleen maar op]
|
|
hem voor rotte vis uitmaken
|
[heel erg uitschelden]
|
|
zo gezond als een vis
|
[helemaal gezond]
|
|
je voelen als een vis in het water
|
[erg prettig, echt op je plaats]
|
|
de vis wordt duur betaald
|
[je moet er veel voor over hebben]
|
|
het is vlees noch vis
|
[het een noch het ander]
|
|
als een vis op het droge
|
[hulpeloos]
|
|
boter bij de vis
|
[contante betaling]
|
|
de vis wordt duur betaald
|
[vraagt grote offers]
|
|
vis moet zwemmen
|
[als je vis eet, moet je erbij drinken]
|
|
zo gezegd, zo gedaan
|
[het is gebeurd zoals het was afgesproken]
|
|
zeg ....
|
[luister eens]
|
|
zeg dat wel!
|
[inderdaad]
|
|
daar is veel voor te zeggen
|
[dat is een goed idee]
|
|
nee zeggen
|
[weigeren]
|
|
het voor het zeggen hebben
|
[de baas zijn]
|
|
eerlijk gezegd
|
[als ik eerlijk ben]
|
|
hij zegt van wel
|
[dat het wel zo is]
|
|
dat zegt me niets
|
[dat betekent niets voor me]
|
|
iets van hem gedaan krijgen
|
[ervoor zorgen dat hij het doet]
|
|
zo gezegd zo gedaan
|
[zoals we het afgesproken hadden doen we het]
|
|
niets aan te doen!
|
er is niets aan te veranderen]
|
|
het is met hem gedaan
|
[hij is dood of verloren]
|
|
dat is niks gedaan
|
[waardeloos]
|
|
iemand een plezier doen
|
[ervoor zorgen dat hij plezier heeft]
|
|
ik kon er niets aan doen
|
[het was mijn schuld niet]
|
|
doen alsof
|
[toneelspelen]
|
|
dat doet er niet toe
|
[dat is onbelangrijk]
|
|
ik heb met hem te doen
|
[ik heb medelijden met hem]
|
|
daar is het haar om te doen
|
[daar doet ze het voor]
|
|
voor zijn doen
|
[in vergelijking met hoe hij anders is]
|
|
het kind is uit zijn doen
|
[in de war]
|
|
zijn doen en laten
|
[zijn manier van leven]
|
|
een poging doen
|
[het proberen]
|
|
het moet al gek gaan als ...
|
[het is bijna zeker]
|
|
gek genoeg [
|
[commentaar dat verbazing uitdrukt]
|
|
doe maar gewoon, dan doe je gek genoeg
|
[gedraag je niet anders dan anderen]
|
|
je zou gek staan te kijken...
|
[stomverbaasd zijn]
|
|
hoe ouder hoe gekker
|
[wordt gezegd als oudere mensen iets bijzonders doen]
|
|
op de gekste tijden
|
[op tijdstippen waarop je het niet zou verwachten]
|
|
ik ben me daar gek! [
|
[ik denk er niet over om dat te doen]
|
|
gek van angst
|
buiten zichzelf]
|
|
het is om gek van te worden
|
[ergerlijk en vermoeiend]
|
|
zich gek zoeken naar iets
|
[er overal naar lopen te zoeken]
|
|
ben je gek!
|
! [verontwaardigde reactie als iemand iets zegt wat onwaarschijnlijk is]
|
|
zo gek als een deur
|
[helemaal geschift]
|
|
díe is gek!
|
[schamper commentaar als iemand iets gevaarlijks doet]
|
|
hij is niet zo gek als hij eruitziet
|
[plagerig commentaar als iemand plotseling iets slims doet]
|
|
geen gek figuur slaan
|
[een goede indruk maken]
|
|
het is te gek om los te lopen
|
[het is al te dwaas]
|
|
dat is lang niet gek!
|
[tamelijk goed]
|
|
dat is te gek!
|
[geweldig!]
|
|
ik ben gek op Hema-worst
|
[ik ben er dol op]
|
|
Adam was gek op Eva
|
[hield veel van haar]
|
|
ergens gek mee zijn
|
[er veel van houden]
|
|
zo gek als een deur
|
[heel erg gek]
|
|
ze is net de deur uit
|
[net weg]
|
|
dat is niet naast de deur
|
[dat is ver weg]
|
|
een open deur
|
[iets wat iedereen al weet]
|
|
met de deur in huis vallen
|
[het meteen vertellen]
|
|
de deur plat lopen
|
[er heel vaak komen]
|
|
dat doet de deur dicht
|
[nu moet er iets aan gedaan worden]
|
|
niet samen door één deur kunnen
|
[elkaar niet kunnen verdragen]
|
|
dat staat voor de deur
|
[het is bijna zover]
|
|
iemand het gat van de deur wijzen
|
[zeggen dat hij moet vertrekken]
|
|
de deur uit zijn
|
[niet meer thuis wonen]
|
|
buiten de deur eten
|
[in een restaurant]
|
|
voor een gesloten deur staan
|
[niemand thuis treffen]
|
|
een frisse adem
|
[die aangenaam ruikt]
|
|
de frisse lucht
|
[de buitenlucht]
|
|
een frisse neus halen
|
[een luchtje scheppen]
|
|
dat is geen fris zaakje
|
[er is op een verdachte manier gewerkt]
|
|
met frisse tegenzin
|
[ironische opmerking als je ergens geen zin in hebt]
|
|
zo fris als een hoentje
|
[goed uitgerust, vol energie]
|
|
fris van de lever
|
[spontaan]
|
|
zo fris als een hoentje
|
[heel fit en fris]
|
|
hij speelt de baas
|
[hij doet alsof hij meer te vertellen heeft]
|
|
het is altijd baas boven baas
|
[er is altijd iemand die het nog beter weet]
|
|
baas in eigen buik
|
[zelf mogen beslissen over zwangerschap en abortus]
|
|
iemand de baas zijn
|
[hem overtreffen]
|
|
er is altijd baas boven baas
|
[iemand die anderen overtreft]
|
|
zo druk als een klein baasje
|
[van alles moeten regelen]
|
|
je eigen baas zijn
|
van niemand afhankelijk]
|
|
in de baas zijn tijd
|
[onder werktijd]
|
|
zo dronken als een tor
|
[heel erg dronken]
|
|
zo doof als een kwartel
|
[erg doof]
|
|
hij is Oost-Indisch doof
|
[hij doet alsof hij niets hoort]
|
|
een dooie pier
|
[een sloom, saai figuur]
|
|
zo dood als een pier
|
[morsdood]
|
|
de kwaaie pier zijn
|
[er de schuld van krijgen]
|
|
hij houdt zich van de domme
|
[doet alsof hij het niet snapt]
|
|
zo dom als het achterend van een varken
|
[heel erg dom]
|
|
te dom om voor de duvel te dansen
|
[zeer dom]
|
|
hij is niet zo dom als hij eruitziet
|
[plagerig commentaar als iemand opeens een slimme opmerking maakt]
|
|
een domme gans
|
[een sufferd]
|
|
het geluk is met de dommen
|
[domme mensen hebben soms onverwachts geluk]
|
|
zich van de domme houden
|
[doen alsof je van niets weet]
|
|
zo dik als een pad
|
[heel dik]
|
|
zo brutaal als de beul
|
[heel erg brutaal]
|
|
brutalen hebben de halve wereld
|
[ze krijgen meestal hun zin]
|
|
zo blij als een kind
|
[heel erg blij]
|
|
hij is een kind van zijn tijd
|
[hij past precies in die tijd]
|
|
je moet het kind niet met het badwater weggooien
|
[tegelijk met het slechte ook het goede weggooien]
|
|
Kjeld is het kind van de rekening
|
[hij is het slachtoffer]
|
|
als een pasgeboren kind
|
[zo onschuldig]
|
|
dat kan een kind begrijpen
|
[dat is erg eenvoudig]
|
|
een doodgeboren kindje
|
[een zaak die van het begin af niets zou worden]
|
|
geen kind hebben aan iemand
|
[niet de minste last van hem hebben]
|
|
ik krijg er een kind van!
|
[ik heb er schoon genoeg van]
|
|
een ondergeschoven kindje
|
[dat niet veel aandacht krijgt]
|
|
een kind kan de was doen
|
[het is heel eenvoudig]
|
|
kind aan huis zijn bij iemand
|
[er vaak komen]
|
|
kind noch kraai hebben [
|
[geen familie hebben]
|
|
een onwettig/ buitenechtelijk/ onecht kind
|
[van mensen die niet met elkaar getrouwd zijn]
|
|
iemands dood
|
[het einde van zijn leven, of zijn sterven]
|
|
de een zijn dood is de ander zijn brood
|
[als iemand doodgaat, kan dat voor iemand anders voordeel betekenen]
|
|
de dood vinden
|
[omkomen]
|
|
de dood zoeken
|
[zelf een eind aan je leven maken]
|
|
de dood voor ogen hebben
|
[ieder ogenblik verwachten dood te gaan]
|
|
ten dode opgeschreven (mensen)
|
[op korte termijn gaan sterven]
|
|
ten dode opgeschreven (dingen)
|
[gedoemd zijn te mislukken]
|
|
als de dood zijn voor iets
|
[er erg bang voor zijn]
|
|
om de dooie dood niet
|
[absoluut niet]
|
|
de dood in hebben
|
[de pest in hebben]
|
|
het is er de dood in de pot
|
[alle leven en levendigheid is er verdwenen]
|
|
duizend doden sterven
|
[heel veel angsten hebben]
|
|
een mooie dood
|
[zonder doodstrijd]
|
|
iemand de dood op het lijf jagen
|
[heel erg laten schrikken]
|
|
zo bleek als de dood
|
[heel erg bleek]
|
|
de zwarte dood
|
[de pest]
|
|
als de dood zijn voor iemand of iets
|
[er heel erg bang voor zijn]
|
|
zo bang of schuw zijn als een wezel
|
[erg bang of schuw]
|
|
er als een haas vandoor gaan
|
[heel snel]
|
|
zo bang als een haas
|
[heel bang]
|
|
met onwillige honden is het kwaad hazen vangen
|
[met onwillige mensen bereik je niets]
|
|
je kunt nooit weten hoe een koe een haas vangt
|
[wat onmogelijk lijkt, kan toch gebeuren]
|
|
mijn naam is haas
|
[ik weet van niets]
|
|
het haasje zijn
|
[het slachtoffer]
|
|
het is alsof het van de armen gaat
|
[zuur commentaar als men zuinig is]
|
|
zo arm als Job (de mieren, een kerkrat)
|
[heel erg arm]
|
|
arm en rijk
|
[iedereen]
|
|
de armen van geest
|
[eenvoudige mensen]
|
|
een illusie armer zijn
|
[ergens teleurgesteld over zijn]
|
|
het arme schaap [
|
[de stakker]
|
|
een arme sloeber (stakker, stumper, sukkel)
|
[iemand die medelijden opwekt]
|
|
zilver winnen
|
[de tweede prijs]
|
|
spreken is zilver, zwijgen is goud
|
[je kunt beter zwijgen dan spreken]
|
|
8878
|
zijn
|
|
zijn/haar nieuwe verovering
|
[nieuwe vriend of vriendin]
|
|
iemand onder uit de zak geven
|
[scherpe kritiek op hem geven]
|
|
een kat in de zak kopen
|
[iets wat waardeloos blijkt te zijn]
|
|
zakjes plakken
|
[in de gevangenis zitten]
|
|
oude wijn in nieuwe zakken
|
[iets bekends in een nieuwe vorm]
|
|
in zak en as zitten
|
[in een toestand van verslagenheid]
|
|
iemand de zak geven
|
[hem ontslaan]
|
|
geld op zak hebben
|
[geld bij je hebben]
|
|
dat kun je in je zak steken
|
[die opmerking was raak]
|
|
die kan hij in zijn zak steken
|
[hij is veel beter dan die ander]
|
|
zonder een cent op zak
|
[zonder contant geld bij zich te hebben]
|
|
het geld brandt hem in de zak
|
[hij wil het graag uitgeven]
|
|
iemand in je zak hebben
|
[met hem kunnen doen wat je wilt]
|
|
zijn ogen in zijn zak hebben
|
[niet uitkijken]
|
|
zijn zakken vullen
|
[zich verrijken]
|
|
iets uit eigen zak betalen
|
[zelf de kosten dragen]
|
|
op zijn zak teren
|
[van zijn geld leven]
|
|
een ouwe zak
|
[oude man]
|
|
ik begrijp er geen zak van
|
[helemaal niets]
|
|
zaken doen
|
[het sluiten van overeenkomsten]
|
|
geduld is een schone zaak
|
[heb nou maar geduld]
|
|
zaken gaan voor het meisje
|
[je werk is belangrijker dan een afspraakje]
|
|
zijn zaken waarnemen [
|
[zijn belangen behartigen]
|
|
de zaak komt voor
|
[de rechtszaak]
|
|
hij is ter zake kundig
|
[hij weet er veel van]
|
|
om ter zake!
|
[zeg wat je te zeggen hebt]
|
|
dat doet niet ter zake
|
[is niet belangrijk]
|
|
de stand van zaken
|
[hoe het ervoor staat]
|
|
het fijne van de zaak vertelt hij niet
|
[de precieze gegevens]
|
|
dat is mijn zaak
|
[daar heb jij niets mee te maken]
|
|
uit de aard der zaak
|
[als een noodzakelijk gevolg daarvan]
|
|
de zaak is deze
|
[dit is er aan de hand]
|
|
in de kern van de zaak
|
[in feite, eigenlijk]
|
|
gedane zaken nemen geen keer
|
[wat gebeurd is, laat zich niet veranderen]
|
|
met kennis van zaken
|
[op deskundige wijze]
|
|
onverrichter zake terugkeren
|
[zonder dat men zijn doel heeft bereikt]
|
|
opening van zaken geven
|
[vertellen hoe het precies in elkaar zit]
|
|
de zaak aan het rollen brengen
|
[erover beginnen, ermee beginnen]
|
|
er komt schot in de zaak
|
[het begint zich te ontwikkelen]
|
|
zoals de zaken nu staan ...
|
[zoals de situatie nu is]
|
|
het is zaak om ...
|
[we moeten ervoor zorgen]
|
|
het is niet veel zaaks
|
[stelt niet veel voor]
|
|
hij heeft het niet met zoveel woorden gezegd
|
[niet precies zo]
|
|
hem aan het woord laten
|
[hem de anderen toe laten spreken]
|
|
met andere woorden
|
[anders gezegd]
|
|
er geen woorden voor hebben
|
[het heel goed of heel erg vinden]
|
|
je haalt me de woorden uit de mond
|
[je zegt wat ik net had willen zeggen]
|
|
er geen woorden aan vuil willen maken
|
[er niet over willen spreken]
|
|
hij had het hoogste woord
|
[was steeds op een overheersende manier aan het praten]
|
|
het hoge woord komt eruit
|
[hij zegt wat hij eerst niet durfde te zeggen]
|
|
met twee woorden spreken
|
['ja meneer' zeggen, in plaats van 'ja']
|
|
iemand woorden in de mond leggen
|
[niet juist navertellen wat hij gezegd heeft]
|
|
het laatste woord willen hebben
|
[er als laatste iets over willen beslissen]
|
|
van het ene woord kwam het andere
|
[het ontaardde in ruzie]
|
|
wiens brood men eet, diens woord men spreekt
|
[je staat aan de kant van degene bij wie je in dienst bent]
|
|
geen woorden maar daden
|
[we hebben niets aan praatjes alleen]
|
|
ergens geen woorden voor hebben
|
[het niet kunnen uitleggen]
|
|
dat is geen woord teveel gezegd
|
[dat is niet overdreven]
|
|
woorden hebben
|
[ruzie hebben]
|
|
holle woorden
|
[zonder inhoud]
|
|
het hoogste woord hebben
|
[druk en zelfbewust praten]
|
|
let op mijn woorden!
|
[dat zal zeker gebeuren]
|
|
woorden schieten tekort
|
[het is niet in woorden uit te drukken]
|
|
met twee woorden spreken
|
[niet alleen met ja of nee antwoorden]
|
|
woord voor woord
|
[volledig en precies]
|
|
je woorden wegen
|
[zorgvuldig formuleren]
|
|
ik geloof je op je woord
|
[omdat je het zegt]
|
|
woord houden
|
[doen wat je beloofd hebt]
|
|
iemand aan zijn woord houden
|
[verlangen dat hij doet wat hij beloofd heeft]
|
|
een man van zijn woord
|
[iemand die zich aan zijn afspraken houdt]
|
|
een man een man, een woord een woord
|
[iemand die eerlijk is, houdt zich aan zijn beloftes]
|
|
iemand aan het woord laten
|
[laten uitspreken]
|
|
het woord voeren
|
[spreken]
|
|
zijn woordje kunnen doen
|
[zich goed kunnen uitdrukken]
|
|
het woord richten tot iemand
|
[hem toespreken]
|
|
iemand te woord staan
|
[hem aanhoren]
|
|
een goed woordje voor hem doen
|
[hem aanbevelen]
|
|
een vies woord
|
[een woord dat met seks of met ontlasting te maken heeft]
|
|
niet uit je woorden kunnen komen
|
[er niet in slagen het te zeggen]
|
|
hem op zijn woord geloven
|
[hij hoeft het niet te bewijzen]
|
|
een hartig woordje spreken met iemand
|
[hem zeggen wat je vindt]
|
|
er was geen woord tussen te krijgen
|
[ik kreeg niet de kans om iets te zeggen]
|
|
een goed verstaander heeft maar een half woord nodig
|
[voor iemand die goed luistert, is een aanduiding voldoende]
|
|
enkele woorden wisselen
|
[met elkaar spreken]
|
|
een aardig woordje Engels spreken
|
[die taal goed beheersen]
|
|
altijd het laatste woord willen hebben
|
[altijd nog iets willen toevoegen]
|
|
de daad bij het woord voegen
|
[een plan meteen ten uitvoer brengen]
|
|
daar is geen woord Frans bij
|
[dat is heel duidelijk]
|
|
daarover is het laatste woord nog niet gesproken
|
[die zaak is nog niet afgehandeld]
|
|
woorden hebben
|
[ruzie hebben]
|
|
zijn woede koelen
|
[uit boosheid afreageren]
|
|
een wilde staking
|
[niet georganiseerd maar spontaan]
|
|
in het wilde weg
|
[zonder goed te kijken of te denken]
|
|
wild enthousiast
|
[erg enthousiast]
|
|
zijn wilde haren verliezen
|
[zijn jeugdige onbezonnenheid kwijtraken]
|
|
wilde verhalen
|
[overdreven of verzonnen verhalen]
|
|
in het wilde weg
|
[lukraak, zomaar]
|
|
het wilde westen
|
[het westen van de Verenigde Staten in de tijd dat er nog geen gezag was]
|
|
ik ben wild op chocola
|
[ik ben er dol op]
|
|
een wilde plakker
|
[die zonder toestemming overal affiches opplakt]
|
|
een wilde staking
|
[die zonder toestemming van de vakbonden ontstaan is]
|
|
de wilde vaart
|
[ongeregeld vrachtverkeer per boot]
|
|
het is geen wet van Meden en Perzen
|
[geen regel waar iedereen zich aan moet houden]
|
|
hem de wet voorschrijven
|
[zeggen wat hij wel of niet mag doen]
|
|
wet is wet
|
[de wet moet nageleefd worden, al is het moeilijk
|
|
hij staat boven de wet
|
[hoeft zich er niet aan te houden]
|
|
de heren van de wet
|
[mensen van de overheid]
|
|
we gaan er geen wet van maken
|
[geen vaste gewoonte]
|
|
naar de geest van de wet
|
[volgens de uitgangspunten ervan]
|
|
nood breekt wet
|
[als je erg in de knoei zit, hoef je je niet aan de wet te houden]
|
|
zijn woord is wet
|
[wat hij zegt moet gebeuren]
|
|
door de mazen van de wet kruipen
|
[op listige wijze de wet ontduiken]
|
|
trouwen voor de wet
|
[voor de burgerlijke stand]
|
|
nood breekt wet
|
[als je in moeilijkheden zit moet je wel eens dingen doen die verboden zijn]
|
|
zijn wil is wet
|
[hij bepaalt de regels]
|
|
ter wille van de kinderen
|
[voor de kinderen]
|
|
hem ter wille zijn
|
[helpen met wat hij vraagt]
|
|
uit vrije wil
|
[zonder dat je gedwongen wordt]
|
|
hij is van goede wil
|
[bedoelt het goed]
|
|
met de beste wil van de wereld niet
|
[hoe ik het ook probeer]
|
|
voor elk wat wils
|
[voor iedereen iets wat hij leuk vindt]
|
|
tegen wil en dank
|
[met tegenzin, gedwongen]
|
|
om 's hemels wil!
|
[in godsnaam]
|
|
met een beetje goede wil
|
[als je maar meewerkt]
|
|
uit vrije wil
|
[niet gedwongen]
|
|
waar een wil is, is een weg
|
[als je werkelijk iets wilt, vind je een oplossing]
|
|
zijn wil is wet
|
[hij bepaalt de regels]
|
|
een wens doen
|
[zeggen wat je graag zou willen]
|
|
zijn wens vervullen
|
[geven wat hij graag wil]
|
|
de beste wensen
|
[ik wens u heel veel goeds]
|
|
alles gaat naar wens
|
[zoals het moet]
|
|
de wens is de vader van de gedachte
|
[het gebeurt omdat je graag wilt dat het gebeurt]
|
|
zijn ware bedoeling
|
[zijn echte bedoeling]
|
|
een waar paradijs
|
[je kunt het echt wel zo noemen]
|
|
eerlijk waar?
|
[is het echt zo]
|
|
het is maar al te waar
|
[het is echt waar]
|
|
het voor waar aannemen
|
[het geloven]
|
|
waar of niet?
|
[is het niet zo?]
|
|
zijn ware gezicht tonen
|
[laten zien hoe hij werkelijk is]
|
|
het is niet waar!
|
[uitroep van ongeloof]
|
|
het is te mooi om waar te zijn
|
[het is zó fijn dat ik het nauwelijks kan geloven]
|
|
niets is minder waar
|
[het is absoluut onjuist]
|
|
verdomd als het niet waar is
|
[ik ben er echt van overtuigd dat het waar is]
|
|
zo waar als ik Silvano heet
|
[dat zeg je om je woorden kracht bij te zetten
|
|
iets tot ware proporties terugbrengen
|
[de juiste betekenis geven van wat overdreven is voorgesteld]
|
|
de ware Jacob
|
[de volmaakt geschikte partner]
|
|
dat is je ware
|
[dat moet je hebben]
|
|
dat is waar ook
|
[ik was het bijna vergeten]
|
|
dat is in strijd met de wet
|
[het mag niet volgens de wet]
|
|
de strijd om het bestaan
|
[de worsteling om in leven te blijven]
|
|
zijn volle gewicht in de strijd gooien
|
[zijn invloed en al zijn mogelijkheden gebruiken om te winnen]
|
|
zijn verdiende loon krijgen
|
[terecht gestraft worden]
|
|
loon naar werken krijgen
|
[krijgen wat je toekomt]
|
|
zwart loon
|
[waarover geen premies en belastingen zijn betaald]
|
|
boontje komt om zijn loontje
|
[commentaar als iemand terecht gestraft wordt]
|
|
zijn uur is gekomen
|
[hij gaat sterven]
|
|
het uur U
|
[het moment waar het op aan komt]
|
|
van het eerste uur
|
[ervaren]
|
|
het uur van de waarheid
|
[het beslissende ogenblik]
|
|
op zondag rijdt er om het uur een bus
|
[het ene uur wel, het andere niet]
|
|
de mensen van het eerste uur
|
[die er vanaf het begin bij waren]
|
|
het uur der waarheid
|
[waarin we achter de waarheid zullen komen]
|
|
zijn laatste uur
|
[het uur van zijn sterven]
|
|
tot in de kleine(vroege) uurtjes
|
[tot diep in de nacht]
|
|
dag noch uur weten
|
[zijn oriëntatie op de tijd kwijt zijn]
|
|
klokslag acht uur
|
[precies om acht uur]
|
|
een uur in de wind stinken
|
[heel erg stinken]
|
|
te elfder ure
|
[op het laatste ogenblik]
|
|
de tijd vliegt
|
[hij gaat snel voorbij]
|
|
de tijd zal het leren
|
[later weten we het wel]
|
|
tijd is geld
|
[tijd is kostbaar]
|
|
ik heb daar geen tijd voor
|
[ik kan er geen momenten voor vrijmaken]
|
|
hij zit de hele tijd te gapen
|
[voortdurend, steeds]
|
|
de laatste tijd
|
[de periode die achter ons ligt]
we hebben geen tijd te verliezen [we moeten opschieten] |
|
vrije tijd
|
[waarin je niet hoeft te werken]
|
|
dat is uit de tijd
|
[ouderwets]
|
|
de tijd doden
|
[iets doen als je moet wachten]
|
|
hij is zijn tijd vooruit
|
[zijn ideeën worden pas later gewaardeerd]
|
|
het zal mijn tijd wel duren
|
[ik maak me er niet druk over]
|
|
hij heeft de tijd
|
[hoeft zich niet te haasten]
|
|
zijn tijd verdoen
|
[niets uitvoeren]
|
|
een sprong in de tijd maken
|
[een lange periode overslaan]
|
|
de tand des tijds
|
[de slijtage van alle dingen]
|
|
de tijd heelt alle wonden
|
[uiteindelijk kom je alle verdriet te boven]
|
|
het is tijd om te vertrekken
|
[we moeten vertrekken]
|
|
zij komt nooit op tijd
|
[ze is altijd te laat]
|
|
je moet op de tijd letten
|
[opletten of het moment er al is]
|
|
zij is over tijd
|
[niet ongesteld geworden, dus misschien zwanger]
|
|
te zijner tijd hoor ik daar graag iets over
|
[als het moment daar is]
|
|
zij is erg bij de tijd
|
[bijdehand, slim]
|
|
komt tijd, komt raad
|
[over een tijdje vind je vanzelf de oplossing]
|
|
als het mijn tijd is
|
[wanneer ik doodga]
|
|
heb je de tijd?
|
[weet je hoe laat het is?]
|
|
op tijd zijn natje en droogje krijgen
|
[niets tekort komen]
|
|
over tijd zijn
|
[de menstruatie is nog niet gekomen]
|
|
te allen tijde
|
[altijd]
|
|
van tijd tot tijd
|
[af en toe]
|
|
binnen afzienbare tijd
|
[spoedig]
|
|
in de baas zijn tijd
|
[onder werktijd]
|
|
iemands tijd in beslag nemen
|
[zijn aandacht opeisen]
|
|
dat heeft de tijd
|
[daar kunnen we nog wel even mee wachten]
|
|
het zal mijn tijd wel duren
|
[ik maak me er niet druk om]
|
|
iemand de tijd ergens voor gunnen
|
[het hem op zijn gemak laten doen]
|
|
gezelligheid kent geen tijd
|
[als het gezellig is, gaat de tijd snel voorbij]
|
|
de hele tijd
|
[voortdurend]
|
|
ik kan mijn tijd wel beter besteden
|
[dat vind ik minderwaardig]
|
|
in minder dan geen tijd
|
[heel snel]
|
|
een scherpe tijd
|
[die moeilijk te verbeteren is]
|
|
dat is verleden tijd
|
[dat is voorbij]
|
|
de tijd aan zichzelf hebben
|
[over zijn eigen tijd kunnen beschikken]
|
|
met je tijd meegaan
|
[met de mode en de heersende opvattingen]
|
|
niet meer van deze tijd
|
[heel verouderd]
|
|
zijn tijd ver vooruit zijn
|
[heel modern zijn]
|
|
hij zal het nog ver brengen
|
[veel bereiken]
|
|
dat gaat te ver
|
[dat mag echt niet]
|
|
ik vind dat ver gezocht
|
[het ligt niet voor de hand]
|
|
het ver schoppen
|
[veel bereiken]
|
|
van verre zag ik hem
|
[toen ik nog ver bij hem vandaan was]
|
|
dat is verre van aardig
|
[helemaal niet aardig]
|
|
het voert te ver om hierop in te gaan
|
[we dwalen dan te veel af]
|
|
dan zijn we nog verder van huis
|
[dan zijn we in nog grotere moeilijkheden]
|
|
hij is al veel verder dan ik
|
[heeft al meer gedaan]
|
|
dat is ver van mijn bed
|
[daar voel ik me niet bij betrokken]
|
|
iets te ver doordrijven
|
[er te lang mee doorgaan]
|
|
ver heen zijn
|
[stomdronken zijn]
|
|
van heinde en verre
|
[overal vandaan]
|
|
wat je van ver haalt, is lekker
|
[wat van ver komt, wordt vaak meer gewaardeerd]
|
|
niet verder kijken dan je neus lang is
|
[kortzichtig zijn]
|
|
in de verste verte niet
|
[absoluut niet]
|
|
zijn tijd ver vooruit zijn
|
[zeer modern zijn]
|
|
dat het zó ver kan komen
|
[verzuchting als iemand in slechte omstandigheden verkeert, of slechte dingen doet]
|
|
de tijd vliegt
|
[hij gaat snel voorbij]
|
|
de tijd zal het leren
|
[later weten we het wel]
|
|
tijd is geld
|
[tijd is kostbaar]
|
|
ik heb daar geen tijd voor
|
[ik kan er geen momenten voor vrijmaken]
|
|
hij zit de hele tijd te gapen
|
[voortdurend, steeds]
|
|
de laatste tijd
|
[de periode die achter ons ligt]
|
|
we hebben geen tijd te verliezen
|
[we moeten opschieten]
|
|
vrije tijd
|
[waarin je niet hoeft te werken]
|
|
dat is uit de tijd
|
[ouderwets
|
|
de tijd doden
|
[iets doen als je moet wachten]
|
|
hij is zijn tijd vooruit
|
[zijn ideeën worden pas later gewaardeerd]
|
|
het zal mijn tijd wel duren
|
[ik maak me er niet druk over]
|
|
hij heeft de tijd
|
[hoeft zich niet te haasten]
|
|
zijn tijd verdoen
|
[niets uitvoeren]
|
|
een sprong in de tijd maken
|
[een lange periode overslaan]
|
|
de tand des tijds
|
[de slijtage van alle dingen]
|
|
de tijd heelt alle wonden
|
[uiteindelijk kom je alle verdriet te boven]
|
|
het is tijd om te vertrekken
|
[we moeten vertrekken]
|
|
zij komt nooit op tijd
|
[ze is altijd te laat]
|
|
je moet op de tijd letten
|
[opletten of het moment er al is]
|
|
zij is over tijd
|
[niet ongesteld geworden, dus misschien zwanger]
|
|
te zijner tijd hoor ik daar graag iets over
|
[als het moment daar is]
|
|
zij is erg bij de tijd
|
[bijdehand, slim]
|
|
komt tijd, komt raad
|
[over een tijdje vind je vanzelf de oplossing]
|
|
als het mijn tijd is
|
[wanneer ik doodga]
|
|
heb je de tijd?
|
[weet je hoe laat het is?]
|
|
op tijd zijn natje en droogje krijgen
|
[niets tekort komen]
|
|
over tijd zijn
|
[de menstruatie is nog niet gekomen]
|
|
te allen tijde
|
[altijd]
|
|
van tijd tot tijd
|
[af en toe]
|
|
binnen afzienbare tijd
|
[spoedig]
|
|
in de baas zijn tijd
|
[onder werktijd]
|
|
iemands tijd in beslag nemen
|
[zijn aandacht opeisen]
|
|
dat heeft de tijd
|
[daar kunnen we nog wel even mee wachten]
|
|
het zal mijn tijd wel duren
|
[ik maak me er niet druk om]
|
|
iemand de tijd ergens voor gunnen
|
[het hem op zijn gemak laten doen]
|
|
gezelligheid kent geen tijd
|
[als het gezellig is, gaat de tijd snel voorbij]
|
|
de hele tijd
|
[voortdurend]
|
|
ik kan mijn tijd wel beter besteden
|
[dat vind ik minderwaardig]
|
|
in minder dan geen tijd
|
[heel snel]
|
|
een scherpe tijd
|
[die moeilijk te verbeteren is]
|
|
dat is verleden tijd
|
[dat is voorbij]
|
|
de tijd aan zichzelf hebben
|
[over zijn eigen tijd kunnen beschikken]
|
|
met je tijd meegaan
|
[met de mode en de heersende opvattingen]
|
|
niet meer van deze tijd
|
[heel verouderd]
|
|
zijn tijd ver vooruit zijn
|
[heel modern zijn]
|
|
het staat in de sterren
|
[het is voorspeld]
|
|
sterretjes zien
|
[duizelig zijn]
|
|
de sterren van de hemel zingen
|
[heel mooi zingen]
|
|
zijn ster is verbleekt
|
[zijn succes is minder groot geworden]
|
|
een rijzende ster
|
[iemand die steeds populairder wordt]
|
|
zijn stem verdraaien
|
[anders laten klinken]
|
|
in staat van opwinding
|
[erg opgewonden]
|
|
de auto is nog in goede staat
|
[hij is nog goed]
|
|
de staat van beleg
|
[het gezag is in handen van de militairen]
|
|
de echtelijke staat
|
[het getrouwd zijn]
|
|
in gezegende staat zijn
|
[zwanger zijn]
|
|
in alle staten zijn
|
[heel erg opgewonden]
|
|
in staat zijn
|
[het kunnen]
|
|
tot alles in staat zijn
|
[zonder nadenken de ergste dingen kunnen doen]
|
|
de burgerlijke staat
|
[geeft aan wat iemands handelingsbevoegdheid is]
|
|
zijn staat van dienst
|
[het overzicht van zijn prestaties]
|
|
er geen staat op kunnen maken
|
[niet voorspelbaar zijn]
|
|
hij is in staat om
|
[hij kan het]
|
|
hij is tot alles in staat
|
[je kunt alles van hem verwachten]
|
|
wie is aan slag?
|
[aan de beurt om te slaan]
|
|
polsslag
|
[het kloppen van het bloed in de pols]
|
|
het is op slag van zessen
|
[bijna zes uur]
|
|
een vrije slag
|
[die je ongehinderd mag nemen]
|
|
met de Franse slag
|
[haastig en oppervlakkig]
|
|
hij heeft er slag van
|
[hij is er handig in]
|
|
het was een slag in de lucht
|
[een onzekere gok]
|
|
zijn slaag slaan
|
[van een gunstige situatie profiteren]
|
|
zonder slag of stoot
|
[zonder zich te verzetten]
|
|
zonder slag of stoot
|
[zonder dat erover gestreden hoeft te worden]
|
|
een slag kleiner
|
[iets kleiner]
|
|
je slag slaan
|
[een kans krijgen en die benutten]
|
|
er een slag naar slaan
|
[ernaar raden]
|
|
aan de slag gaan
|
[beginnen]
|
|
van slag zijn
|
[van streek, overstuur]
|
|
een slag om de arm houden
|
[nog geen definitieve uitspraak doen]
|
|
op slag dood
|
[direct dood]
|
|
zijn schouders ophalen
|
[ze optillen als teken dat het je niet kan schelen]
|
|
zijn neus ergens voor ophalen
|
[het niet de moeite waard vinden]
|
|
je hart ergens aan ophalen
|
[er volop van genieten]
|
|
ze eten droog brood
|
[zonder boter of beleg]
|
|
de baby is droog
|
[heeft niet in zijn broek geplast]
|
|
een droge keel hebben
|
[dorst hebben]
|
|
het niet met droge ogen kunnen aanzien
|
[niet zonder te huilen]
|
|
hoog en droog zitten
|
[veilig zijn]
|
|
nog niet droog zijn achter de oren
|
[jong en onervaren]
|
|
zijn schaapjes op het droge hebben
|
[van zijn verdiende geld kunnen leven]
|
|
als een vis op het droge
|
[hulpeloos]
|
|
als droog zand aan elkaar hangen
|
[zonder samenhang zijn]
|
|
er is geen droog brood mee te verdienen
|
[het levert bijna niets op]
|
|
geld speelt geen rol
|
[het is niet belangrijk hoeveel het kost]
|
|
de rollen omdraaien
|
[doen wat iemand anders deed]
|
|
aan de rol gaan
|
[uitgebreid feestvieren]
|
|
het loopt op rolletjes
|
goed, gesmeerd]
|
|
een rol spelen
|
[je anders voordoen dan je bent]
|
|
uit zijn rol vallen
|
[even laten zien hoe hij echt is]
|
|
geld speelt geen rol [
|
[het geeft niet wat het kost]
|
|
een rol spelen
|
[van invloed zijn]
|
|
een rol spelen
|
[zich anders voordoen dan hij is]
|
|
zijn rol is uitgespeeld
|
[hij heeft geen invloed meer]
|
|
de rollen zijn omgekeerd
|
[de onderlinge verhoudingen zijn verwisseld]
|
|
de lamp hangt scheef
|
[er is geldgebrek]
|
|
zijn pruik staat scheef
|
[hij is uit zijn humeur]
|
|
een scheve schaats rijden
|
[iets doen wat niet geoorloofd is]
|
|
schots en scheef
|
[rommelig, verkeerd]
|
|
iemand scheef aankijken
|
[met wantrouwen]
|
|
dat geef scheve gezichten
|
[waarschuwing dat men jaloers zal zijn]
|
|
dat zit scheef
|
[dat zit fout]
|
|
dat gaat scheef
|
[dat loopt verkeerd af]
|
|
de bokkenpruik op hebben
|
[boos of chagrijnig zijn]
|
|
zijn pruik staat scheef
|
[hij is uit zijn humeur]
|
|
in plaats van
|
[als vervanging van]
|
|
plaats innemen
|
[een hoeveelheid ruimte bezetten]
|
|
hij was ter plaatse
|
[op die plaats]
|
|
plaats maken voor iemand
|
[ruimte voor hem maken]
|
|
opgestaan plaats vergaan
|
[als je wegloopt mag ik op je plaats]
|
|
dat is op zijn plaats
|
[dat is zoals het hoort]
|
|
het hart op de juiste plaats hebben
|
[iets voor anderen over hebben]
|
|
een zekere plaats
|
[het toilet]
|
|
pas op de plaats maken
|
[bewust geen voortgang maken]
|
|
op de eerste plaats
|
[als eerste]
|
|
zijn plaats niet weten
|
[niet weten waar hij zich aan moet houden]
|
|
in jouw plaats
|
[als ik in jouw positie was]
|
|
hem op het goede pad brengen
|
[zorgen dat hij geen slechte dingen meer doet]
|
|
op pad gaan
|
eropuit gaan]
|
|
platgetreden paden bewandelen
|
[methoden die allang uitgeprobeerd zijn]
|
|
zijn pad gaat niet over rozen
|
[hij heeft het erg moeilijk]
|
|
van het rechte pad afdwalen
|
[in de criminaliteit verzeild raken]
|
|
zijn eigen paadje schoonvegen
|
[zorgen dat hem niets te verwijten valt]
|
|
uit het oog, uit het hart
|
[wie je niet meer ziet, vergeet je]
|
|
zo op het oog
|
[als je oppervlakkig kijkt]
|
|
uit het oog verliezen
|
[niet meer zien]
|
|
iemand onder vier ogen spreken
|
[zonder dat er anderen bij zijn]
|
|
oog om oog, tand om tand
|
[wat iemand je aandoet, dat doe je ook hem aan]
|
|
oog in oog staan met iemand
|
[recht tegenover elkaar]
|
|
iemand een doorn in het oog zijn
|
[hem ergeren]
|
|
groen en geel voor de ogen worden
|
[duizelig worden]
|
|
iemand een rad voor de ogen draaien
|
[de dingen anders voorstellen dan ze zijn]
|
|
wat zijn ogen zien, maken zijn handen
|
[hij is erg handig]
|
|
zijn ogen zijn groter dan zijn maag
|
[hij kan minder eten dan hij dacht]
|
|
ogen in zijn rug hebben
|
[alles zien]
|
|
iemand de ogen openen
|
[hem de waarheid laten zien]
|
|
met het oog op
|
[in verband daarmee]
|
|
iemand naar de ogen zien
|
[je afhankelijk opstellen]
|
|
iets met de ogen verslinden
|
[er verlangend naar kijken]
|
|
een oogje in het zeil houden
|
[opletten of alles goed gaat]
|
|
iets voor ogen houden
|
[het in gedachten houden]
|
|
in zijn ogen
|
[volgens hem]
|
|
in het oog lopen of springen
|
[opvallen]
|
|
je ogen uitkijken
|
[het prachtig vinden om te zien]
|
|
het met andere ogen bekijken
|
[op een andere manier]
|
|
schele ogen geven
|
[anderen jaloers maken]
|
|
grote ogen opzetten
|
[verbaasd kijken]
|
|
er geen oog voor hebben
|
[er geen aandacht voor hebben]
|
|
iemand de ogen uitsteken
|
[jaloers maken]
|
|
een oogje op iemand hebben
|
[een beetje verliefd op haar zijn]
|
|
het onder ogen zien
|
[het beseffen]
|
|
iets op het oog hebben
|
[het gezien hebben en willen kopen]
|
|
je ogen de kost geven
|
[niet opletten]
|
|
iemand zand in de ogen strooien
|
[voor de gek houden, misleiden]
|
|
ogen tekortkomen
|
[veel te zien hebben]
|
|
als mijn ogen mij niet bedriegen
|
[ik weet niet zeker of ik het goed gezien heb]
|
|
met het blote oog
|
[zonder bril of andere hulpmiddelen]
|
|
geen oog dichtdoen
|
[niet kunnen slapen]
|
|
hij heeft dollartekens in zijn ogen
|
[laat blijken dat hij graag geld wil verdienen]
|
|
geen hand voor ogen kunnen zien
|
[helemaal niets]
|
|
iemand het licht in de ogen niet gunnen
|
[niets gunnen]
|
|
ergens een open oog voor hebben
|
[er de waarde van inzien]
|
|
de schellen vallen hem van de ogen
|
[hij ziet hoe het werkelijk zit]
|
|
wel de splinter in andersmans oog zien, maar niet de balk in zijn eigen oog
|
[blind zijn voor eigen fouten, maar van anderen alles zien]
|
|
hoge ogen gooien
|
[veel kans maken]
|
|
door het oog van de naald
|
[aan groot gevaar ontkomen]
|
|
dat ligt me zwaar op de maag
|
[daar zie ik erg tegenop]
|
|
ik zit ermee in mijn maag
|
[het is een probleem voor me]
|
|
hij heeft het me in de maag gesplitst
|
[hij heeft me iets vervelends opgedragen]
|
|
een knorrende maag hebben
|
[honger hebben
|
|
zijn ogen zijn groter dan zijn maag
|
[hij kan minder eten dan hij dacht]
|
|
iemand iets in zijn maag splitsen
|
[hem ergens mee opzadelen]
|
|
dat staat in de maag
|
[dat is stevige kost]
|
|
zijn ogen puilden uit hun kassen
|
[hij was erg verbaasd]
|
|
iemand onder uit de zak geven
|
[scherpe kritiek op hem geven]
|
|
een kat in de zak kopen
|
[iets wat waardeloos blijkt te zijn]
|
|
zakjes plakken
|
[in de gevangenis zitten]
|
|
oude wijn in nieuwe zakken
|
[iets bekends in een nieuwe vorm]
|
|
in zak en as zitten
|
[in een toestand van verslagenheid]
|
|
een duit in het zakje doen
|
[een woordje meespreken]
|
|
geld op zak hebben
|
[geld bij je hebben]
|
|
dat kun je in je zak steken
|
[die opmerking was raak]
|
|
die kan hij in zijn zak steken
|
[hij is veel beter dan die ander]
|
|
zonder een cent op zak
|
[zonder contant geld bij zich te hebben]
|
|
het geld brandt hem in de zak
|
[hij wil het graag uitgeven]
|
|
iemand in je zak hebben
|
[met hem kunnen doen wat je wilt]
|
|
zijn ogen in zijn zak hebben
|
[niet uitkijken]
|
|
zijn zakken vullen
|
[zich verrijken]
|
|
iets uit eigen zak betalen
|
[zelf de kosten dragen]
|
|
op zijn zak teren
|
[van zijn geld leven]
|
|
een ouwe zak
|
[oude man]
|
|
ik begrijp er geen zak van
|
[helemaal niets]
|
|
je neus stoten
|
[afgewezen worden]
|
|
je neus ervoor ophalen
|
[het minderwaardig vinden]
|
|
hem met zijn neus op de feiten drukken
|
[laten zien hoe het werkelijk zit]
|
|
neuzen tellen
|
[tellen hoeveel mensen er zijn]
|
|
er met je neus bovenop staan
|
[er vlakbij staan]
|
|
met je neus kijken
|
[niet goed zoeken]
|
|
uit je neus zitten eten
|
[niets doen]
|
|
je neus in de wind steken
|
[ergens trots op zijn]
|
|
op je neus kijken
|
[teleurgesteld zijn omdat het tegenvalt]
|
|
overal zijn neus in steken
|
[zich overal mee bemoeien]
|
|
een frisse neus halen
|
[bij koud weer buiten lopen]
|
|
geen knip voor zijn neus waard zijn
|
[nergens goed voor zijn, nergens voor deugen]
|
|
m'n neus!
|
[kom nou, dat is onzin]
|
|
iemand bij de neus nemen
|
[hem voor de gek houden, bedriegen]
|
|
dat komt me de neus uit
|
[daar heb ik schoon genoeg van]
|
|
iemand iets door de neus boren
|
[niet betalen wat men hem schuldig is]
|
|
plotseling voor iemands neus staan
|
[hem onverwacht ontmoeten]
|
|
de deur voor zijn neus dichtdoen
|
[terwijl hij er vlak voor staat]
|
|
dat gaat je neus voorbij
|
[daar krijg je niets van]
|
|
iemand iets onder de neus wrijven
|
[hem vertellen wat hij verkeerd deed]
|
|
dat zal ik je niet aan je neus hangen
|
[niet vertellen]
|
|
iets langs zijn neus weg zeggen
|
[terloops, alsof het niet belangrijk is]
|
|
doen alsof je neus bloedt
|
[alsof je van niets weet]
|
|
zijn neus krult
|
[hij is blij over een compliment]
|
|
iemand de pen op de neus zetten
|
[hem waarschuwen dat hij zich beter moet gedragen]
|
|
alle neuzen wijzen dezelfde kant op
|
[iedereen heeft dezelfde mening]
|
|
bleek om de neus worden
|
[ergens heel bang voor zijn]
|
|
niet verder kijken dan je neus lang is
|
[niet goed nadenken]
|
|
iemand iets door de neus boren
|
[verhinderen dat hij het krijgt]
|
|
met de neus in de boter vallen
|
[het goed treffen]
|
|
het deksel op je neus krijgen
|
[gestraft worden als je te begerig bent]
|
|
het ligt voor je neus
|
[vlak voor je]
|
|
iemand de pin op de neus zetten
|
[zo onder druk zetten dat hij gehoorzaamt]
|
|
dat is een wassen neus
|
[stelt niets voor]
|
|
het neusje van de zalm
|
[het fijnste, het beste]
|
|
een fijne neus voor iets hebben
|
[intuïtief iets opmerken]
|
|
een scherpe neus hebben
|
[goed kunnen ruiken]
|
|
van de wind kun je niet leven
|
[je moet werken om aan de kost te komen]
|
|
het gaat hem voor de wind
|
[alles gaat voorspoedig]
|
|
met alle winden meewaaien
|
[met iedereen meepraten]
|
|
hij heeft de wind eronder
|
[ze doen wat hij zegt]
|
|
de wind van voren krijgen
|
[scherpe kritiek krijgen]
|
|
iets in de wind slaan
|
[er niet op letten]
|
|
wind en weder dienende
|
[als het goed weer is]
|
|
wie wind zaait, zal storm oogsten
|
[voor fouten word je vaak zwaar gestraft]
|
|
als de wind
|
[zeer snel]
|
|
er waait een frisse wind
|
[er is een nieuwe aanpak]
|
|
waait de wind uit díe hoek?
|
[zit het zo?]
|
|
weten uit wat voor hoek de wind waait
|
[waar de tegenwerking vandaan komt]
|
|
van de wind kun je niet leven
|
[er moet gewerkt worden voor de kost]
|
|
je kop in de wind gooien
|
[opstandig, tegendraads zijn]
|
|
de wind gaat liggen
|
[het houdt op met waaien]
|
|
de wind mee hebben
|
[in gunstige omstandigheden zijn]
|
|
zijn neus in de wind steken
|
[hooghartig, arrogant zijn]
|
|
de wind ruimt
|
[gaat door het noorden naar het westen]
|
|
een waarschuwing in de wind slaan
|
[er niets mee doen]
|
|
een uur in de wind stinken
|
[heel erg stinken]
|
|
hem de wind uit de zeilen nemen
|
[hem hinderen, gaan doen wat hij al wilde gaan doen]
|
|
zoals de wind waait, waait zijn jasje
|
[hij doet altijd waar hij het meeste voordeel van heeft]
|
|
zijn schouders ophalen
|
[ze optillen als teken dat het je niet kan schelen]
|
|
zijn neus ergens voor ophalen
|
[het niet de moeite waard vinden]
|
|
je hart ergens aan ophalen
|
[er volop van genieten]
|
|
het mag geen naam hebben
|
[het betekent niets]
|
|
ik kan niet op zijn naam komen
|
[ik herinner me niet hoe hij heet]
|
|
met name in augustus was het koud
|
[vooral in augustus]
|
|
zij heeft de naam lui te zijn
|
[veel mensen vinden dat]
|
|
die winkel heeft een goede naam
|
[staat bekend als een goede winkel]
|
|
uit naam van de vereniging
|
[als vertegenwoordiger van de vereniging]
|
|
mijn naam is haas
|
[ik weet er niets van]
een naamloze vennootschap [zaak waarvan de aandelen openbaar verkocht kunnen worden] |
|
het beestje bij de naam noemen
|
[zeggen waar het op staat]
|
|
iets op zijn naam schrijven
|
[een succes behalen]
|
|
in zijn naam
|
[op zijn gezag]
|
|
ten name van
|
[op die naam geregistreerd]
|
|
met naam en toenaam
|
[met alle persoonlijke gegevens]
|
|
vrij op naam
|
[de koper betaalt geen overdrachtskosten]
|
|
in naam der wet
|
[de wet bepaalt het zo]
|
|
zijn naam eer aan doen
|
[zijn reputatie waarmaken]
|
|
te goeder naam en faam bekend zijn
|
[gunstig bekendstaan]
|
|
iemand in zijn goede naam aantasten
|
[belasteren]
|
|
een slechte naam hebben
|
[een slechte reputatie]
|
|
iemands naam door het slijk halen
|
[zijn reputatie aantasten]
|
|
het aan zijn naam verplicht zijn
|
[voor het behoud van zijn goede naam]
|
|
zijn muts staat verkeerd
|
[hij is niet goed te spreken, niet vrolijk]
|
|
zijn lier aan de wilgen hangen
|
[ermee ophouden]
|
|
het loopt als een lier
|
[zonder haperen, gesmeerd]
|
|
zijn levenslust komt in dit lied goed tot uitdrukking
|
[die wordt erg duidelijk]
|
|
zijn leven redden
|
[ervoor zorgen dat hij niet doodgaat]
|
|
ze kan zich goed redden in het Engels
|
[ze spreekt voldoende Engels]
|
|
hij gaat altijd tegen de draad in
|
[is eigenwijs]
|
|
de rode draad van een verhaal
|
[een onderwerp dat steeds terugkomt]
|
|
ze raakte de draad kwijt
|
[begreep het niet meer]
|
|
tot op de draad versleten
|
[helemaal versleten]
|
|
ermee voor de draad komen
|
[het zeggen]
|
|
de draad weer oppakken
|
[verdergaan waar je gebleven was]
|
|
de draad van Ariadne
|
[waarmee Theseus zijn weg uit het doolhof kon vinden]
|
|
zijn leven hangt aan een zijden draadje
|
[is ernstig in gevaar]
|
|
kom op, voor de draad ermee!
|
[zeg wat er aan de hand is]
|
|
wij zitten op rozen
|
[wij hebben het goed getroffen]
|
|
hij slaapt als een roos
|
[erg diep]
|
|
geen roos zonder doornen
|
[wat aangenaam is, heeft ook vervelende kanten]
|
|
zijn leven gaat niet over rozen
|
[hij heeft veel tegenslag]
|
|
zijn uur is gekomen
|
[hij gaat sterven]
|
|
het uur U
|
[het moment waar het op aan komt]
|
|
van het eerste uur
|
[ervaren]
|
|
het uur van de waarheid
|
[het beslissende ogenblik]
|
|
op zondag rijdt er om het uur een bus
|
[het ene uur wel, het andere niet]
|
|
de mensen van het eerste uur
|
[die er vanaf het begin bij waren]
|
|
het uur der waarheid
|
[waarin we achter de waarheid zullen komen]
|
|
zijn laatste uur
|
[het uur van zijn sterven]
|
|
tot in de kleine(vroege) uurtjes
|
[tot diep in de nacht]
|
|
dag noch uur weten
|
[zijn oriëntatie op de tijd kwijt zijn]
|
|
klokslag acht uur
|
[precies om acht uur]
|
|
een uur in de wind stinken
|
[heel erg stinken]
|
|
te elfder ure
|
[op het laatste ogenblik]
|
|
je laatste troef uitspelen
|
[je laatste kans gebruiken]
|
|
het is daar armoe troef
|
[grote armoede]
|
|
veel troeven in handen hebben
|
[doorslaggevende argumenten]
|
|
zijn laatste troef uitspelen
|
[gebruikmaken van zijn laatste kans]
|
|
in de kracht van je leven
|
[in je beste tijd]
|
|
met vereende krachten
|
[met zijn allen]
|
|
uit zijn krachten gegroeid zijn
|
[naar verhouding te lang geworden]
|
|
zijn krachten meten met iemand
|
[uitproberen wie de sterkste is]
|
|
met vereende krachten
|
[met gezamenlijke inspanning]
|
|
de krachten bundelen
|
[samenwerken]
|
|
op eigen kracht
|
[zonder hulp van anderen]
|
|
is die wet al van kracht?
|
[in werking]
|
|
een losse kracht
|
[zonder arbeidsovereenkomst]
|
|
kost en inwoning
|
[eten en slapen]
|
|
ergens in de kost zijn
|
[altijd mee-eten]
|
|
hij heeft de kosten eruit
|
[wat hij ervoor betaald heeft, kreeg hij terug]
|
|
hem op kosten jagen
|
[ervoor zorgen dat hij veel moet betalen]
|
|
dat gaat ten koste van Jan
|
[die moet daaronder lijden]
|
|
wat doet hij voor de kost?
|
[wat voor werk doet hij]
|
|
zijn kostje is gekocht
|
[hij kan daar meer dan genoeg geld verdienen]
|
|
schoon aan de haak
|
[naakt gewogen]
|
|
met een schone lei beginnen
|
[een heel nieuw begin maken]
|
|
schoon metselwerk
|
[netjes gevoegd]
|
|
een schone motor
|
die weinig luchtvervuiling veroorzaakt]
|
|
schoon schip maken
|
[opruimen]
|
|
het schone geslacht
|
[de vrouwen]
|
|
de schone slaapster
|
[Doornroosje]
|
|
schoon in het handje
|
[contant]
|
|
het eten is schoon op
|
[helemaal op]
|
|
je hebt schoon gelijk
|
[helemaal gelijk]
|
|
ik heb er schoon genoeg van
|
[ik ben het zat]
|
|
zijn kans schoon zien
|
[een goede kans zien en daar gebruik van maken]
|
|
zijn intrede doen
|
[in gebruik raken]
|
|
hem op de huid zitten
|
[hem onder druk zetten]
|
|
een dikke huid hebben
|
[je niet snel beledigd voelen]
|
|
hem de huid vol schelden
|
[hem heel erg uitschelden]
|
|
het met huid en haar opeten
|
[helemaal]
|
|
bang voor zijn huid zijn
|
[voor zijn leven]
|
|
je moet de huid niet verkopen voor de beer geschoten is
|
[geen toezeggingen doen als iets nog niet van jou is]
|
|
zijn huid duur verkopen
|
[zich tot het uiterste verdedigen]
|
|
in iemands huid kruipen
|
[je indenken dat je hem bent]
|
|
het uit de handel nemen
|
[het niet langer verkopen]
|
|
zijn handel en wandel
|
[alles wat hij doet, hoe hij zich gedraagt]
|
|
zijn gram halen
|
[zich wreken]
|
|
zo eerlijk als goud
|
[erg eerlijk]
|
|
voor geen goud ga ik de straat op
|
[ik durf het echt niet]
|
|
het is niet alles goud wat er blinkt
|
[laat je niet misleiden door de mooie buitenkant]
|
|
zijn gewicht in goud waard zijn
|
[heel waardevol zijn]
|
|
een hart van goud hebben
|
[goed zijn voor alles en iedereen]
|
|
iets voor geen goud willen missen
|
[beslist niet]
|
|
vloeibaar goud
|
[aardolie]
|
|
spreken is zilver, zwijgen is goud
|
[soms is het beter om niets te zeggen]
|
|
zijn geduld op de proef stellen
|
[ervoor zorgen dat hij lang moet wachten]
|
|
hem op gang helpen
|
[hem helpen te beginnen]
|
|
ga je gang
|
[doe het maar]
|
|
een vreemde gang van zaken
|
[het gaat op een vreemde manier]
|
|
hij zette er flink de gang in
|
[flink vaart maken]
|
|
zijn eigen gang gaan
|
[zijn eigen zin doen]
|
|
zijn gangen nagaan
|
[controleren hoe hij leeft en wat hij doet]
|
|
aan de gang gaan met iets
|
[ermee beginnen]
|
|
iets in gang zetten
|
[het laten werken]
|
|
ik kan wel aan de gang blijven!
|
[protest als je iets steeds opnieuw moet doen]
|
|
op gang komen
|
[goed beginnen te lopen]
|
|
per slot van rekening ben ik de oudste
|
[ik ben immers de oudste]
|
|
ten slotte gingen we een patatje halen
|
[als laatste deden we dat]
|
|
de deur is op slot
|
[afgesloten]
|
|
zijn fiets op slot zetten
|
[afsluiten]
|
|
achter slot en grendel
|
[in de gevangenis]
|
|
zijn er nog liefhebbers voor ....
|
[wil iemand er nog iets van?]
|
|
hem op het goede pad brengen
|
[zorgen dat hij geen slechte dingen meer doet]
|
|
op pad gaan
|
[eropuit gaan]
|
|
platgetreden paden bewandelen
|
[methoden die allang uitgeprobeerd zijn]
|
|
zijn pad gaat niet over rozen
|
[hij heeft het erg moeilijk]
|
|
van het rechte pad afdwalen
|
[in de criminaliteit verzeild raken]
|
|
zijn eigen paadje schoonvegen
|
[zorgen dat hem niets te verwijten valt]
|
|
beter een half ei dan een lege dop
|
[beter iets dan niets]
|
|
het ei van Columbus
|
[een eenvoudige oplossing waar niemand aan gedacht had]
|
|
eieren voor je geld kiezen
|
[met wat minder tevreden zijn]
|
|
je ei niet kwijt kunnen
|
[geen kans krijgen het te vertellen]
|
|
voor een appel en een ei
|
[heel goedkoop]
|
|
de kip met de gouden eieren slachten
|
[een bron van inkomsten wegdoen]
|
|
zijn ei niet kwijt kunnen
|
[zich niet kunnen uitspreken, niet aan bod komen]
|
|
het is koek en ei
|
[hun verhouding is goed]
|
|
op eieren lopen
|
[heel voorzichtig zijn]
|
|
zijn ego kreeg een flinke deuk
|
[zijn zelfvertrouwen werd een stuk minder]
|
|
iets van hem gedaan krijgen
|
[ervoor zorgen dat hij het doet]
|
|
zo gezegd zo gedaan
|
[zoals we het afgesproken hadden doen we het]
|
|
niets aan te doen!
|
[er is niets aan te veranderen]
|
|
het is met hem gedaan
|
[hij is dood of verloren]
|
|
dat is niks gedaan
|
[waardeloos]
|
|
iemand een plezier doen
|
[ervoor zorgen dat hij plezier heeft]
|
|
ik kon er niets aan doen
|
[het was mijn schuld niet]
|
|
doen alsof
|
[toneelspelen]
|
|
dat doet er niet toe
|
[dat is onbelangrijk]
|
|
ik heb met hem te doen
|
[ik heb medelijden met hem]
|
|
daar is het haar om te doen
|
[daar doet ze het voor]
|
|
voor zijn doen
|
[in vergelijking met hoe hij anders is]
|
|
het kind is uit zijn doen
|
[in de war]
|
|
zijn doen en laten
|
[zijn manier van leven]
|
|
een poging doen
|
[het proberen]
|
|
diep in de beurs tasten
|
[heel veel betalen]
|
|
met gesloten beurs betalen
|
[zonder geld, bijvoorbeeld door te ruilen]
|
|
een smalle beurs hebben
|
[weinig geld]
|
|
iemands beurs spekken
|
[hem veel betalen]
|
|
zijn beurs trekken
|
[betalen]
|
|
aan de beurs genoteerd zijn
|
[op de vaste koerslijsten voorkomen]
|
|
zo stijf als een plank
|
[heel erg stijf]
|
|
de brief staat stijf van de fouten
|
[er staan heel veel fouten in]
|
|
een stijve krijgen
|
[een stijve penis krijgen]
|
|
zijn been (poot) stijf houden
|
[niet toegeven]
|
|
iemand stijf vloeken
|
[overdonderen met scheldwoorden]
|
|
een stijve hark
|
[een onhandig en houterig iemand]
|
|
zo stijf als een plank
|
[heel erg stijf]
|
|
de brief staat stijf van de fouten
|
[er staan heel veel fouten in]
|
|
een stijve krijgen
|
[een stijve penis krijgen]
|
|
zijn been (poot) stijf houden
|
[niet toegeven]
|
|
iemand stijf vloeken
|
[overdonderen met scheldwoorden]
|
|
een stijve hark
|
[een onhandig en houterig iemand]
|
|
heo is achter in de dertig
|
[Theo is bijna veertig]
|
|
twee keer achter elkaar
|
[twee opeenvolgende keren]
|
|
zij zijn erachter gekomen
|
[zij hebben ontdekt hoe het zit]
|
|
een dik belegde boterham
|
[met veel beleg]
|
|
een dikke huid hebben
|
[ongevoelig zijn]
|
|
een dikke nek hebben
|
[arrogant zijn, kapsones hebben]
|
|
een dikke pil
|
[een dik boek]
|
|
maak je niet dik, dun is de mode
|
[wind je niet op]
|
|
zich dik maken
|
[zich opwinden]
|
|
zij zijn dikke vrienden
|
[heel goede vrienden]
|
|
dat zit er dik in
|
[verwachten]
|
|
ze doen graag dik
|
[ze scheppen op]
|
|
dat is dik voor elkaar
|
[helemaal in orde]
|
|
dikke kans dat....
|
[het is waarschijnlijk dat...]
|
|
dat komt dik voor elkaar
|
[dat komt helemaal in orde]
|
|
een dik uur
|
[ruim een uur]
|
|
het er dik bovenop leggen
|
[overdrijven]
|
|
het ligt er dik bovenop
|
[het is overduidelijk]
|
|
door dik en dun
|
[wat er ook gebeurt]
|
|
het is dikke mik tussen die twee
|
[ze zijn goed bevriend]
|
|
zij weet zich met haar figuur geen raad
|
[ze weet niet hoe ze zich moet gedragen]
|
|
zij weet zich geen houding te geven
|
[weet niet hoe ze zich moet gedragen]
|
|
hij heeft geen hemd aan zijn lijf
|
[is heel erg arm]
|
|
iemand in zijn hemd zetten
|
[hem voor gek zetten]
|
|
zij vroeg hem het hemd van zijn lijf
|
[hoorde hem helemaal uit]
|
|
geen hemd aan het lijf hebben
|
[straatarm zijn]
|
|
nat zijn tot op het hemd
|
[drijfnat]
|
|
het hemd is nader dan de rok
|
[men is eerder geneigd iets voor familie te doen dan voor anderen]
|
|
zij steigerde toen ze dat hoorde
|
[protesteerde heftig]
|
|
ze is omgedraaid als een blad aan de boom
|
[ze gedraagt zich ineens heel anders]
|
|
een oude bok lust nog wel een groen blaadje
|
[schamper commentaar als een oudere man met een jong meisje gaat]
|
|
zij is een onbeschreven blad
|
[er valt nog niets op haar aan te merken]
|
|
zij staat bij hem in een goed blaadje
|
[hij denkt positief over haar]
|
|
hij neemt geen blad voor de mond
|
[zegt rechtstreeks en eerlijk wat hij vindt]
|
|
ze staat bij de directie in een goed blaadje
|
[de directie denkt gunstig over haar]
|
|
ik sta erop
|
[ik wil per se dat het gebeurt]
|
|
ik sta achter je
|
[ik verdedig je]
|
|
het staat of valt met ....
|
[het hangt ervan af]
|
|
je moet daar boven staan
|
[je er niets van aantrekken]
|
|
ik sta op het standpunt dat ....
|
[ik vind dat]
|
|
dat staat in verband met ..
|
[dat heeft ermee te maken]
|
|
je baard laten staan
|
[je niet scheren]
|
|
die plant staat er goed bij
|
[ziet er gezond uit]
|
|
hij staat aan het hoofd
|
[hij heeft de leiding]
|
|
ik werk nooit in de tuin, laat staan als het regent
|
[dus zeker niet als het regent]
|
|
dat geval staat op zichzelf
|
[het heeft niet met iets anders te maken]
|
|
zij staat bekend als ....
|
[men kent haar zo]
|
|
ik sta op de foto
|
[ik ben daarop afgebeeld]
|
|
er staat jou nog wat te wachten
|
[je krijgt nog heel wat te verwerken]
|
|
over Jan gesproken ....
|
[nu we het toch over Jan hebben]
|
|
zij spreekt altijd de waarheid
|
[liegt nooit]
|
|
daar ben ik niet over te spreken
|
[dat bevalt me niet]
|
|
normaal gesproken ....
|
[gewoonlijk]
|
|
dat spreekt vanzelf
|
[natuurlijk!]
|
|
ik heb bij wijze van spreken geen tijd om te eten
|
[dat is niet echt zo, maar ik heb het erg druk]
|
|
deze cijfers spreken voor zich
|
[ze zijn duidelijk genoeg]
|
|
spreken is zilver, zwijgen is goud
|
[het is beter om te zwijgen dan om te praten]
|
|
in mijn onschuld dacht ik ....
|
[omdat ik er niet voldoende van wist]
|
|
zij speelt de vermoorde onschuld
|
[doet heel verontwaardigd dat men haar schuldig vindt]
|
|
het laten rusten
|
[er niet meer over praten]
|
|
zij ruste in vrede
|
[wens op een grafsteen]
|
|
er rust geen zegen op
|
[dit zeg je als het steeds mis gaat]
|
|
ga eens aan de kant
|
[opzij]
|
|
het was kantje boord
|
[het liep maar net goed af]
|
|
zij loopt de kantjes ervan af
|
[ze doet bijna niets]
|
|
ik ben door hem aan de kant gezet
|
[weggestuurd]
|
|
aan de kant staan
|
[niet meedoen]
|
|
dat raakt kant nog wal
|
[is onzin]
|
|
welke kant moet jij uit?
|
[in welke richting ga jij?]
|
|
van moeders kant is hij Turks
|
[zijn moeder is Turks]
|
|
ik kan geen kant meer op
|
[zit erg in het nauw]
|
|
daar kun je alle kanten mee uit
|
dat kun je op verschillende manieren opvatten]
|
|
verkeerde kant op
|
[in de verkeerde richting]
|
|
het mes snijdt aan twee kanten
|
[het levert dubbel voordeel op]
|
|
het is een dubbeltje op zijn kant
|
[onzeker hoe het afloopt]
|
|
de scherpe kantjes van iets afnemen
|
[het verzachten]
|
|
iets van alle kanten bekijken
|
[de voors en tegens goed afwegen]
|
|
het deugt van geen kant
|
[is helemaal niet in orde]
|
|
even de andere kant op kijken
|
[iets gedogen]
|
|
geen kant meer op kunnen
|
[geen uitweg meer weten]
|
|
ergens alle kanten mee op kunnen
|
[er veel mogelijkheden mee hebben]
|
|
familie van de koude kant
|
[aangetrouwd]
|
|
het gelijk aan zijn kant hebben
|
[het bij het juiste eind hebben]
|
|
dat hoor je van alle kanten
|
[dat zegt iedereen]
|
|
iemands kant kiezen
|
[zijn partij]
|
|
van de verkeerde kant zijn
|
[homoseksueel]
|
|
van kant maken
|
[zelfmoord plegen]
|
|
het niet over je kant laten gaan
|
[je ertegen verzetten]
|
|
de boel aan kant maken
|
[opruimen]
|
|
iets over zijn kant laten gaan
|
[zich er niet tegen verzetten]
|
|
een leven als een oordeel
|
[een ontzettend lawaai]
|
|
je bent er je leven niet zeker
|
[het is er heel gevaarlijk]
|
|
iemand om het leven brengen
|
[doden]
|
|
zij heeft het leven geschonken aan een dochter
|
[zij kreeg een dochter]
|
|
het slachtoffer is nog in leven
|
[leeft nog]
|
|
het nieuw leven inblazen
|
[het opnieuw laten opbloeien]
|
|
hij heeft geen leven bij haar
|
[zij zit hem steeds dwars]
|
|
hij maakt haar het leven zuur
|
[hij zit haar steeds dwars]
|
|
zij leven langs elkaar heen
|
[ze hebben geen contact]
|
|
dat brengt leven in de brouwerij
|
[geeft actie en vrolijkheid]
|
|
haar leven hangt aan een zijden draad
|
[is in gevaar]
|
|
bij leven en welzijn
|
[als alles gaat zoals we verwachten]
|
|
van mijn leven niet!
|
[nooit!]
|
|
iets in het leven roepen
|
[laten ontstaan]
|
|
dat is uit het leven gegrepen
|
[naar de werkelijkheid]
|
|
zij koopt kleren bij het leven
|
[heel veel, heel vaak]
|
|
dat zal ik nooit van mijn leven doen
|
[absoluut nooit]
|
|
alles wat los en vast zit is weggehaald
|
[alles dus]
|
|
de beer is los
|
[de narigheid is begonnen]
|
|
er zit een draadje (schroefje) bij hem los
|
[hij is niet goed bij zijn verstand]
|
|
losse handen hebben
|
[veel en gauw slaan]
|
|
iets uit de losse pols doen
|
[met groot gemak]
|
|
op losse schroeven staan
|
[onzeker, twijfelachtig of het doorgaat]
|
|
aan hem is een steekje los
|
[hij is een beetje gek]
|
|
als los zand aan elkaar hangen
|
[zonder samenhang zijn]
|
|
dat was maar een losse opmerking
|
[ik bedoelde er niet iets bijzonders mee]
|
|
een losse kracht
|
[zonder arbeidsovereenkomst]
|
|
een los nummer
|
[dat niet bij een abonnement hoort]
|
|
los van..
|
[afgezien van...]
|
|
zij leven erop los
|
[doen waar ze zin in hebben]
|
|
hij slaat erop los
|
[slaat hard en wild]
|
|
een losse flodder
|
[munitiepatroon zonder kogel]
|
|
van God los zijn
|
[verderfelijk]
|
|
erop los leven
|
[losbandig zijn]
|
|
de tijd vliegt
|
[hij gaat snel voorbij]
|
|
de tijd zal het leren
|
[later weten we het wel]
|
|
tijd is geld
|
[tijd is kostbaar]
|
|
ik heb daar geen tijd voor
|
[ik kan er geen momenten voor vrijmaken]
|
|
hij zit de hele tijd te gapen
|
[voortdurend, steeds]
|
|
de laatste tijd
|
[de periode die achter ons ligt]
|
|
we hebben geen tijd te verliezen
|
[we moeten opschieten]
|
|
vrije tijd
|
[waarin je niet hoeft te werken]
|
|
dat is uit de tijd
|
[ouderwets]
|
|
de tijd doden
|
[iets doen als je moet wachten]
|
|
hij is zijn tijd vooruit
|
[zijn ideeën worden pas later gewaardeerd]
|
|
het zal mijn tijd wel duren
|
[ik maak me er niet druk over]
|
|
hij heeft de tijd
|
[hoeft zich niet te haasten]
|
|
zijn tijd verdoen
|
[niets uitvoeren]
|
|
een sprong in de tijd maken
|
[een lange periode overslaan]
|
|
de tand des tijds
|
[de slijtage van alle dingen]
|
|
de tijd heelt alle wonden
|
[uiteindelijk kom je alle verdriet te boven]
|
|
het is tijd om te vertrekken
|
[we moeten vertrekken]
|
|
zij komt nooit op tijd
|
[ze is altijd te laat]
|
|
je moet op de tijd letten
|
[opletten of het moment er al is]
|
|
zij is over tijd
|
[niet ongesteld geworden, dus misschien zwanger]
|
|
te zijner tijd hoor ik daar graag iets over
|
[als het moment daar is]
|
|
zij is erg bij de tijd
|
[bijdehand, slim]
|
|
komt tijd, komt raad
|
[over een tijdje vind je vanzelf de oplossing]
|
|
als het mijn tijd is
|
[wanneer ik doodga]
|
|
heb je de tijd?
|
[weet je hoe laat het is?]
|
|
op tijd zijn natje en droogje krijgen
|
[niets tekort komen]
|
|
over tijd zijn
|
[de menstruatie is nog niet gekomen]
|
|
te allen tijde
|
[altijd]
|
|
van tijd tot tijd
|
[af en toe]
|
|
binnen afzienbare tijd
|
[spoedig]
|
|
in de baas zijn tijd
|
[onder werktijd]
|
|
iemands tijd in beslag nemen
|
[zijn aandacht opeisen]
|
|
dat heeft de tijd
|
[daar kunnen we nog wel even mee wachten]
|
|
het zal mijn tijd wel duren
|
[ik maak me er niet druk om]
|
|
iemand de tijd ergens voor gunnen
|
[het hem op zijn gemak laten doen]
|
|
gezelligheid kent geen tijd
|
[als het gezellig is, gaat de tijd snel voorbij]
|
|
de hele tijd
|
[voortdurend]
|
|
ik kan mijn tijd wel beter besteden
|
[dat vind ik minderwaardig]
|
|
in minder dan geen tijd
|
[heel snel]
|
|
een scherpe tijd
|
[die moeilijk te verbeteren is]
|
|
dat is verleden tijd
|
[dat is voorbij]
|
|
in minder dan geen tijd
|
[heel snel]
|
|
een scherpe tijd
|
[die moeilijk te verbeteren is]
|
|
dat is verleden tijd
|
[dat is voorbij]
|
|
de tijd aan zichzelf hebben
|
over zijn eigen tijd kunnen beschikken]
|
|
met je tijd meegaan
|
[met de mode en de heersende opvattingen]
|
|
niet meer van deze tijd
|
[heel verouderd]
|
|
zijn tijd ver vooruit zijn
|
[heel modern zijn]
|
|
ik heb geen mens gezien
|
[niemand dus]
|
|
grote mensen
|
[volwassenen]
|
|
zij komt niet onder de mensen
|
ontmoet geen anderen]
|
|
we gaan de inwendige mens versterken
|
[iets eten]
|
|
daar heb ik mijn mensen voor
|
[mijn medewerkers]
|
|
zij is geen mens voor kantoor
|
[daar is zij niet geschikt voor]
|
|
hij is een nachtmens
|
[werkt het liefst 's nachts]
|
|
ik ben ook maar een mens!
|
[verontschuldiging voor zwakheden]
|
|
een mens is geen aardappel
|
[hij wil wel eens een pleziertje]
|
|
alle mensen!
|
[uitroep van verbazing of ergernis]
|
|
de mens leeft niet van brood alleen
|
[heeft hogere behoeftes dan alleen het materiële]
|
|
ik ben geen mens meer
|
[ben heel erg moe]
|
|
de mens wikt, God beschikt
|
[het kan wel eens heel anders lopen dan je denkt]
|
|
onder de mensen komen
|
[mensen ontmoeten]
|
|
je hebt mensen en potloden
|
[berustend commentaar als iemand onhandig is geweest]
|
|
een mens van vlees en bloed
|
[met lichamelijke begeerten en zwakheden]
|
|
de Zoon des Mensen
|
[Jezus Christus]
|
|
zij kan zich in alle kringen goed bewegen
|
[met alle mensen goed omgaan]
|
|
zij is van mening dat ...
|
[zij vindt dat ...]
|
|
wij hebben een verschil van mening
|
[zij vindt dat ...]
|
|
wij hebben een verschil van mening [
|
[we zijn het niet met elkaar eens]
|
|
hij geeft zijn mening over het onderwerp
|
[hij zegt wat hij ervan vindt]
|
|
naar mijn mening ...
|
[ik vind ....]
|
|
hij is in geen velden of wegen te bekennen
|
[nergens te zien]
|
|
het veld ruimen
|
[je terugtrekken nadat je verloren hebt]
|
|
veld winnen
|
[meer aanhangers krijgen]
|
|
zij is uit het veld geslagen
|
[in verwarring, onzeker]
|
|
vallen op het veld van eer
|
[sneuvelen in de strijd]
|
|
uit het veld
|
[uit de praktijk]
|
|
een vakantie aan zee
|
[aan de kust]
|
|
op volle zee
|
[midden op zee]
|
|
met hem in zee gaan
|
[een verbintenis met hem aangaan]
|
|
geen zee gaat hem te hoog
|
[hij is nergens bang voor]
|
|
zij is recht door zee
|
[erg eerlijk en direct]
|
|
de zeven zeeën bevaren hebben
|
[over de hele wereld gezworven hebben]
|
|
water naar de zee dragen
|
[onnodig werk doen]
|
|
het water stroomt altijd naar de zee
|
rijke mensen krijgen alle voordelen]
|
|
dat kan al het water van de zee niet afwassen
|
[die schuld of die schande is niet weg te krijgen]
|
|
er verdrinken er meer in een wijnglas dan in de zee
|
[drank maakt meer slachtoffers dan de zee]
|
|
geen zee gaat hem te hoog
|
[hij laat zich nergens door afschrikken]
|
|
mensenzee
|
[groot aantal mensen]
|
|
de tijd vliegt
|
[hij gaat snel voorbij]
|
|
de tijd zal het leren
|
[later weten we het wel]
|
|
tijd is geld
|
[tijd is kostbaar]
|
|
ik heb daar geen tijd voor
|
[ik kan er geen momenten voor vrijmaken]
|
|
hij zit de hele tijd te gapen
|
[voortdurend, steeds]
|
|
de laatste tijd
|
[de periode die achter ons ligt]
|
|
we hebben geen tijd te verliezen
|
[we moeten opschieten]
|
|
vrije tijd [
|
waarin je niet hoeft te werken]
dat is uit de tijd [ouderwets] |
|
de tijd doden
|
[iets doen als je moet wachten]
|
|
hij is zijn tijd vooruit
|
[zijn ideeën worden pas later gewaardeerd]
|
|
het zal mijn tijd wel duren
|
[ik maak me er niet druk over]
|
|
hij heeft de tijd
|
[hoeft zich niet te haasten]
|
|
zijn tijd verdoen
|
[niets uitvoeren]
|
|
een sprong in de tijd maken
|
[een lange periode overslaan]
|
|
de tand des tijds
|
[de slijtage van alle dingen]
|
|
de tijd heelt alle wonden
|
[uiteindelijk kom je alle verdriet te boven]
|
|
het is tijd om te vertrekken
|
[we moeten vertrekken]
|
|
zij komt nooit op tijd
|
[ze is altijd te laat]
|
|
je moet op de tijd letten
|
[opletten of het moment er al is]
|
|
zij is over tijd
|
[niet ongesteld geworden, dus misschien zwanger]
|
|
te zijner tijd hoor ik daar graag iets over
|
[als het moment daar is]
|
|
zij is erg bij de tijd
|
[bijdehand, slim]
|
|
komt tijd, komt raad
|
[over een tijdje vind je vanzelf de oplossing]
|
|
als het mijn tijd is
|
[wanneer ik doodga]
|
|
heb je de tijd?
|
[weet je hoe laat het is?]
|
|
op tijd zijn natje en droogje krijgen
|
[niets tekort komen]
|
|
over tijd zijn
|
[de menstruatie is nog niet gekomen]
|
|
te allen tijde
|
[altijd]
|
|
van tijd tot tijd
|
[af en toe]
|
|
binnen afzienbare tijd
|
[spoedig]
|
|
in de baas zijn tijd
|
[onder werktijd]
|
|
iemands tijd in beslag nemen
|
[zijn aandacht opeisen]
|
|
dat heeft de tijd
|
[daar kunnen we nog wel even mee wachten]
|
|
het zal mijn tijd wel duren
|
[ik maak me er niet druk om]
|
|
iemand de tijd ergens voor gunnen
|
[het hem op zijn gemak laten doen]
|
|
gezelligheid kent geen tijd
|
[als het gezellig is, gaat de tijd snel voorbij]
|
|
de hele tijd
|
[voortdurend]
|
|
k kan mijn tijd wel beter besteden
|
[dat vind ik minderwaardig]
|
|
in minder dan geen tijd
|
[heel snel]
|
|
een scherpe tijd
|
[die moeilijk te verbeteren is]
|
|
dat is verleden tijd
|
[dat is voorbij]
|
|
de tijd aan zichzelf hebben
|
[over zijn eigen tijd kunnen beschikken]
|
|
met je tijd meegaan
|
[met de mode en de heersende opvattingen]
|
|
niet meer van deze tijd
|
[heel verouderd]
|
|
zijn tijd ver vooruit zijn
|
[heel modern zijn]
|
|
het beste paard van stal
|
[de beste persoon die erbij is]
|
|
het paard achter de wagen spannen
|
[het verkeerd aanpakken]
|
|
zij is over het paard getild
|
[verwend]
|
|
ik heb honger als een paard
|
[erg veel honger]
|
|
een gegeven paard mag je niet in de bek kijken
|
[je moet tevreden zijn met wat je krijgt]
|
|
het beste paard struikelt weleens
|
[iedereen maakt wel eens een fout]
|
|
hoog te paard zitten [
|
[verwaand zijn]
|
|
man en paard noemen
|
[de namen van de betrokkenen]
|
|
de prins op het witte paard
|
[de ideale echtgenoot die langskomt]
|
|
je bent het beste paard van stal vergeten
|
[wanneer iemand overgeslagen is]
|
|
het paard van Troje
|
[een nagemaakt paard waarin de aanvallers zich verstopt hadden]
|
|
het paard van Troje binnenhalen
|
[je eigen ondergang bewerkstelligen]
|
|
op het verkeerde paard wedden
|
[een misrekening maken]
|
|
een ziekte komt te paard, en gaat te voet
|
[je hebt een ziekte snel, maar het genezen gaat langzaam]
|
|
we hebben onder andere Cola in huis
|
[naast Cola ook nog andere dingen]
|
|
onder leiding van Jan de Wit
|
[Jan de Wit had de leiding]
|
|
dit spul wordt onder meer gebruikt voor tanden poetsen
|
[te midden van andere doelen]
|
|
ten onder gaan
|
[verloren gaan]
|
|
onder een auto komen
|
[aangereden worden door een auto]
|
|
van onderen!
|
[waarschuwing dat er iets op je kan vallen]
|
|
zij is nog onder de twaalf
|
[jonger dan twaalf]
|
|
moeder worden
|
[een kind krijgen]
|
|
zij is niet moeders mooiste
|
[nogal lelijk]
|
|
wat wil je nog meer?
|
[verder nog]
|
|
we hebben onder meer konijnen thuis
|
[onder andere konijnen]
|
|
je hebt zonder meer gelijk
|
[zonder dat ik daarover na hoef te denken]
|
|
meer dan eens
|
[vaker dan een keer]
|
|
zij is niet meer
|
[zij is dood]
|
|
in snikken uitbarsten
|
[beginnen te huilen]
|
|
tot aan je laatste snik
|
[tot aan je dood]
|
|
zij is niet goed snik
|
[gek]
|
|
een natte cel
|
[toilet, douche, of badkamer]
|
|
nat tot op zijn hemd
|
[doornat]
|
|
een nat pak halen
|
[in het water vallen]
|
|
een natte rug hebben
|
[hard gewerkt hebben]
|
|
natte sneeuw
|
[smeltende sneeuw, die in regen overgaat]
|
|
nat gaan
|
[in één ronde alles verliezen]
|
|
dat is niet gepiest maar toch nat
|
[commentaar als iemand iets bijzonders krijgt]
|
|
met de natte vinger
|
[grofweg, zonder zich er echt in te verdiepen]
|
|
zij is met een natte vinger te lijmen
|
[gemakkelijk over te halen]
|
|
in de zon zitten
|
[zo zitten dat het licht van de zon op je valt]
|
|
de zon schijnt
|
[hij zit niet achter de wolken]
|
|
er is niets nieuws onder de zon
|
[niets nieuws]
|
|
zij is het zonnetje in huis
|
[brengt de vrolijkheid in huis]
|
|
hem in het zonnetje zetten
|
[huldigen, prijzen]
|
|
men moet hooien als de zon schijnt
|
[van een gunstige gelegenheid gebruikmaken]
|
|
het land van de rijzende zon
|
[Japan]
|
|
voor niets gaat de zon op
|
[je krijgt niets voor niets]
|
|
achter de wolken schijnt de zon
|
[na tegenspoed komt altijd weer voorspoed]
|
|
tegen de zon in
|
[tegen de wijzers van de klok in]
|
|
ik heb geen mens gezien
|
[niemand dus]
|
|
grote mensen
|
[volwassenen]
|
|
zij komt niet onder de mensen
|
[ontmoet geen anderen]
|
|
we gaan de inwendige mens versterken
|
[iets eten]
|
|
daar heb ik mijn mensen voor
|
[mijn medewerkers]
|
|
zij is geen mens voor kantoor
|
[daar is zij niet geschikt voor]
|
|
hij is een nachtmens
|
[werkt het liefst 's nachts]
|
|
ik ben ook maar een mens!
|
[verontschuldiging voor zwakheden]
|
|
een mens is geen aardappel
|
[hij wil wel eens een pleziertje]
|
|
alle mensen!
|
[uitroep van verbazing of ergernis]
|
|
de mens leeft niet van brood alleen
|
[heeft hogere behoeftes dan alleen het materiële]
|
|
ik ben geen mens meer
|
[ben heel erg moe]
|
|
de mens wikt, God beschikt
|
[het kan wel eens heel anders lopen dan je denkt]
|
|
onder de mensen komen
|
[mensen ontmoeten]
|
|
je hebt mensen en potloden
|
[berustend commentaar als iemand onhandig is geweest]
|
|
een mens van vlees en bloed
|
[met lichamelijke begeerten en zwakheden]
|
|
de Zoon des Mensen
|
[Jezus Christus]
|
|
de tijd vliegt
|
[hij gaat snel voorbij]
|
|
de tijd zal het leren
|
[later weten we het wel]
|
|
tijd is geld
|
[tijd is kostbaar]
|
|
ik heb daar geen tijd voor
|
[ik kan er geen momenten voor vrijmaken]
|
|
hij zit de hele tijd te gapen
|
[voortdurend, steeds]
|
|
de laatste tijd
|
[de periode die achter ons ligt]
|
|
we hebben geen tijd te verliezen
|
[we moeten opschieten]
|
|
vrije tijd
|
[waarin je niet hoeft te werken]
|
|
dat is uit de tijd
|
[ouderwets]
|
|
de tijd doden
|
[iets doen als je moet wachten]
|
|
hij is zijn tijd vooruit
|
[zijn ideeën worden pas later gewaardeerd]
|
|
het zal mijn tijd wel duren
|
[ik maak me er niet druk over]
|
|
hij heeft de tijd
|
[hoeft zich niet te haasten]
|
|
zijn tijd verdoen
|
[niets uitvoeren]
|
|
een sprong in de tijd maken
|
[een lange periode overslaan]
|
|
de tand des tijds
|
[de slijtage van alle dingen]
|
|
de tijd heelt alle wonden
|
[uiteindelijk kom je alle verdriet te boven]
|
|
het is tijd om te vertrekken
|
[we moeten vertrekken]
|
|
zij komt nooit op tijd
|
[ze is altijd te laat]
|
|
je moet op de tijd letten
|
[opletten of het moment er al is]
|
|
zij is over tijd
|
[niet ongesteld geworden, dus misschien zwanger]
|
|
te zijner tijd hoor ik daar graag iets over
|
[als het moment daar is]
|
|
zij is erg bij de tijd
|
[bijdehand, slim]
|
|
komt tijd, komt raad
|
[over een tijdje vind je vanzelf de oplossing]
|
|
als het mijn tijd is
|
[wanneer ik doodga]
|
|
heb je de tijd?
|
[weet je hoe laat het is?]
|
|
op tijd zijn natje en droogje krijgen
|
[niets tekort komen]
|
|
over tijd zijn
|
[de menstruatie is nog niet gekomen]
|
|
te allen tijde
|
[altijd]
|
|
van tijd tot tijd
|
[altijd]
|
|
van tijd tot tijd
|
[af en toe]
|
|
binnen afzienbare tijd
|
[spoedig]
|
|
in de baas zijn tijd
|
[onder werktijd]
|
|
iemands tijd in beslag nemen
|
[zijn aandacht opeisen]
|
|
dat heeft de tijd
|
[daar kunnen we nog wel even mee wachten]
|
|
het zal mijn tijd wel duren
|
[ik maak me er niet druk om]
|
|
iemand de tijd ergens voor gunnen
|
[het hem op zijn gemak laten doen]
|
|
gezelligheid kent geen tijd
|
[als het gezellig is, gaat de tijd snel voorbij]
|
|
de hele tijd
|
[voortdurend]
|
|
ik kan mijn tijd wel beter besteden
|
[dat vind ik minderwaardig]
|
|
in minder dan geen tijd
|
[als het gezellig is, gaat de tijd snel voorbij]
|
|
de hele tijd
|
[voortdurend]
|
|
ik kan mijn tijd wel beter besteden
|
[dat vind ik minderwaardig]
|
|
in minder dan geen tijd
|
[heel snel]
|
|
een scherpe tijd
|
[die moeilijk te verbeteren is]
|
|
dat is verleden tijd
|
[dat is voorbij]
|
|
de tijd aan zichzelf hebben
|
[over zijn eigen tijd kunnen beschikken]
|
|
met je tijd meegaan
|
[met de mode en de heersende opvattingen]
|
|
niet meer van deze tijd
|
[heel verouderd]
|
|
zijn tijd ver vooruit zijn
|
[heel modern zijn]
|
|
ze is omgedraaid als een blad aan de boom
|
[ze gedraagt zich ineens heel anders]
|
|
een oude bok lust nog wel een groen blaadje
|
[schamper commentaar als een oudere man met een jong meisje gaat]
|
|
zij is een onbeschreven blad
|
[er valt nog niets op haar aan te merken]
|
|
zij staat bij hem in een goed blaadje
|
[hij denkt positief over haar]
|
|
hij neemt geen blad voor de mond
|
[zegt rechtstreeks en eerlijk wat hij vindt]
|
|
ze staat bij de directie in een goed blaadje
|
[de directie denkt gunstig over haar]
|
|
zij is een bezige bij
|
[is altijd aan het werk]
|
|
zij is de motor achter dit bedrijf
|
[de activiteiten gaan van haar uit]
|
|
zij doet aan de slanke lijn
|
[probeert slanker te worden]
|
|
ik kan er geen lijn in ontdekken
|
[geen duidelijke regelmaat of samenhang]
|
|
het vertoont een stijgende lijn
|
[wordt steeds beter]
|
|
we moeten één lijn trekken
|
geen duidelijke regelmaat of samenhang]
|
|
het vertoont een stijgende lijn
|
[wordt steeds beter]
|
|
we moeten één lijn trekken
|
[dezelfde dingen goed en fout vinden]
|
|
de grote lijn
|
[een samenvatting van de hoofdzaken]
|
|
we hebben Amerika aan de lijn
|
[aan de telefoon]
|
|
zij houdt je aan het lijntje
|
[geeft niet waar je om vraagt, maar wijst je ook niet af]
|
|
langzaamaan, dan breekt het lijntje niet
|
[als je kalm aan doet, bereik je je doel]
|
|
de lijn trekken
|
[luieren]
|
|
hij volgt de harde lijn
|
[is erg streng]
|
|
dat ligt niet in mijn lijn
|
[dat past niet bij me]
|
|
dat is geen manier van doen
|
[geen fatsoenlijk gedrag]
|
|
zij heeft van die maniertjes
|
[ze doet zo overdreven]
|
|
zij heeft niet veel in de melk te brokkelen
|
[niet veel te vertellen]
|
|
eruitzien als melk en bloed
|
[er heel gezond uitzien]
|
|
een land van melk en honing
|
[waar alles in overvloed is]
|
|
melk is goed voor elk
|
[reclame voor melk]
|
|
melk, de witte motor
|
[reclame voor melk]
|
|
werk in uitvoering
|
[hier wordt gewerkt]
|
|
alles in het werk stellen om ...
|
[al het mogelijke doen]
|
|
zij heeft lang werk
|
[doet er lang over]
|
|
er werk van maken
|
[je ervoor inspannen]
|
|
er is werk aan de winkel
|
[er is veel te doen]
|
|
het vuile werk opknappen
|
[het moeilijkste of vervelendste doen]
|
|
half werk leveren
|
[het niet goed doen]
|
|
het is geen aangenomen werk!
|
[je hoeft je niet zo te haasten]
|
|
dat is het betere werk
|
[dat gaat goed]
|
|
veel handen maken licht werk
|
[met wat hulp gaat alles gemakkelijker]
|
|
dat is onbegonnen werk
|
[onmogelijk]
|
|
goed gereedschap is het halve werk
|
[met goed gereedschap gaat het gemakkelijker]
|
|
geen half werk doen
|
[het keurig, grondig doen]
|
|
omkomen in het werk
|
[het erg druk hebben]
|
|
er is veel werk aan de winkel
|
[er is veel te doen]
|
|
naar je werk gaan
|
[naar de plaats waar je werkt]
|
|
dat is afgesproken werk
|
[geen toeval]
|
|
dat is geen werk
|
[geen manier van doen, niet eerlijk]
|
|
je arm uit het lid draaien
|
[uit de kom]
|
|
familielid
|
[wie bij de familie hoort]
|
|
een papieren lid
|
[dat niet actief deelneemt]
|
|
het mannelijk lid
|
[de penis]
|
|
zij heeft iets onder de leden
|
[ze is nog niet ziek, maar ze wordt ziek]
|
|
gezond van lijf en leden
|
[welgeschapen]
|
|
je arm uit het lid draaien
|
[uit de kom]
|
|
je hele hebben en houden
|
[al je spullen]
|
|
ik wil het niet hebben
|
[ik wil niet dat het gebeurt]
|
|
daar héb je hem weer
|
[daar begint hij weer te zeuren]
|
|
ik hád het niet meer
|
[ik kon niet meer van het lachen, de zenuwen, enz]
|
|
hij heeft het in zijn rug
|
[pijn in zijn rug]
|
|
zij heeft iets met haar buurjongen
|
[ze heeft verkering met hem]
|
|
ik erger me groen en geel
|
[ik erger me verschrikkelijk]
|
|
een groene partij
|
[partij die opkomt voor het milieu]
|
|
zij heeft groene vingers
|
[bij haar doen de planten het altijd goed]
|
|
het wordt hem groen en geel voor de ogen
|
[het duizelt hem, alles draait]
|
|
onder de groene zoden liggen
|
[dood en begraven zijn]
|
|
het groene licht geven
|
[toestemming geven]
|
|
het Groene Boekje
|
[officiële woordenlijst van de Nederlandse taal]
|
|
de groene golf
|
[reeks van op groen springende verkeerslichten]
|
|
het groene hart van de Randstad
|
[het deel dat nog uit open, onbebouwd land bestaat]
|
|
de groene kaart
|
[internationaal verzekeringsbewijs]
|
|
het groene laken
|
[het biljart]
|
|
groen zien van nijd
|
[erg jaloers zijn]
|
|
groene vingers hebben
|
[succes met het kweken van planten]
|
|
onder de groene zoden liggen
|
[dood en begraven zijn]
|
|
een oude bok lust nog wel een groen blaadje
|
[een oude vent houdt wel van een jonge vrouw]
|
|
rijp en groen
|
[goed en slecht door elkaar]
|
|
zij heeft een reputatie hoog te houden
|
[zij heeft een goede naam en moet ervoor zorgen dat ze die houdt]
|
|
het mag geen naam hebben
|
[het betekent niets]
|
|
ik kan niet op zijn naam komen
|
[ik herinner me niet hoe hij heet]
|
|
met name in augustus was het koud
|
[vooral in augustus]
|
|
zij heeft de naam lui te zijn
|
[veel mensen vinden dat]
|
|
die winkel heeft een goede naam
|
[staat bekend als een goede winkel]
|
|
uit naam van de vereniging
|
[als vertegenwoordiger van de vereniging]
|
|
mijn naam is haas
|
[ik weet er niets van]
|
|
een naamloze vennootschap
|
[zaak waarvan de aandelen openbaar verkocht kunnen worden]
|
|
het beestje bij de naam noemen
|
[zeggen waar het op staat]
|
|
iets op zijn naam schrijven
|
[een succes behalen]
|
|
in zijn naam
|
[op zijn gezag]
|
|
ten name van
|
[op die naam geregistreerd]
|
|
met naam en toenaam
|
[met alle persoonlijke gegevens]
|
|
vrij op naam
|
[de koper betaalt geen overdrachtskosten]
|
|
in naam der wet
|
[de wet bepaalt het zo]
|
|
zijn naam eer aan doen
|
[zijn reputatie waarmaken]
|
|
te goeder naam en faam bekend zijn
|
[gunstig bekendstaan]
|
|
iemand in zijn goede naam aantasten
|
[belasteren]
|
|
een slechte naam hebben
|
[een slechte reputatie]
|
|
iemands naam door het slijk halen
|
[zijn reputatie aantasten]
|
|
het aan zijn naam verplicht zijn
|
[voor het behoud van zijn goede naam]
|
|
dat is nooit weg! [
|
[dat komt later wel van pas]
|
|
maak dat je weg komt!
|
[ga weg]
|
|
even weg zijn
|
[in slaap, of in gedachten zijn]
|
|
zij hebben veel van elkaar weg
|
[ze lijken veel op elkaar]
|
|
dat is nooit weg
|
[daar heb je altijd iets aan]
|
|
langs zijn neus weg
|
[terloops]
|
|
voor het vaderland weg
|
[onvoorbereid]
|
|
in het wilde weg
|
[zomaar, lukraak]
|
|
de dokter gaf mij het advies minder te roken
|
[hij adviseert het mij]
|
|
hij geeft gas
|
[drukt op het gaspedaal van de auto]
|
|
zij geeft te kennen dat ze weg wil
|
[ze zegt het]
|
|
ik geef hem een teken dat hij moet stoppen
|
[ik maak een gebaar]
|
|
jij moet het goede voorbeeld geven
|
[jij moet je goed gedragen]
|
|
ik heb hem zijn zin gegeven
|
[hij mocht doen wat hij wilde doen]
|
|
mag ik u het woord geven?
|
[wilt u nu iets zeggen?]
|
|
zij gaf hem te verstaan dat ...
|
[zij maakte het hem duidelijk]
|
|
ik maak een fout
|
[er ontstaat een fout]
|
|
we maken er het beste van
|
[proberen het in moeilijke omstandigheden toch goed te doen]
|
|
je moet daar geen gewoonte van maken
|
[het niet steeds zo doen]
|
|
grappen maken
|
[grappen vertellen]
|
|
hij maakt er niet veel van
|
[hij doet het niet goed]
|
|
hij maakt het niet lang meer
|
[hij leeft niet lang meer]
|
|
je hebt het ernaar gemaakt
|
[het is je eigen schuld]
|
|
zij gaat het maken
|
[ze zal veel succes hebben]
|
|
hij kan me niets maken
|
[kan me nergens de schuld van geven]
|
|
een begin maken
|
kan me nergens de schuld van geven]
|
|
een begin maken
|
[beginnen]
|
|
we moeten haast maken
|
[opschieten]
|
|
ergens jacht op maken
|
[het proberen te krijgen of te pakken]
|
|
we gaan het openbaar maken
|
[aan iedereen vertellen]
|
|
het in orde maken
|
[zorgen dat het goed komt]
|
|
dat maakt geen verschil
|
[dat is hetzelfde]
|
|
er werk van maken
|
[goed je best erop doen]
|
|
je moet je mond houden
|
[niet praten]
|
|
met open mond keek hij toe
|
[heel verbaasd]
|
|
zij doet geen mond open
|
[ze zegt niets]
|
|
hij zette toch een grote mond op!
|
[ging ineens schelden]
|
|
ik heb hem de mond gesnoerd
|
[gezorgd dat hij ging zwijgen]
|
|
ik spreek een mondje Turks
|
[een beetje]
|
|
het ging van mond tot mond
|
[de een zei het tegen de ander]
|
|
zij is niet op haar mondje gevallen
|
[heeft altijd een antwoord klaar]
|
|
zij praat mij naar de mond
|
[zegt wat ik graag wil horen]
|
|
daar heeft hij de mond vol van
|
[hij praat er steeds over]
|
|
ik stond met de mond vol tanden
|
[wist niet wat ik moest zeggen]
|
|
iets met de mond belijden
|
[iets beweren, zonder ernaar te handelen]
|
|
beter hard geblazen dan de mond gebrand
|
voorzichtigheid gaat voor alles]
|
|
bij monde van
|
[gezegd door]
|
|
geen blad voor de mond nemen
|
[openhartig spreken]
|
|
het brood uit de mond sparen
|
[bezuinigen op wat men eet, voor iemand anders]
|
|
mondje dicht!
|
[verzoek om iets geheim te houden]
|
|
van mond tot mond gaan
|
[rondverteld worden]
|
|
waar het hart vol van is, loopt de mond van over
|
[men praat graag over iets waar men enthousiast over is]
|
|
ik heb het uit zijn mond
|
[hij heeft het gezegd]
|
|
geen mond open doen
|
[zwijgen]
|
|
het schuim staat hem op de mond
|
[hij is woedend]
|
|
ik krijg er een vieze smaak van in de mond
|
[het voelt onplezierig]
|
|
ga je mond spoelen
|
[reactie als iemand iets lelijks gezegd heeft]
|
|
met de tong uit de mond
|
[buiten adem]
|
|
ergens de mond vol van hebben
|
[er steeds over praten]
|
|
het water loopt mij in de mond
|
[ik heb erg veel zin in dat lekkers]
|
|
je haalt me de woorden uit de mond
|
[dat had ik ook willen zeggen]
|
|
ik kan er geen lijn in ontdekken
|
[geen duidelijke regelmaat of samenhang]
|
|
het vertoont een stijgende lijn
|
[wordt steeds beter]
|
|
we moeten één lijn trekken
|
[dezelfde dingen goed en fout vinden]
|
|
de grote lijn
|
[een samenvatting van de hoofdzaken]
|
|
we hebben Amerika aan de lijn
|
[aan de telefoon]
|
|
zij houdt je aan het lijntje
|
[geeft niet waar je om vraagt, maar wijst je ook niet af]
|
|
langzaamaan, dan breekt het lijntje niet
|
[als je kalm aan doet, bereik je je doel]
|
|
de lijn trekken
|
[luieren]
|
|
hij volgt de harde lijn
|
[is erg streng]
|
|
dat ligt niet in mijn lijn
|
[dat past niet bij me]
|
|
als buffer dienen
|
[zorgen dat de vrede bewaard blijft]
|
|
zij diende als buffer
|
[door haar werd de vrede bewaard]
|
|
je er blind op staren
|
[er te lang naar kijken waardoor je het niet goed meer ziet]
|
|
liefde is blind
|
[wie verliefd is ziet de gebreken van de geliefde niet]
|
|
een blinde vlek hebben voor iets
|
[het niet kunnen inzien]
|
|
ziende blind zijn
|
[iets niet zien of niet willen zien]
|
|
blinde haat
|
[die alleen het afstotelijke ziet]
|
|
in blinde razernij (woede)
|
[waarbij je niet meer nadenkt]
|
|
blind toeval
|
[een gebeurtenis waar niet op te rekenen viel]
|
|
een blind vertrouwen hebben in iemand
|
[hem zonder meer vertrouwen]
|
|
een blinde muur
|
[zonder raam of deur]
|
|
ik heb een blind vertrouwen in hem
|
[een groot vertrouwen]
|
|
blind typen
|
[zonder naar de toetsen te kijken]
|
|
een blinde vink
|
[rolletje gehakt met lapje vlees eromheen]
|
|
een blinde deur
|
[die niet geopend kan worden]
|
|
een blinde muur
|
[zonder ramen of deuren]
|
|
met je ziel onder je arm
|
[zonder doel]
|
|
hem op zijn ziel trappen
|
[zonder doel]
|
|
hem op zijn ziel trappen
|
[erg kwetsen]
|
|
zieltjes winnen
|
[mensen tot je geloof bekeren]
|
|
hoe meer zielen hoe meer vreugd
|
[hoe meer mensen, hoe gezelliger het wordt]
|
|
je ziel aan de duivel verkopen
|
[je uitleveren aan iets slechts]
|
|
eelt op je ziel hebben
|
[ongevoelig zijn voor verdriet]
|
|
ter ziele gaan [
|
ophouden te bestaan]
|
|
met hart en ziel
|
[met alle kracht en toewijding]
|
|
op zijn ziel krijgen
|
[een uitbrander krijgen]
|
|
bezit uw ziel in lijdzaamheid
|
[berust er nu maar in]
|
|
het snijdt me door de ziel
|
[het raakt me diep]
|
|
twee zielen, een gedachte
|
[op hetzelfde moment hetzelfde denken]
|
|
hoe meer zielen, hoe meer vreugd
|
[hoe meer mensen, hoe gezelliger]
|
|
zieltjes winnen
|
[mensen tot je geloof of tot je partij overhalen]
|
|
een zieltje zonder zorg
|
[iemand die onbekommerd leeft]
|
|
met je ziel onder je arm
|
[zonder doel]
|
|
hem op zijn ziel trappen
|
[erg kwetsen]
|
|
zieltjes winnen
|
[mensen tot je geloof bekeren]
|
|
hoe meer zielen hoe meer vreugd
|
[hoe meer mensen, hoe gezelliger het wordt]
|
|
je ziel aan de duivel verkopen
|
[je uitleveren aan iets slechts]
|
|
eelt op je ziel hebben
|
[ongevoelig zijn voor verdriet]
|
|
ter ziele gaan
|
[ophouden te bestaan]
|
|
met hart en ziel
|
[met alle kracht en toewijding]
|
|
op zijn ziel krijgen
|
[een uitbrander krijgen]
|
|
bezit uw ziel in lijdzaamheid
|
[berust er nu maar in]
|
|
het snijdt me door de ziel
|
[het raakt me diep]
|
|
twee zielen, een gedachte
|
[op hetzelfde moment hetzelfde denken]
|
|
hoe meer zielen, hoe meer vreugd
|
[hoe meer mensen, hoe gezelliger]
|
|
zieltjes winnen
|
[mensen tot je geloof of tot je partij overhalen]
|
|
een zieltje zonder zorg
|
[iemand die onbekommerd leeft]
|
|
het over het hoofd zien
|
[niet opmerken]
|
|
tot ziens!
|
[ik hoop je gauw weer te zien]
|
|
hij mag gezien worden
|
[ziet er goed uit]
|
|
ik zie er wel iets in
|
[ziet er goed uit]
|
|
ik zie er wel iets in
|
[ik vind het wel aantrekkelijk]
|
|
zie je kans om ...
|
[kun je]
|
|
het laten zien
|
[het tonen]
|
|
ik heb het wel gezien
|
[wil niet langer blijven]
|
|
mij niet gezien!
|
[wil niet langer blijven]
|
|
mij niet gezien!
|
[dat doe ik niet]
|
|
dat zie ik nog niet gebeuren
|
[ik kan het me niet voorstellen]
|
|
het zien zitten
|
[er goede verwachtingen van hebben]
|
|
we zullen wel zien
|
[we wachten maar af]
|
|
ik zie het niet meer zitten
|
[heb geen hoop meer dat het goed komt]
|
|
er tegenop zien
|
[verwachten dat het akelig zal zijn]
|
|
hem niet kunnen zien of luchten
|
[een grote afkeer van hem hebben]
|
|
hem niet kunnen zien of luchten
|
[een grote afkeer van hem hebben]
|
|
zichzelf uit de markt prijzen
|
[te hoge eisen stellen, je prijs te hoog stellen]
|
|
dat is een lot uit de loterij!
|
[een buitenkans]
|
|
lootjes trekken
|
[briefjes met de naam van iemand]
|
|
van lotje getikt
|
[gek]
|
|
hem aan zijn lot overlaten
|
[je niet om hem bekommeren]
|
|
het lot was mij gunstig gezind
|
[ik had geluk]
|
|
de ironie van het lot
|
[het toeval brengt het tegenovergestelde van wat je verwacht]
|
|
zich zijn lot aantrekken
|
[met hem begaan zijn]
|
|
berusten in zijn lot
|
[er vrede mee hebben]
|
|
hem van de trein halen
|
[ophalen als hij aankomt]
|
|
dat loopt als een trein
|
[dat gaat prima]
|
|
het loopt als een trein
|
[heel goed]
|
|
op een rijdende trein springen
|
[meedoen met iets dat al op gang is gekomen]
|
|
zich voor de trein gooien
|
[zelfmoord plegen]
|
|
het leest als een trein
|
[heel gemakkelijk]
|
|
zich van het leven beroven
|
[zelfmoord plegen]
|
|
zich van de wereld omkeren
|
[niet meer met mensen omgaan]
|
|
hij houdt zich van de domme
|
[doet alsof hij het niet snapt]
|
|
zo dom als het achterend van een varken
|
[heel erg dom]
|
|
te dom om voor de duvel te dansen
|
[zeer dom]
|
|
een dom blondje
|
[blonde vrouw met weinig verstand]
|
|
hij is niet zo dom als hij eruitziet
|
[plagerig commentaar als iemand opeens een slimme opmerking maakt]
|
|
een domme gans
|
[een sufferd]
|
|
het geluk is met de dommen
|
[domme mensen hebben soms onverwachts geluk]
|
|
zich van de domme houden
|
[doen alsof je van niets weet]
|
|
zich te pletter schrikken
|
[heel erg schrikken]
|
|
als ik het goed heb
|
[als ik me niet vergis]
|
|
het is mij goed
|
[ik heb er niets tegen]
|
|
het is wel goed met jou
|
[ik neem je niet meer serieus]
|
|
zo goed en zo kwaad als het gaat
|
[zo primitief als het gaat]
|
|
zo goed als nieuw
|
[vrijwel nieuw]
|
|
voor de goede orde
|
[opdat alles behoorlijk geregeld is]
|
|
goed en wel
|
[nauwelijks, nog maar net]
|
|
alles goed en wel, maar ...
|
[laat dat zo zijn, maar ...]
|
|
dat zit wel goed
|
[(als iemand je bedankt) dat is in orde]
|
|
goed zo!
|
[uiting van waardering]
|
|
niet goed bij zijn verstand zijn
|
[gek zijn]
|
|
hou je goed!
|
[afscheidsgroet]
|
|
zich goed houden
|
[zich niet door emoties laten meeslepen]
|
|
het goed maken
|
[gezond zijn, in welstand verkeren]
|
|
niet goed worden
|
[misselijk worden]
|
|
ik word er niet goed van!
|
[uitroep van ergernis]
|
|
dat is nergens goed voor
|
[dat heeft geen zin]
|
|
waar is dat goed voor?
|
[wat heeft het voor zin?]
|
|
met goed gevolg
|
[met succes]
|
|
goed aangeschreven staan
|
[gunstig bekend staan]
|
|
goed af zijn
|
[door bepaalde omstandigheden in een gunstige toestand zijn]
|
|
in een goed blaadje staan bij iemand
|
[hij waardeert je erg]
|
|
goed boeren
|
[er zakelijk gunstig voorstaan]
|
|
goed voor de dag komen
|
[een goede indruk maken]
|
|
eind goed, al goed
|
[als het goed afloopt, vergeet je snel alle moeite]
|
|
goed geld naar kwaad geld gooien
|
[geld steken in een hopeloze onderneming]
|
|
op goed geluk
|
[op de gok]
|
|
de goede kanten van iets zien
|
[de positieve gevolgen]
|
|
net goed!
|
[commentaar als door eigen schuld iets vervelends gebeurt]
|
|
goede papieren hebben
|
[veel kans maken]
|
|
een goede partij
|
[een passende huwelijkspartner]
|
|
een goede ruil doen
|
[meer ontvangen dan je geeft]
|
|
goed wegkomen
|
[met voordeel]
|
|
er geen goed woord voor overhebben
|
[het absoluut verwerpelijk vinden]
|
|
een goed woordje voor iemand doen
|
[hem aanbevelen, verdedigen]
|
|
dat valt in goede aarde
|
[daar is iedereen het mee eens]
|
|
het ga je goed
|
[groet bij een definitief afscheid]
|
|
die goeie, oude tijd
|
[het verleden is beter dan het heden]
|
|
ik weet het goed gemaakt
|
[inleiding op een voorstel waarin men iets toegeeft]
|
|
we zitten hier goed
|
[we wonen hier prettig]
|
|
in goede aarde vallen
|
[welkom zijn]
|
|
goed blijven
|
[niet bederven]
|
|
goed gebekt zijn
|
zich mondeling goed kunnen verdedigen]
|
|
dat heb je goed geschoten
|
[dat heb je goed voor elkaar]
|
|
iet half zo goed
|
[lang niet zo goed]
|
|
een goed heenkomen zoeken
|
[zich redden uit een gevaarlijke situatie]
|
|
uit het goede hout gesneden zijn
|
[geschikt zijn]
|
|
goed beslagen ten ijs komen
|
[goed voorbereid zijn]
|
|
in goeden doen zijn
|
[veel geld hebben]
|
|
kort en goed
|
[direct en zonder omhaal]
|
|
nou goed?
|
[heb je nu je zin?]
|
|
goede raad is duur
|
[gezegd als je geen oplossing weet]
|
|
goede waar verkoopt zich zelf
|
[wat goed is heeft geen aanbeveling nodig]
|
|
een goed doel
|
[een liefdadige bestemming]
|
|
daar sta je dan met je goeie gedrag
|
[commentaar als iemand onverdiend in de moeilijkheden zit]
|
|
goed bij zijn
|
[slim zijn]
|
|
goed in zijn geld zitten
|
[rijk zijn]
|
|
goed op elkaar ingespeeld zijn
|
[goed kunnen samenwerken]
|
|
goed ingevoerd zijn
|
[goed op de hoogte zijn]
|
|
goed bij kas zitten
|
[voldoende geld hebben]
|
|
goed in de markt liggen
|
[gevraagd, gewild zijn]
|
|
het er goed van nemen
|
[veel consumeren]
|
|
goed van pas komen
|
[nuttig zijn]
|
|
niet goed snik zijn
|
[gek zijn]
|
|
goed van de tongriem gesneden zijn
|
[goed kunnen praten]
|
|
goed uitgeslapen zijn
|
[pittig, oplettend zijn]
|
|
goed vertegenwoordigd zijn
|
[met een behoorlijk aantal]
|
|
goed van vertrouwen zijn
|
[lichtgelovig]
|
|
het goed kunnen vinden met iemand
|
[goed met hem kunnen opschieten]
|
|
goed in het vlees zitten
|
[niet mager zijn]
|
|
als goede vrienden uit elkaar gaan
|
[scheiden zonder ruzie]
|
|
er goed bij zitten
|
[in een luxueus huis]
|
|
goede zaken doen
|
[veel geld verdienen]
|
|
een goed uur
|
[ruim een uur]
|
|
een goed hart hebben
|
[vriendelijk van aard zijn]
|
|
het goed voor hebben met iemand
|
[hem willen helpen]
|
|
een goed onthaal krijgen
|
[welkom zijn]
|
|
te goed zijn voor deze wereld
|
[te goed van vertrouwen zijn]
|
|
in goede handen zijn
|
[goed verzorgd worden]
|
|
een goede verliezer zijn
|
[je verlies waardig kunnen dragen]
|
|
goed en wel was hij thuis ....
|
[nauwelijks was hij thuis ....]
|
|
zo goed als nieuw
|
[bijna nieuw]
|
|
zich te goed doen aan iets
|
[er volop van genieten]
|
|
goeie genade!
|
[uitroep van schrik of ergernis]
|
|
iets te goed houden
|
[het te zijner tijd kunnen opeisen]
|
|
nou wordt ie goed!
|
[uitroep van verbaasde verontwaardiging]
|
|
iets te goed hebben
|
[te vorderen, te verwachten]
|
|
Goede Vrijdag
|
[de vrijdag voor Pasen]
|
|
de goden verzoeken
|
[iets doen wat waarschijnlijk problemen oplevert]
|
|
de mindere goden
|
[minder begaafden]
|
|
Gods water over Gods akker laten vloeien
|
[de dingen nemen zoals ze komen]
|
|
leven als God in Frankrijk
|
[in alle vrijheid genieten]
|
|
zich storen aan God noch gebod
|
[zich nergens iets van aantrekken]
|
|
je slap lachen
|
[heel erg lachen]
|
|
slappe koffie
|
[met weinig smaak]
|
|
zo slap als een vaatdoek
|
[heel erg slap]
|
|
zich slap lachen
|
[heel erg moeten lachen]
|
|
hij zit weer slap te kletsen
|
[onzin te praten]
|
|
een slappe tijd
|
[niet druk]
|
|
slap geklets
|
[wat nergens over gaat]
|
|
zich op glad ijs begeven
|
[een moeilijk onderwerp aansnijden]
|
|
zo glad als een aal
|
[heel slim en geslepen]
|
|
een gladde jongen
|
[een sluwe jongen]
|
|
dat zal hem niet glad zitten
|
[dat zal hem tegenvallen]
|
|
nogal glad
|
[dat ligt voor de hand]
|
|
een gladde tong hebben
|
[goed kunnen praten]
|
|
problemen op het persoonlijke vlak
|
[persoonlijke problemen]
|
|
zich op een hellend vlak bevinden
|
[in een situatie die erger kan worden]
|
|
zich op de voorgrond plaatsen
|
[zich als eerste en belangrijkste zien]
|
|
op de voorgrond staan
|
[het belangrijkst zijn of het meest opvallen]
|
|
op de voorgrond treden
|
[zich voordoen als eerste en belangrijkste]
|
|
zich op de dijen slaan
|
[dikke pret hebben]
|
|
je lacht je naar
|
[je moet daar heel erg om lachen]
|
|
ik heb me naar gezocht
|
[langdurig overal gezocht]
|
|
zich naar schrikken
|
[heel erg schrikken]
|
|
met de moed der wanhoop
|
[eigenlijk durf je niet, maar toch moet het]
|
|
hem moed inspreken
|
[iets zeggen waardoor hij het durft]
|
|
dat geeft de burger moed
|
[opmerking als er weer iets positiefs gebeurd]
|
|
zich moed indrinken
|
[alcohol gebruiken om iets te durven]
|
|
moed verzamelen
|
[de kracht proberen te vinden om iets te durven]
|
|
ik heb goede moed dat het gaat lukken
|
[ik heb er vertrouwen in]
|
|
er met frisse moed tegenaan gaan
|
[er weer zin in hebben na een rustperiode]
|
|
de moed zonk me in de schoenen
|
[ik had er plotseling geen vertrouwen meer in]
|
|
hem aan de tand voelen [
|
[ondervragen]
|
|
tot de tanden gewapend
|
[zwaar bewapend]
|
|
eten met lange tanden
|
[met tegenzin]
|
|
je tanden laten zien
|
[dreigend laten zien dat je niet bang bent]
|
|
haar op de tanden hebben
|
[nergens bang voor zijn]
|
|
op zijn tanden bijten
|
[pijn of boosheid niet laten zien]
|
|
van de hand in de tand leven
|
[wat je verdient, meteen uitgeven]
|
|
zich met hand en tand verzetten
|
[met alle kracht]
|
|
met de mond vol tanden staan
|
[geen antwoord weten]
|
|
oog om oog, tand om tand
|
[wat hij mij aandoet, doe ik hem aan]
|
|
ergens zijn tanden op stukbijten
|
[vergeefse moeite doen om iets te bereiken]
|
|
de tand des tijds
|
[de slijtage van alle dingen]
|
|
zijn tanden laten zien
|
[een dreigende houding aannemen]
|
|
ergens zijn tanden in zetten
|
[beginnen aan een zware klus]
|
|
een tandje hoger
|
[in een hogere versnelling]
|
|
zich lam schrikken
|
[heel erg schrikken]
|
|
waarom zijn de bananen krom?
|
[grappig commentaar als iemand een moeilijke vraag stelt] |
|
krom liggen van het lachen
|
[heel erg moeten lachen]
|
|
zich krom werken
|
[heel hard werken]
|
|
daar gaan je tenen krom van staan
|
[dat vind ik gênant, ergerlijk]
|
|
een kromme redenering
|
[een redenering die niet klopt, die niet logisch is]
|
|
zich kapot werken
|
[heel hard werken]
|
|
niet kapot te krijgen (dingen)
|
[onverslijtbaar]
|
|
niet kapot te krijgen (mensen)
|
[wie nooit opgeeft]
|
|
zich kapot lachen
|
[heel erg moeten lachen]
|
|
zich kapot schrikken
|
[heel erg schrikken]
|
|
ik ben er kapot van
|
[door gevoelens overmand]
|
|
ik verveel me kapot
|
[heel erg]
|
|
ik ben er niet kapot van
|
[vind het niet geweldig]
|
|
zich kapot werken
|
[heel hard werken]
|
|
niet kapot te krijgen (dingen)
|
[onverslijtbaar]
|
|
niet kapot te krijgen (mensen)
|
[wie nooit opgeeft]
|
|
zich kapot lachen
|
[heel erg moeten lachen]
|
|
zich kapot schrikken
|
[heel erg schrikken]
|
|
ik ben er kapot van
|
[door gevoelens overmand]
|
|
ik verveel me kapot
|
[heel erg]
|
|
ik ben er niet kapot van
|
[vind het niet geweldig]
|
|
zich kapot werken
|
[heel hard werken]
|
|
niet kapot te krijgen (dingen)
|
[onverslijtbaar]
|
|
niet kapot te krijgen (mensen)
|
[wie nooit opgeeft]
|
|
zich kapot lachen
|
[heel erg moeten lachen]
|
|
zich kapot schrikken
|
[heel erg schrikken]
|
|
ik ben er kapot van
|
[door gevoelens overmand]
|
|
ik verveel me kapot
|
[heel erg]
|
|
ik ben er niet kapot van
|
[vind het niet geweldig]
|
|
zich kandidaat stellen
|
[beschikbaar stellen voor een officiële functie]
|
|
zich inspanning getroosten
|
[je best doen]
|
|
nieuwe aardappelen
|
[pas geoogst]
|
|
nieuwe bezems vegen schoon
|
[nieuwe maatregelen werken goed]
|
|
het nieuwe is eraf
|
[het is minder aantrekkelijk omdat men eraan gewend is]
|
|
nieuwe haring
|
[van de nieuwe vangst]
|
|
iets in een nieuw jasje steken
|
[het vernieuwen]
|
|
zich in het nieuw steken
|
[nieuwe kleren kopen]
|
|
een nieuw leven beginnen
|
[alles anders gaan doen]
|
|
ik ben hier nieuw
|
[ik ben hier nog maar heel kort]
|
|
nieuw bloed
|
[mensen die een frisse kijk op de dingen hebben]
|
|
een nieuw geluid
|
[iets ongewoons, iets verrassends]
|
|
de nieuwe geschiedenis
|
[van ongeveer 1500-1800]
|
|
de nieuwste geschiedenis
|
[van 1800 tot nu]
|
|
iets nieuw leven inblazen
|
[zorgen dat het weer aantrekkelijk wordt of goed draait]
|
|
er is niets nieuws onder de zon
|
[alles is bij het oude gebleven]
|
|
nieuwe maan
|
[maan precies tussen aarde en zon zodat je hem niet ziet]
|
|
zo moedig als een leeuw
|
[heel erg moedig]
|
|
goed gebruld, leeuw!
|
[als een machtig iemand gezegd heeft wat er moet gebeuren]
|
|
voor de leeuwen gegooid worden
|
[aan het publiek overleveren]
|
|
zich in het hol van de leeuw wagen
|
[zelf het gevaar opzoeken]
|
|
een taak aanvaarden
|
[hem accepteren en uitvoeren]
|
|
zich iets tot taak stellen
|
[zich voornemen het te doen]
|
|
niet voor zijn taak berekend zijn
|
[niet bekwaam]
|
|
zich iemands ongenoegen op de hals halen
|
[zijn afkeuring]
|
|
je ongenoegen uiten
|
[zeggen dat je het er niet mee eens bent]
|
|
hebt u vuur?
|
[een aansteker of lucifer voor mijn sigaret]
|
|
een pan op het vuur zetten
|
[op het gas]
|
|
ze gaat voor hem door het vuur
|
[wil alles voor hem doen]
|
|
met vuur spelen
|
[onvoorzichtig te werk gaan waardoor je jezelf en anderen in gevaar brengt]
|
|
in vuur en vlam staan
|
[heel verliefd zijn]
|
|
het nieuws ging als een lopend vuurtje
|
[iedereen wist het heel snel]
|
|
ik heb wel voor heter vuren gestaan
|
[heb wel moeilijker dingen gedaan]
|
|
hem het vuur na aan de schenen leggen
|
[scherp ondervragen, het hem lastig maken]
|
|
zich het vuur uit de sloffen lopen
|
[heel veel voor iemand doen]
|
|
meer ijzers in het vuur hebben
|
[meer mogelijkheden]
|
|
olie op het vuur gooien
|
[de emoties doen oplaaien]
|
|
waar rook is, is vuur
|
[van een gerucht is altijd wel iets waar]
|
|
vuur spuwen
|
[heel woedend zijn]
|
|
iets te vuur en te zwaard bestrijden
|
[met alle macht]
|
|
hem onder vuur nemen
|
[op hem schieten]
|
|
tussen twee vuren zitten
|
[van twee kanten kritiek krijgen]
|
|
het vuur openen
|
[beginnen te schieten]
|
|
de vuurproef doorstaan
|
[slagen voor een zware test]
|
|
zich het recht voorbehouden
|
[het als je recht beschouwen]
|
|
prijswijzigingen voorbehouden
|
[de prijzen kunnen veranderen]
|
|
uitzonderingen voorbehouden
|
[uitzonderingen zijn mogelijk]
|
|
het gele gevaar
|
[de Chinezen]
|
|
de gele gids
|
[telefoongids van bedrijven en instellingen]
|
|
zich groen en geel ergeren
|
[zich hevig ergeren]
|
|
de gele kaart
|
[teken van formele bestraffing bij een overtreding]
|
|
de gele trui
|
[leider van het algemeen klassement bij een wielerwedstrijd]
|
|
de gele vlek
|
[het gevoeligste deel van het netvlies]
|
|
zich groen en geel ergeren
|
[zich heel erg ergeren]
|
|
als ik het goed heb
|
[als ik me niet vergis]
|
|
het is mij goed
|
[ik heb er niets tegen]
|
|
het is wel goed met jou
|
[ik neem je niet meer serieus]
|
|
zo goed en zo kwaad als het gaat
|
[zo primitief als het gaat]
|
|
zo goed als nieuw
|
[vrijwel nieuw]
|
|
voor de goede orde
|
[opdat alles behoorlijk geregeld is]
|
|
goed en wel
|
[nauwelijks, nog maar net]
|
|
alles goed en wel, maar ...
|
[laat dat zo zijn, maar ...]
|
|
dat zit wel goed
|
[(als iemand je bedankt) dat is in orde]
|
|
goed zo!
|
[uiting van waardering]
|
|
niet goed bij zijn verstand zijn
|
[gek zijn]
|
|
hou je goed!
|
[afscheidsgroet]
|
|
zich goed houden
|
[zich niet door emoties laten meeslepen]
|
|
het goed maken
|
[gezond zijn, in welstand verkeren]
|
|
niet goed worden
|
[misselijk worden]
|
|
ik word er niet goed van!
|
[uitroep van ergernis]
|
|
dat is nergens goed voor
|
[dat heeft geen zin]
|
|
waar is dat goed voor?
|
[wat heeft het voor zin?]
|
|
met goed gevolg
|
[met succes]
|
|
goed aangeschreven staan
|
[gunstig bekend staan]
|
|
goed af zijn
|
[door bepaalde omstandigheden in een gunstige toestand zijn]
|
|
in een goed blaadje staan bij iemand
|
[hij waardeert je erg]
|
|
goed boeren
|
[er zakelijk gunstig voorstaan]
|
|
goed voor de dag komen
|
[een goede indruk maken]
|
|
eind goed, al goed
|
[als het goed afloopt, vergeet je snel alle moeite]
|
|
goed geld naar kwaad geld gooien
|
[geld steken in een hopeloze onderneming]
|
|
op goed geluk
|
[op de gok]
|
|
de goede kanten van iets zien
|
[de positieve gevolgen]
|
|
net goed!
|
[commentaar als door eigen schuld iets vervelends gebeurt]
|
|
goede papieren hebben
|
[veel kans maken]
|
|
een goede partij
|
[een passende huwelijkspartner]
|
|
een goede ruil doen
|
[meer ontvangen dan je geeft]
|
|
goed wegkomen
|
[met voordeel]
|
|
er geen goed woord voor overhebben
|
[het absoluut verwerpelijk vinden]
|
|
een goed woordje voor iemand doen
|
[hem aanbevelen, verdedigen]
|
|
dat valt in goede aarde
|
[daar is iedereen het mee eens]
|
|
het ga je goed
|
[groet bij een definitief afscheid]
|
|
die goeie, oude tijd
|
[het verleden is beter dan het heden]
|
|
ik weet het goed gemaakt
|
[inleiding op een voorstel waarin men iets toegeeft]
|
|
we zitten hier goed
|
[we wonen hier prettig]
|
|
in goede aarde vallen
|
[welkom zijn]
|
|
goed blijven
|
[niet bederven]
|
|
goed gebekt zijn
|
[zich mondeling goed kunnen verdedigen]
|
|
dat heb je goed geschoten
|
[dat heb je goed voor elkaar]
|
|
niet half zo goed
|
[lang niet zo goed]
|
|
een goed heenkomen zoeken
|
[zich redden uit een gevaarlijke situatie]
|
|
uit het goede hout gesneden zijn
|
[geschikt zijn]
|
|
goed beslagen ten ijs komen
|
[goed voorbereid zijn]
|
|
in goeden doen zijn
|
[veel geld hebben]
|
|
kort en goed
|
[direct en zonder omhaal]
|
|
nou goed?
|
[heb je nu je zin?]
|
|
goede raad is duur
|
[gezegd als je geen oplossing weet]
|
|
goede waar verkoopt zich zelf
|
[wat goed is heeft geen aanbeveling nodig]
|
|
een goed doel
|
[een liefdadige bestemming]
|
|
daar sta je dan met je goeie gedrag
|
[commentaar als iemand onverdiend in de moeilijkheden zit]
|
|
te goeder trouw zijn
|
[oprecht en eerlijk zijn]
|
|
goed bij zijn
|
[slim zijn]
|
|
goed in zijn geld zitten
|
[rijk zijn]
|
|
goed op elkaar ingespeeld zijn
|
[goed kunnen samenwerken]
|
|
goed ingevoerd zijn
|
[goed op de hoogte zijn]
|
|
goed bij kas zitten
|
[voldoende geld hebben]
|
|
goed in de markt liggen
|
[gevraagd, gewild zijn]
|
|
het er goed van nemen
|
[veel consumeren]
|
|
goed van pas komen
|
[nuttig zijn]
|
|
niet goed snik zijn
|
[gek zijn]
|
|
goed van de tongriem gesneden zijn
|
[goed kunnen praten]
|
|
goed uitgeslapen zijn
|
[pittig, oplettend zijn]
|
|
goed vertegenwoordigd zijn
|
[met een behoorlijk aantal]
|
|
goed van vertrouwen zijn
|
[lichtgelovig]
|
|
het goed kunnen vinden met iemand
|
[goed met hem kunnen opschieten]
|
|
goed in het vlees zitten
|
[niet mager zijn]
|
|
als goede vrienden uit elkaar gaan
|
[scheiden zonder ruzie]
|
|
er goed bij zitten
|
[in een luxueus huis]
|
|
goede zaken doen
|
[veel geld verdienen]
|
|
een goed uur
|
[ruim een uur]
|
|
een goed hart hebben
|
[vriendelijk van aard zijn]
|
|
het goed voor hebben met iemand
|
[hem willen helpen]
|
|
een goed onthaal krijgen
|
[welkom zijn]
|
|
te goed zijn voor deze wereld
|
[te goed van vertrouwen zijn]
|
|
in goede handen zijn
|
[goed verzorgd worden]
|
|
een goede verliezer zijn
|
[je verlies waardig kunnen dragen]
|
|
goed en wel was hij thuis ....
|
[nauwelijks was hij thuis ....]
|
|
zo goed als nieuw
|
[bijna nieuw]
|
|
zich te goed doen aan iets
|
[er volop van genieten]
|
|
goeie genade!
|
[uitroep van schrik of ergernis]
|
|
iets te goed houden
|
[het te zijner tijd kunnen opeisen]
|
|
nou wordt ie goed!
|
[uitroep van verbaasde verontwaardiging]
|
|
iets te goed hebben
|
[te vorderen, te verwachten]
|
|
Goede Vrijdag
|
[de vrijdag voor Pasen]
|
|
een feestje houden
|
[een feestje organiseren]
|
|
voor zich houden
|
[het niet zeggen]
|
|
ik houd het erop dat je komt
|
[ik reken daarop]
|
|
houden zo!
|
[zorg dat het zo blijft]
|
|
ik houd het hier voor gezien
|
[ik ga hier weg]
|
|
zich goed houden
|
[doen alsof er niets aan de hand is]
|
|
het in de gaten houden
|
[er goed op letten]
|
|
hem voor de gek houden
|
[hem bedriegen]
|
|
iets in stand houden
|
[het laten bestaan]
|
|
dan ben je nog niet gelukkig
|
[dan krijg je nog een hoop ellende]
|
|
geld maakt niet gelukkig
|
[gezegde om duidelijk te maken dat geld niet alles is]
|
|
gelukkig nieuwjaar
|
[ik wens je een jaar met veel goede kansen]
|
|
gelukkig gaat het goed
|
[ik ben er blij om]
|
|
iemand gelukkig prijzen
|
[zeggen dat hij geluk heeft]
|
|
zich gelukkig prijzen met iets
|
[er blij mee zijn]
|
|
het moet al gek gaan als ...
|
[het is bijna zeker]
|
|
gek genoeg
|
[commentaar dat verbazing uitdrukt]
|
|
doe maar gewoon, dan doe je gek genoeg
|
[gedraag je niet anders dan anderen]
|
|
je zou gek staan te kijken...
|
[stomverbaasd zijn]
|
|
hoe ouder hoe gekker
|
[wordt gezegd als oudere mensen iets bijzonders doen]
|
|
op de gekste tijden
|
[op tijdstippen waarop je het niet zou verwachten]
|
|
ik ben me daar gek!
|
[ik denk er niet over om dat te doen]
|
|
gek van angst
|
[buiten zichzelf]
|
|
het is om gek van te worden
|
[ergerlijk en vermoeiend]
|
|
zich gek zoeken naar iets
|
[er overal naar lopen te zoeken]
|
|
ben je gek!
|
[verontwaardigde reactie als iemand iets zegt wat onwaarschijnlijk is]
|
|
zo gek als een deur
|
[helemaal geschift]
|
|
díe is gek!
|
[schamper commentaar als iemand iets gevaarlijks doet]
|
|
hij is niet zo gek als hij eruitziet
|
[plagerig commentaar als iemand plotseling iets slims doet]
|
|
geen gek figuur slaan
|
[een goede indruk maken]
|
|
het is te gek om los te lopen
|
[het is al te dwaas]
|
|
dat is lang niet gek!
|
[tamelijk goed]
|
|
dat is te gek!
|
[geweldig!]
|
|
ik ben gek op Hema-worst
|
[ik ben er dol op]
|
|
Adam was gek op Eva
|
[hield veel van haar]
|
|
ergens gek mee zijn
|
[er veel van houden]
|
|
even vrolijk
|
[alsof er niets gebeurd was]
|
|
een vrolijke Frans
|
[een zorgeloze pretmaker]
|
|
vrolijk worden
|
[een beetje dronken worden]
|
|
zich ergens vrolijk over maken
|
[erover spotten]
|
|
voel je wat ik bedoel?
|
[begrijp je dat?]
|
|
zich ergens thuis voelen
|
[je er op je gemak voelen]
|
|
ik voel er veel voor
|
[ik vind het een goed idee]
|
|
sterke longen hebben
|
[niet gauw buiten adem raken]
|
|
sterk staan
|
[een positie hebben die niet gemakkelijk aan te vallen is]
|
|
zich ergens sterk voor maken
|
[er je best voor doen]
|
|
dat is sterk uitgedrukt
|
[dat is overdreven]
|
|
de sterke arm
|
[de politie]
|
|
zo sterk als een beer (paard)
|
[heel sterk]
|
|
het sterke geslacht
|
[de mannen]
|
|
een sterke man
|
[iemand die autoritair leiding geeft en orde weet te scheppen]
|
|
acht man sterk
|
[met z'n achten]
|
|
het recht van de sterkste
|
[de overmacht die iemand heeft omdat hij de meeste kracht heeft]
|
|
wie niet sterk is, moet slim zijn
|
[wie geen kracht heeft, moet zijn verstand gebruiken]
|
|
een sterk werkwoord
|
[met klinkerwisseling in de verleden tijd]
|
|
ik maak mij sterk dat..
|
[ik vind het waarschijnlijk]
|
|
een sterk werkwoord
|
[dat in de verleden tijd van klank verandert]
|
|
het zo druk hebben als een klein baasje
|
[allerlei karweitjes te doen hebben]
|
|
ik heb het zo druk als een klein baasje
|
[heel druk]
|
|
het druk hebben
|
[veel te doen hebben]
|
|
zich ergens druk over maken
|
[zich ergens over opwinden]
|
|
het gebouw wordt druk bezocht
|
[er komen veel bezoekers]
|
|
laten we wel wezen
|
[laten we eerlijk wezen]
|
|
het wel en wee
|
[de goede en slechte dingen die men meemaakt]
|
|
zich er wel bij bevinden
|
[zich er goed bij voelen]
|
|
alles goed en wel...
|
[laat dat zo zijn, maar...]
|
|
er wel bij varen
|
[er voordeel van hebben]
|
|
laten we wel wezen
|
[inleiding op een vervelende, maar eerlijke mededeling]
|
|
geen held zijn in ...
|
[het niet goed durven]
|
|
een held op sokken
|
[iemand met een grote mond, die niets durft]
|
|
de held van de dag zijn
|
[vanwege zijn prestaties alle aandacht krijgen]
|
|
zich een hele held voelen
|
[tot veel in staat]
|
|
voor aap staan
|
[voor gek staan]
|
|
daar komt de aap uit de mouw
|
[nu blijkt wat er echt gebeurd is]
|
|
in de aap gelogeerd zijn
|
[in moeilijkheden zijn]
|
|
als apen hoger klimmen willen, ziet men gauw hun blote billen
|
[wie zich beter voordoet dan hij is, valt een keer door de mand]
|
|
zich een aap lachen
|
[heel erg moeten lachen]
|
|
al draagt een aap een gouden ring, het is en blijft een lelijk ding
|
[je wordt niet mooier van chique kleren of sieraden]
|
|
een aangeklede aap
|
[iemand die erg opzichtig gekleed is]
|
|
een aap van een jongen
|
[een deugniet]
|
|
zich een aap schrikken
|
[heel erg schrikken]
|
|
voor aap staan
|
[je belachelijk maken]
|
|
iemand voor aap zetten
|
[hem in het openbaar belachelijk maken]
|
|
zich door iemand laten leiden
|
[iemand anders laten bepalen wat je doet]
|
|
in leidende positie
|
[vóór alle anderen]
|
|
dat leidt tot goede resultaten
|
[geeft goede resultaten]
|
|
dit leidt tot niets
|
[dit levert niets op]
|
|
hij leidt een gemakkelijk leventje
|
[hij heeft het gemakkelijk]
|
|
een dik belegde boterham
|
[met veel beleg]
|
|
een dikke huid hebben
|
[ongevoelig zijn]
|
|
een dikke nek hebben
|
[arrogant zijn, kapsones hebben]
|
|
een dikke pil
|
[een dik boek]
|
|
maak je niet dik, dun is de mode
|
[wind je niet op]
|
|
zich dik maken
|
[zich opwinden]
|
|
zij zijn dikke vrienden
|
[heel goede vrienden]
|
|
dat zit er dik in
|
[dat is te verwachten]
|
|
ze doen graag dik
|
[ze scheppen op]
|
|
dat is dik voor elkaar
|
[helemaal in orde]
|
|
dikke kans dat....
|
[het is waarschijnlijk dat...]
|
|
dat komt dik voor elkaar
|
[dat komt helemaal in orde]
|
|
een dik uur
|
[ruim een uur]
|
|
het er dik bovenop leggen
|
[overdrijven]
|
|
het ligt er dik bovenop
|
[het is overduidelijk]
|
|
door dik en dun
|
[wat er ook gebeurt]
|
|
het is dikke mik tussen die twee
|
[ze zijn goed bevriend]
|
|
van de blauwe knoop zijn
|
[geen alcohol gebruiken]
|
|
een blauwe maandag
|
[heel kort]
|
|
iemand bont en blauw slaan
|
[hem afranselen]
|
|
een blauwe plek
|
[lichte bloeduitstorting onder de huid]
|
|
spa blauw
|
[bronwater zonder koolzuur]
|
|
Delfts blauw
|
[blauw beschilderd aardewerk uit Delft]
|
|
meer blauw op straat
|
[meer politie]
|
|
blauw bloed hebben
|
[van adellijke afkomst zijn]
|
|
zich blauw ergeren
|
[zich in hoge mate ergeren]
|
|
een blauwe maandag
|
[een zeer korte tijd]
|
|
ik ben tot over mijn oren verliefd
|
[heel erg dus]
|
|
het is op een oor na gevild
|
[bijna klaar]
|
|
je de oren van het hoofd kletsen
|
[druk praten]
|
|
nog op één oor liggen
|
[nog slapen]
|
|
er wel oren naar hebben
|
[er wel zin in hebben]
|
|
één en al oor zijn
|
[heel aandachtig luisteren]
|
|
met een half oor luisteren
|
[niet aandachtig]
|
|
de oren spitsen
|
[heel aandachtig gaan luisteren]
|
|
iemand een oor aannaaien
|
[bedriegen]
|
|
het gaat het ene oor in en het andere uit
|
[de boodschap komt niet over]
|
|
je oor te luisteren leggen
|
[goed luisteren wat er gezegd wordt]
|
|
je oren niet geloven
|
[niet voor waar aannemen wat er gezegd wordt]
|
|
iemand de oren van het hoofd eten
|
[heel veel eten]
|
|
nog nat (niet droog) achter de oren zijn
|
[jong en onervaren zijn]
|
|
het in je oren knopen
|
[goed onthouden]
|
|
iemand het vel over de oren halen
|
[veel te veel laten betalen]
|
|
kleine potjes hebben grote oren
|
[kinderen horen meer dan je denkt]
|
|
een luisterend oor vinden
|
[iemand vinden die naar je luistert]
|
|
ter ore komen
|
[toevallig iets horen]
|
|
zich achter de oren krabben
|
[teleurgesteld zijn, er spijt van hebben]
|
|
de muren hebben hier oren
|
[je wordt hier gemakkelijk afgeluisterd]
|
|
je oren niet kunnen geloven
|
[niet geloven dat het waar is wat je hoort]
|
|
met rode oortjes
|
[met toenemende opwinding]
|
|
hij kijkt alsof hij zijn laatste oortje versnoept heeft
|
[beteuterd, in de war]
|
|
zich aan iemand spiegelen
|
[een voorbeeld aan hem nemen]
|
|
zelfstandig wonen
|
[niet meer bij je ouders]
|
|
een zelfstandig beroep
|
[niet bij een baas]
|
|
zelfstandig naamwoord
|
[substantief, woord waar je 'de' of 'het' voor kunt zetten]
|
|
zelfstandig wonen
|
[niet meer bij je ouders]
|
|
een zelfstandig beroep
|
[niet bij een baas]
|
|
zelfstandig naamwoord
|
[substantief, woord waar je 'de' of 'het' voor kunt zetten]
|
|
ik ben er zeker van
|
[ik twijfel niet]
|
|
ik weet het zeker
|
[ik twijfel niet]
|
|
we nemen het zekere voor het onzekere
|
[we nemen geen risico]
|
|
hij speelt op zeker
|
[neemt geen risico]
|
|
vast en zeker
|
[absoluut zeker]
|
|
zo zeker als twee keer twee vier is
|
[heel erg zeker]
|
|
zeker weten!
|
[stellig, bevestigend antwoord]
|
|
het zekere voor het onzekere nemen
|
[geen risico nemen]
|
|
op zeker spelen
|
[voorzichtig zijn, geen risico nemen]
|
|
ik ben daar veel tijd aan kwijt
|
[ik doe daar lang over]
|
|
de draad kwijt zijn
|
[niet weten hoe het vervolg gaat]
|
|
de kluts kwijt zijn
|
[in de war zijn]
|
|
de tel kwijt zijn
|
[niet meer weten hoeveel je er al geteld hebt]
|
|
je ei niet kwijt kunnen
|
[met niemand over je problemen kunnen praten]
|
|
kan ik iets aan je kwijt?
|
[wil je iets gebruiken?]
|
|
iemand liever kwijt dan rijk zijn
|
[hem liever niet meer om je heen hebben
|
|
iets aan de straatstenen niet kwijt kunnen
|
[er geen kopers voor kunnen vinden]
|
|
ergens iets over kwijt willen
|
[er iets over willen zeggen]
|
|
zeg maar wat je kwijt wilt
|
[hoeveel geld je eraan wilt besteden]
|
|
de bloemetjes buiten zetten
|
[flink feestvieren]
|
|
zeg het met bloemen!
|
[laat met een bos bloemen zien dat je om iemand geeft]
|
|
haar bloempje is geplukt
|
[ze is geen maagd meer]
|
|
iemand in de bloemetjes zetten
|
[feestelijk onthalen]
|
|
de bloem der natie
|
[de jeugd]
|
|
bloemen op de ruiten
|
[bevroren aanslag]
|
|
zo gezegd, zo gedaan
|
[het is gebeurd zoals het was afgesproken]
|
|
zeg ....
|
[luister eens]
|
|
zeg dat wel!
|
[inderdaad]
|
|
daar is veel voor te zeggen
|
[dat is een goed idee]
|
|
nee zeggen
|
[weigeren]
|
|
het voor het zeggen hebben
|
[de baas zijn]
|
|
eerlijk gezegd [
|
als ik eerlijk ben]
|
|
hij zegt van wel
|
[dat het wel zo is]
|
|
dat zegt me niets
|
[dat betekent niets voor me]
|
|
zich bezorgd maken over iets
|
[ongerust zijn]
|
|
ze zongen dat het een lieve lust was
|
[met veel plezier]
|
|
niet alleen de lusten, maar ook de lasten
|
[niet alleen het genieten, maar ook de vervelende kanten]
|
|
het is zijn lust en zijn leven
|
[hij doet het verschrikkelijk graag]
|
|
het is een lust voor het oog
|
[heel mooi]
|
|
eetlust
|
[zin om te eten, trek]
|
|
de lust vergaat me
|
[ik heb er geen zin in]
|
|
de lust bekruipt me om ...
|
[ik krijg er zin in om dat te doen]
|
|
8658
|
23
|
|
ze zoeken het maar uit
|
[ik bemoei me er niet mee]
|
|
ze zitten als ratten in de val
|
[kunnen er niet meer uit]
|
|
de ratten verlaten het zinkende schip
|
[de zaak in de steek laten als het slecht gaat]
|
|
sterven als ratten
|
[in grote aantallen]
|
|
ben je helemaal van de ratten besnuffeld!
|
[ben je helemaal gek geworden!]
|
|
met dank aan Jan de Wit
|
[wij bedanken hem]
|
|
met wie spreek ik?
|
[wie is aan de telefoon?]
|
|
tot en met 3 april
|
[voorbij die datum]
|
|
gebruik je alcohol? met mate
|
[weinig]
|
|
ze zijn met moeite geslaagd
|
[ze moesten er veel voor doen]
|
|
met ingang van 1 januari
|
[vanaf die datum]
|
|
ze zijn elke avond bezet
|
[ze hebben elke avond veel te doen]
|
|
ze zijn als water en vuur
|
[kunnen elkaar niet uitstaan]
|
|
je moet wat water bij de wijn doen
|
[een beetje toegeven]
|
|
hij kwam weer boven water
|
[kwam weer opdagen]
|
|
het feest is in het water gevallen
|
[niet doorgegaan of mislukt]
|
|
het water loopt me in de mond
|
[het lijkt me erg lekker]
|
|
spijkers op laag water zoeken
|
[onbelangrijke kritiek leveren]
|
|
water naar de zee dragen
|
[iets geven aan iemand die er al veel van heeft]
|
|
het witte doek
|
[het scherm waar een film op vertoond wordt]
|
|
er geen doekjes om winden
|
[er openlijk voor uitkomen]
|
|
dat is een doekje voor het bloeden
|
[hij probeert het op een makkelijke manier goed te maken]
|
|
ze ziet zo wit als een doek
|
[heel erg bleek]
|
|
iets uit de doeken doen
|
[het uitleggen]
|
|
een open doekje krijgen
|
[applaus tijdens de voorstelling]
|
|
je beste beentje voorzetten
|
[heel erg je best doen]
|
|
het been stijf houden
|
[niet toegeven]
|
|
op het verkeerde been zetten [
|
de verkeerde informatie geven, misleiden]
|
|
op je achterste benen staan
|
[verontwaardigd zijn]
|
|
geen been hebben om op te staan
|
[niet kunnen bewijzen dat je gelijk hebt]
|
|
de benen nemen
|
[ervandoor gaan]
|
|
met één been in het graf staan
|
[bijna dood zijn]
|
|
goed ter been zijn
|
[nog goed kunnen lopen]
|
|
zich de benen uit het lijf lopen
|
[zich erg inspannen om iets te bereiken]
|
|
op de been zijn
|
[opgestaan zijn, uit bed zijn]
|
|
er was veel volk op de been
|
[op straat]
|
|
met beide benen op de grond staan
|
[de werkelijkheid niet uit het oog verliezen]
|
|
op je laatste benen lopen
|
[bijna dood zijn]
|
|
met het verkeerde been uit bed stappen
|
[een slecht humeur hebben]
|
|
tegen het zere been zijn
|
[erg pijnlijk zijn]
|
|
met de staart tussen de benen afdruipen
|
[beschaamd weglopen]
|
|
een blok aan je been zijn
|
[je het leven moeilijk maken]
|
|
een blok aan je been zijn
|
[je het leven moeilijk maken]
|
|
op eigen benen staan
|
[zelfstandig zijn]
|
|
op één been kun je niet lopen
|
[neem nóg een consumptie!]
|
|
er geen been in zien
|
[er niet voor terugschrikken]
|
|
als twee honden vechten om een been, loopt de derde ermee heen
|
[als twee mensen ruzie maken, krijgt de derde meestal het voordeel]
|
|
door merg en been gaan
|
[heel indringend zijn]
|
|
vel over been zijn
|
[broodmager]
|
|
ze ziet er geen been in
|
[ze heeft er geen bezwaar tegen]
|
|
steen en been klagen
|
[voortdurend klagen en jammeren]
|
|
ze zetten het mes in de uitgaven
|
[ze bezuinigen]
|
|
we zetten hem het mes op de keel
|
[dwingen hem]
|
|
hij gaat onder het mes
|
[moet een operatie ondergaan]
|
|
het mes snijdt aan twee kanten
|
[het levert op twee manieren voordeel op]
|
|
hem het mes op de keel zetten
|
[hem ergens toe dwingen]
|
|
het zijn niet allen koks die lange messen dragen
|
[uiterlijk vertoon bewijst nog niet dat iemand geschikt is]
|
|
nieuwe messen snijden scherp
|
[als iemand pas benoemd is, doet hij nog erg zijn best]
|
|
onderhandelen met het mes op tafel
|
[zonder bereid te zijn om iets toe te geven]
|
|
het mes zetten in de begroting
|
[erop bezuinigen]
|
|
probeer het nog eens
|
[probeer het opnieuw]
|
|
duurt het nog langer?
|
[een extra tijd langer]
|
|
en jij was nog wel bang dat je zou zakken
|
[dat was dus onnodig]
|
|
ze zei nog ja ook!
|
[ik had het niet verwacht]
|
|
ze zei nog ja ook!
|
[ik had het niet verwacht]
|
|
ook dat nog!
|
[bij alles wat we al meemaken]
|
|
hij is toch nog gekomen
Meer |
[ik had het niet verwacht]
|
|
ze zaten als haringen in een ton
|
[heel dicht op elkaar]
|
|
hij zoekt gezelschap
|
[iemand om mee te praten]
|
|
en jij was nog wel bang dat je zou zakken
|
[dat was dus onnodig]
|
|
hij zoekt gezelschap
|
[iemand om mee te praten]
|
|
ze was in gezelschap van haar broer
|
[samen met haar broer]
|
|
hem het bos in sturen
|
[niet serieus helpen]
|
|
huilen met de wolven in het bos
|
[doen wat anderen doen]
|
|
ze vielen bij bosjes
|
[de een na de ander]
|
|
een flinke bos hout voor de deur hebben
|
[grote borsten hebben]
|
|
hij is een blok aan mijn been
|
[een grote last]
|
|
ze stonden als één blok achter me
|
[ze steunden me allemaal]
|
|
als een blok in slaap vallen
|
[meteen diep in slaap vallen]
|
|
iemand voor het blok zetten
|
[hem dwingen een keuze te maken]
|
|
ze is omgedraaid als een blad aan de boom
|
[ze gedraagt zich ineens heel anders]
|
|
een oude bok lust nog wel een groen blaadje
|
[schamper commentaar als een oudere man met een jong meisje gaat
|
|
zij is een onbeschreven blad
|
[er valt nog niets op haar aan te merken]
|
|
hij neemt geen blad voor de mond
|
[zegt rechtstreeks en eerlijk wat hij vindt]
|
|
daar komt moord en doodslag van
|
[grote ruzie]
|
|
ze schreeuwde moord en brand
|
[heel hard]
|
|
niemand voelt zich geroepen
|
[niemand vindt dat hij het moet doen]
|
|
een dokter roepen
|
[waarschuwen]
|
|
de mensen bij elkaar roepen
|
[vragen te komen]
|
|
ze roepen over die nieuwe auto
|
[ze zijn er erg tevreden over]
|
|
zo rot als een mispel
|
[heel erg rot]
|
|
iemand uitmaken voor rotte vis
|
[uitschelden]
|
|
ze reed met een rotvaart
|
[heel erg hard]
|
|
je rot ergeren (lachen, schrikken, etc)
|
[je heel erg ergeren etc]
|
|
hij gaat altijd tegen de draad in
|
[is eigenwijs]
|
|
de rode draad van een verhaal
|
[een onderwerp dat steeds terugkomt]
|
|
ze raakte de draad kwijt
|
[begreep het niet meer]
|
|
ze raakte de draad kwijt
|
[begreep het niet meer]
|
|
tot op de draad versleten
|
[helemaal versleten]
|
|
ermee voor de draad komen
|
[het zeggen]
|
|
de draad weer oppakken
|
[verdergaan waar je gebleven was]
|
|
de draad van Ariadne
|
[waarmee Theseus zijn weg uit het doolhof kon vinden]
|
|
zijn leven hangt aan een zijden draadje
|
[is ernstig in gevaar]
|
|
kom op, voor de draad ermee!
|
[zeg wat er aan de hand is]
|
|
ze overweeg te komen
|
[ze denkt erover]
|
|
ik moet de dingen op een rijtje zetten
|
[er eens over nadenken]
|
|
voor een dubbeltje op de eerste rij willen zitten
|
[voor weinig geld het beste willen hebben]
|
|
ze niet allemaal op een rij hebben
|
[niet goed wijs zijn]
|
|
de rijen sluiten
|
[zich verenigen tegen een tegenstander]
|
|
dat moest een keer gebeuren
|
[het was te verwachten]
|
|
ik moet op voor het examen
|
[aan het examen meedoen]
|
|
dat moet je zelf weten
|
[dat mag je zelf uitmaken]
|
|
ze moeten heel aardig zijn
|
[men zegt dat]
|
|
ik moet nodig
|
[naar de WC]
|
|
zij moest eraan geloven
|
[zij was aan de beurt]
|
|
ik sta er kritisch tegenover
|
[ik heb er kritiek op]
|
|
ze moeten er wel iets tegenover stellen
|
[iets betalen of geven omdat we dit doen]
|
|
ze lust hem rauw
|
[ze is niet bang voor hem]
|
|
een rauwe wond
|
[waar het vlees helemaal open is]
|
|
het valt me rauw op mijn dak
|
[het komt heel onverwacht]
|
|
om de beurt
|
[eerst de een dan de ander]
|
|
ze lopen om het hardst
|
[ze houden een wedstrijd]
|
|
hij heeft 'm om
|
[hij is dronken]
|
|
om het uur
|
[het ene uur wel, het andere niet]
|
|
om en nabij acht uur
|
[ongeveer om acht uur]
|
|
als de dag van gisteren
|
[alsof het gisteren gebeurd is]
|
|
dag in, dag uit
|
[steeds, iedere dag]
|
|
ze loopt op alledag
|
[ze kan elk moment bevallen]
|
|
op zijn oude dag
|
[toen hij al oud was]
|
|
van de ene dag op de andere
|
[heel plotseling]
|
|
bij de dag leven
|
[niet nadenken over de toekomst]
|
|
het gesprek van de dag zijn
|
[het meest besproken onderwerp]
|
|
zijn dagen zijn geteld
|
[hij gaat bijna dood]
|
|
heden ten dage
|
[tegenwoordig, in deze tijd]
|
|
heden ten dage
|
[tegenwoordig, in deze tijd]
|
|
sinds jaar en dag
|
[al heel lang]
|
|
tot in lengte van dagen
|
[nog heel lang]
|
|
een man van de dag zijn
|
[vlak voor zijn dood staan]
|
|
de dag des oordeels
|
[de laatste dag van de wereld]
|
|
overgaan tot de orde van de dag
|
[de gewone werkzaamheden weer gaan doen]
|
|
voor je oude dag zorgen
|
[sparen voor later]
|
|
ouden van dagen
|
[bejaarden]
|
|
ouden van dagen
|
[bejaarden]
|
|
pluk de dag!
|
[leef; geniet nu!]
|
|
vandaag de dag
|
[tegenwoordig]
|
|
je dag niet hebben
|
[niet kunnen doen wat je normaal kunt doen]
|
|
geen zorgen voor de dag van morgen
|
[maak je niet bezorgd over de toekomst]
|
|
men moet de dag niet prijzen voor het avond is
|
[het werk pas beoordelen als het klaar is]
|
|
het is morgen weer vroeg dag
|
[we moeten vroeg op]
|
|
iets voor de dag halen
|
[het tevoorschijn halen]
|
|
goed voor de dag komen
|
[iets goeds presteren]
|
|
het is kort dag
|
[er is nog maar weinig tijd]
|
|
dag en nacht
|
[onophoudelijk
|
|
een gat in de dag slapen
|
[lang uitslapen]
|
|
ermee voor de dag komen
|
[het zeggen]
|
|
voor dag en dauw
|
[heel vroeg]
|
|
een verschil van dag en nacht
|
[een groot verschil]
|
|
een druppel op een gloeiende plaat
|
[zo weinig dat het niet helpt]
|
|
ze lijken op elkaar als twee druppels water
|
[ze lijken heel erg op elkaar]
|
|
dat was de druppel die de emmer deed overlopen
|
[toen werd het me echt te veel]
|
|
ze lagen dubbel van het lachen
|
[ze moesten ontzettend lachen]
|
|
dubbel en dwars
|
[heel duidelijk]
|
|
die heb ik dubbel
|
[daar heb ik er twee van]
|
|
bij elkaar kruipen
|
[gezellig bij elkaar gaan zitten]
|
|
ze kruipt voor hem
|
[ze doet precies wat hij wil]
|
|
ze komen met de wagen
|
[met de auto]
|
|
uit eigen beweging
|
[zonder dat iemand dat zegt]
|
|
ze komen in beweging
|
[ze gaan bewegen]
|
|
je kletst uit je nek!
|
[je praat onzin]
|
|
hij zit hem op zijn nek
|
[valt hem voortdurend lastig]
|
|
je nek uitsteken
|
[iets doen waardoor je kwetsbaar wordt]
|
|
tot zijn nek in de schulden
|
[met heel veel schulden]
|
|
ze kijken hem met de nek aan
|
[doen alsof ze hem niet zien]
|
|
je nek ergens over breken
|
[erover struikelen]
|
|
nek aan nek
|
[op gelijke hoogte]
|
|
iemands hete adem in de nek voelen
|
[je opgejaagd, bedreigd voelen]
|
|
iemand de nek omdraaien
|
[hem te gronde richten, zijn carrière breken]
|
|
over je nek gaan
|
[braken]
|
|
met het hoofd in de nek
|
[arrogant, verwaand]
|
|
zijn leven redden
|
[ervoor zorgen dat hij niet doodgaat]
|
|
ze kan zich goed redden in het Engels
|
[ze spreekt voldoende Engels]
|
|
ze is op het ergste voorbereid
|
[ze verwacht het ergste]
|
|
ze is omgedraaid als een blad aan de boom
|
[ze gedraagt zich ineens heel anders]
|
|
een oude bok lust nog wel een groen blaadje
|
[schamper commentaar als een oudere man met een jong meisje gaat]
|
|
zij is een onbeschreven blad
|
[er valt nog niets op haar aan te merken]
|
|
zij staat bij hem in een goed blaadje
|
[hij denkt positief over haar]
|
|
hij neemt geen blad voor de mond
|
[zegt rechtstreeks en eerlijk wat hij vindt]
|
|
ze staat bij de directie in een goed blaadje
|
[de directie denkt gunstig over haar]
|
|
dat is geen cent waard
|
[niets waard]
|
|
dat is niet de moeite waard
|
[niets waard]
|
|
wat is het je waard?
|
[wat heb je ervoor over]
|
|
ze is nog niet veel waard
|
[nog niet erg fit]
|
|
de ene dienst is de andere waard
|
[als je iets voor iemand doet, verwacht je dat de ander ook iets voor jou doet]
|
|
het is zoveel waard als de gek ervoor geeft
|
[zoveel als de liefhebber ervoor wil betalen]
|
|
iemand niet waard zijn
|
[hem of haar niet verdienen]
|
|
zo gek als een deur
|
[heel erg gek]
|
|
ze is net de deur uit
|
[net weg]
|
|
dat is niet naast de deur
|
[dat is ver weg]
|
|
een open deur
|
[iets wat iedereen al weet]
|
|
met de deur in huis vallen
|
[het meteen vertellen]
|
|
de deur plat lopen
|
[er heel vaak komen]
|
|
dat doet de deur dicht
|
[nu moet er iets aan gedaan worden]
|
|
niet samen door één deur kunnen
|
[elkaar niet kunnen verdragen]
|
|
niet samen door één deur kunnen
|
[elkaar niet kunnen verdragen]
|
|
dat staat voor de deur
|
[het is bijna zover]
|
|
dat staat voor de deur
|
[het is bijna zover]
|
|
iemand het gat van de deur wijzen
|
[zeggen dat hij moet vertrekken]
|
|
de deur uit zijn
|
[niet meer thuis wonen]
|
|
buiten de deur eten
|
[in een restaurant]
|
|
voor een gesloten deur staan
|
[niemand thuis treffen]
|
|
je stem verheffen
|
[harder gaan praten]
|
|
de tweede stem zingen
|
[een hogere of lagere melodie]
|
|
ze is haar stem kwijt
|
[kan niet meer hardop praten]
|
|
een stem van binnen
|
[het geweten dat spreekt]
|
|
de stem van het hart volgen
|
[het gevoel, de intuïtie]
|
|
je stem uitbrengen
|
[voor of tegen iets stemmen]
|
|
bij meerderheid van stemmen
|
[omdat de meesten het vonden]
|
|
er gaan stemmen op om ...
|
[sommige mensen willen het]
|
|
de beslissende stem hebben
|
[de uitslag bepalen]
|
|
meeste stemmen gelden
|
[wat de meerderheid wil, dat gebeurt]
|
|
de stemmen staken
|
[er zijn evenveel stemmen vóór als tégen]
|
|
daar heb ik geen vertrouwen in
|
[ik geloof niet dat het zal lukken]
|
|
ze is erg goed van vertrouwen
|
[denkt dat iedereen eerlijk is]
|
|
hem in vertrouwen nemen
|
[een geheim vertellen]
|
|
hij maakt een eind aan het gesprek
|
[hij beëindigt het]
|
|
hij maakt er een eind aan
|
[hij pleegt zelfmoord]
|
|
dat is het einde!
|
[dat is enig, geweldig leuk!]
|
|
tot het bittere eind
|
[langdurig volhouden tot het afgelopen is]
|
|
ik ben ten einde raad
|
[wanhopig]
|
|
het eind is zoek
|
[het is niet meer te overzien]
|
|
hij is aan het eind van zijn Latijn
|
[hij is doodmoe]
|
|
het eind van het liedje was ...
|
[het draaide erop uit dat ...]
|
|
je hebt het bij het verkeerde eind
|
[je hebt ongelijk]
|
|
ze is een eind heen
|
[erg in de war of ziek]
|
|
een bal over het net slaan
|
[naar de andere kant ervan]
|
|
de maat slaan
|
[de maat aangeven met armbewegingen]
|
|
ze is daar niet weg te slaan
|
[ze is er altijd bij]
|
|
dat slaat nergens op
|
[dat is onzin]
|
|
ik sla me er wel doorheen
|
[ik red het wel]
|
|
ik kreeg een bittere pil te slikken
|
[iets moeilijks te verwerken]
|
|
de pil vergulden
|
[iets vervelends minder erg laten lijken]
|
|
e is aan de pil
|
[ze gebruikt de anticonceptiepil]
|
|
ze hulde zich in haar jas
|
[trok die aan]
|
|
in nevelen gehuld
|
[omgeven door mist of nevel]
|
|
hij was in tranen
|
[hij huilde]
|
|
ik zal er geen traan om laten
|
[het kan me niet schelen]
|
|
ze huilt tranen met tuiten
|
[moet heel erg huilen]
|
|
in tranen uitbarsten
|
[plotseling hevig beginnen te huilen]
|
|
een traan wegpinken
|
[een beetje huilen]
|
|
ze heeft weer eens gelogen
|
[voor de zoveelste keer]
|
|
hoe laat begint de les ook al weer
|
[ik heb het wel geweten, maar ik weet het niet meer]
|
|
die tijd komt nooit weer
|
[komt nooit meer terug]
|
|
de dames gaan in het lang
|
[in een lange jurk]
|
|
iets op de lange baan schuiven
|
[het telkens uitstellen]
|
|
op de lange duur
|
[over een lange tijd gezien]
|
|
aan het langste eind trekken
|
[het uiteindelijk winnen]
|
|
een lang gezicht trekken
|
[laten blijken dat je teleurgesteld bent]
|
|
de lange latten
|
[ski's]
|
|
lange tenen hebben
|
[snel beledigd zijn]
|
|
lange vingers hebben
|
[stelen]
|
|
het is zo lang als het breed is
|
[het komt op hetzelfde neer]
|
|
we hebben er lang en breed over gesproken
|
[heel uitvoerig]
|
|
hij zal het niet lang meer maken
|
[hij leeft nog maar kort]
|
|
ze heeft erg lang werk
|
[ze doet er een hele tijd over]
|
|
een lange adem hebben
|
[iets lange tijd volhouden]
|
|
een lange adem hebben
|
[iets lange tijd volhouden]
|
|
een zaak van lange adem
|
[die lange tijd blijft bestaan]
|
|
hoe langer hoe beter
|
[steeds beter]
|
|
eerlijk duurt het langst
|
[met bedrog kom je niet ver]
|
|
lang geleden
|
[ver in het verleden]
|
|
we kennen elkaar langer dan vandaag
|
[om aan te geven dat je iemands gedrag goed kunt beoordelen]
|
|
van zijn lang zal z'n leven niet
|
[absoluut nooit]
|
|
hij zal het niet lang meer maken
|
[zal spoedig sterven]
|
|
lang van stof zijn
|
[altijd veel woorden nodig hebben]
|
|
dan kun je lang wachten
|
[spottend commentaar als iemand vergeefs ergens op wacht]
|
|
een lang weekend
|
[waar de maandag en/of de vrijdag bij betrokken is]
|
|
ergens lang werk mee hebben
|
[niet opschieten]
|
|
iets niet langer doen
|
[het niet meer doen]
|
|
dat is lang niet slecht
|
[behoorlijk goed]
|
|
ten langen leste
|
[eindelijk]
|
|
met lange tanden eten
|
[met tegenzin]
|
|
een gat in de markt
|
[iets waar behoefte aan is en dat er nog niet is]
|
|
hij heeft een gat in zijn hand
|
[geeft teveel geld uit]
|
|
we sprongen een gat in de lucht
|
[waren erg blij]
|
|
ze heeft een gaatje in haar hoofd
|
[is niet goed wijs]
|
|
daar is het gat van de deur!
|
[ga weg!]
|
|
een gat in de begroting
|
[begrotingstekort]
|
|
een gat in de dag slapen
|
[laat wakker worden]
|
|
iemand in de gaten houden
|
[scherp op hem letten]
|
|
tot het gaatje gaan
|
[tot het uiterste]
|
|
praatjes vullen geen gaatjes
|
[met mooie beloftes schieten we niets op]
|
|
in een gat vallen
|
[in een hopeloze situatie terechtkomen]
|
|
wie zijn gat verbrandt moet op de blaren zitten
|
[als je iets doms doet, moet je boeten]
|
|
het in de gaten hebben
|
[het merken, weten hoe het zit]
|
|
hem in de gaten houden
|
[op hem letten]
|
|
het fijne van de zaak wisten we niet
|
[we wisten niet precies hoe het zat]
|
|
een fijne kam
|
[de tanden staan dicht bij elkaar]
|
|
ze heeft een fijne neus
|
[ze kan alles heel goed ruiken]
|
|
laat ie fijn zijn!
|
[dat is prachtig]
|
|
fijne manieren zijn dat!
|
[het is niet zo fraai wat hij doet]
|
|
de fijne kneepjes kennen
|
[precies weten hoe het moet]
|
|
ergens het fijne van weten
|
[precies weten hoe het zit]
|
|
ze heeft doorborende ogen
|
[felle, priemende ogen]
|
|
vrijheid van godsdienst
|
[je mag zelf bepalen wat je gelooft]
|
|
ze heeft daar een grote vrijheid
|
[kan zelf bepalen wat ze doet en hoe]
|
|
het van buiten kennen
|
[uit het hoofd op kunnen noemen]
|
|
ze hebben hem erin gekend
|
[hem ook op de hoogte gesteld]
|
|
ze hebben heel wat kinderen
|
[nogal veel]
|
|
wat kost dat?
|
[hoeveel kost dat]
|
|
wat voor jas heb je gekocht?
|
[wat voor soort]
|
|
weet je wat! we gaan schaatsen
|
[ik doe je een leuk voorstel]
|
|
ze hebben geen woord gewisseld
|
[niets tegen elkaar gezegd]
|
|
van gedachten wisselen
|
[met elkaar praten om elkaars mening te horen]
|
|
het is wisselend bewolkt
|
[dan weer wel, dan weer niet bewolkt]
|
|
daar kan ik me wel in vinden
|
[daar ben ik het mee eens]
|
|
ik vind er niets aan
|
[het is oninteressant]
|
|
er tijd voor vinden
|
[voor vrijmaken]
|
|
hem bereid vinden
|
[van hem horen dat hij het wil doen]
|
|
ze hebben elkaar gevonden
|
[zijn het eens geworden/ werden verliefd op elkaar]
|
|
er iets op vinden
|
[er een oplossing voor bedenken]
|
|
er geen baat bij vinden
|
[er geen voordeel van hebben]
|
|
om de andere dag
|
[de ene dag wel, de andere dag niet]
|
|
ik wil het een en ander bespreken
|
[verschillende dingen]
|
|
ze hebben een of ander feest
|
[doet er niet toe wat voor feest]
|
|
onder andere
|
[naast andere dingen (dieren, mensen)]
|
|
het over een andere boeg gooien
|
[het anders aanpakken]
|
|
een en ander
|
[dat wat genoemd is]
|
|
het een en ander
|
[verschillende dingen, die niet bij name genoemd worden]
|
|
het één sluit het ander niet uit
|
[beide dingen zijn mogelijk]
|
|
als geen ander
|
[beter dan wie ook]
|
|
dat is een heel ander geluid
|
[het tegendeel van wat eerder gezegd werd]
|
|
in andere handen overgaan
|
[naar een andere eigenaar]
|
|
geen andere keuze hebben
|
[gedwongen zijn iets te doen]
|
|
onder andere
|
[wat je noemt, terwijl je ook andere dingen zou kunnen noemen]
|
|
een andere toon aanslaan
|
[beleefder worden]
|
|
van het ene woord kwam het andere
|
[het ontaardde in ruzie]
|
|
met andere woorden
|
[anders uitgedrukt]
|
|
hij ligt op sterven
|
[hij sterft]
|
|
ze hebben een kans laten liggen
|
[voorbij laten gaan]
|
|
dat ligt in zijn aard
|
[zo is hij nu eenmaal]
|
|
dat ligt voor de hand
|
[dat kies je als eerste]
|
|
de wind gaat liggen
|
[neemt af, wordt minder]
|
|
het ligt in de bedoeling ...
|
[de bedoeling is ...]
|
|
op de fiets springen
|
[er haastig op stappen]
|
|
ze hebben een brug laten springen
|
[opgeblazen]
|
|
ik zit te springen om dat boek
|
[ik heb het hard nodig]
|
|
voor hem in de bres springen
|
[hem verdedigen, het voor hem opnemen]
|
|
dat stelt niets voor
|
[dat is niets, waardeloos]
|
|
ze had zich er meer van voorgesteld
|
[had er meer van verwacht]
|
|
stel je voor!
|
[verontwaardigde uitroep]
|
|
stel dat je heel rijk was
|
[stel je voor dat dat zo was]
|
|
iets te rooskleurig voorstellen
|
[te mooi]
|
|
wat moet dat voorstellen?
|
[wat heeft dat te betekenen?]
|
|
kattenkwaad uithalen
|
[doen wat niet mag]
|
|
ze haalde flink naar hem uit
|
[ging erg tekeer, zei lelijke dingen]
|
|
ze gunt hem het licht in de ogen niet
|
[ze gunt hem niets]
|
|
er gaat me een licht op
|
[opeens weet ik het]
|
|
dat werpt een nieuw licht op de zaak
|
[daardoor gaan we er anders tegenaan kijken]
|
|
aan het licht komen
|
[ontdekt worden]
|
|
het groene licht krijgen
|
[toestemming krijgen]
|
|
in het volle licht komen te staan
|
[goed zichtbaar worden]
|
|
het licht zien
|
[ontstaan, geboren worden, gelovig worden]
|
|
onderuit gaan
|
[struikelen en vallen]
|
|
ze gingen even onderuit
|
[even liggen om uit te rusten]
|
|
daar kun je niet onderuit
|
[dat is verplicht, dus je moet het doen]
|
|
hij ging onderuit met die onderneming
|
[hij mislukte]
|
|
hebt u vuur?
|
[een aansteker of lucifer voor mijn sigaret]
|
|
een pan op het vuur zetten
|
[op het gas]
|
|
ze gaat voor hem door het vuur
|
[wil alles voor hem doen]
|
|
in vuur en vlam staan
|
[heel verliefd zijn]
|
|
het nieuws ging als een lopend vuurtje
|
[iedereen wist het heel snel]
|
|
het nieuws ging als een lopend vuurtje
|
[iedereen wist het heel snel]
|
|
ik heb wel voor heter vuren gestaan
|
[heb wel moeilijker dingen gedaan]
|
|
hem het vuur na aan de schenen leggen
|
[scherp ondervragen, het hem lastig maken]
|
|
zich het vuur uit de sloffen lopen
|
[heel veel voor iemand doen]
|
|
meer ijzers in het vuur hebben
|
[meer mogelijkheden]
|
|
olie op het vuur gooien
|
[de emoties doen oplaaien]
|
|
waar rook is, is vuur
|
[van een gerucht is altijd wel iets waar]
|
|
vuur spuwen
|
[heel woedend zijn]
|
|
iets te vuur en te zwaard bestrijden
|
[met alle macht]
|
|
hem onder vuur nemen
|
[op hem schieten]
|
|
tussen twee vuren zitten
|
[van twee kanten kritiek krijgen]
|
|
het vuur openen
|
[beginnen te schieten]
|
|
de vuurproef doorstaan
|
[slagen voor een zware test]
|
|
ze gaan op in hun spel
|
[zien of horen verder niets]
|
|
een spelletje met iemand spelen
|
[hem voor de gek houden]
|
|
hem buiten spel zetten
|
[niet mee laten doen]
|
|
er was bedrog in het spel
|
[dat speelde een rol]
|
|
veel op het spel zetten
|
[veel wagen]
|
|
hoog spel spelen
|
[iets riskants doen]
|
|
een spel van kat en muis
|
[tussen een machtige en een ondergeschikte]
|
|
ongelukkig in het spel, gelukkig in de liefde
|
[zeg je als iemand net een spelletje heeft verloren]
|
|
het spel in handen hebben
|
[de zaken kunnen regelen zoals je wilt]
|
|
de wind heeft vrij spel
|
[wordt door niets tegengehouden]
|
|
in het spel zijn
|
[in het geding zijn]
|
|
iets op het spel zetten
|
[het ergens bij wagen]
|
|
ze gaan niet meer met elkaar om
|
[ze doen niets meer samen]
|
|
wat gaat er in hem om?
|
[wat voelt hij?]
|
|
dat gaat buiten mij om
|
[daar heb ik niets mee te maken]
|
|
warm eten
|
[maaltijd waarbij het eten warm opgegeten wordt]
|
|
het ging er warm aan toe
|
[er werd flink gevochten]
|
|
hij werd er niet warm of koud van
|
[trok zich er niets van aan]
|
|
ik loop er niet warm voor
|
[word er niet enthousiast over]
|
|
ze gaan als warme broodjes over de toonbank
|
[worden veel en gemakkelijk verkocht]
|
|
ik loop er niet warm voor
|
[word er niet enthousiast over]
|
|
ze gaan als warme broodjes over de toonbank
|
[worden veel en gemakkelijk verkocht]
|
|
een warm buffet
|
[bestaande uit warme gerechten]
|
|
warm eten
|
[de hoofdmaaltijd]
|
|
met de warme hand geven
|
[terwijl je nog in leven bent]
|
|
het warm krijgen van iets
|
[er bang van worden]
|
|
het wordt hem daar te warm onder de voeten
|
[hij voelt zich er niet veilig meer]
|
|
het warm aanbevelen
|
[van harte aanbevelen]
|
|
iemand een warm hart toedragen
|
[erg aardig vinden]
|
|
ergens warm voor lopen
|
[er enthousiast over worden]
|
|
iemand ergens voor warm maken
|
[zorgen dat hij er enthousiast voor wordt]
|
|
je bent warm
|
[je hebt het bijna gevonden]
|
|
warme kleuren
|
[die een prettige indruk geven]
|
|
de warme bakker
|
[die zelf nog brood bakt]
|
|
ze fladdert door het leven
|
[vat het leven luchtig op]
|
|
ze eten droog brood
|
[zonder boter of beleg]
|
|
de baby is droog
|
[heeft niet in zijn broek geplast]
|
|
een droge keel hebben
|
[dorst hebben]
|
|
het niet met droge ogen kunnen aanzien
|
[niet zonder te huilen]
|
|
hoog en droog zitten
|
[veilig zijn]
|
|
nog niet droog zijn achter de oren
|
[jong en onervaren]
|
|
zijn schaapjes op het droge hebben
|
[van zijn verdiende geld kunnen leven]
|
|
als een vis op het droge
|
[hulpeloos]
|
|
als een vis op het droge
|
[hulpeloos]
|
|
als droog zand aan elkaar hangen
|
[zonder samenhang zijn]
|
|
er is geen droog brood mee te verdienen
|
[het levert bijna niets op]
|
|
een dik belegde boterham
|
[met veel beleg]
|
|
een dikke huid hebben
|
[ongevoelig zijn]
|
|
een dikke nek hebben
|
[arrogant zijn, kapsones hebben]
|
|
een dikke pil
|
[een dik boek]
|
|
maak je niet dik, dun is de mode
|
[wind je niet op]
|
|
zich dik maken
|
[zich opwinden]
|
|
zij zijn dikke vrienden
|
[heel goede vrienden]
|
|
dat zit er dik in
|
[dat is te verwachten]
|
|
ze doen graag dik
|
[ze scheppen op]
|
|
dat is dik voor elkaar
|
[helemaal in orde]
|
|
dikke kans dat....
|
[het is waarschijnlijk dat...]
|
|
dat komt dik voor elkaar
|
[dat komt helemaal in orde]
|
|
een dik uur
|
[ruim een uur]
|
|
het er dik bovenop leggen
|
[overdrijven]
|
|
het ligt er dik bovenop
|
[het is overduidelijk]
|
|
door dik en dun
|
[wat er ook gebeurt]
|
|
het is dikke mik tussen die twee
|
[ze zijn goed bevriend]
|
|
een bruin café
|
[café met donkere muren en meubels]
|
|
ze bruin (kunnen) bakken
|
[erg overdrijven, het te gek maken]
|
|
een bruin leven
|
[wild en ongeregeld]
|
|
ergens je tenten opslaan
|
[er gaan wonen]
|
|
ze braken de tent af
|
[waren uitbundig en enthousiast]
|
|
hem uit zijn tent lokken
|
[uitdagen]
|
|
we moeten de tent sluiten
|
[we gaan failliet]
|
|
zand erover
|
[we praten er niet meer over]
|
|
zand schuurt de maag
|
[een beetje zand in het eten is niet erg]
|
|
als los zand
|
[zonder samenhang]
|
|
hem zand in de ogen strooien
|
[hem misleiden]
|
|
zijn kop in het zand steken
|
[iets niet willen zien]
|
|
bouwen op los zand
|
[iets ondernemen zonder de vereiste voorbereiding]
|
|
in het zand bijten
|
[neervallen of verliezen]
|
|
zand erover
|
[we praten er niet meer over]
|
|
zand schuurt de maag
|
[een beetje zand in het eten is niet erg]
|
|
als los zand
|
[zonder samenhang]
|
|
hem zand in de ogen strooien
|
[hem misleiden]
|
|
zijn kop in het zand steken
|
[iets niet willen zien]
|
|
bouwen op los zand
|
[iets ondernemen zonder de vereiste voorbereiding]
|
|
in het zand bijten
|
[neervallen of verliezen]
|
|
zakken voor een examen
|
[niet voldoende punten halen]
|
|
slagen voor een examen
|
[voldoende punten halen]
|
|
iemand onder uit de zak geven
|
[scherpe kritiek op hem geven]
|
|
een kat in de zak kopen
|
[iets wat waardeloos blijkt te zijn]
|
|
zakjes plakken
|
[in de gevangenis zitten]
|
|
oude wijn in nieuwe zakken
|
[iets bekends in een nieuwe vorm]
|
|
in zak en as zitten
|
[in een toestand van verslagenheid]
|
|
een duit in het zakje doen
|
[een woordje meespreken]
|
|
iemand de zak geven
|
[hem ontslaan]
|
|
geld op zak hebben
|
[geld bij je hebben]
|
|
dat kun je in je zak steken
|
[die opmerking was raak]
|
|
die kan hij in zijn zak steken
|
[hij is veel beter dan die ander]
|
|
zonder een cent op zak
|
[zonder contant geld bij zich te hebben]
|
|
het geld brandt hem in de zak
|
[hij wil het graag uitgeven]
|
|
zijn zakken vullen
|
[zich verrijken]
|
|
iets uit eigen zak betalen
|
[zelf de kosten dragen]
|
|
op zijn zak teren
|
[van zijn geld leven]
|
|
een ouwe zak
|
[oude man]
|
|
ik begrijp er geen zak van
|
[helemaal niets]
|
|
zaken doen
|
[het sluiten van overeenkomsten]
|
|
geduld is een schone zaak
|
[heb nou maar geduld]
|
|
zaken gaan voor het meisje
|
[je werk is belangrijker dan een afspraakje]
|
|
zijn zaken waarnemen
|
[zijn belangen behartigen]
|
|
de zaak komt voor
|
[de rechtszaak]
|
|
hij is ter zake kundig
|
[hij weet er veel van]
|
|
kom ter zake!
|
[zeg wat je te zeggen hebt]
|
|
dat doet niet ter zake
|
[is niet belangrijk]
|
|
de stand van zaken
|
[hoe het ervoor staat]
|
|
het fijne van de zaak vertelt hij niet
|
[de precieze gegevens]
|
|
dat is mijn zaak
|
[daar heb jij niets mee te maken]
|
|
uit de aard der zaak
|
[als een noodzakelijk gevolg daarvan]
|
|
de zaak is deze
|
[dit is er aan de hand]
|
|
in de kern van de zaak
|
[in feite, eigenlijk]
|
|
gedane zaken nemen geen keer
|
[wat gebeurd is, laat zich niet veranderen]
|
|
met kennis van zaken
|
[op deskundige wijze]
|
|
met kennis van zaken
|
[op deskundige wijze]
|
|
onverrichter zake terugkeren
|
[zonder dat men zijn doel heeft bereikt]
|
|
opening van zaken geven
|
[vertellen hoe het precies in elkaar zit]
|
|
de zaak aan het rollen brengen
|
[erover beginnen, ermee beginnen]
|
|
er komt schot in de zaak
|
[het begint zich te ontwikkelen]
|
|
er komt schot in de zaak
|
[het begint zich te ontwikkelen]
|
|
zoals de zaken nu staan ...
|
[zoals de situatie nu is]
|
|
het is zaak om ...
|
[we moeten ervoor zorgen]
|
|
het is niet veel zaaks
|
[stelt niet veel voor]
|
|
je wonden likken
|
[in stilte bijkomen van een nederlaag]
|
|
zachte heelmeesters maken stinkende wonden
|
[halve maatregelen verergeren de zaak]
|
|
een oude wond
|
[verdriet uit het verleden]
|
|
de tijd heelt alle wonden
|
[mettertijd komt men alle verdriet weer te boven]
|
|
een nog verse wond
|
[recent verdriet]
|
|
kop op!
|
[houd moed!]
|
|
de kop indrukken [
|
ervoor zorgen dat het geen kans krijgt]
|
|
een verhaal met kop noch staart
|
[onbegrijpelijk]
|
|
op de kop af
|
[precies]
|
|
een bord voor je kop hebben
|
[niet zien wat voor iedereen duidelijk is]
|
|
je niet op je kop laten zitten
|
[niet alles goedvinden]
|
|
je kop in het zand steken
|
[jezelf voor de gek houden]
|
|
dat zal me de kop niet kosten
|
[dat kan ik wel betalen]
|
|
de hele zaal stond op zijn kop
|
[alles lag door elkaar, niemand bleef op zijn stoel]
|
|
kopjes geven
|
[een kat die met zijn kop ergens langs strijkt]
|
|
de kop opsteken
|
[zich opnieuw vertonen]
|
|
iemand op zijn kop geven
|
[hem berispen, een standje geven]
|
|
iemand een kopje kleiner maken
|
[hem doden, verslaan]
|
|
de kolder in de kop krijgen
|
[onhandelbaar worden]
|
|
wat hij in zijn kop heeft, heeft hij niet in zijn kont
|
[hij geeft niet gauw op]
|
|
met je kop tegen de muur lopen
|
[niet bereiken wat je wilt]
|
|
iets in je kop stampen
|
[het met moeite in je geheugen opnemen]
|
|
de koppen tellen
|
[de aanwezigen]
|
|
zaagsel in zijn kop hebben
|
[dom zijn, niets begrijpen]
|
|
je niet op je kop laten zitten
|
[niet alles goedvinden]
|
|
een Haags kopje
|
[halfvol]
|
|
hou die doos niet op zijn kop!
|
[ondersteboven]
|
|
over de kop slaan
|
[ondersteboven vallen]
|
|
op zijn kop
|
[ondersteboven]
|
|
koplamp
|
[lamp die voorop de fiets of de auto zit]
|
|
de spijker op de kop slaan
|
[zeggen waar het precies om gaat]
|
|
iets bij de kop vatten
|
[eraan beginnen]
|
|
iets op de kop tikken
|
[erin slagen het te krijgen of te kopen]
|
|
op de kop af
|
[precies]
|
|
z'n kalmte bewaren
|
[niet boos worden]
|
|
wie wat bewaart heeft wat
|
[het is verstandig om iets te bewaren voor als je het nodig hebt]
|
|
wortel schieten
|
[zich met de wortels vasthechten in de grond] . 12056 |
|
wortel schieten
|
[er heel lang blijven]
|
|
het met wortel en tak uitroeien
|
[helemaal]
|
|
het eens worden
|
[overeenstemming bereiken]
|
|
het wordt hoog tijd
|
[de tijd is aangebroken]
|
|
wordt vervolgd
|
[we gaan er de volgende keer mee door]
|
|
er wijs uit worden
|
[zien hoe het in elkaar zit]
|
|
hij heeft het niet met zoveel woorden gezegd
|
[niet precies zo]
|
|
hem aan het woord laten
|
[hem de anderen toe laten spreken]
|
|
met andere woorden
|
[anders gezegd]
|
|
er geen woorden voor hebben
|
[het heel goed of heel erg vinden]
|
|
je haalt me de woorden uit de mond
|
[je zegt wat ik net had willen zeggen]
|
|
er geen woorden aan vuil willen maken
|
[er niet over willen spreken]
|
|
hij had het hoogste woord
|
[was steeds op een overheersende manier aan het praten]
|
|
het hoge woord komt eruit
|
[hij zegt wat hij eerst niet durfde te zeggen]
|
|
met twee woorden spreken
|
['ja meneer' zeggen, in plaats van 'ja']
|
|
iemand woorden in de mond leggen
|
[niet juist navertellen wat hij gezegd heeft]
|
|
het laatste woord willen hebben
|
[er als laatste iets over willen beslissen]
|
|
van het ene woord kwam het andere
|
[het ontaardde in ruzie]
|
|
wiens brood men eet, diens woord men spreekt
|
[je staat aan de kant van degene bij wie je in dienst bent]
|
|
ergens geen woorden voor hebben
|
[het niet kunnen uitleggen]
|
|
dat is geen woord teveel gezegd
|
[dat is niet overdreven]
|
|
woorden hebben
|
[ruzie hebben]
|
|
woorden hebben
|
[ruzie hebben]
|
|
holle woorden
|
[zonder inhoud]
|
|
holle woorden
|
[zonder inhoud]
|
|
het hoogste woord hebben
|
[druk en zelfbewust praten]
|
|
let op mijn woorden!
|
[dat zal zeker gebeuren]
|
|
woorden schieten tekort
|
[het is niet in woorden uit te drukken]
|
|
met twee woorden spreken
|
[niet alleen met ja of nee antwoorden]
|
|
woord voor woord
|
[volledig en precies]
|
|
je woorden wegen
|
[zorgvuldig formuleren]
|
|
ik geloof je op je woord
|
[omdat je het zegt]
|
|
woord houden
|
[doen wat je beloofd hebt]
|
|
iemand aan zijn woord houden
|
[verlangen dat hij doet wat hij beloofd heeft]
|
|
een man van zijn woord
|
[iemand die zich aan zijn afspraken houdt]
|
|
een man een man, een woord een woord
|
[iemand die eerlijk is, houdt zich aan zijn beloftes]
|
|
iemand aan het woord laten
|
[laten uitspreken]
|
|
het woord voeren
|
[spreken]
|
|
zijn woordje kunnen doen
|
[zich goed kunnen uitdrukken]
|
|
het woord richten tot iemand
|
[hem toespreken]
|
|
iemand te woord staan
|
[hem aanhoren]
|
|
een goed woordje voor hem doen
|
[hem aanbevelen]
|
|
een vies woord
|
[een woord dat met seks of met ontlasting te maken heeft]
|
|
niet uit je woorden kunnen komen
|
[er niet in slagen het te zeggen]
|
|
hem op zijn woord geloven
|
[hij hoeft het niet te bewijzen]
|
|
een hartig woordje spreken met iemand
|
[hem zeggen wat je vindt]
|
|
er was geen woord tussen te krijgen
|
[ik kreeg niet de kans om iets te zeggen]
|
|
een goed verstaander heeft maar een half woord nodig
|
[voor iemand die goed luistert, is een aanduiding voldoende]
|
|
enkele woorden wisselen
|
[met elkaar spreken]
|
|
een aardig woordje Engels spreken
|
[die taal goed beheersen]
|
|
altijd het laatste woord willen hebben
|
[altijd nog iets willen toevoegen]
|
|
de daad bij het woord voegen
|
[een plan meteen ten uitvoer brengen]
|
|
daar is geen woord Frans bij
|
[dat is heel duidelijk]
|
|
daarover is het laatste woord nog niet gesproken
|
[die zaak is nog niet afgehandeld]
|
|
woorden hebben
|
[ruzie hebben]
|
|
nood breekt wet
|
[als je in moeilijkheden bent kun je je niet altijd aan de regels houden]
|
|
van de nood een deugd maken
|
[van een moeilijke situatie iets goeds maken]
|
|
in geval van nood
|
[als de nood je ertoe dwingt]
|
|
geen nood!
|
[uitroep als een probleem snel kan worden opgelost]
|
|
nood leert bidden
|
[als je in nood bent, leer je om hulp vragen]
|
|
als de nood het hoogst is, is de redding nabij
|
[als de moeilijkheden het ergst zijn, komt er snel hulp]
|
|
we komen in tijdnood
|
[hebben geen tijd genoeg]
|
|
ik heb hoge nood
|
[moet dringend naar de WC]
|
|
woningnood
|
[veel behoefte aan woningen]
|
|
geen wonder dat hij gevallen is
|
[het verbaast me niets]
|
|
het is een wonder dat hij nog leeft
|
[het is onverklaarbaar]
|
|
dat middel doet wonderen
|
[het helpt erg goed]
|
|
wonder boven wonder
|
[tot ieders verrassing]
|
|
de wonderen zijn de wereld nog niet uit
|
[dat had ik nu nooit verwacht]
|
|
een witte kerst
|
[als er sneeuw ligt]
|
|
zo wit als sneeuw
|
[erg wit]
|
|
de witte vlag
|
[teken van overgave]
|
|
een wit voetje bij iemand halen
|
[slijmen, proberen bij hem in de gunst te komen]
|
|
de witte boorden
|
[kantoorpersoneel, ambtenaren]
|
|
wit om de neus worden
|
[angstig, bang worden]
|
|
Witte Donderdag
|
[de donderdag voor Pasen]
|
|
een witte fiets
|
[die iedereen mag gebruiken]
|
|
witte plekken
|
[gedeelten op een landkaart die nog niet bekend zijn]
|
|
de witte vlag
|
[teken in de strijd dat men wil onderhandelen]
|
|
een wit voetje proberen te halen
|
[bij iemand in de gunst proberen te komen]
|
|
een witte wereld
|
[een besneeuwd landschap]
|
|
zwart op wit
|
[een bewijs op schrift]
|
|
wit wegtrekken
|
[erg bleek worden]
|
|
zo wit als een doek
|
[erg bleek]
|
|
witte rijst
|
[gepelde rijst]
|
|
wit om de neus worden
|
[verbleken van angst]
|
|
witte artikelen
|
[goedkope producten zonder merknaam]
|
|
een witte school
|
[waar blanke kinderen in de meerderheid zijn]
|
|
witte rijst
|
[gepelde rijst]
|
|
bruine rijst
|
[zilvervliesrijst, ongepeld]
|
|
een witte kerst
|
[als er sneeuw ligt]
|
|
zo wit als sneeuw
|
[erg wit]
|
|
de witte vlag
|
[teken van overgave]
|
|
een wit voetje bij iemand halen
|
[slijmen, proberen bij hem in de gunst te komen]
|
|
de witte boorden
|
[kantoorpersoneel, ambtenaren]
|
|
wit om de neus worden
|
[angstig, bang worden]
|
|
Witte Donderdag
|
[de donderdag voor Pasen]
|
|
een witte fiets
|
[die iedereen mag gebruiken]
|
|
witte plekken
|
[gedeelten op een landkaart die nog niet bekend zijn]
|
|
de witte vlag
|
[teken in de strijd dat men wil onderhandelen]
|
|
een wit voetje proberen te halen
|
[bij iemand in de gunst proberen te komen]
|
|
een witte wereld
|
[een besneeuwd landschap]
|
|
zwart op wit
|
[een bewijs op schrift]
|
|
wit wegtrekken
|
[erg bleek worden]
|
|
zo wit als een doek
|
[erg bleek]
|
|
witte rijst
|
[gepelde rijst]
|
|
wit om de neus worden
|
[verbleken van angst]
|
|
witte artikelen
|
[goedkope producten zonder merknaam]
|
|
een witte school
|
[waar blanke kinderen in de meerderheid zijn]
|
|
een witte kerst
|
[als er sneeuw ligt]
|
|
zo wit als sneeuw
|
[erg wit]
|
|
de witte vlag
|
[teken van overgave]
|
|
een wit voetje bij iemand halen
|
[slijmen, proberen bij hem in de gunst te komen]
|
|
de witte boorden
|
[kantoorpersoneel, ambtenaren]
|
|
wit om de neus worden
|
[angstig, bang worden]
|
|
Witte Donderdag
|
[de donderdag voor Pasen]
|
|
een witte fiets
|
[die iedereen mag gebruiken]
|
|
witte plekken
|
[gedeelten op een landkaart die nog niet bekend zijn]
|
|
de witte vlag
|
[teken in de strijd dat men wil onderhandelen]
|
|
een wit voetje proberen te halen
|
[bij iemand in de gunst proberen te komen]
|
|
een witte wereld
|
[een besneeuwd landschap]
|
|
zwart op wit
|
[een bewijs op schrift]
|
|
wit wegtrekken
|
[erg bleek worden]
|
|
zo wit als een doek
|
[erg bleek]
|
|
witte rijst
|
[gepelde rijst]
|
|
wit om de neus worden
|
[verbleken van angst]
|
|
witte artikelen
|
[goedkope producten zonder merknaam]
|
|
een witte school
|
[waar blanke kinderen in de meerderheid zijn]
|
|
goed in het vlees zitten
|
[niet mager zijn]
|
|
je eigen vlees en bloed
|
[je kinderen]
|
|
het is vlees noch vis
|
[het hoort nergens bij]
|
|
ik wil weten wat voor vlees ik in de kuip heb
|
[met wat voor mens ik te doen heb]
|
|
geen vlees zonder been
|
[niets is zonder gebreken]
|
|
in eigen vlees snijden
|
[jezelf benadelen]
|
|
wit vlees
|
[van gevogelte en konijnen]
|
|
een witte kerst
|
[als er sneeuw ligt]
|
|
zo wit als sneeuw
|
[erg wit]
|
|
de witte vlag
|
[teken van overgave]
|
|
een wit voetje bij iemand halen
|
[slijmen, proberen bij hem in de gunst te komen]
|
|
de witte boorden
|
[kantoorpersoneel, ambtenaren]
|
|
wit om de neus worden
|
[angstig, bang worden]
|
|
Witte Donderdag
|
[de donderdag voor Pasen]
|
|
een witte fiets
|
[die iedereen mag gebruiken]
|
|
witte plekken
|
[gedeelten op een landkaart die nog niet bekend zijn]
|
|
de witte vlag
|
[teken in de strijd dat men wil onderhandelen]
|
|
een witte wereld
|
[een besneeuwd landschap]
|
|
zwart op wit
|
[een bewijs op schrift]
|
|
wit wegtrekken
|
[erg bleek worden]
|
|
zo wit als een doek
|
[erg bleek]
|
|
witte rijst
|
[gepelde rijst]
|
|
wit om de neus worden
|
[verbleken van angst]
|
|
zo wit als een doek
|
[erg bleek]
|
|
witte rijst
|
[gepelde rijst]
|
|
wit om de neus worden
|
[verbleken van angst]
|
|
witte artikelen
|
[goedkope producten zonder merknaam]
|
|
een witte school
|
[waar blanke kinderen in de meerderheid zijn]
|
|
een witte kerst
|
[als er sneeuw ligt]
|
|
zo wit als sneeuw
|
[erg wit]
|
|
de witte vlag
|
[teken van overgave]
|
|
een wit voetje bij iemand halen
|
[slijmen, proberen bij hem in de gunst te komen]
|
|
de witte boorden
|
[kantoorpersoneel, ambtenaren]
|
|
wit om de neus worden
|
[angstig, bang worden]
|
|
Witte Donderdag
|
[de donderdag voor Pasen]
|
|
een witte fiets
|
[die iedereen mag gebruiken]
|
|
witte plekken
|
[gedeelten op een landkaart die nog niet bekend zijn]
|
|
de witte vlag
|
[teken in de strijd dat men wil onderhandelen]
|
|
een wit voetje proberen te halen
|
[bij iemand in de gunst proberen te komen]
|
|
een witte wereld
|
[een besneeuwd landschap]
|
|
zwart op wit
|
[een bewijs op schrift]
|
|
wit wegtrekken
|
[erg bleek worden]
|
|
zo wit als een doek
|
[erg bleek]
|
|
witte rijst
|
[gepelde rijst]
|
|
wit om de neus worden
|
[verbleken van angst]
|
|
witte artikelen
|
[goedkope producten zonder merknaam]
|
|
een witte school
|
[waar blanke kinderen in de meerderheid zijn]
|
|
in het wit trouwen
|
[in een witte trouwjurk]
|
|
wit begint
|
[degene die met de witte stenen of stukken speelt]
|
|
winst boeken
|
[winst halen]
|
|
vooruitgang boeken
|
[vooruitgaan]
|
|
waar bemoei je je mee
|
[met wat bemoei je je]
|
|
wind mee hebben
|
[de wind in de rug, achter je hebben]
|
|
van de wind kun je niet leven
|
[je moet werken om aan de kost te komen]
|
|
het gaat hem voor de wind
|
[alles gaat voorspoedig]
|
|
met alle winden meewaaien
|
[met iedereen meepraten]
|
|
hij heeft de wind eronder
|
[ze doen wat hij zegt]
|
|
de wind van voren krijgen
|
[scherpe kritiek krijgen]
|
|
iets in de wind slaan
|
[er niet op letten]
|
|
wind en weder dienende
|
[als het goed weer is]
|
|
wie wind zaait, zal storm oogsten
|
[voor fouten word je vaak zwaar gestraft]
|
|
als de wind
|
[zeer snel]
|
|
er waait een frisse wind
|
[er is een nieuwe aanpak]
|
|
waait de wind uit díe hoek?
|
[zit het zo?]
|
|
weten uit wat voor hoek de wind waait
|
[waar de tegenwerking vandaan komt]
|
|
van de wind kun je niet leven
|
[er moet gewerkt worden voor de kost]
|
|
je kop in de wind gooien
|
[opstandig, tegendraads zijn]
|
|
de wind gaat liggen
|
[het houdt op met waaien]
|
|
de wind mee hebben
|
[in gunstige omstandigheden zijn]
|
|
een waarschuwing in de wind slaan
|
[er niets mee doen]
|
|
een uur in de wind stinken
|
[heel erg stinken]
|
|
hem de wind uit de zeilen nemen
|
[hem hinderen, gaan doen wat hij al wilde gaan doen]
|
|
zoals de wind waait, waait zijn jasje
|
[hij doet altijd waar hij het meeste voordeel van heeft]
|
|
wilt u mij even excuseren?
|
[vindt u het goed dat ik even wegga?]
|
|
een wilde staking
|
[niet georganiseerd maar spontaan]
|
|
in het wilde weg
|
[zonder goed te kijken of te denken]
|
|
wild enthousiast ]
|
[erg enthousiast]
|
|
zijn wilde haren verliezen
|
[zijn jeugdige onbezonnenheid kwijtraken]
|
|
wilde verhalen
|
[overdreven of verzonnen verhalen]
|
|
in het wilde weg
|
[lukraak, zomaar]
|
|
het wilde westen
|
[het westen van de Verenigde Staten in de tijd dat er nog geen gezag was]
|
|
ik ben wild op chocola
|
[ik ben er dol op]
|
|
een wilde plakker
|
[die zonder toestemming overal affiches opplakt]
|
|
een wilde staking
|
[die zonder toestemming van de vakbonden ontstaan is]
|
|
de wilde vaart
|
[ongeregeld vrachtverkeer per boot]
|
|
een wilde staking
|
[niet georganiseerd maar spontaan]
|
|
in het wilde weg
|
[zonder goed te kijken of te denken]
|
|
zijn wilde haren verliezen
|
[zijn jeugdige onbezonnenheid kwijtraken]
|
|
wilde verhalen
|
[overdreven of verzonnen verhalen]
|
|
in het wilde weg
|
[lukraak, zomaar]
|
|
het wilde westen
|
[het westen van de Verenigde Staten in de tijd dat er nog geen gezag was]
|
|
ik ben wild op chocola
|
[ik ben er dol op]
|
|
een wilde plakker
|
[die zonder toestemming overal affiches opplakt]
|
|
een wilde staking
|
[die zonder toestemming van de vakbonden ontstaan is]
|
|
de wilde vaart
|
[ongeregeld vrachtverkeer per boot]
|
|
wij beleven daar veel plezier aan
|
[wij vinden het erg prettig en leuk]
|
|
wil je mij een plezier doen
|
[iets doen wat mij blij maakt]
|
|
het voor je plezier doen
|
[alleen omdat je het leuk vindt]
|
|
plezier maken
|
[samen met anderen iets leuks doen]
|
|
met plezier!
|
[ik doe het graag]
|
|
veel plezier!
|
[zorg dat je het leuk hebt]
|
|
kunt u ons laten weten wat het besluit is
|
[kunt u ons dat meedelen?]
|
|
laat maar
|
[het hoeft niet meer]
|
|
het buiten beschouwing laten
|
[het er niet over hebben]
|
|
we laten het erbij
|
[we veranderen er niets aan]
|
|
dat laat me koud
|
[het doet me niets]
|
|
wil je me met rust laten?
|
[niet storen]
|
|
toen ik het geld teruggaf, zei de klant: laat maar zitten
|
[ik hoef het niet terug]
|
|
die baan heb ik laten schieten
|
[ik heb hem niet genomen]
|
|
ik ben nog nooit in het buitenland geweest, laat staan in Zuid-Afrika
|
[dus daar zeker niet]
|
|
een wind laten
|
[die niet inhouden]
|
|
laat hij nou gelijk hebben!
|
[tot mijn verbazing had hij gelijk]
|
|
dat heb ik niet graag
|
[dat vind ik niet plezierig]
|
|
ik mag hem graag
|
[ik vind hem erg aardig]
|
|
wil je koffie? ja, graag!
|
[ja, lekker!]
|
|
de deur wijd openzetten voor iets
|
[er alle gelegenheid voor geven]
|
|
de wijde wereld in trekken
|
[op reis gaan om avonturen te beleven en kennis op te doen]
|
|
wijd en zijd
|
[overal, naar alle kanten]
|
|
wij zitten op rozen
|
[wij hebben het goed getroffen]
|
|
hij slaapt als een roos
|
[erg diep]
|
|
geen roos zonder doornen
|
[wat aangenaam is, heeft ook vervelende kanten]
|
|
zijn leven gaat niet over rozen
|
[hij heeft veel tegenslag]
|
|
er zorg voor dragen
|
[zorgen dat het gebeurt]
|
|
je er zorgen over maken
|
[bang zijn dat het verkeerd afloopt]
|
|
dat is van later zorg
|
[daar maken we ons nu nog niet druk om]
|
|
dat zal mij een zorg zijn
|
[dat kan me niets schelen]
|
|
zorgen hebben
|
[bang zijn voor de toekomst]
|
|
wij zijn uit de zorgen
|
[wij hoeven nergens meer bezorgd over te zijn]
|
|
dat baart me zorgen
|
[daar ben ik bezorgd over]
|
|
een zieltje zonder zorg
|
[iemand die onbekommerd leeft]
|
|
wij zijn telefonisch te bereiken
|
[je kunt ons bellen]
|
|
de kosten rijzen de pan uit
|
[ze worden erg hoog]
|
|
de vijand in de pan hakken
|
[helemaal verslaan]
|
|
het was een pan!
|
[een enorme rotzooi]
|
|
een veeg uit de pan krijgen
|
[een flinke berisping]
|
|
de vlam slaat in de pan
|
[de inhoud van de pan vliegt in brand]
|
|
ij zijn onder de pannen
|
[we hebben onderdak]
|
|
ik neem de maat
|
[ik meet]
|
|
met mate
|
[niet te veel]
|
|
hij kan geen maat houden
|
[neemt altijd teveel]
|
|
dat is onder de maat ]
|
[onvoldoende]
|
|
met twee maten meten
|
[verschillende normen gebruiken]
|
|
de maat is vol
|
[ik neem het niet langer]
|
|
in hoge mate
|
[zeer]
|
|
in alle soorten en maten
|
[in alle variëteiten]
|
|
beneden de maat
|
[onvoldoende]
|
|
in de maat zingen
|
[goed volgens het telpatroon van het stuk]
|
|
de maat slaan [
|
met je hand aangeven hoe de maat is]
|
|
geen maat kunnen houden
|
[geen gevoel voor ritme hebben]
|
|
in de maat lopen [
|
volgens een vast ritme]
|
|
wij zijn goede maatjes
|
[met elkaar bevriend]
|
|
Jan Rap en zijn maat [
|
uitschot, tuig]
|
|
een brede rug hebben
|
[veel kritiek kunnen verdragen]
|
|
een brede scheiding hebben (bij mannen)
|
[kaal zijn]
|
|
brede schouders hebben
|
[veel kunnen verdragen]
|
|
het is zo lang als het breed is
|
[het komt op hetzelfde neer]
|
|
wie het breed heeft, laat het breed hangen
|
[wie veel bezit, kan veel uitgeven]
|
|
het niet breed hebben
|
[arm zijn]
|
|
al lang en breed
|
[al lang]
|
|
het er lang en breed over gehad hebben
|
[uitgebreid besproken hebben]
|
|
voor een breed publiek
|
[van veel verschillende mensen]
|
|
het breed uitmeten
|
[overdreven voorstellen]
|
|
wij hebben het niet breed
|
[wij hebben niet veel geld]
|
|
wie het breed heeft, laat het breed hangen
|
[wie veel geld heeft, kan veel uitgeven]
|
|
zij is van mening dat ...
|
[zij vindt dat ...]
|
|
wij hebben een verschil van mening
|
[we zijn het niet met elkaar eens]
|
|
hij geeft zijn mening over het onderwerp
|
[hij zegt wat hij ervan vindt]
|
|
naar mijn mening .....]
|
[ik vind ...]
|
|
wij beleven daar veel plezier aan
|
[wij vinden het erg prettig en leuk]
|
|
wil je mij een plezier doen
|
[iets doen wat mij blij maakt]
|
|
het voor je plezier doen
|
[alleen omdat je het leuk vindt]
|
|
plezier maken
|
[samen met anderen iets leuks doen]
|
|
met plezier!
|
[ik doe het graag]
|
|
veel plezier!
|
[zorg dat je het leuk hebt]
|
|
daarmee is geen droog brood te verdienen
|
[het levert geen geld op]
|
|
dat is brood op de plank
|
[geld om van te leven]
|
|
droog brood eten
|
[heel arm zijn]
|
|
de honden lusten er geen brood van
|
[het is schandalig]
|
|
de mens leeft niet van brood alleen
|
[heeft hogere behoeften dan alleen eten en drinken]
|
|
je de kaas niet van het brood laten eten
|
[opkomen voor jezelf]
|
|
iets op je brood krijgen
|
[er de schuld van krijgen, er een verwijt over krijgen]
|
|
het brood uit de mond sparen
|
[bezuinigen op wat je eet, voor iemand anders]
|
|
iemand het brood uit de mond stoten
|
[hem afnemen waar hij zijn geld mee verdient]
|
|
op water en brood zitten
|
[in de gevangenis]
|
|
wiens brood men eet, diens woord men spreekt
|
[je staat aan de kant van degene van wie je afhankelijk bent]
|
|
ergens geen brood in zien
|
[niet verwachten dat het iets oplevert]
|
|
kunnen zwijgen
|
[een geheim kunnen bewaren]
|
|
hem het zwijgen opleggen
|
[verbieden te praten]
|
|
er het zwijgen toe doen
|
[er niets over zeggen]
|
|
hem tot zwijgen brengen
|
[laten stoppen met praten]
|
|
om nog maar te zwijgen van ...
|
[dan hebben we het nog niet eens daarover]
|
|
hij heeft het niet met zoveel woorden gezegd
|
[niet precies zo]
|
|
hem aan het woord laten
|
[hem de anderen toe laten spreken]
|
|
met andere woorden
|
[anders gezegd]
|
|
er geen woorden voor hebben
|
[het heel goed of heel erg vinden]
|
|
je haalt me de woorden uit de mond
|
[je zegt wat ik net had willen zeggen]
|
|
er geen woorden aan vuil willen maken
|
[er niet over willen spreken]
|
|
hij had het hoogste woord
|
[was steeds op een overheersende manier aan het praten]
|
|
het hoge woord komt eruit
|
[hij zegt wat hij eerst niet durfde te zeggen]
|
|
met twee woorden spreken
|
['ja meneer' zeggen, in plaats van 'ja']
|
|
iemand woorden in de mond leggen
|
[niet juist navertellen wat hij gezegd heeft]
|
|
het laatste woord willen hebben
|
[er als laatste iets over willen beslissen]
|
|
van het ene woord kwam het andere
|
[het ontaardde in ruzie]
|
|
wiens brood men eet, diens woord men spreekt
|
[je staat aan de kant van degene bij wie je in dienst bent]
|
|
ergens geen woorden voor hebben
|
[het niet kunnen uitleggen]
|
|
dat is geen woord teveel gezegd
|
[dat is niet overdreven]
|
|
woorden hebben
|
[ruzie hebben]
|
|
holle woorden
|
[zonder inhoud]
|
|
het hoogste woord hebben
|
[druk en zelfbewust praten]
|
|
let op mijn woorden!
|
[dat zal zeker gebeuren]
|
|
woorden schieten tekort
|
[het is niet in woorden uit te drukken]
|
|
woord voor woord
|
[volledig en precies]
|
|
je woorden wegen
|
[zorgvuldig formuleren]
|
|
ik geloof je op je woord
|
[omdat je het zegt]
|
|
woord houden
|
[doen wat je beloofd hebt]
|
|
iemand aan zijn woord houden
|
[verlangen dat hij doet wat hij beloofd heeft]
|
|
een man van zijn woord ]
|
[iemand die zich aan zijn afspraken houdt]
|
|
een man een man, een woord een woord
|
[iemand die eerlijk is, houdt zich aan zijn beloftes]
|
|
iemand aan het woord laten
|
[laten uitspreken]
|
|
het woord voeren
|
[spreken]
|
|
zijn woordje kunnen doen
|
[zich goed kunnen uitdrukken]
|
|
het woord richten tot iemand
|
[hem toespreken]
|
|
iemand te woord staan
|
[hem aanhoren]
|
|
een goed woordje voor hem doen
|
[hem aanbevelen]
|
|
een vies woord
|
[een woord dat met seks of met ontlasting te maken heeft]
|
|
hem op zijn woord geloven
|
[hij hoeft het niet te bewijzen]
|
|
een hartig woordje spreken met iemand
|
[hem zeggen wat je vindt]
|
|
er was geen woord tussen te krijgen
|
[ik kreeg niet de kans om iets te zeggen]
|
|
enkele woorden wisselen
|
[met elkaar spreken]
|
|
een aardig woordje Engels spreken
|
[die taal goed beheersen]
|
|
altijd het laatste woord willen hebben
|
[altijd nog iets willen toevoegen]
|
|
de daad bij het woord voegen
|
[een plan meteen ten uitvoer brengen]
|
|
daar is geen woord Frans bij
|
[dat is heel duidelijk]
|
|
daarover is het laatste woord nog niet gesproken
|
[die zaak is nog niet afgehandeld]
|
|
woorden hebben
|
[ruzie hebben]
|
|
kunnen zwijgen
|
[een geheim kunnen bewaren]
|
|
hem het zwijgen opleggen
|
[verbieden te praten]
|
|
er het zwijgen toe doen
|
[er niets over zeggen]
|
|
hem tot zwijgen brengen
|
[laten stoppen met praten]
|
|
om nog maar te zwijgen van ...
|
[dan hebben we het nog niet eens daarover]
|
|
wie zwijgt stemt toe
|
[als je niets zegt ben je het ermee eens]
|
|
een gat in de markt
|
[iets waar behoefte aan is en dat er nog niet is]
|
|
hij heeft een gat in zijn hand
|
[geeft teveel geld uit]
|
|
we sprongen een gat in de lucht
|
[waren erg blij]
|
|
ze heeft een gaatje in haar hoofd
|
[is niet goed wijs]
|
|
daar is het gat van de deur!
|
[ga weg!]
|
|
een gat in de begroting
|
[begrotingstekort]
|
|
een gat in de dag slapen
|
[laat wakker worden]
|
|
iemand in de gaten houden
|
[scherp op hem letten]
|
|
tot het gaatje gaan
|
[tot het uiterste]
|
|
praatjes vullen geen gaatjes
|
[met mooie beloftes schieten we niets op]
|
|
in een gat vallen
|
[in een hopeloze situatie terechtkomen]
|
|
wie zijn gat verbrandt moet op de blaren zitten
|
[als je iets doms doet, moet je boeten]
|
|
het in de gaten hebben
|
[het merken, weten hoe het zit]
|
|
hem in de gaten houden
|
[op hem letten]
|
|
iemand om de tuin leiden
|
[hem bedriegen, misleiden]
|
|
in zijn knollentuin zijn
|
[het erg naar zijn zin hebben]
|
|
een botanische tuin
|
[plantentuin]
|
|
ieder moet zijn eigen tuintje wieden
|
[zijn eigen gebreken verbeteren]
|
|
wie zijn eigen tuintje wiedt, ziet het onkruid van een ander niet
|
[aansproring om vooral voor jezelf kritisch te zijn]
|
|
wie zijn billen brandt, moet op de blaren zitten
|
[als je iets verkeerds doet, moet je daarvoor boeten]
|
|
met zijn billen bloot moeten
|
[alles wordt tot op de bodem uitgezocht]
|
|
iemand voor zijn billen geven
|
[een pak slaag geven]
|
|
wie zijn billen brandt, moet op de blaren zitten
|
[als je iets verkeerds doet, moet je daarvoor boeten]
|
|
iemand voor zijn billen geven
|
[een pak slaag geven]
|
|
nou, geef je nog antwoord?
|
[vooruit, geef je nog antwoord?]
|
|
nou, dan ga ik maar
|
[conclusie: dan ga ik maar]
|
|
nou ja, ik weet het ook niet precies
|
[ik probeer wel wat, maar ....]
|
|
kom nou, jij kunt dat best
|
[stel je niet aan, jij kunt dat best]
|
|
nou, nou, jij hebt veel praatjes!
|
[rustig aan maar, jij hebt veel praatjes]
|
|
lekker gegeten? nou, en of!
|
[zeker!]
|
|
toe nou jongens, hou je mond eens
|
[ik vraag het jullie]
|
|
van de wind kun je niet leven
|
[je moet werken om aan de kost te komen]
|
|
het gaat hem voor de wind
|
[alles gaat voorspoedig]
|
|
met alle winden meewaaien
|
[met iedereen meepraten]
|
|
hij heeft de wind eronder
|
[ze doen wat hij zegt]
|
|
de wind van voren krijgen
|
[scherpe kritiek krijgen]
|
|
iets in de wind slaan
|
[er niet op letten]
|
|
wind en weder dienende
|
[als het goed weer is]
|
|
wie wind zaait, zal storm oogsten
|
[voor fouten word je vaak zwaar gestraft]
|
|
als de wind
|
[zeer snel]
|
|
er waait een frisse wind
|
[er is een nieuwe aanpak]
|
|
waait de wind uit díe hoek?
|
[zit het zo?]
|
|
weten uit wat voor hoek de wind waait
|
[waar de tegenwerking vandaan komt]
|
|
van de wind kun je niet leven
|
[er moet gewerkt worden voor de kost]
|
|
je kop in de wind gooien
|
[opstandig, tegendraads zijn]
|
|
de wind gaat liggen
|
[het houdt op met waaien]
|
|
de wind mee hebben
|
[in gunstige omstandigheden zijn]
|
|
de wind ruimt [
|
gaat door het noorden naar het westen]
|
|
een waarschuwing in de wind slaan
|
[er niets mee doen]
|
|
een uur in de wind stinken
|
[heel erg stinken]
|
|
hem de wind uit de zeilen nemen
|
[hem hinderen, gaan doen wat hij al wilde gaan doen]
|
|
zoals de wind waait, waait zijn jasje
|
[hij doet altijd waar hij het meeste voordeel van heeft]
|
|
een storm in een glas water
|
[grote ophef om een onbelangrijke zaak]
|
|
wie wind zaait, zal storm oogsten
|
[voor een kleine misstap word je zwaar gestraft]
|
|
stilte voor de storm
|
[onheilspellende rust of stilte]
|
|
het te weten komen
|
[het horen of lezen]
|
|
voor je het weet ....
|
[voor je er erg in hebt]
|
|
wie weet!
|
[het zou best kunnen]
|
|
ik weet er niets vanaf
|
[ik ben onschuldig]
|
|
hij weet altijd alles beter
|
[is eigenwijs]
|
|
er weet van hebben
|
[het weten]
|
|
zij weet er wel iets op [
|
zij weet een oplossing voor het probleem]
|
|
z'n kalmte bewaren
|
[niet boos worden]
|
|
wie wat bewaart heeft wat
|
[het is verstandig om iets te bewaren voor als je het nodig hebt]
|
|
e pijlen volgen
|
[in de richting gaan die ze aanwijzen]
|
|
ik kan je niet volgen
|
[ik begrijp je niet]
|
|
wie volgt?
|
[wie is er aan de beurt]
|
|
hij antwoordde als volgt
|
[op de volgende manier]
|
|
een kansje wagen
|
[iets proberen]
|
|
waag het niet om ...!
|
[doe het niet]
|
|
wie niet waagt die niet wint
|
[wie iets wil bereiken, moet een risico nemen]
|
|
ik waag het erop
|
[ik doe een poging]
|
|
je leven wagen
|
[je leven op het spel zetten]
|
|
iemand te slim af zijn
|
[hem doorzien en zorgen dat zijn plannen niet doorgaan]
|
|
wie niet sterk is, moet slim zijn ]
|
[wie geen kracht heeft, moet zijn verstand gebruiken]
|
|
sterke longen hebben
|
[niet gauw buiten adem raken]
|
|
sterk staan
|
[een positie hebben die niet gemakkelijk aan te vallen is]
|
|
zich ergens sterk voor maken
|
[er je best voor doen]
|
|
dat is sterk uitgedrukt
|
[dat is overdreven]
|
|
de sterke arm
|
[de politie]
|
|
zo sterk als een beer (paard)
|
[heel sterk]
|
|
het sterke geslacht
|
[de mannen]
|
|
een sterke man
|
[iemand die autoritair leiding geeft en orde weet te scheppen]
|
|
acht man sterk
|
[met z'n achten]
|
|
acht man sterk
|
[met z'n achten]
|
|
het recht van de sterkste]
|
[de overmacht die iemand heeft omdat hij de meeste kracht heeft]
|
|
wie niet sterk is, moet slim zijn
|
[wie geen kracht heeft, moet zijn verstand gebruiken]
|
|
een sterk werkwoord
|
[met klinkerwisseling in de verleden tijd]
|
|
ik maak mij sterk dat...
|
[ik vind het waarschijnlijk]
|
|
een sterk werkwoord ]
|
[dat in de verleden tijd van klank verandert]
|
|
laat eens van je horen!
|
[stuur eens een bericht]
|
|
ik heb het van horen zeggen
|
[anderen hebben het me verteld]
|
|
wie niet horen wil, moet maar voelen
|
[als je niet gehoorzaamt krijg je klappen]
|
|
horen en zien vergaat je
|
[het is een vreselijke herrie]
|
|
daar ben je mooi klaar mee
|
[blijk van medeleven als iemand in een nare situatie zit]
|
|
iemand uitmaken voor alles wat mooi en lelijk is
|
[uitschelden]
|
|
nou nog mooier!
|
[verontwaardigde reactie op een belediging]
|
|
jij hebt mooi praten
|
[jij zit niet met die problemen]
|
|
het is te mooi om waar te zijn
|
[zo fijn dat ik het bijna niet kan geloven]
|
|
mooi weer spelen
|
[doen alsof er niets aan de hand is]
|
|
een mooi portret
|
[een kleurrijk, bijzonder persoon]
|
|
het mooie eraf kijken
|
[ergens lang naar kijken]
|
|
hij is niet moeders mooiste
|
[lelijk]
|
|
wie mooi wil zijn, moet pijn lijden
|
[voor een fraai uiterlijk moet je wat overhebben]
|
|
het is weer mooi geweest
|
[we gaan stoppen]
|
|
daar komen we mooi van af
|
[zonder veel schade]
|
|
mooie jongen ben jij!
|
[wat je gedaan hebt is niet zo leuk]
|
|
het is mooi geweest zo
|
[zeg je als iemand ergens mee ophoudt]
|
|
mooi niet!
|
[beslist niet]
|
|
pijn in je portemonnee
|
[geldgebrek]
|
|
wie mooi wil gaan moet pijn lijden]
|
[voor een fraai uiterlijk moet je iets over hebben]
|
|
met pijn en moeite
|
[met erg veel inspanning]
|
|
geen centje pijn
|
[niet de geringste moeite]
|
|
de dokter heeft geen dienst
|
[werkt vandaag niet]
|
|
de ene dienst is de andere waard
|
[als je mij helpt, help ik jou]
|
|
tot uw dienst
|
[als iemand je bedankt omdat je wat voor hem deed]
|
|
wat is er van uw dienst?
|
[waarmee kan ik u helpen?]
|
|
wie maakt hier de dienst uit?
|
[wie is de baas?]
|
|
de lift is buiten dienst
|
[doet het niet]
|
|
ik heb geen flauw idee
|
[ik zou het echt niet weten]
|
|
ik heb er geen idee van
|
[ik weet het echt niet]
|
|
hem op een idee brengen
|
[hem helpen een idee te krijgen]
|
|
wie kwam op dat idee?
|
[wie bedacht dat?]
|
|
naar mijn idee kan dat niet
|
[volgens mij kan dat niet]
|
|
een balletje trappen
|
[een partijtje voetballen]
|
|
wie kaatst moet de bal verwachten
|
[als je plaagt word je teruggeplaagd]
|
|
er geen bal van snappen
|
[er niets van snappen]
|
|
de bal afgeven
|
[aan iemand anders toespelen]
|
|
de bal ligt nu bij hem
|
[nu moet hij actie ondernemen]
|
|
ergens een balletje over opgooien
|
[erover beginnen om de reacties te peilen]
|
|
de bal is rond
|
[er is van alles mogelijk]
|
|
de bal terugkaatsen
|
[een gevat antwoord geven]
|
|
ergens de ballen van begrijpen
|
[er niets van snappen]
|
|
het interesseert me geen bal
|
[niets]
|
|
er de ballen verstand van hebben
|
[er helemaal geen verstand van hebben]
|
|
de ballen!
|
[informele afscheidsgroet]
|
|
geen bal uitvoeren
|
[helemaal niets]
|
|
tot de volgende keer
|
[de keer na deze keer]
|
|
wie is het volgende slachtoffer?
|
[wie is er aan de beurt?]
|
|
wie is aan slag?
|
[aan de beurt om te slaan]
|
|
polsslag
|
[het kloppen van het bloed in de pols]
|
|
het is op slag van zessen
|
[bijna zes uur]
|
|
een vrije slag
|
[die je ongehinderd mag nemen]
|
|
met de Franse slag
|
[haastig en oppervlakkig]
|
|
hij heeft er slag van
|
[hij is er handig in]
|
|
het was een slag in de lucht
|
[een onzekere gok]
|
|
zijn slaag slaan ]
|
[van een gunstige situatie profiteren]
|
|
zonder slag of stoot
|
[zonder zich te verzetten]
|
|
zonder slag of stoot
|
[zonder dat erover gestreden hoeft te worden]
|
|
een slag kleiner
|
[iets kleiner]
|
|
je slag slaan
|
[een kans krijgen en die benutten]
|
|
er een slag naar slaan
|
[ernaar raden]
|
|
aan de slag gaan
|
[beginnen]
|
|
van slag zijn
|
[van streek, overstuur]
|
|
een slag om de arm houden
|
[nog geen definitieve uitspraak doen]
|
|
op slag dood
|
[direct dood]
|
|
ZVV is aan de bal ]
|
[de spelers van ZVV hebben de bal]
|
|
ik vind er niets aan
|
[ik vind het niet leuk]
|
|
hij is er slecht aan toe
|
[het gaat slecht met hem]
|
|
wie is aan de beurt?
|
[wie is de volgende klant?]
|
|
hoe kom je aan die hoed?
|
[hoe heb je die hoed gekregen?]
|
|
ik kan er niets aan doen
|
[ik kan het niet helpen, het is mijn schuld niet]
|
|
ik vind er niets aan
|
[ik vind het helemaal niet leuk]
|
|
alles was in kannen en kruiken
|
[klaar, geregeld]
|
|
altijd het onderste uit de kan willen hebben
|
[het meeste willen van allemaal]
|
|
wie het onderste uit de kan wil hebben, krijgt het deksel op zijn neus
|
[waarschuwing voor mensen die erg begerig zijn]
|
|
wie het laatst lacht, lacht het best
|
[om duidelijk te maken dat een ander je te vroeg uitlacht]
|
|
een klein eindje
|
[een kort stukje]
|
|
ik krijg hem wel klein
|
[ik win het wel van hem]
|
|
wie het kleine niet eert, is het grote niet weerd ]
|
[wie niet blij is met iets kleins, is het niet waard iets groots te krijgen]
|
|
het kleinste kamertje
|
[het toilet]
|
|
hij is voor geen kleintje vervaard
|
[durft alles aan]
|
|
iemand een kopje kleiner maken
|
[hem doden]
|
|
alles kort en klein slaan
|
[kapot slaan]
|
|
wat is de wereld toch klein!
|
[dat zeg je als je ver van huis vrienden of kennissen tegenkomt]
|
|
daar is hij een kleine jongen bij
|
[vergeleken daarmee is hij onbeduidend]
|
|
de kleine
|
[de baby of de peuter]
|
|
een kleine boodschap doen
|
[plassen, urineren]
|
|
een kleine eter zijn
|
[weinig eten]
|
|
wie het kleine niet eert, is het grote niet weerd
|
[wie niet blij is met iets kleins, verdient geen waardevolle, dure dingen]
|
|
heeft u het niet kleiner?
|
[in munten met een geringere waarde?]
|
|
de kleine kas
|
[geld voor dagelijkse uitgaven]
|
|
voor een klein prijsje
|
[voor weinig geld]
|
|
de kleine kaart
|
[beperkte kaart met eenvoudige gerechten]
|
|
hij is nogal klein van geest
|
[bekrompen]
|
|
een klein jaar
|
[bijna een jaar]
|
|
wie het eerst komt, het eerst maalt
|
[wie er het eerste bij is, heeft de eerste kans]
|
|
erachter komen
|
[het ontdekken]
|
|
tussenbeide komen
|
[bemiddelen in een ruzie]
|
|
tot jezelf komen
|
[weer rustig en helder worden]
|
|
er kwam iets tussen
|
[iets verhinderde het]
|
|
hoe komt dat?
|
[wat is de oorzaak?]
|
|
er kwam iets tussen
|
[iets verhinderde het]
|
|
hoe komt dat?
|
[wat is de oorzaak?]
|
|
hoe kom je daarbij
|
[waar haal je dat idee vandaan?]
|
|
dat komt ervan als je teveel eet
|
[dat is het gevolg]
|
|
ik kan niet op zijn naam komen
|
[ik kan me zijn naam niet herinneren]
|
|
het komt wel goed
|
[het loopt wel goed af]
|
|
kom op!
|
[laat de moed niet zakken]
|
|
die som is moeilijk, ik kom er niet uit
|
[ik kan hem niet oplossen]
|
|
ik zal het wel te weten komen
|
[ik ontdek het wel]
|
|
een brede rug hebben
|
[veel kritiek kunnen verdragen]
|
|
een brede scheiding hebben (bij mannen)
|
[kaal zijn]
|
|
brede schouders hebben
|
[veel kunnen verdragen]
|
|
het is zo lang als het breed is ]
|
[het komt op hetzelfde neer]
|
|
wie het breed heeft, laat het breed hangen
|
[wie veel bezit, kan veel uitgeven]
|
|
het niet breed hebben
|
[arm zijn]
|
|
al lang en breed
|
[al lang]
|
|
het er lang en breed over gehad hebben
|
[uitgebreid besproken hebben]
|
|
voor een breed publiek
|
[van veel verschillende mensen]
|
|
het breed uitmeten
|
[overdreven voorstellen]
|
|
wij hebben het niet breed
|
[wij hebben niet veel geld]
|
|
wie het breed heeft, laat het breed hangen
|
[wie veel geld heeft, kan veel uitgeven]
|
|
een brede rug hebben
|
[veel kritiek kunnen verdragen]
|
|
een brede scheiding hebben (bij mannen)
|
[kaal zijn]
|
|
brede schouders hebben
|
[veel kunnen verdragen]
|
|
het is zo lang als het breed is
|
[het komt op hetzelfde neer]
|
|
wie het breed heeft, laat het breed hangen
|
[wie veel bezit, kan veel uitgeven]
|
|
het niet breed hebben
|
[arm zijn]
|
|
al lang en breed
|
[al lang]
|
|
het er lang en breed over gehad hebben
|
[uitgebreid besproken hebben]
|
|
voor een breed publiek
|
[van veel verschillende mensen]
|
|
het breed uitmeten
|
[overdreven voorstellen]
|
|
wij hebben het niet breed
|
[wij hebben niet veel geld]
|
|
wie het breed heeft, laat het breed hangen
|
[wie veel geld heeft, kan veel uitgeven]
|
|
wie heeft me dat geleverd?
|
[wie heeft me dat aangedaan?]
|
|
hij heeft het 'm geleverd
|
[hij heeft het gepresteerd]
|
|
hij heeft last van zijn geweten
|
[voelt zich schuldig]
|
|
wie heeft dat op zijn geweten?
|
[wie heeft het gedaan?]
|
|
een kwaad geweten hebben
|
[zich schuldig voelen]
|
|
gestolen goed gedijt niet
|
[wat je gestolen hebt brengt je ongeluk]
|
|
have en goed verliezen
|
[al zijn bezit]
|
|
have en goed verliezen
|
[al zijn bezit]
|
|
onroerend goed
|
[bezittingen die niet van hun plaats kunnen, bijvoorbeeld huizen]
|
|
dat belooft niet veel goeds
|
[reactie op een ongunstig voorteken]
|
|
geen goed meer kunnen doen bij iemand
|
[helemaal bij hem uit de gunst zijn]
|
|
hou me ten goede
|
[verontschuldiging als je iets vervelends gaat zeggen]
|
|
ten goede komen aan iemand of iets
|
[gunstig zijn voor iemand of iets]
|
|
dit geld komt ten goede aan de kerk
|
[is voor de kerk]
|
|
hij doet zich te goed aan paling
|
[hij zit lekker te smullen van paling]
|
|
ik heb nog iets te goed
|
[ik moet nog iets krijgen]
|
|
ter ere van het jubileum
|
[vanwege het jubileum]
|
|
ik heb de eer u mee te delen ..
|
[het is voor mij heel bijzonder dat ik u mee mag delen ..]
|
|
hem de laatste eer bewijzen
|
[bij zijn begrafenis zijn]
|
|
ik heb het naar eer en geweten gedaan
|
[zoals ik dacht dat goed was]
|
|
Jasper doet de tafel eer aan
|
[hij eet goed]
|
|
Jasper doet de tafel eer aan
|
[hij eet goed]
|
|
Koen Flink doet zijn naam eer aan
|
[doet wat bij zijn naam past]
|
|
het in ere herstellen
|
[het opnieuw gaan gebruiken]
|
|
wie gaat met de eer strijken?
|
[wie krijgt alle bewondering?]
|
|
wie eens steelt, is altijd een dief
|
[als je een keer gestolen hebt, vertrouwen de mensen je nooit meer]
|
|
hem knijpen als een oude dief
|
[heel bang zijn]
|
|
de gelegenheid maakt de dief
|
[waarschuwing om het dieven niet te gemakkelijk te maken]
|
|
een dief van je eigen portemonnee zijn
|
[jezelf benadelen]
|
|
in de put zitten
|
[verdrietig, neerslachtig zijn]
|
|
wie een put graaft voor een ander, valt er zelf in
|
[wie een ander kwaad wil doen, heeft daar vaak zelf last van]
|
|
het is een bodemloze put
|
[iets wat eindeloos geld kost]
|
|
iemand uit de put halen
|
[opvrolijken]
|
|
als het kalf verdronken is, dempt men de put
|
[men treft pas maatregelen als het te laat is]
|
|
wie een kuil graaft voor een ander, valt er zelf in
|
[wie een ander kwaad wil doen, heeft daar zelf last van]
|
|
daar zal ik een stokje voor steken
|
[dat zal ik verhinderen]
|
|
hij krijgt het met iedereen aan de stok
|
[heeft met iedereen ruzie]
|
|
je krijgt mij daar met geen stok naar toe
|
[ik ga absoluut niet]
|
|
dat is een stok achter de deur
|
[iets vervelends waarmee je hem aan kunt sporen]
|
|
iemand een stok tussen de benen steken
|
[zijn plannen verhinderen]
|
|
alle gekheid op een stokje
|
[nu is het afgelopen met grappig doen]
|
|
wie een hond wil slaan, vindt licht een stok
|
[wie kwaad wil, vindt altijd wel een reden]
|
|
met de kippen op stok gaan
|
[vroeg naar bed gaan]
|
|
met geen stok
|
[op geen enkele wijze]
|
|
van je stokje gaan
|
[flauwvallen]
|
|
wie doet de post op de bus?
|
[in de brievenbus]
|
|
hij kwam als beste uit de bus
|
[tevoorschijn]
|
|
het klopt als een bus
|
[helemaal, perfect]
|
|
z'n kalmte bewaren
|
[niet boos worden]
|
|
wie wat bewaart heeft wat
|
[het is verstandig om iets te bewaren voor als je het nodig hebt]
|
|
wortel schieten
|
[zich met de wortels vasthechten in de grond]
|
|
het met wortel en tak uitroeien
|
[helemaal]
|
|
het eens worden
|
[overeenstemming bereiken]
|
|
het wordt hoog tijd
|
[de tijd is aangebroken]
|
|
wordt vervolgd
|
[we gaan er de volgende keer mee door]
|
|
er wijs uit worden
|
[zien hoe het in elkaar zit]
|
|
hij heeft het niet met zoveel woorden gezegd
|
[niet precies zo]
|
|
hem aan het woord laten
|
[hem de anderen toe laten spreken]
|
|
met andere woorden
|
[anders gezegd]
|
|
er geen woorden voor hebben
|
[het heel goed of heel erg vinden]
|
|
je haalt me de woorden uit de mond
|
[je zegt wat ik net had willen zeggen]
|
|
er geen woorden aan vuil willen maken
|
[er niet over willen spreken]
|
|
hij had het hoogste woord
|
[was steeds op een overheersende manier aan het praten]
was steeds op een |
|
het hoge woord komt eruit
|
[hij zegt wat hij eerst niet durfde te zeggen]
|
|
met twee woorden spreken
|
['ja meneer' zeggen, in plaats van 'ja']
|
|
iemand woorden in de mond leggen
|
[niet juist navertellen wat hij gezegd heeft]
|
|
het laatste woord willen hebben
|
[er als laatste iets over willen beslissen]
|
|
van het ene woord kwam het andere
|
[het ontaardde in ruzie]
|
|
wiens brood men eet, diens woord men spreekt
|
[je staat aan de kant van degene bij wie je in dienst bent]
|
|
geen woorden maar daden
|
[we hebben niets aan praatjes alleen]
|
|
dat is geen woord teveel gezegd
|
[dat is niet overdreven]
|
|
woorden hebben
|
[ruzie hebben]
|
|
holle woorden
|
[zonder inhoud]
|
|
het hoogste woord hebben
|
[druk en zelfbewust praten]
|
|
let op mijn woorden!
|
[dat zal zeker gebeuren]
|
|
woorden schieten tekort
|
[het is niet in woorden uit te drukken]
|
|
met twee woorden spreken
|
[niet alleen met ja of nee antwoorden]
|
|
woord voor woord
|
[volledig en precies]
|
|
je woorden wegen
|
[zorgvuldig formuleren]
|
|
ik geloof je op je woord
|
[omdat je het zegt]
|
|
woord houden
|
[doen wat je beloofd hebt]
|
|
iemand aan zijn woord houden
|
[verlangen dat hij doet wat hij beloofd heeft]
|
|
een man van zijn woord
|
[iemand die zich aan zijn afspraken houdt]
|
|
een man een man, een woord een woord
|
[iemand die eerlijk is, houdt zich aan zijn beloftes]
|
|
iemand aan het woord laten
|
[laten uitspreken]
|
|
het woord voeren
|
[spreken]
|
|
zijn woordje kunnen doen
|
[zich goed kunnen uitdrukken]
|
|
het woord richten tot iemand
|
[hem toespreken]
|
|
iemand te woord staan
|
[hem aanhoren]
|
|
een goed woordje voor hem doen
|
[hem aanbevelen]
|
|
een vies woord
|
[een woord dat met seks of met ontlasting te maken heeft]
|
|
niet uit je woorden kunnen komen
|
[er niet in slagen het te zeggen]
|
|
hem op zijn woord geloven
|
[hij hoeft het niet te bewijzen]
|
|
een hartig woordje spreken met iemand
|
[hem zeggen wat je vindt]
|
|
er was geen woord tussen te krijgen
|
[ik kreeg niet de kans om iets te zeggen]
|
|
een goed verstaander heeft maar een half woord nodig
|
[voor iemand die goed luistert, is een aanduiding voldoende]
|
|
enkele woorden wisselen
|
[met elkaar spreken]
|
|
een aardig woordje Engels spreken
|
[die taal goed beheersen]
|
|
altijd het laatste woord willen hebben
|
[altijd nog iets willen toevoegen]
|
|
de daad bij het woord voegen
|
[een plan meteen ten uitvoer brengen]
|
|
daar is geen woord Frans bij
|
[dat is heel duidelijk]
|
|
daarover is het laatste woord nog niet gesproken
|
[die zaak is nog niet afgehandeld]
|
|
woorden hebben
|
[ruzie hebben]
|
|
dat heb ik niet graag
|
[dat vind ik niet plezierig]
|
|
mag hem graag
|
[ik vind hem erg aardig]
|
|
wil je koffie? ja, graag!
|
[ja, lekker!]
|
|
je er zorgen over maken
|
[bang zijn dat het verkeerd afloopt]
|
|
dat is van later zorg
|
[daar maken we ons nu nog niet druk om]
|
|
dat zal mij een zorg zijn
|
[dat kan me niets schelen]
|
|
zorgen hebben
|
[bang zijn voor de toekomst]
|
|
wij zijn uit de zorgen
|
[wij hoeven nergens meer bezorgd over te zijn]
|
|
dat baart me zorgen
|
[daar ben ik bezorgd over]
|
|
een zieltje zonder zorg
|
[iemand die onbekommerd leeft]
|
|
wij zijn telefonisch te bereiken
|
[je kunt ons bellen]
|
|
de kosten rijzen de pan uit
|
[ze worden erg hoog]
|
|
de vijand in de pan hakken
|
[helemaal verslaan]
|
|
het was een pan!
|
[een enorme rotzooi]
|
|
een veeg uit de pan krijgen
|
[een flinke berisping]
|
|
de vlam slaat in de pan
|
[de inhoud van de pan vliegt in brand]
|
|
wij zijn onder de pannen
|
[we hebben onderdak]
|
|
ik neem de maat
|
[ik meet]
|
|
met mate
|
[niet te veel]
|
|
hij kan geen maat houden
|
[neemt altijd teveel]
|
|
met twee maten meten
|
[verschillende normen gebruiken]
|
|
de maat is vol
|
[ik neem het niet langer]
|
|
de maat is vol
|
[ik neem het niet langer]
|
|
in hoge mate
|
[zeer]
|
|
in alle soorten en maten
|
[in alle variëteiten]
|
|
beneden de maat
|
[onvoldoende]
|
|
in de maat zingen
|
[goed volgens het telpatroon van het stuk]
|
|
in de maat lopen
|
[volgens een vast ritme]
|
|
wij zijn goede maatjes
|
[met elkaar bevriend]
|
|
Jan Rap en zijn maat
|
[uitschot, tuig]
|
|
een brede rug hebben
|
[veel kritiek kunnen verdragen]
|
|
een brede scheiding hebben (bij mannen)
|
[kaal zijn]
|
|
brede schouders hebben
|
[veel kunnen verdragen]
|
|
het is zo lang als het breed is
|
[het komt op hetzelfde neer]
|
|
wie het breed heeft, laat het breed hangen
|
[wie veel bezit, kan veel uitgeven]
|
|
het niet breed hebben
|
[arm zijn]
|
|
al lang en breed
|
[al lang]
|
|
het er lang en breed over gehad hebben
|
[uitgebreid besproken hebben]
|
|
voor een breed publiek
|
[van veel verschillende mensen]
|
|
het breed uitmeten
|
[overdreven voorstellen]
|
|
wij hebben het niet breed
|
[wij hebben niet veel geld]
|
|
wie het breed heeft, laat het breed hangen
|
[wie veel geld heeft, kan veel uitgeven]
|
|
zij is van mening dat ...
|
[zij vindt dat ...]
|
|
wij hebben een verschil van mening
|
[we zijn het niet met elkaar eens]
|
|
hij geeft zijn mening over het onderwerp
|
[hij zegt wat hij ervan vindt]
|
|
naar mijn mening ...
|
[ik vind ....]
|
|
wij beleven daar veel plezier aan
|
[wij vinden het erg prettig en leuk]
|
|
wil je mij een plezier doen
|
[iets doen wat mij blij maakt]
|
|
plezier maken
|
[samen met anderen iets leuks doen]
|
|
met plezier!
|
[ik doe het graag]
|
|
veel plezier!
|
[zorg dat je het leuk hebt]
|
|
daarmee is geen droog brood te verdienen
|
[het levert geen geld op]
|
|
droog brood eten ]
|
[heel arm zijn]
|
|
de honden lusten er geen brood van
|
[het is schandalig]
|
|
de mens leeft niet van brood alleen
|
[heeft hogere behoeften dan alleen eten en drinken]
|
|
je de kaas niet van het brood laten eten
|
[opkomen voor jezelf]
|
|
iets op je brood krijgen
|
[er de schuld van krijgen, er een verwijt over krijgen]
|
|
het brood uit de mond sparen
|
[bezuinigen op wat je eet, voor iemand anders]
|
|
iemand het brood uit de mond stoten
|
[hem afnemen waar hij zijn geld mee verdient]
|
|
op water en brood zitten
|
[in de gevangenis]
|
|
wiens brood men eet, diens woord men spreekt
|
[je staat aan de kant van degene van wie je afhankelijk bent]
|
|
ergens geen brood in zien
|
[niet verwachten dat het iets oplevert]
|
|
hij heeft het niet met zoveel woorden gezegd
|
[niet precies zo]
|
|
hem aan het woord laten
|
[hem de anderen toe laten spreken]
|
|
met andere woorden
|
[anders gezegd]
|
|
er geen woorden voor hebben
|
[het heel goed of heel erg vinden]
|
|
je haalt me de woorden uit de mond
|
[je zegt wat ik net had willen zeggen]
|
|
er geen woorden aan vuil willen maken
|
[er niet over willen spreken]
|
|
hij had het hoogste woord
|
[was steeds op een overheersende manier aan het praten]
|
|
het hoge woord komt eruit
|
[hij zegt wat hij eerst niet durfde te zeggen]
|
|
met twee woorden spreken
|
['ja meneer' zeggen, in plaats van 'ja']
|
|
iemand woorden in de mond leggen
|
[niet juist navertellen wat hij gezegd heeft]
|
|
het laatste woord willen hebben
|
[er als laatste iets over willen beslissen]
|
|
van het ene woord kwam het andere
|
[het ontaardde in ruzie]
|
|
wiens brood men eet, diens woord men
|
spreekt [je staat aan de kant van degene bij wie je in dienst bent]
|
|
geen woorden maar daden
|
[we hebben niets aan praatjes alleen]
|
|
ergens geen woorden voor hebben
|
[het niet kunnen uitleggen]
|
|
dat is geen woord teveel gezegd
|
[dat is niet overdreven]
|
|
woorden hebben
|
[ruzie hebben]
|
|
holle woorden
|
[zonder inhoud]
|
|
het hoogste woord hebben
|
[druk en zelfbewust praten]
|
|
let op mijn woorden!
|
[dat zal zeker gebeuren]
|
|
woorden schieten tekort
|
[het is niet in woorden uit te drukken]
|
|
met twee woorden spreken
|
[niet alleen met ja of nee antwoorden]
|
|
woord voor woord
|
[volledig en precies]
|
|
je woorden wegen
|
[zorgvuldig formuleren]
|
|
ik geloof je op je woord
|
[omdat je het zegt]
|
|
woord houden
|
[doen wat je beloofd hebt]
|
|
iemand aan zijn woord houden
|
[verlangen dat hij doet wat hij beloofd heeft]
|
|
een man van zijn woord
|
[iemand die zich aan zijn afspraken houdt]
|
|
een man een man, een woord een woord
|
[iemand die eerlijk is, houdt zich aan zijn beloftes]
|
|
iemand aan het woord laten
|
[laten uitspreken]
|
|
het woord voeren
|
[spreken]
|
|
zijn woordje kunnen doen
|
[zich goed kunnen uitdrukken]
|
|
het woord richten tot iemand
|
[hem toespreken]
|
|
iemand te woord staan
|
[hem aanhoren]
|
|
een goed woordje voor hem doen
|
[hem aanbevelen]
|
|
een vies woord
|
[een woord dat met seks of met ontlasting te maken heeft]
|
|
niet uit je woorden kunnen komen
|
[er niet in slagen het te zeggen]
|
|
hem op zijn woord geloven
|
[hij hoeft het niet te bewijzen]
|
|
een hartig woordje spreken met iemand
|
[hem zeggen wat je vindt]
|
|
er was geen woord tussen te krijgen
|
[ik kreeg niet de kans om iets te zeggen
|
|
een goed verstaander heeft maar een half woord nodig
|
[voor iemand die goed luistert, is een aanduiding voldoende]
|
|
enkele woorden wisselen
|
[met elkaar spreken]
|
|
een aardig woordje Engels spreken
|
[die taal goed beheersen]
|
|
altijd het laatste woord willen hebben
|
[altijd nog iets willen toevoegen]
|
|
de daad bij het woord voegen
|
[een plan meteen ten uitvoer brengen]
|
|
daarover is het laatste woord nog niet gesproken
|
[die zaak is nog niet afgehandeld]
|
|
woorden hebben
|
[ruzie hebben]
|
|
kunnen zwijgen
|
[een geheim kunnen bewaren]
|
|
hem het zwijgen opleggen
|
[verbieden te praten]
|
|
er het zwijgen toe doen
|
[er niets over zeggen]
|
|
hem tot zwijgen brengen
|
[laten stoppen met praten]
|
|
om nog maar te zwijgen van ...
|
[dan hebben we het nog niet eens daarover]
|
|
wie zwijgt stemt toe
|
[als je niets zegt ben je het ermee eens]
|
|
een gat in de markt
|
[iets waar behoefte aan is en dat er nog niet is]
|
|
hij heeft een gat in zijn hand
|
[geeft teveel geld uit]
|
|
we sprongen een gat in de lucht
|
[waren erg blij]
|
|
daar is het gat van de deur!
|
[ga weg!]
|
|
een gat in de begroting
|
[begrotingstekort]
|
|
een gat in de dag slapen
|
[laat wakker worden]
|
|
iemand in de gaten houden
|
[scherp op hem letten]
|
|
tot het gaatje gaan
|
[tot het uiterste]
|
|
praatjes vullen geen gaatjes
|
[met mooie beloftes schieten we niets op]
|
|
in een gat vallen
|
[in een hopeloze situatie terechtkomen]
|
|
wie zijn gat verbrandt moet op de blaren zitten
|
[als je iets doms doet, moet je boeten]
|
|
het in de gaten hebben
|
[het merken, weten hoe het zit]
|
|
hem in de gaten houden
Meer |
[op hem letten]
|
|
iemand om de tuin leiden
|
[hem bedriegen, misleiden]
|
|
in zijn knollentuin zijn
|
[het erg naar zijn zin hebben]
|
|
een botanische tuin
|
[plantentuin]
|
|
ieder moet zijn eigen tuintje wieden
|
[zijn eigen gebreken verbeteren]
|
|
wie zijn eigen tuintje wiedt, ziet het onkruid van een ander niet
|
[aansproring om vooral voor jezelf kritisch te zijn]
|
|
wie zijn billen brandt, moet op de blaren zitten
|
[als je iets verkeerds doet, moet je daarvoor boeten]
|
|
met zijn billen bloot moeten [
|
[alles wordt tot op de bodem uitgezocht]
|
|
iemand voor zijn billen geven
|
[een pak slaag geven]
|
|
wie zijn billen brandt, moet op de blaren zitten
|
[als je iets verkeerds doet, moet je daarvoor boeten]
|
|
iemand voor zijn billen geven
|
[een pak slaag geven]
|
|
van de wind kun je niet leven
|
[je moet werken om aan de kost te komen]
|
|
het gaat hem voor de wind
|
[alles gaat voorspoedig]
|
|
met alle winden meewaaien
|
[met iedereen meepraten]
|
|
hij heeft de wind eronder
|
[ze doen wat hij zegt]
|
|
de wind van voren krijgen
|
[scherpe kritiek krijgen]
|
|
iets in de wind slaan
|
[er niet op letten]
|
|
wind en weder dienende
|
[als het goed weer is]
|
|
wie wind zaait, zal storm oogsten
|
[voor fouten word je vaak zwaar gestraft]
|
|
als de wind
|
[zeer snel]
|
|
er waait een frisse wind
|
[er is een nieuwe aanpak]
|
|
waait de wind uit díe hoek?
|
[zit het zo?]
|
|
weten uit wat voor hoek de wind waait
|
[waar de tegenwerking vandaan komt]
|
|
van de wind kun je niet leven
|
[er moet gewerkt worden voor de kost]
|
|
je kop in de wind gooien
|
[opstandig, tegendraads zijn]
|
|
de wind gaat liggen
|
[het houdt op met waaien]
|
|
de wind mee hebben
|
[in gunstige omstandigheden zijn]
|
|
de wind ruimt
|
[gaat door het noorden naar het westen]
|
|
een waarschuwing in de wind slaan
|
[er niets mee doen]
|
|
een uur in de wind stinken
|
[heel erg stinken]
|
|
hem de wind uit de zeilen nemen
|
[hem hinderen, gaan doen wat hij al wilde gaan doen]
|
|
zoals de wind waait, waait zijn jasje
|
[hij doet altijd waar hij het meeste voordeel van heeft]
|
|
een storm in een glas water
|
[grote ophef om een onbelangrijke zaak]
|
|
wie wind zaait, zal storm oogsten
|
[voor een kleine misstap word je zwaar gestraft]
|
|
stilte voor de storm ]
|
[onheilspellende rust of stilte]
|
|
het te weten komen
|
[het horen of lezen]
|
|
voor je het weet ....
|
[voor je er erg in hebt]
|
|
wie weet!
|
[het zou best kunnen]
|
|
ik weet er niets vanaf
|
[ik ben onschuldig]
|
|
hij weet altijd alles beter
|
[is eigenwijs]
|
|
er weet van hebben
|
[het weten]
|
|
zij weet er wel iets op
|
[zij weet een oplossing voor het probleem]
|
|
z'n kalmte bewaren
|
[niet boos worden]
|
|
wie wat bewaart heeft wat
|
[het is verstandig om iets te bewaren voor als je het nodig hebt]
|
|
de pijlen volgen
|
[in de richting gaan die ze aanwijzen]
|
|
ik kan je niet volgen
|
[ik begrijp je niet]
|
|
wie volgt?
|
[wie is er aan de beurt]
|
|
hij antwoordde als volgt
|
[op de volgende manier]
|
|
een kansje wagen ]
|
[iets proberen]
|
|
waag het niet om ...!
|
[doe het niet]
|
|
wie niet waagt die niet wint
|
[wie iets wil bereiken, moet een risico nemen]
|
|
ik waag het erop
|
[ik doe een poging]
|
|
je leven wagen
|
[je leven op het spel zetten]
|
|
iemand te slim af zijn
|
[hem doorzien en zorgen dat zijn plannen niet doorgaan]
|
|
wie niet sterk is, moet slim zijn
|
[wie geen kracht heeft, moet zijn verstand gebruiken]
|
|
laat eens van je horen!
|
[stuur eens een bericht]
|
|
ik heb het van horen zeggen
|
[anderen hebben het me verteld]
|
|
wie niet horen wil, moet maar voelen
|
[als je niet gehoorzaamt krijg je klappen]
|
|
horen en zien vergaat je
|
[het is een vreselijke herrie]
|
|
daar ben je mooi klaar mee
|
[blijk van medeleven als iemand in een nare situatie zit]
|
|
iemand uitmaken voor alles wat mooi en lelijk is
|
[uitschelden]
|
|
nou nog mooier!
|
[verontwaardigde reactie op een belediging]
|
|
jij hebt mooi praten
|
[jij zit niet met die problemen]
|
|
het is te mooi om waar te zijn
|
[zo fijn dat ik het bijna niet kan geloven]
|
|
mooi weer spelen
|
[doen alsof er niets aan de hand is]
|
|
een mooi portret
|
[een kleurrijk, bijzonder persoon]
|
|
het mooie eraf kijken
|
[ergens lang naar kijken]
|
|
hij is niet moeders mooiste
|
[lelijk]
|
|
wie mooi wil zijn, moet pijn lijden
|
[voor een fraai uiterlijk moet je wat overhebben]
|
|
het is weer mooi geweest
|
[we gaan stoppen]
|
|
daar komen we mooi van af
|
[zonder veel schade]
|
|
mooie jongen ben jij!
|
[wat je gedaan hebt is niet zo leuk]
|
|
het is mooi geweest zo
|
[zeg je als iemand ergens mee ophoudt]
|
|
mooi niet!
|
[beslist niet]
|
|
de dokter heeft geen dienst
|
[werkt vandaag niet]
|
|
de ene dienst is de andere waard
|
[als je mij helpt, help ik jou]
|
|
tot uw dienst
|
[als iemand je bedankt omdat je wat voor hem deed]
|
|
wat is er van uw dienst?
|
[waarmee kan ik u helpen?]
|
|
wie maakt hier de dienst uit?
|
[wie is de baas?]
|
|
de lift is buiten dienst
|
[doet het niet]
|
|
ik heb geen flauw idee
|
[ik zou het echt niet weten]
|
|
ik heb er geen idee van
|
[ik weet het echt niet]
|
|
hem op een idee brengen
|
[hem helpen een idee te krijgen]
|
|
wie kwam op dat idee?
|
[wie bedacht dat?]
|
|
naar mijn idee kan dat niet [
|
volgens mij kan dat niet]
|
|
een balletje trappen
|
[een partijtje voetballen]
|
|
wie kaatst moet de bal verwachten
|
[als je plaagt word je teruggeplaagd]
|
|
er geen bal van snappen
|
[er niets van snappen]
|
|
er geen bal van snappen
|
[er niets van snappen
|
|
de bal afgeven
|
[aan iemand anders toespelen
|
|
de bal ligt nu bij hem
|
[nu moet hij actie ondernemen]
|
|
ergens een balletje over opgooien
|
[erover beginnen om de reacties te peilen]
|
|
de bal terugkaatsen
|
[een gevat antwoord geven]
|
|
ergens de ballen van begrijpen
|
[er niets van snappen]
|
|
het interesseert me geen bal
|
[niets]
|
|
er de ballen verstand van hebben
|
[er helemaal geen verstand van hebben]
|
|
de ballen!
|
[informele afscheidsgroet]
|
|
geen bal uitvoeren
Meer informatie bij: |
[helemaal niets]
|
|
tot de volgende keer
|
[de keer na deze keer]
|
|
wie is het volgende slachtoffer?
|
[wie is er aan de beurt?]
|
|
wie is aan slag?
|
[aan de beurt om te slaan]
|
|
polsslag
|
[het kloppen van het bloed in de pols]
|
|
het is op slag van zessen
|
[bijna zes uur]
|
|
een vrije slag
|
[die je ongehinderd mag nemen]
|
|
met de Franse slag
|
[haastig en oppervlakkig]
|
|
hij heeft er slag van
|
[hij is er handig in]
|
|
het was een slag in de lucht
|
[een onzekere gok]
|
|
zijn slaag slaan
|
[van een gunstige situatie profiteren]
|
|
zonder slag of stoot
|
[zonder zich te verzetten]
|
|
een slag kleiner
|
[iets kleiner]
|
|
je slag slaan
|
[een kans krijgen en die benutten]
|
|
er een slag naar slaan
|
[ernaar raden]
|
|
aan de slag gaan
|
[beginnen]
|
|
van slag zijn
|
[van streek, overstuur]
|
|
een slag om de arm houden
|
[nog geen definitieve uitspraak doen]
|
|
op slag dood
|
[direct dood]
|
|
ZVV is aan de bal
|
[de spelers van ZVV hebben de bal]
|
|
ik vind er niets aan
|
[ik vind het niet leuk]
|
|
hij is er slecht aan toe
|
[het gaat slecht met hem]
|
|
wie is aan de beurt?
|
[wie is de volgende klant?]
|
|
hoe kom je aan die hoed?
|
[hoe heb je die hoed gekregen?]
|
|
ik kan er niets aan doen
|
[ik kan het niet helpen, het is mijn schuld niet]
|
|
ik vind er niets aan
|
[ik vind het helemaal niet leuk]
|
|
alles was in kannen en kruiken
|
[klaar, geregeld]
|
|
altijd het onderste uit de kan willen hebben
|
[het meeste willen van allemaal]
|
|
wie het onderste uit de kan wil hebben, krijgt het deksel op zijn neus
|
[waarschuwing voor mensen die erg begerig zijn]
|
|
wie het laatst lacht, lacht het best
|
[om duidelijk te maken dat een ander je te vroeg uitlacht]
|
|
een klein eindje
|
[een kort stukje]
|
|
ik krijg hem wel klein
|
[ik win het wel van hem]
|
|
wie het kleine niet eert, is het grote niet weerd
|
[wie niet blij is met iets kleins, is het niet waard iets groots te krijgen]
|
|
het kleinste kamertje
|
[het toilet]
|
|
hij is voor geen kleintje vervaard
|
[durft alles aan]
|
|
iemand een kopje kleiner maken
|
[hem doden]
|
|
alles kort en klein slaan
|
[kapot slaan]
|
|
wat is de wereld toch klein!
|
[dat zeg je als je ver van huis vrienden of kennissen tegenkomt]
|
|
daar is hij een kleine jongen bij
|
[vergeleken daarmee is hij onbeduidend]
|
|
de kleine
|
[de baby of de peuter]
|
|
een kleine boodschap doen
|
[plassen, urineren]
|
|
een kleine eter zijn
|
[weinig eten]
|
|
wie het kleine niet eert, is het grote niet weerd
|
[wie niet blij is met iets kleins, verdient geen waardevolle, dure dingen]
|
|
heeft u het niet kleiner?
|
[in munten met een geringere waarde?]
|
|
de kleine kas
|
[geld voor dagelijkse uitgaven]
|
|
voor een klein prijsje
|
[voor weinig geld]
|
|
de kleine kaart
|
[beperkte kaart met eenvoudige gerechten]
|
|
hij is nogal klein van geest
|
[bekrompen]
|
|
een klein jaar
|
[bijna een jaar]
|
|
een klein eindje
|
[een kort stukje]
|
|
ik krijg hem wel klein
|
[ik win het wel van hem]
|
|
wie het kleine niet eert, is het grote niet weerd
|
[wie niet blij is met iets kleins, is het niet waard iets groots te krijgen]
|
|
het kleinste kamertje
|
[het toilet]
|
|
hij is voor geen kleintje vervaard
|
[durft alles aan]
|
|
iemand een kopje kleiner maken
|
[hem doden]
|
|
alles kort en klein slaan
|
[kapot slaan]
|
|
wat is de wereld toch klein!
|
[dat zeg je als je ver van huis vrienden of kennissen tegenkomt]
|
|
daar is hij een kleine jongen bij
|
[vergeleken daarmee is hij onbeduidend]
|
|
de kleine
|
[de baby of de peuter]
|
|
een kleine boodschap doen
|
[plassen, urineren]
|
|
een kleine eter zijn
|
[weinig eten]
|
|
wie het kleine niet eert, is het grote niet weerd
|
[wie niet blij is met iets kleins, verdient geen waardevolle, dure dingen]
|
|
heeft u het niet kleiner?
|
[in munten met een geringere waarde?]
|
|
de kleine kas
|
[geld voor dagelijkse uitgaven]
|
|
voor een klein prijsje
|
[voor weinig geld]
|
|
de kleine kaart
|
[beperkte kaart met eenvoudige gerechten]
|
|
hij is nogal klein van geest
|
[bekrompen]
|
|
een klein jaar
|
[bijna een jaar]
|
|
een brede rug hebben
|
[veel kritiek kunnen verdragen]
|
|
een brede scheiding hebben (bij mannen)
|
[kaal zijn]
|
|
brede schouders hebben
|
[veel kunnen verdragen]
|
|
het is zo lang als het breed is
|
[het komt op hetzelfde neer]
|
|
wie het breed heeft, laat het breed hangen
|
[wie veel bezit, kan veel uitgeven]
|
|
het niet breed hebben
|
[arm zijn]
|
|
al lang en breed
|
[al lang]
|
|
al lang en breed
|
[al lang]
|
|
het er lang en breed over gehad hebben
|
[uitgebreid besproken hebben]
|
|
voor een breed publiek
|
[van veel verschillende mensen]
|
|
het breed uitmeten
|
[overdreven voorstellen]
|
|
wij hebben het niet breed
|
[wij hebben niet veel geld]
|
|
wie het breed heeft, laat het breed hangen
|
[wie veel geld heeft, kan veel uitgeven]
|
|
wie heeft me dat geleverd?
|
[wie heeft me dat aangedaan?]
|
|
hij heeft het 'm geleverd
|
[hij heeft het gepresteerd]
|
|
hij heeft last van zijn geweten
|
[voelt zich schuldig]
|
|
wie heeft dat op zijn geweten?
|
[wie heeft het gedaan?]
|
|
een kwaad geweten hebben
|
[zich schuldig voelen]
|
|
gestolen goed gedijt niet
|
[wat je gestolen hebt brengt je ongeluk]
|
|
have en goed verliezen
|
[al zijn bezit]
|
|
onroerend goed
|
[bezittingen die niet van hun plaats kunnen, bijvoorbeeld huizen]
|
|
dat belooft niet veel goeds
|
[reactie op een ongunstig voorteken]
|
|
geen goed meer kunnen doen bij iemand
|
[helemaal bij hem uit de gunst zijn]
|
|
hou me ten goede
|
[verontschuldiging als je iets vervelends gaat zeggen]
|
|
hou me ten goede ]
|
[verontschuldiging als je iets vervelends gaat zeggen]
|
|
ten goede komen aan iemand of iets
|
[gunstig zijn voor iemand of iets]
|
|
wie goed doet, goed ontmoet
|
[weldaden worden altijd beloond]
|
|
dit geld komt ten goede aan de kerk
|
[is voor de kerk]
|
|
hij doet zich te goed aan paling
|
[hij zit lekker te smullen van paling]
|
|
ik heb nog iets te goed
|
[ik moet nog iets krijgen]
|
|
ter ere van het jubileum
|
[vanwege het jubileum]
|
|
ik heb de eer u mee te delen ..
|
[het is voor mij heel bijzonder dat ik u mee mag delen ..]
|
|
hem de laatste eer bewijzen
|
[bij zijn begrafenis zijn]
|
|
ik heb het naar eer en geweten gedaan
|
[zoals ik dacht dat goed was]
|
|
Jasper doet de tafel eer aan
|
[hij eet goed]
|
|
Koen Flink doet zijn naam eer aan
|
[doet wat bij zijn naam past]
|
|
het in ere herstellen
|
[het opnieuw gaan gebruiken]
|
|
wie gaat met de eer strijken?
|
[wie krijgt alle bewondering?]
|
|
wie eens steelt, is altijd een dief
|
[als je een keer gestolen hebt, vertrouwen de mensen je nooit meer]
|
|
hem knijpen als een oude dief
|
[heel bang zijn]
|
|
de gelegenheid maakt de dief
|
[waarschuwing om het dieven niet te gemakkelijk te maken]
|
|
een dief van je eigen portemonnee zijn
|
[jezelf benadelen]
|
|
wie een kuil graaft voor een ander, valt er zelf in
|
[wie een ander kwaad wil doen, heeft daar zelf last van]
|
|
daar zal ik een stokje voor steken
|
[dat zal ik verhinderen]
|
|
hij krijgt het met iedereen aan de stok
|
[heeft met iedereen ruzie]
|
|
je krijgt mij daar met geen stok naar toe
|
[ik ga absoluut niet]
|
|
dat is een stok achter de deur
|
[iets vervelends waarmee je hem aan kunt sporen]
|
|
iemand een stok tussen de benen steken
|
[zijn plannen verhinderen]
|
|
alle gekheid op een stokje
|
[nu is het afgelopen met grappig doen]
|
|
wie een hond wil slaan, vindt licht een stok
|
[wie kwaad wil, vindt altijd wel een reden]
|
|
met de kippen op stok gaan
|
[vroeg naar bed gaan]
|
|
met geen stok
|
[op geen enkele wijze]
|
|
van je stokje gaan
|
[flauwvallen]
|
|
de bus pakken
|
[met de bus gaan]
|
|
wie doet de post op de bus?
|
[in de brievenbus]
|
|
hij kwam als beste uit de bus
|
[tevoorschijn]
|
|
het klopt als een bus
|
[helemaal, perfect]
|
|
ik weet waar de schoen wringt
|
[wat het probleem is]
|
|
hij loopt naast zijn schoenen van trots
|
[is erg trots]
|
|
hij trok de stoute schoenen aan
|
[doet iets waarvoor moed nodig is]
|
|
stevig in je schoenen staan
|
[er zeker van zijn]
|
|
wie de schoen past, trekt hem aan
|
[als het verwijt op jou slaat dan moet je er iets aan doen]
|
|
het hem in de schoenen schuiven
|
[beschuldigen]
|
|
de moed zinkt mij in de schoenen
|
[ik verlies alle moed]
|
|
ik zou niet graag in zijn schoenen willen staan
|
[niet graag meemaken wat hij meemaakt]
|
|
met lood in zijn schoenen
|
[angstig, en met tegenzin]
|
|
men moet geen oude schoenen weggooien eer men nieuwe heeft
|
[iets niet wegdoen voordat je iets beters hebt]
|
|
iemand iets in de schoenen schuiven
|
[zeggen dat hij iets vindt, of gedaan heeft]
|
|
de stoute schoenen aantrekken
|
[iets doen waarvoor je moed moet verzamelen]
|
|
met de tong op de schoenen
|
[uitgeput]
|
|
daar wringt de schoen
|
[daar zit de moeilijkheid]
|
|
je schoen zetten
|
[bij de schoorsteen zetten, zodat Sinterklaas er iets in kan doen]
|
|
hij bracht het er levend van af
|
[hij ging niet dood]
|
|
hij weet van voren niet dat hij van achteren leeft
|
[hij is helemaal in de war]
|
|
hij leeft voor zijn gezin
|
[zijn gezin is het belangrijkst]
|
|
leve de koningin
|
[hoera voor de koningin]
|
|
wie dan leeft wie dan zorgt
|
[je moet je geen zorgen maken voor het nodig is]
|
|
je moet leven en laten leven
|
[iedereen mag leven zoals hij wil]
|
|
een wettig huwelijk
|
[vastgelegd bij de burgerlijke stand]
|
|
wettig gedeponeerd
|
[een merk dat volgens de wet is ingeschreven]
|
|
wettige middelen
|
[middelen die volgens de wet mogen]
|
|
wetsontwerp
|
[beschrijving van de inhoud van een nieuwe wet]
|
|
het op de koop toe nemen
|
[iets vervelends erbij nemen]
|
|
het staat te koop
|
[je kunt het kopen]
|
|
ermee te koop lopen
|
[het aan iedereen laten merken of zien]
|
|
te koop zitten
|
[voor iedereen goed zichtbaar]
|
|
weten wat er in de wereld te koop is
|
[veel levenservaring hebben]
|
|
dat is mosterd na de maaltijd
|
[daar heb je niets meer aan, het komt te laat]
|
|
weten waar Abraham de mosterd
|
[op de hoogte haaltzijn, er alles van weten]
|
|
het hoekje om gaan
|
[doodgaan]
|
|
hij kan leuk uit de hoek komen
|
[leuke opmerkingen maken]
|
|
je moet je niet in een hoekje laten drukken
|
[toestaan dat anderen de baas over je spelen]
|
|
zocht in alle hoeken en gaten
|
[overal]
|
|
haar alle hoeken van de kamer laten zien
|
[mishandelen]
|
|
hij zit in de hoek waar de klappen vallen
|
[heeft het erg moeilijk]
|
|
hem in de hoek trappen
|
[slecht behandelen]
|
|
een ongeluk zit in een klein hoekje
|
[kan door een kleinigheid ontstaan]
|
|
weten uit wat voor hoek de wind waait
|
[waar de tegenstand vandaan komt]
|
|
van de wind kun je niet leven
|
[je moet werken om aan de kost te komen]
|
|
het gaat hem voor de wind
|
[alles gaat voorspoedig]
|
|
met alle winden meewaaien
|
[met iedereen meepraten]
|
|
hij heeft de wind eronder
|
[ze doen wat hij zegt]
|
|
de wind van voren krijgen
|
[scherpe kritiek krijgen]
|
|
iets in de wind slaan
|
[er niet op letten]
|
|
wind en weder dienende
|
[als het goed weer is]
|
|
wie wind zaait, zal storm oogsten
|
[voor fouten word je vaak zwaar gestraft]
|
|
als de wind
|
[zeer snel]
|
|
er waait een frisse wind
|
[er is een nieuwe aanpak]
|
|
waait de wind uit díe hoek?
|
[zit het zo?]
|
|
waait de wind uit díe hoek?
|
[zit het zo?]
|
|
weten uit wat voor hoek de wind waait
|
[waar de tegenwerking vandaan komt]
|
|
van de wind kun je niet leven
|
[er moet gewerkt worden voor de kost]
|
|
je kop in de wind gooien ]
|
[opstandig, tegendraads zijn
|
|
de wind gaat liggen
|
[het houdt op met waaien]
|
|
de wind mee hebben
|
[in gunstige omstandigheden zijn]
|
|
zijn neus in de wind steken
|
[hooghartig, arrogant zijn]
|
|
de wind ruimt
|
[gaat door het noorden naar het westen]
|
|
een waarschuwing in de wind slaan ]
|
[er niets mee doen]
|
|
een uur in de wind stinken
|
[heel erg stinken]
|
|
hem de wind uit de zeilen nemen
|
[hem hinderen, gaan doen wat hij al wilde gaan doen]
|
|
zoals de wind waait, waait zijn jasje
|
[hij doet altijd waar hij het meeste voordeel van heeft]
|
|
weten hoe de vork in de steel zit
|
[hoe het ervoor staat]
|
|
het is geen wet van Meden en Perzen
|
[geen regel waar iedereen zich aan moet houden]
|
|
hem de wet voorschrijven
|
[zeggen wat hij wel of niet mag doen]
|
|
wet is wet
|
[de wet moet nageleefd worden, al is het moeilijk]
|
|
hij staat boven de wet
|
[hoeft zich er niet aan te houden]
|
|
de heren van de wet
|
[mensen van de overheid]
|
|
we gaan er geen wet van maken
|
[geen vaste gewoonte]
|
|
naar de geest van de wet
|
[volgens de uitgangspunten ervan]
|
|
nood breekt wet
|
[als je erg in de knoei zit, hoef je je niet aan de wet te houden]
|
|
zijn woord is wet
|
[wat hij zegt moet gebeuren]
|
|
door de mazen van de wet kruipen
|
[op listige wijze de wet ontduiken]
|
|
trouwen voor de wet
|
[voor de burgerlijke stand]
|
|
nood breekt wet
|
[als je in moeilijkheden zit moet je wel eens dingen doen die verboden zijn]
|
|
zijn wil is wet
|
[hij bepaalt de regels]
|
|
vaker dan me lief is
|
[vaker dan ik zou willen]
|
|
als je leven je lief is...
|
[dreigement]
|
|
iets voor lief nemen
|
[er genoegen mee nemen]
|
|
dat neem ik voor lief
|
[ik wil het eigenlijk niet, maar accepteer het toch]
|
|
ik deed net zo lief wat anders
|
[eigenlijk wil ik het niet doen]
|
|
lieve deugd!
|
[uitroep van schrik en verbazing]
|
|
het lieve leventje
|
[het leven van alledag
|
|
werken dat het een lieve lust is
|
[intensief en met veel plezier werken]
|
|
net zo lief
|
[even graag]
|
|
het aan stukken slaan
|
[kapot slaan]
|
|
aan één stuk door
|
[voortdurend]
|
|
een man uit één stuk
|
[erg betrouwbaar]
|
|
stukje bij beetje
|
[langzaam en geleidelijk]
|
|
werken dat de stukken ervan afvliegen
|
[heel hard werken]
|
|
een stukje mee-eten
|
[een hapje mee-eten]
|
|
stukje bij beetje
|
[geleidelijk]
|
|
aan één stuk door
|
[voortdurend]
|
|
het ontbrekende stukje van de puzzel
|
[de oplossing]
|
|
iemand uit één stuk
|
[consequent in zijn opvattingen]
|
|
een stuk duidelijkheid scheppen
|
[enige duidelijkheid]
|
|
op geen stukken na
|
[in het geheel niet]
|
|
een raar stuk vreten
|
[een wonderlijke persoon]
|
|
stukken beter
|
[veel beter]
|
|
stuk voor stuk
|
[allemaal apart]
|
|
per stuk
|
[per exemplaar]
|
|
een stuk of tien
|
[ongeveer tien]
|
|
een aangetekend stuk
|
[waarvoor je een ontvangstbewijs moet tekenen]
|
|
een stuk of wat
|
[een paar]
|
|
stukken goedkoper
|
[veel goedkoper]
|
|
op geen stukken na
|
[lang niet]
|
|
van zijn stuk zijn
|
[in de war zijn]
|
|
op zijn stuk blijven staan
|
[niet toegeven]
|
|
groot van stuk
|
[groot van gestalte]
|
|
lik op stuk krijgen
|
[snel een reactie krijgen
|
|
een stuk onbenul
|
[een sufferd]
|
|
een stout stukje
|
[een dappere daad]
|
|
voet bij stuk houden
|
[niet toegeven]
|
|
de dames gaan in het lang
|
[in een lange jurk]
|
|
iets op de lange baan schuiven
|
[het telkens uitstellen]
|
|
op de lange duur
|
[over een lange tijd gezien]
|
|
aan het langste eind trekken
|
[het uiteindelijk winnen]
|
|
een lang gezicht trekken
|
[laten blijken dat je teleurgesteld bent]
|
|
de lange latten
|
[ski's]
|
|
lange tenen hebben
|
[snel beledigd zijn]
|
|
lange vingers hebben
|
[stelen]
|
|
het is zo lang als het breed is
|
[het komt op hetzelfde neer]
|
|
we hebben er lang en breed over gesproken
|
[heel uitvoerig]
|
|
hij zal het niet lang meer maken
|
[hij leeft nog maar kort]
|
|
ze heeft erg lang werk
|
[ze doet er een hele tijd over]
|
|
werk je daar al lang?
|
[al een tijd?]
|
|
een lange adem hebben
|
[iets lange tijd volhouden]
|
|
een zaak van lange adem
|
[die lange tijd blijft bestaan]
|
|
hoe langer hoe beter
|
[steeds beter]
|
|
al lang en breed
|
[al lang]
|
|
lang geleden
|
[ver in het verleden]
|
|
we kennen elkaar langer dan vandaag
|
[om aan te geven dat je iemands gedrag goed kunt beoordelen]
|
|
van zijn lang zal z'n leven niet
|
[absoluut nooit]
|
|
hij zal het niet lang meer maken
|
[zal spoedig sterven]
|
|
lang van stof zijn
|
[altijd veel woorden nodig hebben]
|
|
dan kun je lang wachten
|
[spottend commentaar als iemand vergeefs ergens op wacht]
|
|
een lang weekend
|
[waar de maandag en/of de vrijdag bij betrokken is]
|
|
ergens lang werk mee hebben
|
[niet opschieten]
|
|
iets niet langer doen
|
[het niet meer doen]
|
|
dat is lang niet slecht
|
[behoorlijk goed]
|
|
ten langen leste
|
[eindelijk]
|
|
met lange tanden eten
|
[met tegenzin]
|
|
ga eens aan de kant
|
[opzij]
|
|
het was kantje boord
|
[het liep maar net goed af]
|
|
zij loopt de kantjes ervan af
|
[ze doet bijna niets]
|
|
ik ben door hem aan de kant gezet
|
[weggestuurd]
|
|
aan de kant staan
|
[niet meedoen]
|
|
dat raakt kant nog wal
|
[is onzin]
|
|
welke kant moet jij uit?
|
[in welke richting ga jij?]
|
|
ik kan geen kant meer op
|
[zit erg in het nauw]
|
|
daar kun je alle kanten mee uit
|
[dat kun je op verschillende manieren opvatten]
|
|
ga ik zo goed? nee, je gaat de verkeerde kant op
|
[in de verkeerde richting]
|
|
het mes snijdt aan twee kanten
|
[het levert dubbel voordeel op]
|
|
het is een dubbeltje op zijn kant
|
[onzeker hoe het afloopt]
|
|
de scherpe kantjes van iets afnemen
|
[het verzachten]
|
|
iets van alle kanten bekijken
|
[de voors en tegens goed afwegen]
|
|
het deugt van geen kant
|
[is helemaal niet in orde]
|
|
even de andere kant op kijken
|
[iets gedogen]
|
|
geen kant meer op kunnen
|
[geen uitweg meer weten]
|
|
ergens alle kanten mee op kunnen
|
[er veel mogelijkheden mee hebben]
|
|
familie van de koude kant
|
[aangetrouwd]
|
|
het gelijk aan zijn kant hebben
|
[het bij het juiste eind hebben]
|
|
dat hoor je van alle kanten
|
[dat zegt iedereen]
|
|
iemands kant kiezen
|
[zijn partij]
|
|
van de verkeerde kant zijn
|
[homoseksueel]
|
|
je van kant maken
|
[zelfmoord plegen]
|
|
het niet over je kant laten gaan
|
[je ertegen verzetten]
|
|
de boel aan kant maken
|
[opruimen]
|
|
de boel aan kant maken
|
[opruimen]
|
|
iets over zijn kant laten gaan
|
[zich er niet tegen verzetten]
|
|
welig tieren
|
[in overvloed groeien]
|
|
een stoot onder de gordel
|
[een gemene opmerking]
|
|
wel tegen een stootje kunnen
|
[veel kunnen verdragen]
|
|
dat gaf hem de laatste stoot
|
[dat was zijn ondergang]
|
|
zonder slag of stoot
|
[zonder zich te verzetten]
|
|
nee knikken
|
[met je hoofd schudden dat je het ontkent]
|
|
wel nee!
|
[hoe kom je erbij!]
|
|
het gaat wel
|
[het gaat niet goed en het gaat niet slecht]
|
|
ik denk van wel
|
[ik denk dat het zo is]
|
|
ik heb wel degelijk goed opgelet
|
[zeker]
|
|
als ik het wel heb
|
[als ik het goed heb]
|
|
hij was goed en wel in Rome toen ...
|
[hij was er net]
|
|
wel ja, ga nog maar schelden ook!
|
[nu maak je het helemaal erg]
|
|
hij komt vast wel
|
[ik vertrouw erop]
|
|
ik vind van wel
|
[ik vind dat het kan]
|
|
wel degelijk!
|
[zeker wel!]
|
|
uit het oog, uit het hart
|
[wie je niet meer ziet, vergeet je]
|
|
zo op het oog
|
[als je oppervlakkig kijkt]
|
|
uit het oog verliezen
|
[niet meer zien]
|
|
iemand onder vier ogen spreken
|
[zonder dat er anderen bij zijn]
|
|
oog om oog, tand om tand
|
[wat iemand je aandoet, dat doe je ook hem aan]
|
|
oog in oog staan met iemand
|
[recht tegenover elkaar]
|
|
iemand een doorn in het oog zijn
|
[hem ergeren]
|
|
groen en geel voor de ogen worden
|
[duizelig worden]
|
|
iemand een rad voor de ogen draaien
|
[de dingen anders voorstellen dan ze zijn]
|
|
wat zijn ogen zien, maken zijn handen
|
[hij is erg handig]
|
|
zijn ogen zijn groter dan zijn maag
|
[hij kan minder eten dan hij dacht]
|
|
ogen in zijn rug hebben
|
[alles zien]
|
|
iemand de ogen openen
|
[hem de waarheid laten zien]
|
|
met het oog op
|
[in verband daarmee]
|
|
iemand naar de ogen zien
|
[je afhankelijk opstellen]
|
|
iets met de ogen verslinden
|
[er verlangend naar kijken]
|
|
een oogje in het zeil houden
|
[opletten of alles goed gaat]
|
|
een oogje in het zeil houden
|
[opletten of alles goed gaat]
|
|
iets voor ogen houden
|
[het in gedachten houden]
|
|
in zijn ogen
|
[volgens hem]
|
|
in het oog lopen of springen
|
[opvallen]
|
|
je ogen uitkijken
|
[het prachtig vinden om te zien]
|
|
het met andere ogen bekijken
|
[op een andere manier]
|
|
schele ogen geven
|
[anderen jaloers maken]
|
|
grote ogen opzetten
|
[verbaasd kijken]
|
|
er geen oog voor hebben
|
[er geen aandacht voor hebben]
|
|
iemand de ogen uitsteken
|
[jaloers maken]
|
|
een oogje op iemand hebben
|
[een beetje verliefd op haar zijn]
|
|
het onder ogen zien
|
[het beseffen]
|
|
iets op het oog hebben
|
[het gezien hebben en willen kopen]
|
|
je ogen de kost geven
|
[goed kijken]
|
|
iemand zand in de ogen strooien
|
[hem misleiden]
|
|
je ogen in je zak hebben
|
[niet opletten]
|
|
iemand zand in de ogen strooien
|
[voor de gek houden, misleiden]
|
|
ogen tekortkomen
|
[veel te zien hebben]
|
|
als mijn ogen mij niet bedriegen
|
[ik weet niet zeker of ik het goed gezien heb]
|
|
met het blote oog
|
[zonder bril of andere hulpmiddelen]
|
|
geen oog dichtdoen
|
[niet kunnen slapen]
|
|
hij heeft dollartekens in zijn ogen
|
[laat blijken dat hij graag geld wil verdienen]
|
|
geen hand voor ogen kunnen zien
|
[helemaal niets]
|
|
iemand het licht in de ogen niet gunnen
|
[niets gunnen]
|
|
ergens een open oog voor hebben
|
[er de waarde van inzien]
|
|
de schellen vallen hem van de ogen
|
[hij ziet hoe het werkelijk zit]
|
|
wel de splinter in andersmans oog zien, maar niet de balk in zijn eigen oog
|
[blind zijn voor eigen fouten, maar van anderen alles zien]
|
|
hoge ogen gooien
|
[veel kans maken]
|
|
door het oog van de naald
|
[aan groot gevaar ontkomen]
|
|
uit het oog, uit het hart
|
[wie je niet meer ziet, vergeet je]
|
|
zo op het ooguit het oog verliezen [niet meer zien]
|
[als je oppervlakkig kijkt]
|
|
uit het oog verliezen
|
[niet meer zien]
|
|
iemand onder vier ogen spreken
|
[zonder dat er anderen bij zijn]
|
|
oog om oog, tand om tand
|
[wat iemand je aandoet, dat doe je ook hem aan]
|
|
oog in oog staan met iemand
|
[recht tegenover elkaar]
|
|
iemand een doorn in het oog zijn
|
[hem ergeren]
|
|
groen en geel voor de ogen worden ]
|
[duizelig worden
|
|
iemand een rad voor de ogen draaien
|
[de dingen anders voorstellen dan ze zijn]
|
|
wat zijn ogen zien, maken zijn handen
|
[hij is erg handig]
|
|
zijn ogen zijn groter dan zijn maag
|
[hij kan minder eten dan hij dacht]
|
|
ogen in zijn rug hebben
iemand de ogen openen [hem de waarheid laten zien] |
[alles zien]
|
|
iemand de ogen openen
|
[hem de waarheid laten zien]
|
|
met het oog op
|
[in verband daarmee]
|
|
iemand naar de ogen zien
|
[je afhankelijk opstellen]
|
|
iets met de ogen verslinden
|
[er verlangend naar kijken]
|
|
een oogje in het zeil houden
|
[opletten of alles goed gaat]
|
|
iets voor ogen houden
|
[het in gedachten houden]
|
|
in zijn ogen
|
[volgens hem]
|
|
in het oog lopen of springen
|
[opvallen]
|
|
je ogen uitkijken
|
[het prachtig vinden om te zien]
|
|
het met andere ogen bekijken
|
[op een andere manier]
|
|
schele ogen geven
|
[anderen jaloers maken]
|
|
grote ogen opzetten
|
[verbaasd kijken]
|
|
er geen oog voor hebben
|
[
er geen aandacht voor hebben] |
|
iemand de ogen uitsteken
|
[jaloers maken]
|
|
een oogje op iemand hebben
|
[een beetje verliefd op haar zijn]
|
|
het onder ogen zien
|
[het beseffen]
|
|
iets op het oog hebben
|
[het gezien hebben en willen kopen]
|
|
je ogen de kost geven
|
[goed kijken]
|
|
iemand zand in de ogen strooien
|
[hem misleiden]
|
|
je ogen in je zak hebben
|
[niet opletten]
|
|
iemand zand in de ogen strooien
|
[voor de gek houden, misleiden]
|
|
ogen tekortkomen
|
[veel te zien hebben]
|
|
als mijn ogen mij niet bedriegen
|
[ik weet niet zeker of ik het goed gezien heb]
|
|
met het blote oog
|
[zonder bril of andere hulpmiddelen]
|
|
geen oog dichtdoen
|
[niet kunnen slapen]
|
|
hij heeft dollartekens in zijn ogen
|
[laat blijken dat hij graag geld wil verdienen]
|
|
geen hand voor ogen kunnen zien
|
[helemaal niets]
|
|
iemand het licht in de ogen niet gunnen
|
[niets gunnen]
|
|
ergens een open oog voor hebben
|
[er de waarde van inzien]
|
|
de schellen vallen hem van de ogen
|
[hij ziet hoe het werkelijk zit]
|
|
wel de splinter in andersmans oog zien, maar niet de balk in zijn eigen oog
|
[blind zijn voor eigen fouten, maar van anderen alles zien]
|
|
hoge ogen gooien
|
[veel kans maken]
|
|
door het oog van de naald
|
[aan groot gevaar ontkomen]
|
|
heb het hart niet!
|
[waag het niet!]
|
|
iemand een hart onder de riem steken
|
[hem moed inspreken]
|
|
het gaat me aan het hart
|
[ik vind het heel jammer]
|
|
met hart en ziel
|
[met veel inzet en overtuiging]
|
|
met hart en ziel
|
[met veel inzet en overtuiging]
|
|
van harte
|
[gelukwens bij verjaardag of ander feest]
|
|
het hart klopte in mijn keel
|
[ik was erg bang]
|
|
iemand iets op het hart drukken
|
[met nadruk tegen hem zeggen]
|
|
het niet over je hart kunnen verkrijgen
|
[het alsmaar niet kunnen doen]
|
|
iets op je hart hebben
|
[ergens over willen praten, maar het niet durven]
|
|
je hart bij iemand uitstorten
|
[hem al je problemen vertellen]
|
|
een hart van goud hebben
|
[erg vriendelijk en behulpzaam zijn]
|
|
een klein hartje hebben
|
[niet veel durven]
|
|
er je hart aan kunnen ophalen
|
[er enorm van kunnen genieten]
|
|
hart voor de zaak hebben
|
[er erg je best voor doen]
|
|
iemand een warm hart toedragen
|
[hem erg aardig vinden]
|
|
iemand op het hart trappen
|
[hem pijn doen met wat je zegt]
|
|
het hart hoog dragen
|
[trots zijn]
|
|
je hart vasthouden
|
[je zorgen maken over de afloop]
|
|
met kloppend hart
|
[volg angstige spanning]
|
|
met de hand op het hart iets beloven
|
[ernstig en eerlijk]
|
|
dat is een pak van mijn hart
|
[een zorg minder]
|
|
een hart van steen hebben
|
[gemeen zijn, geen rekening houden met anderen]
|
|
geen hart hebben
|
[geen menselijk gevoel]
|
|
weinig, maar uit een goed hart
|
[weinig, maar ik geef het graag]
|
|
van je hart geen moordkuil maken
|
[ronduit zeggen wat je vindt en voelt]
|
|
een gebroken hart
|
[liefdesverdriet]
|
|
naar hartenlust
|
[zoveel als je wilt]
|
|
je hebt mijn hart gestolen
|
[ik ben verliefd op je]
|
|
weinig of niets
|
[zo goed als niets]
|
|
weet jij hoe de vork aan de steel zit?
|
[hoe het in elkaar zit]
|
|
te veel hooi op zijn vork nemen
|
[meer willen doen dan men aankan]
|
|
ze hebben heel wat kinderen
|
[nogal veel]
|
|
wat kost dat?
|
[hoeveel kost dat]
|
|
wat voor jas heb je gekocht?
|
[wat voor soort]
|
|
weet je wat! we gaan schaatsen
|
[ik doe je een leuk voorstel]
|
|
weet je niets leukers
|
[niet iets dat leuker is]
|
|
een boom van een vent
|
[een grote, massieve kerel]
|
|
weer het ventje zijn
|
[erbovenop zijn]
|
|
week in week uit
|
[altijd]
|
|
door de week
|
[alleen op werkdagen, niet op zondag]
|
|
goede wijn behoeft geen krans
|
[wat goed is hoef je niet te prijzen]
|
|
we zullen klare wijn schenken
|
[precies zeggen waar het op staat]
|
|
water bij de wijn doen
|
[een beetje toegeven]
|
|
oude wijn in nieuwe zakken
|
[iets bekends in een nieuwe vorm]
|
|
we zullen dat varkentje wel even wassen
|
[dat karwei opknappen]
|
|
als ik het goed heb
|
[als ik me niet vergis]
|
|
het is mij goed
|
[ik heb er niets tegen]
|
|
het is wel goed met jou
|
[ik neem je niet meer serieus]
|
|
zo goed en zo kwaad als het gaat
|
[zo primitief als het gaat]
|
|
zo goed als nieuw
|
[vrijwel nieuw]
|
|
voor de goede orde
|
[opdat alles behoorlijk geregeld is]
|
|
goed en wel
|
[nauwelijks, nog maar net]
|
|
alles goed en wel, maar ...
|
[laat dat zo zijn, maar ...]
|
|
dat zit wel goed
|
[(als iemand je bedankt) dat is in orde]
|
|
goed zo!
|
[uiting van waardering]
|
|
niet goed bij zijn verstand zijn
|
[gek zijn]
|
|
hou je goed!
|
[afscheidsgroet]
|
|
zich goed houden
|
[zich niet door emoties laten meeslepen]
|
|
het goed maken
|
[gezond zijn, in welstand verkeren]
|
|
niet goed worden
|
[misselijk worden]
|
|
ik word er niet goed van!
|
[uitroep van ergernis]
|
|
dat is nergens goed voor
|
[dat heeft geen zin]
|
|
waar is dat goed voor?
|
[wat heeft het voor zin?]
|
|
met goed gevolg
|
[met succes]
|
|
goed aangeschreven staan
|
[gunstig bekend staan]
|
|
goed af zijn
|
[door bepaalde omstandigheden in een gunstige toestand zijn]
|
|
in een goed blaadje staan bij iemand
|
[hij waardeert je erg]
|
|
goed boeren
|
[er zakelijk gunstig voorstaan]
|
|
goed voor de dag komen
|
[een goede indruk maken]
|
|
eind goed, al goed
|
[als het goed afloopt, vergeet je snel alle moeite]
|
|
goed geld naar kwaad geld gooien
|
[geld steken in een hopeloze onderneming]
|
|
op goed geluk
|
[op de gok]
|
|
de goede kanten van iets zien
|
[de positieve gevolgen]
|
|
net goed!
|
[commentaar als door eigen schuld iets vervelends gebeurt]
|
|
goede papieren hebben
|
[veel kans maken]
|
|
een goede partij
|
[een passende huwelijkspartner]
|
|
een goede ruil doen
|
[meer ontvangen dan je geeft]
|
|
goed wegkomen
|
[met voordeel]
|
|
er geen goed woord voor overhebben
|
[het absoluut verwerpelijk vinden]
|
|
een goed woordje voor iemand doen
|
[hem aanbevelen, verdedigen]
|
|
dat valt in goede aarde
|
[daar is iedereen het mee eens]
|
|
het ga je goed
|
[groet bij een definitief afscheid]
|
|
die goeie, oude tijd
|
[het verleden is beter dan het heden]
|
|
ik weet het goed gemaakt
|
[inleiding op een voorstel waarin men iets toegeeft]
|
|
we zitten hier goed
|
[we wonen hier prettig]
|
|
in goede aarde vallen
|
[welkom zijn]
|
|
goed blijven
|
[niet bederven]
|
|
goed gebekt zijn
|
[zich mondeling goed kunnen verdedigen]
|
|
dat heb je goed geschoten
|
[dat heb je goed voor elkaar]
|
|
niet half zo goed
|
[lang niet zo goed]
|
|
een goed heenkomen zoeken
|
[zich redden uit een gevaarlijke situatie]
|
|
uit het goede hout gesneden zijn
|
[geschikt zijn]
|
|
in goeden doen zijn
|
[veel geld hebben]
|
|
kort en goed
|
[direct en zonder omhaal]
|
|
nou goed?
|
[heb je nu je zin?]
|
|
goede raad is duur
|
[gezegd als je geen oplossing weet]
|
|
goede waar verkoopt zich zelf
|
[wat goed is heeft geen aanbeveling nodig]
|
|
een goed doel
|
[een liefdadige bestemming]
|
|
daar sta je dan met je goeie gedrag
|
[commentaar als iemand onverdiend in de moeilijkheden zit]
|
|
goed bij zijn
|
[slim zijn]
|
|
goed op elkaar ingespeeld zijn
|
[goed kunnen samenwerken]
|
|
goed ingevoerd zijn
|
[goed op de hoogte zijn]
|
|
goed bij kas zitten
|
[voldoende geld hebben]
|
|
goed in de markt liggen
|
[gevraagd, gewild zijn]
|
|
het er goed van nemen
|
[veel consumeren]
|
|
goed van pas komen
|
[nuttig zijn]
|
|
niet goed snik zijn
|
[gek zijn]
|
|
goed van de tongriem gesneden zijn
|
[goed kunnen praten]
|
|
goed uitgeslapen zijn
|
[pittig, oplettend zijn]
|
|
goed vertegenwoordigd zijn
|
[met een behoorlijk aantal]
|
|
goed van vertrouwen zijn
|
[lichtgelovig]
|
|
als goede vrienden uit elkaar gaan
|
[scheiden zonder ruzie]
|
|
er goed bij zitten
|
[in een luxueus huis]
|
|
goede zaken doen
|
[veel geld verdienen]
|
|
een goed uur
|
[ruim een uur]
|
|
een goed hart hebben
|
[vriendelijk van aard zijn]
|
|
het goed voor hebben met iemand
|
[hem willen helpen]
|
|
een goed onthaal krijgen
|
[welkom zijn]
|
|
te goed zijn voor deze wereld
|
[te goed van vertrouwen zijn]
|
|
in goede handen zijn
|
[goed verzorgd worden]
|
|
een goede verliezer zijn
|
[je verlies waardig kunnen dragen]
|
|
goed en wel was hij thuis ....
|
[nauwelijks was hij thuis ....]
|
|
zo goed als nieuw
|
[bijna nieuw]
|
|
zich te goed doen aan iets
|
[er volop van genieten]
|
|
goeie genade!
|
[uitroep van schrik of ergernis]
|
|
iets te goed houden
|
[het te zijner tijd kunnen opeisen]
|
|
nou wordt ie goed!
|
[uitroep van verbaasde verontwaardiging]
|
|
iets te goed hebben
|
[te vorderen, te verwachten]
|
|
Goede Vrijdag
|
[de vrijdag voor Pasen]
|
|
voor zover ik weet
|
[ik weet niet beter dan dat]
|
|
voor zover ik er verstand van heb
|
[ik heb er niet veel verstand van]
|
|
we zijn het in zoverre eens ...
|
[we zijn het eens op dat punt]
|
|
we zijn zover
|
[we zijn klaar]
|
|
we zijn uit de brand
|
[onze moeilijkheden zijn voorbij]
|
|
brand stichten
|
[een brand aansteken]
|
|
de brand is weer geblust
|
[we zijn uit de problemen]
|
|
moord en brand schreeuwen
|
[hard schreeuwen]
|
|
de wereld staat in brand
|
[wordt verwoest door oorlog]
|
|
voor zover ik weet
|
[ik weet niet beter dan dat]
|
|
voor zover ik er verstand van heb
|
[ik heb er niet veel verstand van]
|
|
we zijn het in zoverre eens ...
|
[we zijn het eens op dat punt]
|
|
we zijn zover
|
[we zijn klaar]
|
|
op de uitkijk staan
|
[staan kijken of er iemand aankomt]
|
|
we keken onze ogen uit
|
[we vonden het prachtig]
|
|
we zijn erop uitgekeken
|
[het verveelt ons]
|
|
op het puntje van zijn stoel zitten
|
[heel goed opletten]
|
|
daar kunnen ze een puntje aan zuigen
|
[een voorbeeld aan nemen]
|
|
tot in de puntjes verzorgd
|
[heel netjes]
|
|
dat is een teer punt
|
[je kunt er beter niet over praten]
|
|
ergens een punt van maken
|
[er moeilijk over doen]
|
|
een omstreden punt
|
[waarover verschil van mening bestaat]
|
|
er een punt achter zetten
|
[ermee stoppen]
|
|
de puntjes op de i zetten
|
[heel precies werken]
|
|
punt uit!
|
[ik wil er niet meer over praten!]
|
|
we stonden op het punt om te vertrekken
|
[we zouden juist vertrekken]
|
|
als puntje bij paaltje komt
|
[als het eropaan komt]
|
|
een gat in de markt
|
[iets waar behoefte aan is en dat er nog niet is]
|
|
hij heeft een gat in zijn hand
|
[geeft teveel geld uit]
|
|
we sprongen een gat in de lucht
|
[waren erg blij]
|
|
ze heeft een gaatje in haar hoofd
|
[is niet goed wijs]
|
|
daar is het gat van de deur!
|
[ga weg!]
|
|
een gat in de begroting
|
[begrotingstekort]
|
|
een gat in de dag slapen
|
[laat wakker worden]
|
|
iemand in de gaten houden
|
[scherp op hem letten]
|
|
tot het gaatje gaan
|
[tot het uiterste]
|
|
praatjes vullen geen gaatjes
|
[met mooie beloftes schieten we niets op]
|
|
wie zijn gat verbrandt moet op de blaren zitten
|
[als je iets doms doet, moet je boeten]
|
|
het in de gaten hebben
|
[het merken, weten hoe het zit]
|
|
hem in de gaten houden
|
[op hem letten]
|
|
we spelen open kaart
|
[we zeggen precies wat we denken]
|
|
hem in de kaart spelen
|
[hem ongewild bevoordelen]
|
|
alles op één kaart zetten
|
[je geluk van één ding laten afhangen]
|
|
ansichtkaart
|
[kaart die je stuurt als je op vakantie bent]
|
|
trouwkaart
|
[kaart met aankondiging van een huwelijk]
|
|
speelkaart
|
[kaart om het kaartspel mee te spelen]
|
|
de groene kaart
|
[internationaal verzekeringsbewijs]
|
|
de rode kaart
|
[teken van ernstige overtreding waarvoor je het veld wordt uitgestuurd]
|
|
de gele kaart
|
[teken van bestraffing in een voetbalwedstrijd]
|
|
de kaarten zijn geschud
|
[de uitslag ligt vast]
|
|
de kaarten liggen nu anders
|
[de situatie is veranderd]
|
|
zijn kaarten op tafel leggen
|
[zijn bedoelingen onthullen]
|
|
dat is doorgestoken kaart
|
[afgesproken werk]
|
|
iemand in de kaart kijken
|
[zijn geheime plannen doorzien]
|
|
open kaart spelen
|
[eerlijk zijn, niets verbergen]
|
|
iemand in de kaart spelen
|
[hem helpen]
|
|
de problemen zijn nog niet in kaart gebracht
|
[nog niet op een rijtje gezet]
|
|
een blinde kaart
|
[zonder plaatsnamen]
|
|
iets in kaart brengen
|
[er een overzicht van maken]
|
|
iets op de kaart zetten
|
[zorgen dat het algemeen bekend wordt]
|
|
een stad van de kaart vegen
|
[vernietigen]
|
|
van de kaart zijn
|
[helemaal in de war zijn]
|
|
we spelen open kaart
|
[we zeggen precies wat we denken]
|
|
hem in de kaart spelen
|
[hem ongewild bevoordelen]
|
|
alles op één kaart zetten
|
[je geluk van één ding laten afhangen]
|
|
4.ansichtkaart
|
[kaart die je stuurt als je op vakantie bent]
|
|
4.ansichtkaart
|
[kaart die je stuurt als je op vakantie bent]
|
|
trouwkaart
|
[kaart met aankondiging van een huwelijk]
|
|
speelkaart
|
[kaart om het kaartspel mee te spelen]
|
|
dat is geen haalbare kaart
|
[heeft geen kans van slagen]
|
|
een open oog hebben voor iets [
|
er de waarde, het belang van inzien]
|
|
we spelen open kaart
|
[we zeggen het eerlijk
|
|
een film met een open eind
|
[je ziet niet hoe het afloopt]
|
|
dat laat ik nog even open
|
[dat bepaal ik nu nog niet
|
|
een open sollicitatie
|
[waarin de sollicitant zichzelf aanbiedt voor werk]
|
|
een open vraag
|
[waarbij geen mogelijke antwoorden gegeven worden]
|
|
een open brief
|
[bestemd voor iedereen die hem wil lezen]
|
|
een open dag
|
[kijkdag bij een instelling]
|
|
een open dag
|
[kijkdag bij een instelling]
|
|
open huis houden
|
[iedereen mag binnenlopen op het moment dat hem uitkomt]
|
|
een open inrichting
|
[zonder afgesloten deuren]
|
|
de Open Universiteit
|
[die voor iedereen toegankelijk is
|
|
een open gezicht
|
[dat vertrouwen wekt]
|
|
open kaart spelen
|
[eerlijk zijn, niets verbergen]
|
|
in open zee
|
[ver uit de kust]
|
|
open en bloot
|
[vrij en zonder zich te schamen]
|
|
scoren voor open doel
|
[op een gemakkelijke manier succes behalen]
|
|
.we ploegden door het zand
|
[er met grote moeite doorheen lopen
|
|
in overleg met de ouders ....
|
[nadat we er met de ouders over gepraat hadden]
|
|
we plegen overleg
|
[we praten met elkaar]
|
|
ik ben er zeker van
|
[ik twijfel niet]
|
|
ik weet het zeker
|
[ik twijfel niet]
|
|
we nemen het zekere voor het onzekere
|
[we nemen geen risico]
|
|
hij speelt op zeker
|
[neemt geen risico]
|
|
vast en zeker
|
[absoluut zeker]
|
|
.zo zeker als twee keer twee vier is
|
[heel erg zeker]
|
|
zeker weten!
|
[stellig, bevestigend antwoord]
|
|
het zekere voor het onzekere nemen
|
[geen risico nemen]
|
|
op zeker spelen
|
[voorzichtig zijn, geen risico nemen]
|
|
hij is uit het goede hout gesneden
|
[is eerlijk en betrouwbaar]
|
|
we moeten op een houtje bijten
|
[hebben niets meer te eten]
|
|
dat snijdt geen hout ]
|
[dat gaat niet op, dat klopt niet
|
|
van dik hout zaagt men planken
|
[wordt gezegd als iets op een slordige en grove manier wordt aangepakt]
|
|
een flinke bos hout voor de deur hebben
|
[grote borsten]
|
|
uit hetzelfde hout gesneden zijn [op elkaar lijken]
|
[op elkaar lijken]
|
|
ik ben er ook nog!
|
[je moet mij niet overslaan!]
|
|
hij liep zonder jas: hij is dan ook ziek geworden
|
[dus is hij ziek geworden]
|
|
we moeten hoe dan ook vergaderen
|
[in elk geval]
|
|
waar je ook loopt
|
[overal waar je loopt]
|
|
dat is waar ook
|
[ik zou het bijna vergeten]
|
|
hoe heet hij ook al weer
|
[help me even op zijn naam te komen]
|
|
we moeten hem tot elke prijs tegenhouden
|
[wat het ook kost]
|
|
dat doe ik voor geen prijs
|
[beslist niet]
|
|
tot elke prijs
|
[beslist, in elk geval]
|
|
voor geen prijs
|
[beslist niet]
|
|
voor een zacht prijsje
|
[voor weinig geld]
|
|
zij valt altijd in de prijzen
|
[wint altijd een prijs]
|
|
een prijs op iemands hoofd stellen
|
[een beloning uitloven voor wie hem uitlevert]
|
|
ik zou het op prijs stellen ....
|
[ik zou het prettig vinden]
|
|
daar stel ik geen prijs op
|
[ik wil het niet]
|
|
ik maak een fout
|
[er ontstaat een fout
|
|
we maken er het beste van
|
[proberen het in moeilijke omstandigheden toch goed te doen]
|
|
je moet daar geen gewoonte van maken
|
[het niet steeds zo doen]
|
|
grappen maken
|
[grappen vertellen]
|
|
hij maakt er niet veel van
|
[hij doet het niet goed]
|
|
hij maakt het niet lang meer
|
[hij leeft niet lang meer]
|
|
je hebt het ernaar gemaakt
|
[het is je eigen schuld]
|
|
je hebt het ernaar gemaakt
|
[het is je eigen schuld]
|
|
hij kan me niets maken
|
[kan me nergens de schuld van geven]
|
|
een begin maken
|
[beginnen]
|
|
we moeten haast maken
|
[opschieten]
|
|
we moeten haast maken
|
[opschieten]
|
|
ergens jacht op maken
|
[het proberen te krijgen of te pakken]
|
|
we gaan het openbaar maken
|
[aan iedereen vertellen
|
|
het in orde maken
|
[zorgen dat het goed komt]
|
|
dat maakt geen verschil
|
[dat is hetzelfde]
|
|
er werk van maken
|
[goed je best erop doen
|
|
dat is net iets voor
|
Loes [dat is typisch voor Loes]
|
|
we moeten er iets op vinden
|
[we moeten een oplossing bedenken]
|
|
zo iets doe je niet!
|
[dat doe je niet]
|
|
als je ziek wordt of iets dergelijks
|
[of als er iets anders is]
|
|
dat treft!
|
[dat komt goed uit]
|
|
het gedicht trof mij
|
[het ontroerde mij]
|
|
.we moeten een regeling treffen
|
[iets regelen]
|
|
we hebben het goed met hem getroffen
|
[we boffen met hem]
|
|
zij doet aan de slanke lijn
|
[probeert slanker te worden]
|
|
ik kan er geen lijn in ontdekken
|
[geen duidelijke regelmaat of samenhang]
|
|
het vertoont een stijgende lijn
|
[wordt steeds beter]
|
|
we moeten één lijn trekken
|
[dezelfde dingen goed en fout vinden ]
|
|
de grote lijn
|
[een samenvatting van de hoofdzaken]
|
|
we hebben Amerika aan de lijn
|
[aan de telefoon]
|
|
zij houdt je aan het lijntje
|
[geeft niet waar je om vraagt, maar wijst je ook niet af]
|
|
langzaamaan, dan breekt het lijntje niet
|
[als je kalm aan doet, bereik je je doel]
|
|
de lijn trekken
|
[luieren]
|
|
hij volgt de harde lijn
|
[is erg streng]
|
|
dat ligt niet in mijn lijn
|
[dat past niet bij me]
|
|
ergens je tenten opslaan
|
[er gaan wonen]
|
|
ze braken de tent af
|
[waren uitbundig en enthousiast]
|
|
hem uit zijn tent lokken
|
[uitdagen]
|
|
we moeten de tent sluiten
|
[we gaan failliet]
|
|
ik maak een fout
|
[er ontstaat een fout]
|
|
we maken er het beste van
|
[proberen het in moeilijke omstandigheden toch goed te doen]
|
|
je moet daar geen gewoonte van maken
|
[het niet steeds zo doen]
|
|
grappen maken
|
[grappen vertellen]
|
|
hij maakt er niet veel van
|
[hij doet het niet goed]
|
|
hij maakt het niet lang meer
|
[hij leeft niet lang meer]
|
|
je hebt het ernaar gemaakt
|
[het is je eigen schuld]
|
|
je hebt het ernaar gemaakt
|
[het is je eigen schuld]
|
|
hij kan me niets maken
|
[kan me nergens de schuld van geven]
|
|
een begin maken
|
[beginnen]
|
|
we moeten haast maken
|
[opschieten]
|
|
ergens jacht op maken
|
[het proberen te krijgen of te pakken]
|
|
we gaan het openbaar maken
|
[aan iedereen vertellen]
|
|
het in orde maken
|
[zorgen dat het goed komt]
|
|
dat maakt geen verschil
|
[dat is hetzelfde]
|
|
er werk van maken
|
[goed je best erop doen]
|
|
de mussen vielen dood van het dak
|
[het was heel erg warm]
|
|
we maakten hem blij met een dode mus
|
[met iets dat achteraf tegenviel]
|
|
we liggen op schema
|
[de planning klopt nog]
|
|
hij vaart
|
[hij is zeeman]
|
|
zij varen er wel bij
|
[het gaat hen goed door deze ontwikkeling]
|
|
we laten het plan varen
|
[we doen het niet]
|
|
je moet niet in mijn vaarwater zitten
|
[mij niet hinderen]
|
|
kunt u ons laten weten wat het besluit is
|
[kunt u ons dat meedelen?]
|
|
laat maar
|
[het hoeft niet meer]
|
|
het buiten beschouwing
|
laten [het er niet over hebben]
|
|
we laten het erbij [we
|
veranderen er niets aan]
|
|
dat laat me koud
|
[het doet me niets]
|
|
wil je me met rust laten?
|
[niet storen]
|
|
toen ik het geld teruggaf, zei de klant: laat maar zitten
|
[ik hoef het niet terug]
|
|
heb ik mijn sleutels hier laten liggen?
|
[heb ik ze hier achtergelaten?]
|
|
waar heb ik mijn sleutels gelaten?
|
[waar heb ik ze opgeborgen?]
|
|
die baan heb ik laten schieten
|
[ik heb hem niet genomen]
|
|
ik ben nog nooit in het buitenland geweest, laat staan in Zuid-Afrika
|
[dus daar zeker niet]
|
|
.een wind laten
|
[die niet inhouden]
|
|
laat hij nou gelijk hebben!
|
[tot mijn verbazing had hij gelijk]
|
|
iemand de stuipen op het lijf jagen
|
[hem erg laten schrikken]
|
|
we lagen in een stuip!
|
[moesten erg lachen]
|
|
de trein vertrekt vanaf spoor 5
|
[perron 5]
|
|
.we kwamen hem op het spoor
|
[vonden uit waar hij was]
|
|
je zit op het goede spoor
|
[je bent nu goed bezig]
|
|
.er waren sporen van geweld
|
[je kon zien dat er gevochten was]
|
|
het spoor bijster zijn
|
[de weg niet meer weten/ op het slechte pad zijn]
|
|
op een dood spoor zitten
|
[iets doen waarmee je niet verder komt]
|
|
je sporen verdiend hebben
|
[bewezen hebben dat je bekwaam bent]
|
|
je sporen verdiend hebben
|
[bewezen hebben dat je het goed kunt]
|
|
de nieuwe chef voldoet niet
|
[hij doet zijn werk niet goed genoeg]
|
|
we kunnen niet aan de vraag voldoen
|
[niet genoeg producten leveren]
|
|
1.dat is geen stijl
|
[dat hoor je niet te doen]
|
|
geen sprake van!
|
[ik wil het niet!]
|
|
we kunnen in geen geval op vakantie
|
[zeker niet]
|
|
nood breekt wet
|
[als je in moeilijkheden bent kun je je niet altijd aan de regels houden]
|
|
van de nood een deugd maken
|
[van een moeilijke situatie iets goeds maken]
|
|
in geval van nood [
|
als de nood je ertoe dwingt]
|
|
geen nood!
|
[uitroep als een probleem snel kan worden opgelost]
|
|
nood leert bidden
|
[als je in nood bent, leer je om hulp vragen]
|
|
als de nood het hoogst is, is de redding nabij
|
[als de moeilijkheden het ergst zijn, komt er snel hulp]
|
|
we komen in tijdnood
|
[hebben geen tijd genoeg]
|
|
ik heb hoge nood
|
[moet dringend naar de WC]
|
|
woningnood
|
[veel behoefte aan woningen]
|
|
hoe bestaat het
|
! [uitroep als je heel verbaasd bent]
|
|
we komen hoe dan ook
|
[in ieder geval]
|
|
het gaat hoe langer hoe slechter
|
[steeds slechter]
|
|
hoe zo?
|
[wat bedoel je?]
|
|
hem knijpen als een oude dief
|
[heel bang zijn]
|
|
zij knijpt 'm wel voor de directeur [zij is bang voor hem]
|
[zij is bang voor hem]
|
|
we knijpen er tussenuit
|
[we gaan er stiekem vandoor]
|
|
de dames gaan in het lang
|
[in een lange jurk]
|
|
iets op de lange baan schuiven
|
[het telkens uitstellen]
|
|
op de lange duur
|
[over een lange tijd gezien]
|
|
aan het langste eind trekken
|
[het uiteindelijk winnen]
|
|
een lang gezicht trekken
|
[laten blijken dat je teleurgesteld bent]
|
|
de lange latten
|
[ski's]
|
|
lange tenen hebben
|
[snel beledigd zijn]
|
|
lange vingers hebben
|
[stelen]
|
|
het is zo lang als het breed is
|
[het komt op hetzelfde neer]
|
|
we hebben er lang en breed over gesproken
|
[heel uitvoerig]
|
|
hij zal het niet lang meer maken
|
[hij leeft nog maar kort]
|
|
ze heeft erg lang werk
|
[ze doet er een hele tijd over]
|
|
werk je daar al lang?
|
[al een tijd?]
|
|
een lange adem hebben
|
[iets lange tijd volhouden]
|
|
een zaak van lange adem
|
[die lange tijd blijft bestaan]
|
|
hoe langer hoe beter
|
[steeds beter]
|
|
al lang en breed
|
[al lang
|
|
eerlijk duurt het langst
|
[met bedrog kom je niet ver]
|
|
lang geleden
|
[ver in het verleden]
|
|
we kennen elkaar langer dan vandaag
|
[om aan te geven dat je iemands gedrag goed kunt beoordelen]
|
|
van zijn lang zal z'n leven niet
|
[absoluut nooit]
|
|
hij zal het niet lang meer maken
|
[zal spoedig sterven]
|
|
lang van stof zijn
|
[altijd veel woorden nodig hebben]
|
|
dan kun je lang wachten
|
[spottend commentaar als iemand vergeefs ergens op wacht]
|
|
een lang weekend
|
[waar de maandag en/of de vrijdag bij betrokken is]
|
|
ergens lang werk mee hebben
|
[niet opschieten]
|
|
iets niet langer doen
|
[het niet meer doen]
|
|
dat is lang niet slecht
|
[behoorlijk goed]
|
|
ten langen leste
|
[eindelijk]
|
|
met lange tanden eten
|
[met tegenzin]
|
|
we keken onze ogen uit
|
[we vonden het prachtig]
|
|
we zijn erop uitgekeken
|
[het verveelt ons]
|
|
wat wil je nog meer?
|
[verder nog]
|
|
we hebben onder meer konijnen thuis
|
[onder andere konijnen]
|
|
.je hebt zonder meer gelijk
|
[zonder dat ik daarover na hoef te denken]
|
|
meer dan eens
|
[vaker dan een keer]
|
|
zij is niet meer
|
[zij is dood]
|
|
we hebben onder andere Cola in huis
|
[naast Cola ook nog andere dingen]
|
|
onder leiding van Jan de Wit
|
[Jan de Wit had de leiding]
|
|
dit spul wordt onder meer gebruikt voor tanden poetsen
|
[te midden van andere doelen
|
|
ten onder gaan
|
[verloren gaan]
|
|
onder een auto komen
|
[aangereden worden door een auto]
|
|
.van onderen!
|
[waarschuwing dat er iets op je kan vallen]
|
|
zij is nog onder de twaalf
|
[jonger dan twaalf]
|
|
1.beter ten halve gekeerd dan ten hele gedwaald
|
[het is beter op tijd te veranderen dan halsstarrig door te gaan]
|
|
2.een half dozijn
|
[zes]
|
|
3.een halve finale
|
[elk van de twee wedstrijden tussen twee van de laatste vier deelnemers aan een toernooi]
|
|
4.hij valt dood op een halve cent
|
[is heel gierig]
|
|
voor half geld
|
[voor de helft van wat anderen moeten betalen
|
|
6.niet half zo goed
|
[lang zo goed niet]
|
|
ik voel me maar een half mens
|
[ik voel me helemaal niet fit]
|
|
gedeelde smart is halve smart
|
[verdriet is beter te dragen als je het deelt met anderen]
|
|
ik geloof hem maar half en half
|
[een beetje, maar niet echt]
|
|
een halve wees
|
[kind waarvan een de ouders is overleden]
|
|
geen halve maatregelen nemen
|
[de zaak fors en kordaat aanpakken]
|
|
iets met een half oog zien [
|
zonder er met je aandacht helemaal bij te zijn]
|
|
we hebben het half en half besloten
|
[bijna]
|
|
dat treft!
|
[dat komt goed uit]
|
|
het gedicht trof mij
|
[het ontroerde mij]
|
|
we moeten een regeling treffen
|
[iets regelen]
|
|
we hebben het goed met hem getroffen
|
[we boffen met hem]
|
|
de tijd vliegt
|
[hij gaat snel voorbij]
|
|
de tijd zal het leren
|
[later weten we het wel]
|
|
tijd is geld
|
[tijd is kostbaar]
|
|
ik heb daar geen tijd voor
|
[ik kan er geen momenten voor vrijmaken]
|
|
hij zit de hele tijd te gapen
|
[voortdurend, steeds]
|
|
de laatste tijd
|
[de periode die achter ons ligt]
|
|
we hebben geen tijd te verliezen
|
[we moeten opschieten]
|
|
vrije tijd
|
[waarin je niet hoeft te werken]
|
|
dat is uit de tijd
|
[ouderwets]
|
|
.de tijd doden
|
[iets doen als je moet wachten]
|
|
hij is zijn tijd vooruit
|
[zijn ideeën worden pas later gewaardeerd]
|
|
het zal mijn tijd wel duren
|
[ik maak me er niet druk over]
|
|
.hij heeft de tijd
|
[hoeft zich niet te haasten]
|
|
zijn tijd verdoen
|
[niets uitvoeren]
|
|
een sprong in de tijd maken
|
[een lange periode overslaan]
|
|
de tand des tijds
|
[de slijtage van alle dingen]
|
|
de tijd heelt alle wonden
|
[uiteindelijk kom je alle verdriet te boven]
|
|
het is tijd om te vertrekken
|
[we moeten vertrekken]
|
|
zij komt nooit op tijd
|
[ze is altijd te laat
|
|
komt tijd, komt raad
|
[over een tijdje vind je vanzelf de oplossing]
|
|
als het mijn tijd is
|
[wanneer ik doodga]
|
|
heb je de tijd?
|
[weet je hoe laat het is?]
|
|
op tijd zijn natje en droogje krijgen
|
[niets tekort komen]
|
|
over tijd zijn
|
[de menstruatie is nog niet gekomen]
|
|
te allen tijde
|
[altijd]
|
|
van tijd tot tijd
|
[af en toe]
|
|
binnen afzienbare tijd
|
[spoedig]
|
|
in de baas zijn tijd
|
[onder werktijd]
|
|
iemands tijd in beslag nemen
|
[zijn aandacht opeisen]
|
|
dat heeft de tijd
|
[daar kunnen we nog wel even mee wachten]
|
|
het zal mijn tijd wel duren
|
[ik maak me er niet druk om]
|
|
iemand de tijd ergens voor gunnen
|
[het hem op zijn gemak laten doen]
|
|
ezelligheid kent geen tijd
|
[als het gezellig is, gaat de tijd snel voorbij]
|
|
de hele tijd
|
[voortdurend]
|
|
ik kan mijn tijd wel beter besteden [dat vind ik minderwaardig]
|
[dat vind ik minderwaardig]
|
|
in minder dan geen tijd
|
[heel snel]
|
|
een scherpe tijd
|
[die moeilijk te verbeteren is]
|
|
de tijd aan zichzelf hebben
|
[over zijn eigen tijd kunnen beschikken]
|
|
met je tijd meegaan
|
[met de mode en de heersende opvattingen]
|
|
niet meer van deze tijd
|
[heel verouderd]
|
|
zijn tijd ver vooruit zijn
|
[heel modern zijn]
|
|
1.een doorn in het oog zijn
|
[een grote ergernis]
|
|
2.geen roos zonder doornen
|
[wat aangenaam is heeft ook vervelende kanten]
|
|
1.wij zitten op rozen
|
[wij hebben het goed getroffen]
|
|
hij slaapt als een roos
|
[erg diep]
|
|
geen roos zonder doornen
|
[wat aangenaam is, heeft ook vervelende kanten]
|
|
geen rook zonder vuur
|
[er is altijd wel iets waar van de praatjes]
|
|
in rook opgaan
|
[verdwijnen]
|
|
onder de rook van...
|
[er dicht in de buurt]
|
|
de rook was er om te snijden
|
[er hing heel veel rook]
|
|
waar rook is, is vuur
|
[van een gerucht is altijd wel iets waar]
|
|
de tijd vliegt
|
[hij gaat snel voorbij]
|
|
de tijd zal het leren
|
[later weten we het wel]
|
|
tijd is geld
|
[tijd is kostbaar]
|
|
ik heb daar geen tijd voor
|
[ik kan er geen momenten voor vrijmaken]
|
|
hij zit de hele tijd te gapen
|
[voortdurend, steeds]
|
|
hij zit de hele tijd te gapen
|
[voortdurend, steeds]
|
|
de laatste tijd
|
[de periode die achter ons ligt]
|
|
we hebben geen tijd te verliezen
|
[we moeten opschieten]
|
|
vrije tijd
|
[waarin je niet hoeft te werken]
|
|
dat is uit de tijd
|
[ouderwets]
|
|
de tijd doden
|
[iets doen als je moet wachten]
|
|
hij is zijn tijd vooruit
|
[zijn ideeën worden pas later gewaardeerd]
|
|
het zal mijn tijd wel duren
|
[ik maak me er niet druk over]
|
|
hij heeft de tijd
|
[hoeft zich niet te haasten]
|
|
zijn tijd verdoen
|
[niets uitvoeren]
|
|
een sprong in de tijd maken
|
[een lange periode overslaan]
|
|
16.de tand des tijds [de slijtage van alle dingen]
|
[de slijtage van alle dingen]
|
|
17.de tijd heelt alle wonden
|
uiteindelijk kom je alle verdriet te boven]
|
|
1.het is tijd om te vertrekken
|
[we moeten vertrekken]
|
|
zij komt nooit op tijd
|
[ze is altijd te laat]
|
|
je moet op de tijd letten
|
[opletten of het moment er al is]
|
|
zij is over tijd
|
[niet ongesteld geworden, dus misschien zwanger]
|
|
te zijner tijd hoor ik daar graag iets over
|
[als het moment daar is]
|
|
komt tijd, komt raad
|
[over een tijdje vind je vanzelf de oplossing]
|
|
als het mijn tijd is [wanneer ik doodga]
|
[wanneer ik doodga]
|
|
heb je de tijd? [weet je hoe laat het is?]
|
[weet je hoe laat het is?]
|
|
op tijd zijn natje en droogje krijgen
|
[niets tekort komen]
|
|
over tijd zijn
|
[de menstruatie is nog niet gekomen]
|
|
te allen tijde
|
[altijd]
|
|
over tijd zijn
|
[de menstruatie is nog niet gekomen]
|
|
te allen tijde
|
[altijd]
|
|
van tijd tot tijd
|
[af en toe]
|
|
binnen afzienbare tijd [spoedig]
|
[spoedig]
|