Use LEFT and RIGHT arrow keys to navigate between flashcards;
Use UP and DOWN arrow keys to flip the card;
H to show hint;
A reads text to speech;
68 Cards in this Set
- Front
- Back
|
Differentiële opvoeding |
Verschillende opvoedingservaringen door siblings, door: - Leeftijd - Temperament - Geslacht - Geboorteorde |
|
|
Balansmodel (Bakker) |
Erg gericht op opvoeding, perspectief ouders. Draagkracht (vaardigheden, beschermende factoren) |
|
|
KOPP/KVO Kinderen |
Minstens één ouder opgenomen geweest psychiatrische inrichting, of een psychiatrisch ziektebeeld geconstateerd door deskundige |
|
|
Psychische problemen kinderen van KOPP/KVO ouders |
Kindertijd en adolescentie: a-specifiek (Jong) volwassenheid: gelijk aan stoornis ouders |
|
|
Alcoholverslaving |
Sprake van zeer sterke genetische gen en zodra het kind dan ook getuige is van alle problemen rondom dit overmatige alcoholgebruik, risico nog groter |
|
|
Moeilijkheden in KOPP gezinnen (door ouders) |
- Onvoorspelbaarheid - Emotionele buien - Wisselend in gedrag/compensatiegedrag Heel veel verwarring voor kinderen! |
|
|
Moeilijkheden in KOPP gezinnen, gevolgen voor kinderen |
- Parentificatie (rol van ouders overnemen) - Schuldgevoelens |
|
|
Zwijgplicht (hulpverleners) |
Geeft cliënten ruimte om gevoelige gebeurtenissen/emoties te bespreken |
|
|
Meldrecht |
Signalen van huiselijk geweld (SHG) en kindermishandeling (AMK) kunnen gemeld worden zonder toestemming van cliënt. (Denk aan intergenerationele overdacht, verslaafde ouders...) |
|
|
Meldcode |
1. In kaart brengen signalen 2. Collegiale consultatie (AMK/SHG) 3. Gesprek cliënt (indien mogelijk) 4. Weging geweld of kindermishandeling 5. Hulp organiseren of melden |
|
|
Tienermoeders (risico's) |
- Kinderen verhoogde kans mishandeling en delinquentie - Moeders vaak hoge mate psychopathologie - Uitval school, lage SES - Verhoogde kans kinderen ook tienermoeders - Biologische vader vaak uit zicht, verschillende partners Note: afhankelijk van risico/beschermingsfactoren |
|
|
Advies gezondheidsraad/minister (bij ouders met een verstandelijke beperking) |
- Voorlichting - Ontmoediging - Dwang > wilsonbekwaam |
|
|
Wilsbekwaamheid |
- Vermogen keuzes te maken en uit te drukken - Vermogen om relevantie informatie te begrijpen - Vermogen om de aard van de situatie en de mogelijke gevolgen te waarden - Vermogen om informatie rationeel te hanteren |
|
|
Kinderrechtenvedrag |
- Bescherming - Zorg - Bevorderen ontwikkeling |
|
|
Vier pedagogische basisdoelen kinderopvang |
1. Emotionele veiligheid bieden 2. Persoonlijke ontwikkeling stimuleren 3. Sociale ontwikkeling stimuleren 4. Normen, waarden, regels (cultuur) |
|
|
Kinderopvang dilemma |
Gewoon spelen of VVE (Vroegschoolse educatie) |
|
|
Structurele kwaliteit kinderopvang (paar punten) |
Pedagogisch beleid, ruimte, programma, opleiding stad, staf-stabiliteit, staf-kind ratio |
|
|
Interactievaardigheden medewerker kinderopvang |
1. Sensitieve responsiviteit 2. Respect voor autonomie 3. Structureren en grenzen stellen 4. Praten en uitleggen 5. Ontwikkelingsstimulering 6. Begeleiden van interacties |
|
|
Kenmerken effectieve interventies kinderopvang |
- Gecertificeerde trainers - Vast curriculum - Training + gerichte oefening + on-site support - Tonen van 'good practice' op video - Individuele trainingscomponent |
|
|
Drie pedagogisch relevante contexten in het opvoedingsmilieu |
- Thuis - School/opvang - Buitenschoolse activiteiten (vrienden en vrije tijd) |
|
|
Adolescentie en sport |
Invloed ouders neemt af, invloed peers neemt toe |
|
|
Sport vormende praktijk: neutraal |
Sport is voor het gedrag niet anders dan bijvoorbeeld op school zitten |
|
|
Sport vormende praktijk: negatief |
- Morele normen en waarden worden buitenspel gezet - Competitie leidt tot antisociaal en agressief gedrag |
|
|
Sport vormende praktijk: positief |
- Fair play - Persoonlijke ontwikkeling - Interpersoonlijke ontwikkeling - Sociale binding > sociale vaardigheden tussen jongeren/ respect hebben voor anderen. |
|
|
Power sports |
Power sports leiden tot meer antisociaal gedrag buiten de sportsituatie voor jeugdigen, voor zowel jongeren die net beginnen als die het al een tijdje beoefenen, voor zowel jongeren met aanleg tot antisociaal gedrag als jongeren die dit niet hebben. |
|
|
Onderzoek Rutten (antisociaal > prosociaal gedrag sport) |
- Hoger niveau moreel redeneren - Beter moreel klimaat van de vereniging - Sterkere binding met de sportvereniging - Meer gerichtheid op fair play - Betere relatie met de trainer |
|
|
De vreedzame school |
1. Op een democratische manier met elkaar beslissingen te nemen 2. Constructief conflicten oplossen (mediator) 3. Verantwoordelijkheid te nemen voor elkaar en voor de gemeenschap 4. Open houding tegenover verschillen tussen mensen 5. Veel kennis over onze democratische samenleving |
|
|
Transitie Jeugdzorg |
Continue overgangssituatie. Steeds meer decentralisatie. Gemeentes verantwoordelijk voor jeugdzorg en hulpverlening (hier gaat dus de financiering naartoe) Gemeenten moeten ook onderling afspraken maken. |
|
|
Participatie |
Men moet zichzelf ontplooien maar wel in samenwerking met anderen Voorbeeld: maatschappelijke participatie (achteruitgang bij vrouwen, want die zijn meer gaan werken) |
|
|
Discrepantie kinderen in Nederland |
- 5% heeft serieuze problemen, één op 7 kinderen in gespecialiseerde zorg |
|
|
Zijn we het opvoeden verleerd (discrepantie jeugdzorg) |
1. Verlaging tolerantieniveau jeugd ('we bellen') |
|
|
Putman's idee over de samenleving (hier haalt Micha de Winter zijn inspiratie uit) |
Mensen participeren steeds minder. Er is minder sociaal kapitaal: - Gevormd in gemeenschapsactiviteiten (sociale steun en participatie) - Belangrijk: kwaliteit sociale relaties, groepslidmaatschap, formele informele netwerken, gedeelde normen etc. |
|
|
Plan Krachtwijkenbeleid |
- Van huur- naar koopwoningen - Verbeteren publieke ruimte - Creëren brede scholen of multifunctionele wijkcentra - Bewoners betrekken bij beheer wijk - Hulpverlening huishoudens met problemen |
|
|
Effect Krachtwijkenbeleid |
- Geen effect op sociale stijging en inkomenssamenstelling - Geen effect veiligheid en leefbaarheid - Ongunstig effect op buurtparticipatie Conclusie: averechts |
|
|
Lilian Linders spreekt Micha de Winter tegen, volgens haar... |
Interventies moeten meer gericht zijn op kwetsbare bewoners, zonder associaties met de buurt (want met 'buurtbeleid' bereik je juist de kwetsbare personen niet) |
|
|
Het Sociale Wijkteam (nieuwe wetgeving) |
Meest radicale vorm: Eigen Kracht Conferentie ( (EKC, iemand zonder expertise gaat met gezin aan de slag). Effectief bij zware problemen? |
|
|
De tegenstelling van Eigen Kracht Conferentie (EKC) en Jeugdbescherming |
- Bij Jeugdbescherming regie van ouders beperkt - Ook is hier de balans tussen engageren en positioneren van hulpverlener 'beter'. Bij iemand zonder expertise (EKC) veel moeilijker. |
|
|
Kindermishandeling, uitkomsten onderzoek |
Sinds 2005 stijging onderwijs- en emotionele verwaarlozing en getuige zijn van geweld in het gezin. 5x groter werkloosheid beide ouders Groter bij nieuwe allochtonen, eenoudergezin, 3+ kinderen, stiefgezin |
|
|
Vraag bij kindermishandeling |
Is er echt sprake geworden van toename (zegt Micha) of wordt de omgang met kinderen steeds humaner? |
|
|
Jeugdwet wetsvoorstel |
Extra investeren in preventie en lichte ondersteuning. |
|
|
At-Risk - model (kindermishandeling, boek Micha) |
Moderne denkwijze waarin disfunctioneren van individuen en gezinnen vooral gezien wordt op individueel niveau. |
|
|
Micha's 'sociale controletheorie' kindermishandeling |
(Civil society) Wie het lukt te participeren in de samenleving, zal niet snel normoverschrijdend gedrag vertonen. Preventieve interventies zouden dus gericht moeten zijn op versterking sociale bindingen en integratie van gezinnen in de buurt. |
|
|
RAAK-methodiek |
Bijna alle aandacht gaat uit naar opsporen risicogezinnen en vinden doeltreffende individuele interventies terwijl een gerichte aanpak van sociale risicofactoren ontbreekt. (Micha's visie) |
|
|
Pedagogische civil society |
Kinderen moeten meer gezien worden als een publieke kwestie. Opvoeding moet meer een collectieve zorg worden. Sociaal kapitaal belangrijke bron ontwikkeling kinderen en jongeren (betrekt betrokkenheid ouders en omgeving bij het proces) |
|
|
Opvoedingsonzekerheid (Micha) |
Onzekerheid ouders. |
|
|
Vier problemen Public Health- benadering (gaat niet om genezing, maar preventie van risicovolle bevolkingsgroepen) |
1. Veronderstelling 'kostenbesparend' is niet bewijsbaar (opsporen kwetsbare kids ook duur) 2. Gebrek specificiteit 3. Niet goed wetenschappelijk onderbouwd 4. Onvermijdelijke gevolgen voor de verhouding tussen kinderen, ouders, deskundigen en de overheid |
|
|
Vormen Justitieel ingrijpen |
Strafrechtelijk (jeugdelinquentie) |
|
|
Specialisatie forensisch orthopedagoog |
- Juridische en ethische vraagstukken rondom problematische opvoedingssituaties - Specifieke methoden en technieken van forensisch onderzoek - Diagnostiek en behandeling van complexe problemathiek |
|
|
Delinquentie leeftijdsgebonden? |
Lijkt van wel: begint in de vroege adolescentie en eindigt in de late adolescentie (15-20) Vrienden voornamelijk probleem 14-15 Rond 16-17 geen invloed vrienden meer bij voorkomen delinquentie (dus vraag: waar moeten interventies plaatsvinden?) |
|
|
Wat Werkt principe |
- Risicobeginsel (intensiteit van een interventie moet zijn afgestemd op de kans op herhaling van een delict) |
|
|
Hermanns' visie op instituties voor criminelen |
Residentiele jeugdzorg werkt niet (criminelen zullen elkaars gedrag enkel versterken) |
|
|
Van der Helms visie criminele jeugd |
- Er werkt wel degelijk iets, maar we moeten heel goed kijken naar de omstandigheden waarin deze gebeurtenissen zich plaatsvinden en hoe de interventie dus plaats moet vinden. - Repressief (straffen) klimaat > passieve coping - Open klimaat > actieve coping > behandelmotivatie |
|
|
De vijf preventieve WMO (Wet Maatschappelijke Ondersteuning) taken op het gebied van opvoed- en opgroeiondersteuning |
- Informatie en advies geven - Signaleren - Mensen doorverwijzen naar het lokale en regionale hulpaanbod - Licht pedagogische hulp bieden - De zorg voor jongeren en gezinnen coördineren |
|
|
Kerntaken CJG (Centrum voor Jeugd en Gezin) |
- Signaleren, analyseren en indien nodig, gespecialiseerde hulp inschakelen - Ondersteuning en dienstverlening bieden - Integrale zorg organiseren - Monitoren, screenen en vaccineren |
|
|
AMK SHG |
Advies- en meldpunt Kindermishandeling Steunpunt Huiselijk Geweld |
|
|
Wettelijke taken 'veilig thuis' |
- Advies geven/ondersteuning bieden melders - Fungeren als meldpunt - Onderzoek of er sprake in van... - Passende hulpverlening inschakelen - Politie of Raad voor de Kinderbescherming in kennis stellen - Terug rapporteren aan melder wat er gebeurd is |
|
|
Maatregelen bij jeugdbescherming |
- Ondertoezichtstelling (kind ernstig bedreigd, andere middelen hebben niet gewerkt) - Ontheffing - Ontzetting uit te ouderlijke macht |
|
|
Uitvoerende instanties voogdij en gezinsvoogdij |
- Bureau Jeugdzorg - William Schrikker Groep - Nidos na transitie: gecertificeerde organisaties |
|
|
Jeugdreclassering (soorten strafrecht) |
Jeugdstrafrecht: 12 t/m 17 jaar (en 18-21) Adolescentenstrafrecht: 16 t/m 23 jaar
Ook opvoedkundige aspecten |
|
|
Jeugdreclassering (taken) |
- Uitvoeren strafrechtelijke beslissing tot hulp en steun - Toezicht en begeleiding in opdracht van RvdK, ovJ - Begeleiding tijdens/na taakstraf - Begeleiding nachtdetentie - Toezicht en begeleiding STP's |
|
|
Raad voor de Kinderbescherming (taken) |
- Bescherming (onderzoek gezinnen melding) - Straf - Gezag en omgang na scheiding - Afstand, screening, adoptie en afstamming |
|
|
Risicofactoren vechtscheiding |
1. Hoog conflict niveau 2. Slecht functionerende ouder bij wie het kind woont |
|
|
Geïndiceerde jeugdzorg |
Echt forensisch: gespecialiseerde, intensieve jeugdzorg - Ambulant - Dagbehandeling - Kamertraining - Pleegzorg - Residentiële behandeling |
|
|
JeugdzorgPlus instellingen |
- Heel erg intensieve vorm Jeugd en Opvoedhulp - Gesloten instelling - Civielrechtelijke plaatsing (12-18, ernstige gedragsproblemen, vaak emotionele-, thuis-, 'middelen' problemen, jongens én meisjes) |
|
|
Justitiële jeugdinrichtingen |
- Strafrechtelijke plaatsing - Preventieve hechtenis - Jeugddetentie - PIJ- maatregel (Plaatsing in Inrichting Jeugdigen) Doelstelling - Tenuitvoerlegging vrijheidsbenemende straf - Terugkeer in maatschappij, opvoeding |
|
|
Youturn |
Methodiek die in álle JJI-instellingen worden gebruik - Aanleren eigen verantwoordelijkheid centraal - Fasering behandeling - Sociaal Competentie Model & EQUIP |
|
|
van der Helm 'De hardnekkige mythe' |
Nog onvoldoende empirisch bewijs voor effectiviteit van niet residentiële jeugdzorginterventies voor jongeren met gedragsproblemen/delinquenten. Gesloten Jeugdzorg lijkt bescheiden effectief, maar positief. |
|
|
Soorten kwaliteit BSO |
- Proceskwaliteit (directe ervaring kind/opvang) - Structurele kwaliteit (Indirect, organisatorisch etc.) heeft invloed op proceskwaliteit |
