Use LEFT and RIGHT arrow keys to navigate between flashcards;
Use UP and DOWN arrow keys to flip the card;
H to show hint;
A reads text to speech;
20 Cards in this Set
- Front
- Back
de Eskimo |
Een bewoner van het noordpoolgebied. |
|
de iglo |
Een rond huis van blokken sneeuw. |
|
de Inuït |
'Inuït' betekent 'echte mensen'. Zo noemen de Ekimo's zichzelf. |
|
het Inuktitut |
De taal die veel Eskimo's spreken. |
|
de hondenslee |
Een slee die door honden getrokken wordt. |
|
het noordpoolgebied |
Het stuk land rond de Noordpool. |
|
rauw |
Rauw eten is eten dat niet gekookt of gebakken is. |
|
de sneeuwscooter |
Een voertuig waarmee je over de sneeuw kunt rijden. Het is aan de bovenkant een soort scooter en aan de onderkant zitten ski's en rupsbanden. |
|
vastvriezen |
Aan elkaar plakken doordat het heel koud is. |
|
het wak |
Een gat in het ijs. |
|
bloggen |
Een dagboek bijhouden op het internet. |
|
de harpoen |
Een grote pijl van ijzer met haakjes eraan. |
|
ijzig |
Heel erg koud. Zo koud dat je er bijna van bevriest. |
|
het jachtgebied |
De plek waar je jaagt. |
|
de kajak |
Een kano voor één persoon. |
|
de kariboe |
Een soort rendier. |
|
de middernachtzon |
De zon in het poolgebied die niet ondergaat in de zomer. Hij schijnt dus ook 's nachts. |
|
de nomaden |
Mensen die rondtrekken zonder ergens vast te blijven wonen. |
|
de poolnacht |
De periode in de winter in het poolgebied waarin de zon niet boven de horizon uitkomt. Het wordt overdag niet licht. |
|
rondtrekken |
Van de ene plek naar de andere gaan, en dan weer verder. |