• Shuffle
    Toggle On
    Toggle Off
  • Alphabetize
    Toggle On
    Toggle Off
  • Front First
    Toggle On
    Toggle Off
  • Both Sides
    Toggle On
    Toggle Off
  • Read
    Toggle On
    Toggle Off
Reading...
Front

Card Range To Study

through

image

Play button

image

Play button

image

Progress

1/13

Click to flip

Use LEFT and RIGHT arrow keys to navigate between flashcards;

Use UP and DOWN arrow keys to flip the card;

H to show hint;

A reads text to speech;

13 Cards in this Set

  • Front
  • Back


5.5.5 Corticale lateralisatie van de emotie



De menselijke controle over het emotioneel gedrag verschilt met die van de andere diersoorten door de aanwezigheid van de sterk ontwikkelde


cerebrale hemisferen die deels instaan voor de regulatie van functies die door de vele lagere hersensystemen worden opgebouwd (Damasio, 1985).



Zowel de receptieve (het waarnemen en begrijpen) als de expressieve (het kunnen uiten) aspecten van visuele niet-verbale (bijvoorbeeld gelaatsuitdrukkingen), auditieve niet-verbale (bijvoorbeeld prosodische) of visuele en auditieve verbale (bijvoorbeeld semantische) uitdrukkingen kunnen getroffen zijn (Heil­ rnan, Bowers & Valenstein, 1993).



Er zijn argumenten om aan te nemen dat

er een emotionele asymmetrie bestaat in patiënten met rechts- dan wel met linkshernisferische corticale laesies (Gainotti, 1969).

Patiënten met rechtshemisferische laesies vertonen meestal een

apathische instelling (hypoarousal), een beperkte inschatting van emotionele prikkels en een verflauwde emotionele uitdrukking. Het affect is vaak ongepast eufoor of juist onverschillig (het is geen anosognosie).



De aangezichten van rechtshemisferische patiënten drukken minder gevoel uit dan die van linkshemisferische patiënten. Patiënten met rechtshernisferische schade kunnen taal gebruiken om emoties uit te drukken maar hun taal mist een emotionele tonaliteit. Hun spraak is neutraal, monotoon en drukt weinig gevoel uit (zie 'De rol van de rechterhemisfeer' in het hoofdstuk 'Taal en spraak').

De aangezichten van rechtshemisferische patiënten drukken minder gevoel uit dan die van linkshemisferische patiënten.



Patiënten met rechtshernisferische schade kunnen taal gebruiken om emoties uit te drukken maar hun taal mist een emotionele tonaliteit.



Hun spraak is

neutraal, monotoon en drukt weinig gevoel uit (zie 'De rol van de rechterhemisfeer' in het hoofdstuk 'Taal en spraak').



Ook de waarneming van emotie is bij rechtshernisferische patiënten vaak verstoord.



Ook de waarneming van emotie is bij rechtshernisferische patiënten vaak verstoord.



Ze hebben moeilijkheden met de interpretatie van

gelaatsuitdrukkingen , gebaren, prosodie, cartoons en de gehele mise-en­ scène.



De discriminatie van emotionele gelaatsuitdrukkingen toont een verhoogde rechts­ hemisferische, vooral frontale en pariëtale activatie in de cerebrale bloedvoorziening bij vrijwilligers (Gur et al., 1994).

Het belang van de rechterhemisfeer in de herkenning van (emotionele) gelaatsuitdrukkingen en prosodie leidde tot de stelling dat de rechterhemisfeer een

(voorlopig niet-gelokaliseerde) opslagplaats van 'gelaatsemotionele iconen' en 'soortspecifieke prosodische uitdrukkingen ' bevat (Bowers & Heilman, 1984 ; Heilman, Bowers & Valenstein , 1993).

Patiënten met linkshemisferische laesies vertonen meestal

een angstig, geagiteerd of triest beeld .



Depressie is het meest uitgesproken bij anterieure perisylviaanse laesies en niet-vloeiende afasieën.



Deze depressieve emoties zijn sterk doorleefd (hyperarousal) en men spreekt in dit verband over

catastrofale reacties (Goldstein , 1948).



Dergelijke patiënten hebben extreme problemen met de taal, maar hun geringe spraakproductie is zowel verbaal als non-verbaal vaak gepeperd door een sterke, negatief geladen emotio­naliteit.

Hoe komt het dat patiënten met linkshemisferische laesies vaker depressief/angstig en patiënten met rechtshernisferische laesies vaker onverschillig/eufoor zijn ?



Een plausibele verklaring in het licht van de feedbacktheorie baseert zich op de hypothese dat

de rechterhemisfeer niet alleen een dominante rol speelt in de autonome activatie van de viscera maar ook ten aanzien van de waarneming van autonome en viscerale veranderin­gen.

In normale subjecten worden emoties over het algemeen intenser door de linkerkant van het aangezicht uitgedrukt (cfr. 'Mona Lisa') (Sackheim et al, 1978 ; Campbell, 1978 ; Moreno et al., 1990).



De onderzoeksresultaten bij normale subjecten en bij patiënten met unilaterale hersenschade wijzen inderdaad veeleer op

een algehele dominantie van de rechterhernisfeer voor verschillende aspecten van emotioneel gedrag dan op de alterna­tieve hypothese die een functioneel verschillende specialisatie van linker- en rechterhemisfeer voor verschillende emoties voorstaat (als zou de linkerhernisfeer verantwoorde­ lijk zijn voor de meer negatieve emoties en de rechterhemisfeer voor positieve gevoelens) .



Dit neemt niet weg dat beide hersenhelften niet enkel kwantitatieve maar ook kwalitatieve verschillen in de emotionele gedragsregulatie uitoefenen .

Gainotti (1997) suggereert dat de recbterhemisfeer vooral betrokken is bij de meer rudimentaire en automatische processen van emotie, terwijl de linkerhemisfeer een meer

controlerende functie heeft.



Indien feedback essentieel is voor de emotionele gewaarwording, zullen rechtshemisfe­rische laesies over het algemeen gepaard gaan met

een verminderde emotionele beleving of onverschilligheid zelfs wanneer deze patiënten zich van hun deficits bewust zijn.



Linkshemisferiscbe laesies sparen niet alleen de (belangrijkere) rechtshemisferische feedforward- en feedbacksystemen , maar verstoren de controle van de linkerhemisfeer over de feedforwardsystemen.



In dit geval resulteren linkshemisferische laesies in



een toegenomen visceraal-autonome activiteit die, gekoppeld aan het besef van deficit (i.e. afasie, hemiparese) , tot een verhoogde (negatieve) emotionaliteit in deze patiënten aanleiding geeft (Heilman et al., 1993).