• Shuffle
    Toggle On
    Toggle Off
  • Alphabetize
    Toggle On
    Toggle Off
  • Front First
    Toggle On
    Toggle Off
  • Both Sides
    Toggle On
    Toggle Off
  • Read
    Toggle On
    Toggle Off
Reading...
Front

Card Range To Study

through

image

Play button

image

Play button

image

Progress

1/36

Click to flip

Use LEFT and RIGHT arrow keys to navigate between flashcards;

Use UP and DOWN arrow keys to flip the card;

H to show hint;

A reads text to speech;

36 Cards in this Set

  • Front
  • Back

What is een behoefte?

Iets dat je zou willen hebben, uit noodzaak of voor je plezier.

What is een primaire goed?

Een behoefte dat noodzakelijk is.

What is een secundaire goed?

Luxe goederen die niet echt nodig zijn.

What is een stoffelijke goed?

Iets dat je kunt aanraken.

What is een onstoffelijke goed?

Iets dat je niet kunt aanraken.

What is consumptie? Kopen van goederen om je eigen behoeften te vervullen.

Kopen van goederen om je eigen behoeften te vervullen.

What zijn niet-duurzame consumptiegoederen of verbruiksgoederen?

Consumptiegoederendie je maar één keer gebruikt.

What zijn duurzame consumptiegoederen of gebruiksgoederen?

Consumptiegoederen die je méér dan één keer kunt gebruiken.

What doet het Centraal Bureauvoor de Statistiek

Het verzamelt allerlei gegevens over de economie.

What hang uw koopgedrag af aan?

Je inkomen, je leeftijd en je smaak.

What zijn de redenen voortoename van de totale consumptie in Nederland? Er zijn 4.

1 De bevolking groeit,


2 Door de stijgendeinkomens neemt de koopkracht toe,


3 Nieuwe producten doen nieuwe behoeften ontstaan en


4 Deprijzen van consumptiegoederen stijgen.

Wanneer is er sprake van directe ruil of ruil in natura.

Als goederen tegen goederen worden geruild.

Wanneer is er sprake van indirecte ruil?

Alsgeld wordt gebruikt als ruilmiddel.

Wat is chartaal geld? Het bestaat uit munten en bankbiljetten.

Het bestaat uit munten en bankbiljetten.

Wat is giraal geld?

Het geld dat op je betaalrekening bij de bank staat.

Wat is meer belangrijk giraal of chartaal geld? Waarom?

Giraal omdat het meer veilig en gemakkelijker is.

Wanneer gebruik je geld als ruilmiddel?

Als je geld gebruikt voor iets te betalen.

Wanneer gebruik je geld als rekeneenheid?

Als je met geld rekent

Wanneer gebruik je geld als spaarmiddel?

Als je het op je spaarrekening zet.

Wat is schaarste?

Het wordt bedoeld dat er met de beschikbare productiemiddelen niet voldoende goederen kunnen worden geproduceerd om onze behoeften te vervullen

Hoe schaarser een ____, des te hoger de ___

Goed, prijs.

What zijn uw prioriteiten?

De behoefte die je meer nodig heeft dan de anderen.

Als de _______ afneemt, neemt de welvaart ____. Als de _____ stijgt, ____ de welvaart.

schaarste, toe, schaarste, daalt

Wat is welvaart in ruime zin?

Het is de mate waarin je met je beschikbare middelen in je behoeften kuntvoorzien.

Wat is welvaart in enge zin?

Het is de koopkracht van het gemiddelde inkomen per inwoner.

Wat is welzijn?

Welzijn is de mate waarinje je gelukkig voelt.

Noem 4 voorbeelden van arbeidsinkomens

1 loon ofsalaris; 2 honorarium; 3 gage; 4 royalty’s

Noem 4 voorbeelden van vermogensinkomens.

1 rente; 2huur; 3 winst

Noem 4 voorbeelden van overdrachtsinkomens.

1 sociale uitkeringen; 2 studie-financiering; 3 huurtoeslag

Noem 9 oorzaken van inkomensverschillen.

1 schaarste op dearbeidsmarkt 2 productiviteit en prestatie 3 opleiding en scholing 4 verantwoordelijkheid 5 leeftijden ervaring 6 risico, zwaarte, en (on)aangenaamheid van het werk 7 aanleg/talent 8 arbeidstijd 9 vermogensbezit

Wat is het gemiddelde brutoloon per werknemer

Het totaal in een jaar verdiende looninkomengedeeld door het aantal werknemers.

Wat is het modale inkomen

Het bruto-inkomen van een modalewerknemer

Wat was het modale inkomen in 2012?

€ 33.000

Hoe bereken je het gemiddelde inkomen per inwoner?

Het totaal in een jaarverdiende inkomen te delen door het aantal inwoners.

Wat moet je ook naar kijk wanneer je de welvaarten van 2 landen wilt vergelijken?

De ontwikkeling van het prijspeil, de levensduurverwachting van de inwoners, demate van (an)alfabetisme en de hoeveelheid schoon water per inwoner.

Wat meet de walvaart van een land?

De Human Development Index(HDI).