Use LEFT and RIGHT arrow keys to navigate between flashcards;
Use UP and DOWN arrow keys to flip the card;
H to show hint;
A reads text to speech;
24 Cards in this Set
- Front
- Back
|
sociale psychologie |
tak van de psychologie die zich bezighoudt met de manier waarop ons gedrag en onze beleving wordt beïnvloed door anderen |
|
|
omstanderseffect |
fenomeen dat bij een ongeluk of incident de kans op hulp van omstanders afneemt als er meer omstanders zijn, omdat men zich dan minder verantwoordelijk voelt. |
|
|
health literacy |
de mate waarin mensen informatie over ziekte en gezondheid begrijpen en onthouden |
|
|
5 fasen van transtheoretisch model van verandering |
1) precontemplatie 2) contemplatie 3) voorbereiding 4) actie 5) vasthouden gezond gedrag |
|
|
socialisatie |
fenomeen dat individu zich moet aanpassen aan opvattingen, oordelen en gedragingen van de groep waartoe hij behoort |
|
|
cultuur |
het geheel van normen en waarden (datgene wat men belangrijk vindt) dat door meer mensen gedeeld en overgedragen wordt |
|
|
normen |
gedragsregels die aangeven wat iemand geacht wordt al dan niet te doen in bepaalde sociale situaties |
|
|
waarden |
doelen die nagestreefd worden |
|
|
sociale rol |
bepaald gedrag dat verwacht wordt bij de positie die een individu in een groep inneemt |
|
|
rolschema |
het typerende gedrag dat bij de sociale rol hoort |
|
|
dubbelrolsituatie |
de situatie waarin iemand in dezelfde sociale omgeving 2 verschillende rollen vervult omdat hij/zij deel uitmaakt van verschillende groepen, bv lerares die haar eigen kind in de klas heeft |
|
|
rolconflict |
wanneer iemand moet voldoen aan 2 tegenstrijdige verwachtingspatronen ten aanzien van zijn rol |
|
|
sociale vergelijking |
mensen zijn geneigd zichzelf te vergelijken met personen uit hun sociale omgeving |
|
|
gedragsimmitatie |
mensen zijn geneigd elkaars gedrag te immiteren in sociale situaties |
|
|
sociale normen |
normen die men afleidt uit zijn/haar sociale omgeving |
|
|
sociale uitsluiting |
wanneer een individu buiten de groep valt omdat zijn/haar opvattingen, oordelen en gedragingen onvoldoende aansluiten bij die van de groep |
|
|
groep |
mensen die wegens 1 of meer gezamenlijke kenmerken bij elkaar horen |
|
|
precontemplatie-fase |
mensen zijn zich niet bewust dat hun gedrag ongezond en problematisch is |
|
|
contemplatiefase |
mensen denken na over hun gedrag en de mogelijke negatieve gevolgen daarvan voor hun gezondheid |
|
|
voorbereidingsfase |
mensen bereiden zich mentaal voor op gedragsverandering, door het formuleren van doelen en plannen |
|
|
actiefase |
mensen proberen actief om hun gedrag te veranderen; vaak terugval naar (pre)contemplatie- of voorbereidingsfase |
|
|
vasthouden gezond gedrag |
mensen weten gezonde levensstijl vast te houden |
|
|
hulpmiddelen om stapsgewijs te veranderen |
informeren > (pre)contemplatie bewustmaken van sociale verantwoordelijkheid > (pre)contempl & voorber & terugval bewustmaken van ideale zelfbeeld > (pre)contempl & voorber & terugval keuze geven > contempl & voorber helpen juiste doelen te stellen > voorbereiding belonen > actie & terugval helpen steun te zoeken > actie & terugval |
|
|
weerstanden tegen gedragsverandering |
- gevoel van hulpeloosheid - onrealistisch optimisme - de baten zijn groter dan de kosten |
