• Shuffle
    Toggle On
    Toggle Off
  • Alphabetize
    Toggle On
    Toggle Off
  • Front First
    Toggle On
    Toggle Off
  • Both Sides
    Toggle On
    Toggle Off
  • Read
    Toggle On
    Toggle Off
Reading...
Front

Card Range To Study

through

image

Play button

image

Play button

image

Progress

1/20

Click to flip

Use LEFT and RIGHT arrow keys to navigate between flashcards;

Use UP and DOWN arrow keys to flip the card;

H to show hint;

A reads text to speech;

20 Cards in this Set

  • Front
  • Back
III.4 Deskundigheid

III.4.1
III.4.2
III.4.3
III.4 Deskundigheid

III.4.1 Ethisch bewustzijn
III.4.2 Vakbekwaamheid
III.4.3 De grenzen van het beroepsmatig handelen
III.4 Deskundigheid

III.4.1 Ethisch bewustzijn
III.4.2 V
III.4.3 De g
III.4.1 Ethisch bewustzijn

III.4.1.1 Beroepsuitoefening in overeenstemming met de beroepscode
III.4.1.2 Noodzaak van kritische bezinning
III.4 Deskundigheid

III.4.1 E
III.4.2 Vakbekwaamheid
III.4.3 De gn
III.4.2 Vakbekwaamheid

III.4.2.1 In stand houden en verder ontwikkelen van de professionele deskundigheid
III.4.2.2 Gebruik van doeltreffende en doelmatige methoden
III.4 Deskundigheid

III.4.1 E
III.4.2 V
III.4.3 De grenzen van het beroepsmatig handelen
III.4.3 De grenzen van het beroepsmatig handelen

III.4.3.1 Professionele en persoonlijke beperkingen
III.4.3.2 Grenzen van de eigen deskundigheid
III.4.3.3 Grenzen van het domein van de psychologiebeoefening
III.4.3.4 Kwalificatie
III.4.3.5 Relevantie en beperkingen van conclusies
III.4.3.6 Rapportage beperken tot relevante gegevens
III.4.3.7 Professionele verantwoording van het beroepsmatig handelen
III.4.3.8 Voorkómen van verminderd vermogen tot verantwoorde beroepsuitoefening
III.4.3.9 Staken van het beroepsmatig handelen bij verminderd vermogen
III.4 Deskundigheid

III.4.1 Ethisch bewustzijn
III.4.2 Vakbekwaamheid
III.4.3 De grenzen van het beroepsmatig handelen
III.4.1.1 Beroepsuitoefening in overeenstemming met de beroepscode

De psycholoog is zich bewust van de ethische aspecten van zijn beroepsmatig handelen en beoefent zijn professie in over­ eenstemming met de Beroepscode voor psychologen
III.4 Deskundigheid


III.4.2 Vakbekwaamheid
III.4.3 De grenzen van het beroepsmatig handelen
III.4.1.2 Noodzaak van kritische bezinning

De psycholoog denkt kritisch na over zijn beroepsmatig handelen en over zijn persoonlijke waarden en motieven die bij dat handelen een rol spelen. Hij stelt zijn beroepsmatig handelen met enige regelmaat aan de orde in (inter)collegiaal overleg, zoals bijvoorbeeld intervisie. Hij volgt de ethische discussie binnen zijn beroepsgroep.
III.4 Deskundigheid


III.4.3 De grenzen van het beroepsmatig handelen
III.4.1.3 Kennis van wettelijke bepalingen

De psycholoog stelt zich op de hoogte van de wettelijke bepalingen die in zijn werkveld van toepassing zijn en handelt ernaar.
III.4.2 Vakbekwaamheid
III.4.2.1 In stand houden en verder ontwikkelen van de professionele deskundigheid
III.4.2.2 Gebruik van doeltreffende en doelmatige methoden
III.4.2 Vakbekwaamheid

III.4.2.1 In stand houden en verder ontwikkelen van de professionele deskundigheid
III.4.2.2 Gebruik van doeltreffende en doelmatige methoden
III.4.2.1 In stand houden en verder ontwikkelen van de professionele deskundigheid

De psycholoog houdt zijn professionele deskundigheid in stand en ontwikkelt deze in overeenstemming met de recente ontwikkelingen in de psychologie. Hij volgt de voor hem relevante vakliteratuur en neemt deel aan relevante bij­ en nascholing.
III.4.2 Vakbekwaamheid

III.4.2.2 Gebruik van doeltreffende en doelmatige methoden
III.4.2.2 Gebruik van doeltreffende en doelmatige methoden

De psycholoog kiest methoden die doeltreffend en doelmatig zijn en geeft zich rekenschap van de beperkingen van die methoden.
III.4.3 De grenzen van het beroepsmatig handelen
III.4.3.1 Professionele en persoonlijke beperkingen
III.4.3.2 Grenzen van de eigen deskundigheid
III.4.3.3 Grenzen van het domein van de psychologiebeoefening
III.4.3.4 Kwalificatie
III.4.3.5 Relevantie en beperkingen van conclusies
III.4.3.6 Rapportage beperken tot relevante gegevens
III.4.3.7 Professionele verantwoording van het beroepsmatig handelen
III.4.3.8 Voorkómen van verminderd vermogen tot verantwoorde beroepsuitoefening
III.4.3.9 Staken van het beroepsmatig handelen bij verminderd vermogen
III.4.3 De grenzen van het beroepsmatig handelen

III.4.3.1 Professionele en persoonlijke beperkingen
III.4.3.2 Grenzen van de eigen deskundigheid
III.4.3.3 Grenzen van het domein van de psychologiebeoefening
III.4.3.4 Kwalificatie
III.4.3.5 Relevantie en beperkingen van conclusies
III.4.3.6 Rapportage beperken tot relevante gegevens
III.4.3.7 Professionele verantwoording van het beroepsmatig handelen
III.4.3.8 Voorkómen van verminderd vermogen tot verantwoorde beroepsuitoefening
III.4.3.9 Staken van het beroepsmatig handelen bij verminderd vermogen
III.4.3.1 Professionele en persoonlijke beperkingen

De psycholoog onderkent zijn professionele en persoonlijke beper­ kingen en is daar open over. Waar nodig roept hij deskundig advies en ondersteuning in, en verwijst zo nodig door.
III.4.3 De grenzen van het beroepsmatig handelen

III.4.3.2 Grenzen van de eigen deskundigheid
III.4.3.3 Grenzen van het domein van de psychologiebeoefening
III.4.3.4 Kwalificatie
III.4.3.5 Relevantie en beperkingen van conclusies
III.4.3.6 Rapportage beperken tot relevante gegevens
III.4.3.7 Professionele verantwoording van het beroepsmatig handelen
III.4.3.8 Voorkómen van verminderd vermogen tot verantwoorde beroepsuitoefening
III.4.3.9 Staken van het beroepsmatig handelen bij verminderd vermogen
III.4.3.2 Grenzen van de eigen deskundigheid

De psycholoog neemt in zijn beroepsmatig handelen de grenzen van zijn deskundigheid in acht en aanvaardt geen opdrachten waarvoor hij de deskundigheid mist.
III.4.3 De grenzen van het beroepsmatig handelen

III.4.3.3 Grenzen van het domein van de psychologiebeoefening
III.4.3.4 Kwalificatie
III.4.3.5 Relevantie en beperkingen van conclusies
III.4.3.6 Rapportage beperken tot relevante gegevens
III.4.3.7 Professionele verantwoording van het beroepsmatig handelen
III.4.3.8 Voorkómen van verminderd vermogen tot verantwoorde beroepsuitoefening
III.4.3.9 Staken van het beroepsmatig handelen bij verminderd vermogen
III.4.3.3 Grenzen van het domein van de psychologiebeoefening

Aan elke opdracht dient een duidelijk omschreven doel­ of vraag­ stelling ten grondslag te liggen. De psycholoog neemt geen opdracht aan, waarvan de doel­ of vraagstelling niet valt binnen het domein van de psychologiebeoefening.

Evenmin doet hij dat als de beschikbare methoden en technieken ontoereikend zijn voor een behoorlijke interventie of beantwoording van de vraagstelling. Als de psycholoog een dergelijke opdracht krijgt, treedt hij met de opdrachtgever in overleg om de doel­ of vraagstelling te herformu­ leren voordat hij de opdracht kan aannemen.
III.4.3 De grenzen van het beroepsmatig handelen

III.4.3.4 Kwalificatie
III.4.3.5 Relevantie en beperkingen van conclusies
III.4.3.6 Rapportage beperken tot relevante gegevens
III.4.3.7 Professionele verantwoording van het beroepsmatig handelen
III.4.3.8 Voorkómen van verminderd vermogen tot verantwoorde beroepsuitoefening
III.4.3.9 Staken van het beroepsmatig handelen bij verminderd vermogen
III.4.3.4 Kwalificatie

De psycholoog hanteert alleen methoden, waarvoor hij door opleiding, training en/of ervaring is gekwalificeerd.
III.4.3 De grenzen van het beroepsmatig handelen


III.4.3.5 Relevantie en beperkingen van conclusies
III.4.3.6 Rapportage beperken tot relevante gegevens
III.4.3.7 Professionele verantwoording van het beroepsmatig handelen
III.4.3.8 Voorkómen van verminderd vermogen tot verantwoorde beroepsuitoefening
III.4.3.9 Staken van het beroepsmatig handelen bij verminderd vermogen
III.4.3.5 Relevantie en beperkingen van conclusies

De psycholoog geeft zich er rekenschap van in hoeverre de conclusies die hij uit zijn bevindingen trekt relevant zijn en welke beperkingen aan deze conclusies kleven. In overeenstemming daarmee nuanceert hij zijn conclusies.
III.4.3 De grenzen van het beroepsmatig handelen

III.4.3.6 Rapportage beperken tot relevante gegevens
III.4.3.7 Professionele verantwoording van het beroepsmatig handelen
III.4.3.8 Voorkómen van verminderd vermogen tot verantwoorde beroepsuitoefening
III.4.3.9 Staken van het beroepsmatig handelen bij verminderd vermogen
III.4.3.6 Rapportage beperken tot relevante gegevens

De psycholoog beperkt zich in rapportages tot het vermelden van die gegevens en oordelen die voor het doel van de rapportage noodzakelijk zijn. Hij doet dat in voor de ontvanger van het rapport begrijpelijke en in ondubbelzinnige termen. Uit de rapportage moet duidelijk blijken wat de beperkingen zijn van de uitspraken en de gronden waarop deze berusten.
Wanneer er een verzoek is om een beoordeling te geven over de (toekomstige) toestand of het (toekomstig) functioneren van de cliënt, dient de psycholoog zicht te beperken tot een beoordeling die kan worden gedragen door de hem bekende gegevens.
III.4.3 De grenzen van het beroepsmatig handelen

III.4.3.7 Professionele verantwoording van het beroepsmatig handelen
III.4.3.8 Voorkómen van verminderd vermogen tot verantwoorde beroepsuitoefening
III.4.3.9 Staken van het beroepsmatig handelen bij verminderd vermogen
III.4.3.7 Professionele verantwoording
van het beroepsmatig handelen

De psycholoog moet zijn beroepsmatig handelen kunnen verantwoorden in het licht van de stand der wetenschap ten tijde van dat handelen, zoals deze uit de vakliteratuur blijkt
III.4.3 De grenzen van het beroepsmatig handelen

III.4.3.8 Voorkómen van verminderd vermogen tot verantwoorde beroepsuitoefening
III.4.3.9 Staken van het beroepsmatig handelen bij verminderd vermogen
III.4.3.8 Voorkómen van verminderd vermogen tot verantwoorde beroepsuitoefening

Voor zover mogelijk onderkent de psycholoog in een vroeg stadium tekenen die wijzen op zodanige persoonlijke, psychische of fysieke problemen, dat zijn beroepsmatig handelen negatief beïnvloed dreigt te worden. Hij roept tijdig deskundig advies en ondersteuning in om de problemen te voorkomen of te verminderen.
III.4.3 De grenzen van het beroepsmatig handelen

III.4.3.9 Staken van het beroepsmatig handelen bij verminderd vermogen
III.4.3.9 Staken van het beroepsmatig handelen bij verminderd vermogen

Als zijn psychische, lichamelijke of oordeelkundige vermogens zodanig zijn aangetast of verminderd, dat dit een verantwoorde beroepsuitoefening in de weg staat, staakt de psycholoog zijn beroepsmatig handelen zolang als deze toestand duurt.