Dutch-English Uitdrukkingen

Front 1

van leugens aaneenhangen

Back 1

(=altijd maar liegen)

Front 2

naar aanleiding van

Back 2

(ertoe gebracht door) `Naar aanleiding van uw advertentie, schrijf ik u dat ...`

on the occasion of

Front 3

aanmerkelijk belang

Back 3

(situatie dat één persoon heel veel aandelen in een bedrijf heeft)

situation in which a person very much shares in a company)

Front 4

in aanraking komen met de politie

Back 4

(bij de politie moeten komen omdat je iets gedaan hebt dat niet mag)

Front 5

aanspraak maken op iets

Back 5

(zeggen dat je recht op iets hebt) `aanspraak maken op een erfenis`

Front 6

de kan aanspreken

Back 6

(=drinken)

Front 7

het harnas aantrekken

Back 7

(=ten strijde trekken)
(= برو به جنگ)

Front 8

een leeuwehuid aantrekken

Back 8

(=zich dapper tonen)
(= bravely display)

Front 9

de teugel aantrekken

Back 9

(=minder gaan uitgeven , strenger worden)
دقیق تر

Front 10

de stoute schoenen aantrekken

Back 10

(=iets doen wat moed vergt. (`stout` in de oude betekenis van `dapper`).)

do something that requires courage

Front 11

dat is iemand met een gebruiksaanwijzing

Back 11

(=dat is iemand waarvan je weet hoe je met diegene om moet gaan)

Front 12

een aap van een jongen

Back 12

(deugniet)
حقه باز

Front 13

(iemand) voor aap zetten

Back 13

((iemand) belachelijk maken;= voor gek zetten)

Front 14

zich een aap schrikken

Back 14

(heel erg schrikken)
(very scared)

Front 15

in de aap gelogeerd zijn

Back 15

(plotseling problemen hebben)
مشکلات ناگهانی

Front 16

Al draagt een aap een gouden ring, het is en blijft een lelijk ding.

Back 16

(wat echt lelijk is, wordt nooit mooi)

Front 17

Daar komt de aap uit de mouw.

Back 17

(nu wordt de waarheid duidelijk) `Toen we lieten merken dat we hem niet vertrouwden, kwam de aap uit de mouw.`

Front 18

aap wat heb je mooie jongen

Back 18

(=sarcastische opmerking over iemand die wat al te trots is op iets.)

Front 19

aap wat heb je mooie jongen spelen

Back 19

(=iemand vleien (tegen zijn zin))
تملق گفتن

Front 20

de aap beet/binnen/weg hebben

Back 20

(=het geld ontvangen hebben)

Front 21

een aangeklede aap

Back 21

(=een bespottelijk iemand)
نفرمسخره

Front 22

hij speelt aap wat heb je mooie jongen

Back 22

(=hij is overdreven vriendelijk.)

Front 23

in de aap gelogeerd zijn

Back 23

(=in een vervelende positie beland zijn.)

Front 24

recht voor zijn raap

Back 24

(=zonder omwegen gezegd)
frankly stated

Front 25

zich een aap lachen

Back 25

(=heel erg lachen)

Front 26

voor aap staan

Back 26

(=in het openbaar belachelijk zijn.)
(= ridiculous in public.)

Front 27

zich een aap schrikken

Back 27

(=erg schrikken)

Front 28

boven aarde staan

Back 28

(=overleden zijn maar nog niet begraven)

Front 29

de aard van het beestje zijn

Back 29

(=een eigenschap van iets/iemand zijn)

characters of something / someone)

Front 30

dat is de aard van het beestje.

Back 30

(=dat is typisch iets voor die persoon; zo zit hij of zij nu eenmaal in elkaar.)

Front 31

geen aarde aan de dijk zetten

Back 31

(=niet helpen)

Front 32

hemel en aarde bewegen

Back 32

(=ergens alles aan doen om het gedaan te krijgen (bv van iemand))

Front 33

iemand ter aarde bestellen.

Back 33

(=iemand begraven.)

Front 34

jij raapt nog geen stro van de aarde.

Back 34

(=je hebt nog niets verwezenlijkt)

(= you have not realized)

Front 35

veel voeten in de aarde hebben

Back 35

(=veel moeite en tijd kosten)

Front 36

zijn hemel op aarde verdienen

Back 36

(=een goed en eerlijk leven leiden)

Front 37

ex abrupto

Back 37

(=onverwachts)
unexpected

Front 38

ogen van achteren en van voren hebben

Back 38

(=alles in de gaten kunnen houden)

(= all to keep an eye)

Front 39

zich in acht nemen

Back 39

(=zichzelf verzorgen)
مراقبت از خود

Front 40

achter de piano zitten

Back 40

(pianospelen)

Front 41

achter elkaar

Back 41

(op elkaar volgend zonder onderbreking;= achtereen) `jaren achter elkaar naar hetzelfde vakantiedorp gaan`

Front 42

achter iemand staan

Back 42

(iemand steunen) `Wat hij ook zal doen, ik sta volledig achter hem.`

who support

Front 43

daar zit iets achter

Back 43

(er is iets dat ze niet willen zeggen) `Dit ongeluk is geen toeval. Daar zit iets achter.`

Front 44

via de achterdeur

Back 44

(=indirect, onopgemerkt, stiekem.)

Front 45

een achterdeurtje

Back 45

(=een manier om iets te ontduiken.)

(= یک راه برای دور زدن هر چیزی.)

Front 46

een achterdeurtje openhouden

Back 46

(=een redmiddel in nood houden)

(= نگه داشتن راه حل در شرایط اضطراری)

Front 47

op je achterste poten/benen gaan staan

Back 47

(verontwaardigd zijn of fel protesteren;= steigeren) `Toen ze de rekening zag, ging ze meteen op haar achterste poten staan.`

Front 48

de voorsten doen wat de achtersten niet mogen

Back 48

(=wie eerst komt is in het voordeel)

Front 49

het achterste van je tong (niet) laten zien

Back 49

(=zich (niet) meteen laten kennen; (n)iets verbergen.)

Front 50

het achterste voor

Back 50

(=omgekeerd)
معکوس

Front 51

op de achterste benen staan

Back 51

(=erg kwaad worden)

Front 52

op je achterste benen gaan staan

Back 52

(=boos worden; ergens fel tegen protesteren; het ergens helemaal niet mee eens zijn.)

verontwaardig
ازرده

Front 53

op zijn achterste poten gaan staan

Back 53

(=zo veel mogelijk moeite doen / boos worden)

Front 54

op zijn achterste zolder jagen

Back 54

(=beledigen, bang maken)

Front 55

nog actief zijn

Back 55

(nog niet gepensioneerd zijn; je beroep nog uitoefenen)

Front 56

bindend advies

Back 56

(advies dat je moet opvolgen)

Front 57

spreken als een advocaat

Back 57

(=gevat en welbespraakt zijn)
(= شوخ و خوش بیان)

Front 58

advocaat van kwade zaken

Back 58

(=wie slechte zaken verdedigt)
who defends bad things)

Front 59

advocaat van de duivel spelen

Back 59

(=een mening geven waar je het zelf niet mee eens bent, maar die je geeft om reacties uit te lokken.)

Front 60

af en aan

Back 60

(heen en weer) `Vogels vliegen hier af en aan.`

Front 61

op iemand of iets af

Back 61

(naar iemand of iets toe)

Front 62

terug bij af zijn

Back 62

(weer zover zijn als toen je begon)
far back as when you started)

Front 63

af en toe

Back 63

(zo nu en dan;= soms;<> vaak) `We gaan af en toe naar de sportschool.`

Front 64

het masker afdoen/afleggen/afnemen

Back 64

(=zijn ware gezicht tonen)

(= display his real face)

Front 65

dat kan al het water van de zee niet afwassen

Back 65

(=daar is niets aan te doen - dat kan je niet wegpraten)

Front 66

een verborgen agenda hebben

Back 66

(=een doel hebben dat voor de anderen verborgen gehouden wordt, bijvoorbeeld in een samenwerkingsverband.)

(= a purpose that is hidden from others, such as a partnership.)

Front 67

dat staat op de agenda.

Back 67

(=dat gaat nog gebeuren; dat gaat nog besproken worden.)

Front 68

het op een akkoordje gooien.

Back 68

(=met elkaar afspreken iets op een bepaalde manier aan te pakken.)

Front 69

... al zeg ik het zelf informeel

Back 69

(in bescheidenheid gezegd) `Ik ben heel intelligent, al zeg ik het zelf.`

(modest in words)

Front 70

in het algemeen

Back 70

(in de meeste gevallen;= meestal)

Front 71

alsof er een engeltje over je tong piest

Back 71

(=iets lekker vinden)

Front 72

doen alsof je neus bloedt

Back 72

(=doen alsof je van niets weet)

Front 73

er uitzien alsof men door een ringetje gehaald was

Back 73

(=er keurig uitzien)
(= a nicely appearance)

Front 74

kijken alsof men z'n laatste oortje versnoept heeft.

Back 74

(=verlegen en beteuterd kijken)

(= shy and dazed look)

Front 75

lopen alsof men een lantaarnpaal heeft ingeslikt

Back 75

(=erg stijf, houterig lopen)

(= very rigid, wooden walking)

Front 76

scoren alsof het warme broodjes zijn

Back 76

(=scoren alsof het helemaal niets is)

Front 77

spreken alsof men een mes in de zak heeft

Back 77

(=erg stout spreken)

Front 78

zitten alsof men een luis in zijn oor heeft

Back 78

(=alsof hij door zijn geweten beschuldigd wordt)

Front 79

van alles en nog wat

Back 79

(allerlei dingen)

Front 80

alles op alles zetten

Back 80

(je erg inspannen, erg je best doen) `alles op alles zetten om je doel te bereiken`