Kerntaak 1 Logistiek Leerjaar 1

Front 1

Producent

Back 1

een bedrijf dat goederen maakt en verkoopt

Front 2

detailhandel

Back 2

bedrijven die producten verkopen aan mensen die producten zelf gebruiken

Front 3

bedrijfskolom

Back 3

schema met de weg die goederen afleggen

Front 4

bedrijfstak

Back 4

een schakel van de bedrijfskolom

Front 5

halffabricaat

Back 5

een product dat nog verdere bewerking moet ondergaan

Front 6

logistiek

Back 6

het opslaan, in- en verkopen, bewerken, vervoerder van goederen

Front 7

distributiecentrum

Back 7

een centraal magazijn vanuit waar goederen verdeeld moeten worden

Front 8

verlader

Back 8

eigenaar van de goederen die deze wil laten verplaatsen

Front 9

transporteur

Back 9

verzorgt transport van a naar b

Front 10

vervoersmodaliteit

Back 10

vormen van vervoer zoals spoor, weg, lucht

Front 11

distribueren

Back 11

verdelen van goederen

Front 12

public warehouse

Back 12

een bedrijf die veel activiteiten uitvoert voor andere bedrijven

Front 13

VAL

Back 13

waarde toevoegen aan de logistieke activiteiten

Front 14

communicatie

Back 14

uitwisselen van informatie tussen 2 of meer partijen

Front 15

open vraag

Back 15

hier kun je geen ja of nee op antwoorden. begint vaak met wie-wat-waar-wanneer-waarom-hoe

Front 16

seizoensartikelen

Back 16

artikelen die in een bepaald seizoen snellopers zijn

Front 17

colli

Back 17

een verpakkingseenheid

meervoud is collo

Front 18

laadkuil

Back 18

een verlaging van het wegdek voor de losplaats van het magazijn

Front 19

rolstop

Back 19

om te voorkomen dat de last gaat schuiven op de laadklep

Front 20

heftafel

Back 20

een hulpmiddel om verticaal te bewegen bij het laadperron

Front 21

steekproefcontrol

Back 21

je controleert een deel van de levering. als dat deel goed is ga je er van uit dat de hele lading goed is

Front 22

CMR

Back 22

vrachtbrief voor internationaal transport

Front 23

AVC

Back 23

vrachtbrief voor nationaal transport

Front 24

geleideformulier

Back 24

een document die mee gaan op transport. hierop staat informatie over goederen. zoals pakbon, mancolijst, factuur

Front 25

HACCP

Back 25

controleert voedselveiligheid, je kunt hier een certificaat voor krijgen

Front 26

gesloten koelketen

Back 26

als een product van begin tot eind van de keten gekoeld is noem je dit een gesloten koelketen

Front 27

SLA

Back 27

service level agreement, beschrijving van te leveren diensten of producten

Front 28

WMS

Back 28

warehousemanagement systeem

hierin staat hoeveel producten in magazijn, locatie van producten, THT, hoeveel er verkocht wordt etc

Front 29

retourneren

Back 29

product terugsturen naar de leverancier

Front 30

emballage

Back 30

verpakkingsmateriaal dat meer dan een keer gebruikt kan worden en waarop statiegeld zit. het gaat vaak terug naar de leverancier

Front 31

nestbaar

Back 31

je kunt bijvoorbeeld kooiwagens in elkaar schuiven

Front 32

quasigoederen

Back 32

goederen die niet meer verkoopbaar zijn

Front 33

werkvoorraad/grijpvoorraad

Back 33

voorraad waaruit je orders verzamelt

Front 34

bulkgoederen

Back 34

goederen in grote hoeveelheden en vaak los gestort. zoals zand, olie, grind

Front 35

omzetsnelheid

Back 35

zegt iets over hoe vaak een product verkocht word, snellopers en langzaamlopers

Front 36

vrijelocatie systeem

Back 36

je kunt een artikel op iedere lege plaats in het magazijn neerzetten

Front 37

vast locatie systeem

Back 37

alle artikelen hebben een vaste plek in het magazijn

Front 38

calamiteiten plan

Back 38

hierin staat beschreven wat je moet doen bij een groot of ernstig ongeluk

Front 39

compartimentering

Back 39

het magazijn bestaat uit aparte ruimten met brandwerende en rookwerende wanden. zo voorkom je dat brand overslaat naar de volgende ruimte

Front 40

horizontaal transport

Back 40

van a naar b over de vloer

Front 41

verticaal transport

Back 41

van hoog naar laag of laag naar hoog

Front 42

SBA (stelling bedienings apparaat)

Back 42

kan goed in smalle gangen werken en op grote hoogte.

kan met bestuurder of zonder bestuurder

Front 43

zwaartepunt van een last

Back 43

als de goederen gelijk verdeeld zijn ligt het zwaartepunt in het midden

Front 44

europallet

Back 44

standaardmaat 1.20x0.80

Front 45

doorrolstelling

Back 45

deze stelling is licht aflopend. de goederen gaan over een rollenbaan naar de andere kant

FIFO!

Front 46

paternoster

Back 46

dit is een omloopstelling, het apparaat zelf staat op een vaste plek. de bakken in de stelling bewegen

Front 47

gebodsbord

Back 47

verteld iets wat je moet doen. het is een rond bord met een witte rand en blauwe achtergrond