• Shuffle
    Toggle On
    Toggle Off
  • Alphabetize
    Toggle On
    Toggle Off
  • Front First
    Toggle On
    Toggle Off
  • Both Sides
    Toggle On
    Toggle Off
  • Read
    Toggle On
    Toggle Off
Reading...
Front

Card Range To Study

through

image

Play button

image

Play button

image

Progress

1/22

Click to flip

Use LEFT and RIGHT arrow keys to navigate between flashcards;

Use UP and DOWN arrow keys to flip the card;

H to show hint;

A reads text to speech;

22 Cards in this Set

  • Front
  • Back

Schizophrenia

stoornis gekenmerkt door


verminderende vaardigheid om te functioneren in het dagelijks leven &


een of andere combinatie van hallucinaties, waandenkbeelden, gedachtestoornis, bewegingsstoornis en ontoepasselijke emotionele uitdrukkingen

Acute Conditions

Aandoeningen met plotselinge start en goede vooruitzichten op snelle genezing

Chronic Conditions

Aandoeningen met een geleidelijke start en met een langdurig verloop

positieve symptomen schizofrenie

aanwezigheid van gedrag of symptomen die meestal niet bij normale mensen aanwezig zijn:


hallucinaties


waandenkbeelden


ontoepasselijke emoties


bizar gedrag


gedachtestoornis

negatieve symptomen schizofrenie

afwezigheid van een gedrag dat meestal aanwezig is bij normale mensen:


bv geen of te weinig:


sociale interactie


emotionele uitdrukking


spraak



delusions

waandenkbeelden;


overtuigingen die andere mensen beschouwen als ongefundeerd,


zoals ontvoering door buitenaardse wezens

hallucinations

hallucinaties;


zintuiglijke ervaring die niet overeenkomt met de realiteit,


zoals het horen van stemmen wanneer men alleen is

neurodevelopmental hypothesis

hypothese die veronderstelt dat


schizofrenie is gebaseerd op abnormaliteiten tijdens de prenatale of neonatale ontwikkeling van het zenuwstelsel, die leiden tot subtiele maar belangrijke afwijkingen in hersenanatomie en grote afwijkingen in gedrag


DISC1 gen

Disrupted In SChizophrenia I


controleert de snelheid van genereren van nieuwe neuronen in de hippocampus

antipsychotic / neuroleptic drugs

medicijnen die vaak schizofrenie en gerelateerde aandoeningen verlichten



2 groepen:


1) phenothiazines (vb chlorpromazine)


2) butyrophenones (vb. haloperidol/haldol)

dopamine hypothese van schizofrenie

hypothese die veronderstelt dat


schizofrenie het resultaat is van teveel activiteit bij dopamine synapsen in bepaalde hersengebieden;


concentratie van dopamine is normaal, maar de turnover is verhoogd vooral in de basale ganglia

substance-induced psychotic disorder

stoornis gekenmerkt door hallucinaties en waandenkbeelden, die veroorzaakt wordt door grote, herhaalde doses van drugs, zoals amfetamine, methamfetamine en/of coaïne

glutamaat hypothese van schizofrenie

hypothese die veronderstelt dat


het probleem van schizofrenie gerelateerd is aan verminderde activiteit bij glutamaat synapsen, vooral in de prefrontal cortex

PCP

PhenCyclidine Angel Dust


Drug die glutamaat receptors deactiveert


- lage doses: beneveling en spreken met dikke tong


- hoge doses: positieve en negatieve symptomen schizofrenie, vooral bij mensen die hersteld zijn van schizofrenie

mesolimbocortical system

groep neuronen die projecteren van het tegmentum in de middenhersenen op het limbische systeem

tardive dyskinesia

bijwerking van neuroleptische medicijnen, gekenmerkt door beven en andere ongecontroleerde bewegingen

second-generation antipsychotics

atypical antipsychotics;


verlichten schizofrenie zonder serieuze bewegingsproblemen te veroorzaken;


zijn effectiever in behandelen van de negatieve symptomen van schizofrenie;


werken door het blokkeren van serotonine recepors;



vb: clozapine

chlorpromazine

thorzazine;


eerstgevonden medicijn dat de positieve symptomen van schizofrenie verlichtte

concordance

een tweelingpaar is concordant voor een kenmerk als beiden het hebben of als geen van beiden het hebben

differential diagnosis

identificatie van een aandoening als anders dan vergelijkbare aandoeningen

season-of-birth effect

tendens dat mensen geboren in de winter een grotere kans hebben om schizofrenie te ontwikkelen dan mensen die geboren zijn in andere seizoenen.

fysiologische kenmerken van schizofrenie

mensen met schizofrenie hebben meer dan gemiddeld:


1) vergrote ventrikels in de hersenen


2) afwijkingen van linker frontal cortex


3) afwijkingen van linker temporal cortex