Use LEFT and RIGHT arrow keys to navigate between flashcards;
Use UP and DOWN arrow keys to flip the card;
H to show hint;
A reads text to speech;
24 Cards in this Set
- Front
- Back
Developmental norms
|
Ontwikkelingsnormen beschrijven de typische groei en vormen van fysieke vaardigheden, taal, cognities, emoties en sociaal gedrag.
|
|
Culture
|
Cultuur omvat het idee dat groepen van mensen op een bepaalde manier zijn georganiseerd, in specifieke omgevingsniches leven en bepaalde gedragsstandaarden, overtuigingen, waarden en praktijken delen.
|
|
Cultural norms
|
Gedragingen die van waarde zijn voor de gemeenschap en die de leden socialiseert om zich in overeenstemming met deze waarden te gedragen.
|
|
Ethnicity
|
Gemeenschappelijke gewoonten, waarden, taal of kenmerken die geassocieerd worden met land van herkomst of geografische regio.
|
|
Race
|
Een onderscheid gebaseerd op fysieke karakteristieken, die ook geassocieerd kunnen worden met gedeelde gewoonten, waarden en dergelijke.
|
|
Gender norms
|
Verwachtingen op basis van geslacht. In de meeste samenlevingen wordt van mannen verwacht dat ze relatief agressiever, dominanter, actiever en avontuurlijker zijn. Terwijl van vrouwen wordt verwacht dat ze passiever, afhankelijker, rustiger, gevoeliger en emotioneler zijn. Deze genderstereotypen spelen een rol in oordelen over normaliteit.
|
|
Situational norms
|
Verwachtingen in specifieke omgevingen of sociale situaties.
|
|
Demonology
|
De opvatting dat abnormaal gedrag het gevolg is van invloeden van kwade geesten of demonen op een persoon
|
|
Somatogenesis
|
De opvatting dat een psychische stoornis toegeschreven kan worden aan lichamelijk disfunctioneren of onbalans.
|
|
Syndromes
|
Groep van symptomen die samen een gemeenschappelijke psychische oorzaak hebben.
|
|
Psychoanalytic theory
|
Freuds theorie. De eerste moderne systematische poging om psychische stoornissen te begrijpen in psychologische termen.
|
|
Psychogenesis
|
De opvatting dat psychische problemen veroorzaakt worden door psychologische variabelen.
|
|
Id, ego, superego
|
Drie structuren in de geest waarvan de doelen en de taken conflict onvermijdelijk maken.
|
|
Defense mechanisms
|
Freud veronderstelde dat het ego afweermechanismen creëert om zichzelf te beschermen tegen het bewustzijn van onaanvaardbare impulsen.
|
|
Psychosexual stage theory
|
Tijdens de ontwikkeling van het kind verschuift de focus van de psychologische energie van de ene lichamelijke zone naar de andere. Dit leidt het kind door vijf vaste fases: oraal, anaal, fallisch, latentie en genitaal. Volgens Freud wordt de basis van de persoonlijkheid in de eerste drie fases gelegd. Een gezonde ontwikkeling wordt gehinderd door het niet oplossen van de crisis tijdens elke fase.
|
|
Behaviorism
|
Gedrag, gepast of ongepast, kan verklaard worden door leerervaringen.
|
|
Classical conditioning
|
Leren door het koppelen van nieuwe met oude stimuli.
|
|
Law of Effect
|
Thorndike’s Wet van Effect zegt dat gedrag gevormd wordt door consequenties. Als de consequentie bevredigend is, dan zal het gedrag worden versterkt in de toekomst. Als de consequenties onplezierig is, dan zal het gedrag afzwakken.
|
|
Observational learning
|
Benadrukt de sociale context en cognitie.
|
|
Behavior modification / Behavior therapy
|
De expliciete toepassing van leerprincipes voor de beoordeling en behandeling van gedragsproblemen.
|
|
Social learning perspective / Cognitive-behavioral perspective
|
Benaderingen die de combinatie van leerprincipes en de sociale context en/of cognitie benadrukken.
|
|
Mental hygiene movements
|
Gericht op het beter begrijpen, verbeteren van behandeling en het voorkomen van stoornissen.
|
|
Child guidance movements
|
Ervaringen in de kindertijd beïnvloeden de volwassen psychische gezondheid.
|
|
Therapeutic alliance
|
Het bewerkstelligen van een persoonlijke vertrouwensband en het samenwerken aan de taken van de behandeling met de cliënt.
|