• Shuffle
    Toggle On
    Toggle Off
  • Alphabetize
    Toggle On
    Toggle Off
  • Front First
    Toggle On
    Toggle Off
  • Both Sides
    Toggle On
    Toggle Off
  • Read
    Toggle On
    Toggle Off
Reading...
Front

Card Range To Study

through

image

Play button

image

Play button

image

Progress

1/17

Click to flip

Use LEFT and RIGHT arrow keys to navigate between flashcards;

Use UP and DOWN arrow keys to flip the card;

H to show hint;

A reads text to speech;

17 Cards in this Set

  • Front
  • Back
H2 Van aanvraag tot verslag: de diagnostische cyclus

Elk psychologisch onderzoek kent 5 stappen:
1. Wat is het probleem
2. Waarom is het probleem er?
3. Waarheen leidt het probleem
4. Welke oplossing is er voor het probleem
5. Waartoe heeft de oplossing van het probleem geleid.
Elk psychologisch onderzoek kent 5 stappen:
1. Wat is het probleem
2. Waarom is het probleem er?
3. Waarheen leidt het probleem
4. Welke oplossing is er voor het probleem
5. Waartoe heeft de oplossing van het probleem geleid.

Op basis hiervan besluit een psychologisch onderzoeker of er meer informatie nodig is over 1 of meer van de ‘W’ vragen. Deze informatie verzameling wordt de diagnostische cyclus genoemd:

De diagnostische cyclus bestaat uit 4 fasen:
1. Aanvraag en hulpvraag (analyse)
2. Reflectie
3. Diagnostiek
4. Verslaglegging (aannames)
Het diagnostisch proces
Het diagnostisch proces
Het diagnostisch proces
Het diagnostisch proces
2.1 Analyse
Stap 1 is de analyse van de aanvraag en hulpvraag van een cliënt of van een opdrachtgever.

Een aantal voorbeelden van vragen die je kunt beantwoorden bij de analyse van een hulpvraag of aanvraag:
• Is er sprake van dwang of van vrijwillig laten onderzoeken?
• Om welke problematiek gaat het?
• Is er al bestaande kennis op papier?
• Welke van de 5 ‘W’ vragen van het psychologisch onderzoek krijgt de nadruk?
• Welke hulp ligt het meest voor de hand?
• Uit welke setting en discipline komt de aanvrager?
• Welke relatie bestaat er tussen de opdrachtgever en de mensen die hij onderzocht wil laten hebben?
Hulpvraag en aanvraag.

Je gaat anders om met een hulpvraag dan met een aanvraag.

Bij een hulpvraag ga je op zoek naar
het ontstaan en ontwikkelen van de klachten als depressie.

Bij een aanvraag ga je anders te werk. Wat is de reden van bijv. een werkgever van de aanvraag voor een onderzoek naar bijv. ziekte verzuim? Is dat in het belang van de werkgever of werknemer?
Bij een aanvraag ga je anders te werk.
Wat is de reden van bijv. een werkgever van de aanvraag voor een onderzoek naar bijv. ziekte verzuim? Is dat in het belang van de werkgever of werknemer?
2.2 Reflectie
Na de analyse volgt de reflectie. De vragen die beantwoord konden worden breng je in de reflectie samen in 1 geheel.

Hoe kun je zorgen dat je zo objectief mogelijk bent in je reflectie op het probleem?
Streven naar zo min mogelijk subjectiviteit.

Verstoringen die het meeste voorkomen zijn:
• Vooroordeel ten opzichte van een cliënt en opdrachtgever
• Weinig kunde bij sommige problemen
• Voorkeur voor een specifieke aanpak
Verstoringen die het meeste voorkomen zijn:
• Vooroordeel ten opzichte van een cliënt en opdrachtgever
• Weinig kunde bij sommige problemen
• Voorkeur voor een specifieke aanpak
2.3 Diagnose
In de fase van de diagnostiek komen de vragen uit de aanvraag fase en de reflectie fase op papier te staan. Je kan voorzichtig aannames doen.

Elke ‘W’ vraag moet je kunnen beantwoorden met de ...
diagnostische cyclus.
Aannames.
Diagnostiek is een samenspel van analyse en de aannames van de psychologisch onderzoeker.

De aanname is ......
de hypothese en worden geschreven in de vorm van een stelling.
De aanname is de hypothese en worden geschreven in de vorm van een stelling.

Deze moet duidelijk zijn, expliciet en weerlegbaar.
Goed: Cliënt heeft een antisociale persoonlijkheidsstoornis
Fout: Cliënt heeft wat problemen

Waarom het beter stellig te zijn?
Je kan bij de eerste aanname/hypothese ja of nee zeggen. Je moet stellig zijn.
Keuze soorten onderzoek In de diagnose fase doe je dus aannames over het gevoel, gedrag en denken van mensen. Om te kijken of de aannames kloppen ga je ......
onderzoek doen.

Aan elke ‘W’ vraag kan je een onderzoeksmethode koppelen.
Soort vraag en soort onderzoeksmethode:

-Wat:
-Waarom:
-Waarheen:
-Welke:
-Waartoe:
Wat
Stoornissen en psychopathologie

Waarom
Intelligentie, cognitieve vaardigheden, gezin, omgeving en persoonlijkheid

Waarheen
Algemene dagelijkse levensbehoeften en risicotaxaties

Welke
angst, relatie en opvoeding coping, vijandigheid, depressie, alcoholisme

Waartoe
Herhaling van afname specifiek instrument
• Wat vragen:
• Waarom vragen:
• Waarheen vragen:
• Welke vraag:
• Waartoe vraag:
• Wat vragen: kunnen ongeveer elk onderzoek omvatten
• Waarom vragen: Meer focus op factoren die problemen veroorzaken en in stand houden
• Waarheen vragen: Onderzoek waarbij ‘voorspelt’ wordt in hoeverre iemand een X gedrag vertoond of symptoom heeft
• Welke vraag: richt zich op oplossingen en op obstakels die oplossingen kunnen dwarsbomen
• Waartoe vraag: ligt het voor de hand nog eens het onderzoek van de ‘wat’ vraag toe te passen bij de cliënt. Je wil weten of de problemen zijn vermindert.
Afname onderzoeksmethode
Na de aannames/hypotheses en het kiezen van het soort onderzoeksmethode volgt de ‘echte’ afname. De cliënt wordt getest.

Belangrijk bij het verzamelen van informatie is .....
dat je niet alleen een vragenlijst laat invullen of interview houdt. Je observeert ook het gedrag. Er kan bijvoorbeeld opvallend lang over een test worden gedaan. Dat is informatie. Of de test is raar ingevuld bijv.
2.4 Verslag
Het verslag dient de volgende elementen te bezitten:

A
A
A
V

I
A
R
C
A
-Aanvrager
opdrachtgever of cliënt

-Achtergrondgegevens cliënt
sekse, leeftijd, relatie, kinderen, schoolopleiding, beroep

-Aanmeldingsklachten
problemen die opdrachtgever en cliënt melden

-Vraag
vraag van opdrachtgever en cliënt

-Intakegesprek
wat is het probleem via gesprek van psychologisch onderzoeker met de cliënt, verheldering van het probleem, en het waarom van probleem en aannames formuleren

-Afgenomen tests
de instrumenten

-Rapportage
informatie uit de instrumenten en conclusies

-Conclusies
de vragen ‘wat, waarom en waarheen’ beantwoorden

-Advies
welke oplossing en waartoe leidt die oplossing (in de toekomst)
Het verslag heeft 2 doelen:
1. De goed beredeneerde conclusies van het psychologisch onderzoek worden weergegeven
2. De efficiëntie terugkoppeling naar de cliënt en opdrachtgever is gewaarborgd.