Use LEFT and RIGHT arrow keys to navigate between flashcards;
Use UP and DOWN arrow keys to flip the card;
H to show hint;
A reads text to speech;
11 Cards in this Set
- Front
- Back
Wat is fictie |
Een verzonnen verhaal |
|
Voorbeelden van fictie |
Leesboek strip film televisie serie (soap comedy) |
|
Bedoeling van de maker (fictie) |
Vermaken of amuseren |
|
Bijzondere kenmerken |
Je kruipt in de persoon. je komt te weten wat de persoon denkt of voelt |
|
Betekenis non-fictie |
Een tekst over de werkelijk heid |
|
Voorbeelden |
Krantenbericht. studie boeken. Radio tijdschrift |
|
Zoekend lezen |
Je gaat gericht opzoek. leesdoel informatie opzoeken |
|
Oriënterend lezen |
Je leest de eerste zinnen en de titel |
|
Grondig of intensief lezen |
Je leest aandachtig |
|
Studerend lezen |
Dit is een speciale vorm van intensief lezen |
|
Kritisch lezen |
Je conroleerd de tekst |