Use LEFT and RIGHT arrow keys to navigate between flashcards;
Use UP and DOWN arrow keys to flip the card;
H to show hint;
A reads text to speech;
12 Cards in this Set
- Front
- Back
- 3rd side (hint)
Hoe ziet de jas eruit? |
.a |
. |
|
De jas ziet er mooi uit. |
. |
|
|
Zie je dat lieve hondje daar? |
. |
|
|
De Vertraging |
Keer dat iets lnger duurt of later gebeurt dan gepland. |
Het vliegtuig had twee uur vertraging. |
|
Het lawaai |
Hard en hinderlijk geluid Synoniem: herrie |
Lawaai maken |
|
Heeft gelijk |
Wat waar of juist is |
U heeft gelijk. |
|
Handig |
Als je iets makkelijk doet |
Ik ben niet zo handig met computers. |
|
Verstaan |
Kunnen horen wat iemand zegt |
Kunt u iets harder praten, ik kan u niet verstaan. |
|
Ergens |
Op een of andere plaats |
Zullen we ergens gaan zitten? |
|
Uitleggen |
Zo vertellen dat iemand het begrijp |
Hoe kan ik dot uitleggen? |
|
Ik heb hulp nodig bij het maken van mijn huiswerk. |
Mevrouw krijgt hulp bik het eten. |
|
|
Hier zijn je boeken. |
. |
|