• Shuffle
    Toggle On
    Toggle Off
  • Alphabetize
    Toggle On
    Toggle Off
  • Front First
    Toggle On
    Toggle Off
  • Both Sides
    Toggle On
    Toggle Off
  • Read
    Toggle On
    Toggle Off
Reading...
Front

Card Range To Study

through

image

Play button

image

Play button

image

Progress

1/121

Click to flip

Use LEFT and RIGHT arrow keys to navigate between flashcards;

Use UP and DOWN arrow keys to flip the card;

H to show hint;

A reads text to speech;

121 Cards in this Set

  • Front
  • Back
  • 3rd side (hint)

Zwemmen

Nager

Dansen

Dansen

Joggen

Faire du jogging

Voetballen

Jouer au football

Tennissen

Jouet au tennis

Skiën

Skier

Skaten

Faire du skateboard

Schaatsen

Pariner

Duiken

Faire de la plongée

Paardrijden

Faire du cheval

Fietsen

Faire du vélo

Surfen

Surfer

Turnen

Faire de la gymnastique

Zeilen

Faire de la voile

Klimmen

Faire de l'escalade

Mountainbiken

Faire du V.T.T.

Het ijs

La glace

Dezeilbot

Ne voilier

De sporthal

Le hall de sport

Het langlaufen

Le ski de fond

Alpineskiën

Le ski alpin

Badminton

Badminton

Gewichtheffen

Haltérophilie

Hockey

Hockey

Rugby

Rugby

Atletiek

Athlétisme

Veldrijden

Vélo (plus intense)

Cricket

Cricket

Baseball

Baseball

Amerikaanse voetbal

Football américain

Golf

Golf

Ijs hockey

Hockey sur glace

Strips lezen

Lire des BD

Tekenen

Dessiner

Schilderen

Peindre

Knutselen

Bricoler

Praten / kletsen

Parler / papoter

Wandelen

Se promener

Koken

Cuisiner

Tv-kijken

Regarder le TV

Schrijven

Écrire

Muziek beluisteren

Écouter de la musique

Computeren

Jouer sur l'ordinateur

Steden bezoeken

Visiter des villes

Slapen

Dormir

Sliep, sliepen, geslapen (H)

Dormais

Vrienden uitnodigen

Inviter des amis

Nodig uit, nodigden uit, uitgenodigd (H)

Invitais

Vrienden bellen

Téléphoner à des amis

Winkelen

Faire des achats, faire du shopping

Aan zee

À la mer

Het strand

La plage

De zee

La mer

De golf

La vague

Zandkastelen bouwen

Construire des châteaux de sable

Langs het strand, op de dijk wandelen

se promener le long de la plage ou sur la digue

Lekker open tereasje zitten

S'asseoir à une terrasse

Gewoon niets doen

Simplement ne rien faire

Een billenkar of een fiets huren

Louer iun cuistax ou un vélo

Langs de haven wandelen en boten bekijken

De promener le long du port et regarder les bateaux

Mijn moeder/vader werkt als ...

Ma mère/mon père travaille comme

De bediende(n)

L'employé

De arbeider(s)

L'ouvrier

De medewerker(s) - de medewerkster(s)

Le collaborateur, la collaboratrice

De baas (bazen) - de bazin(nen)

Le patron, ma patronne

De gepensioneerde(n)

Le pensioné

De huisvrouw(en)

La femme au foyer

De werkzoekende(n)

Demandeur d'emploi

Kelner(s) / ober

Le serveur

De kok(ken) - de kokkin(nen)

Le cuisinier, la cuisinière

De kapper(s) - de kapster(s)

Le coiffeur, la coiffeuse

De mecanicien

Le mécanicien

De brandweerman(nen) (brandweerlieden)

Le pompier

De verpleger(s) - verplegster(s)

L'infirmier, l'infirmière

De tandarts(en)

Le dentiste

De arts(en) / de dokter

Le médecin

De kleuterleidster(s)

L'institutrice en maternelle

De onderwijzer(s), de onderwijzeres(sen)

L'instituteur, l'institutrice

De leraar (leraars of leraren) - lerares(sen)

Le professeur (m/f)

De verkoper(s), de verkoopster(s)

Le vendeur, la vendeuse

De vertegenwoordiger(s). De vertegenwoordigster(s)

Le représentant, la représentante

De zakenman / de zakenvrouw

L'homme d'affaires, la femme d'affaires

De informaticus (informatici)

L'informaticien

De journalist(e)

Le (la) journaliste

De advocaat (advocaten). De advocate(s)

L 'avocat, l'avocate

De ingenieur(s)

L'ingénieur

Algerije : Algerijn, Algerijnse

Arabisch, Berbertalen, Frans

Duitsland : Duitser, Duitse

Duits

Engeland : Engelsman, Engelse

Engels

Australië : Australiër, Australische

Engels

Oostenrijk : Oostenrijker, Oostenrijkse

Duits

België : Belg, Belgische

Frans, Nederlands, Duits

Brazilië : Braziliaan, Braziliaanse

Portugees

Bulgarije : Bulgaar, Bulgaarse

Bulgaarse, Turks, Romani

Canada : Canadees, Canadese

Frans, Engels

China : Chinees, Chinese

Mandarijnen-Chinees

Denemarken : Deen, Dense

Deens

Deens

Schotland : Schot, Schotse

Schots

Egypte : Egyptenaar, Egyptische

Arabische

Spanje : Spaanjaard, Spaanse

Spaans

De Verenigde Staten (V.S) : Amerikaan, Amerikaanse

Engels

Finland : Fin, Finse

Fins, Zweeds

Frankrijk : Fransman, Franse

Frans

Noorwegen : Noor, Noorse

Noorse

Nederland : Nederlander, Nederlandse

Neederlands

Polen : pool, poolse

Pools

Portugal : Portugees, Portugese

Portugees

Roemenië : Roemeen, Roemeense

Roemeens

Rusland : Rus, Russische

Russisch

Zweden : Zweed, Zweedse

Zweeds

Zwitserland : Zwitser, Zwitserse

Frans, Duits, Italiaans

Tunesië : Tunesiër, Tunesische

Arabische, Frans

Turkije : Turk, Turkse

Turks

Griekenland : Griek, Griekse

Grieks

Hongarije Hongaar, Hongaarse

Hongaars

India : Indiër, Indische

Hindi, Engels

Ierland : Ier, Ierse

Engels

Italië : Italiaan, Italiaanse

Italiaans

Japan : Japanner, Japanse

Japans

Luxemburg : Luxemburger,Luxemburgse

Luxemburgse, Frans, Duits

Marokko : Marokkaan, Marokkaanse

Marokkaans