Use LEFT and RIGHT arrow keys to navigate between flashcards;
Use UP and DOWN arrow keys to flip the card;
H to show hint;
A reads text to speech;
5 Cards in this Set
- Front
- Back
Materialen airway |
Functionerende zuig (uitzuigen secretie) Uitzuigkatheter (flexibel, diepe uitzuiging of bij uitleiding) Mayotube/guedel (houdt luchtweg vrij, voorkomt dat tong naar achteren in de keel zakt. Werkt hoest/braakteflexen op) Yankauer (stug, bij inleiding, mogelijk braakreflex)Uitzuigkatheter (flexibel, diepe uitzuiging of bij uitleiding)Mayotube/guedel (houdt luchtweg vrij, voorkomt dat tong naar achteren in de keel zakt. Werkt hoest/braakteflexen op)Larynx masker (vrijhouden airway, patiënt kan hier doorheen nog zelf ademen of beademd worden. Bij niet-verslapte patiënt, kortdurende OK. Groter risico op lekkage maaginhoud door open verbinding trachea en oesophagus. Risico op lekkage gassen en dampen. Patiënt kan niet gemobiliseerd worden)MAC blad: gebogen blad voor wegdrukken epiglottis: zichtbaar maken larynx en stembanden.Miller blad: recht blad voor wegdrukken epiglottis: zichtbaar maken larynx en stembanden (kleine kinderen, lange en smalle epiglottis) Larynx masker (vrijhouden airway, patiënt kan hier doorheen nog zelf ademen of beademd worden. Bij niet-verslapte patiënt, kortdurende OK. Groter risico op lekkage maaginhoud door open verbinding trachea en oesophagus. Risico op lekkage gassen en dampen. Patiënt kan niet gemobiliseerd worden) MAC blad: gebogen blad voor wegdrukken epiglottis: zichtbaar maken larynx en stembanden. Miller blad: recht blad voor wegdrukken epiglottis: zichtbaar maken larynx en stembanden (kleine kinderen, lange en smalle epiglottis) Endotracheale tubes: (thermoplastisch materiaal. Normale tubes (rug/zijligging), gewapende tube (zij/buikligging of slecht zicht op hoofd), nasale tube (bij nasale intubatie)) Cuff: ballonnetje dat luchtweg afsluit ter voorkoming van lek van hadden en dampen en maaginhoud. Enigszins fixatie van de tube dus mobiliseren is mogelijk. Cuff drukmeter: meting van druk in de cuff. Te hoge druk zorgt voor beschadigingen van het slijmvlies in de trachea. Bij gebruik van lachgas dient deze druk gedurende de hele procedure gemeten te worden. Lachgas diffundeert naar holle ruimtes (de cuff), waardoor druk te hoog kan worden. . Xylocaine spray: wordt in de tube gespoten zodat de stilet er doorheen kan. Voerder/stilet: starre voerder die in de tube wordt gestopt die ervoor zorgt dat de tube in de gewenste vorm gebogen kan worden.Xylocaine spray: wordt in de tube gespoten zodat de stilet er doorheen kan.KY-gel: voor soepel inbrengen larynx maskerFixatie materiaal: tape of touwtje fixeren tubeMagilltang: positioneren nasale tube of verwijderen losgeraakte tandenStethoscoop: checken juiste positie tube KY-gel: voor soepel inbrengen larynx masker Fixatie materiaal: tape of touwtje fixeren tube Magilltang: positioneren nasale tube of verwijderen losgeraakte tanden Stethoscoop: checken juiste positie tube |
|
Materialen Breathing |
Ambuballon: ventileren van de patiënt via een beademingsmasker of tube. O2% verschilt, hangt er vanaf of de ballon wel of niet is aangesloten op een 02 aanvoer systeem. Je weet alleen niet of je adequaat ventileert omdat je niet voelt hoeveel lucht er de longen wordt ingeblazen. . Beademingsmasker+swiffle: gebruikt voor o2 toediening via manuele beademing. Masker wordt geplaatst over mond en neus, moet goed aansluiten om 02 toediening te garanderen.Anesthesietoestel volgens protocolNRM: wordt over neus&mond geplaatst. 02 percentage dat wordt ingeademd wordt verhoogd naar 60-80%. Zak moet altijd goed gevuld zijn met 02 om te voorkomen dan de patiënt zijn eigen uitgeademde CO2 weer inademt.Watersystem (mapleson C): meestal op holding en recovery, continue O2 aanvoer nodig. NRM: wordt over neus&mond geplaatst. 02 percentage dat wordt ingeademd wordt verhoogd naar 60-80%. Zak moet altijd goed gevuld zijn met 02 om te voorkomen dan de patiënt zijn eigen uitgeademde CO2 weer inademt. Anesthesietoestel volgens protocolNRM: wordt over neus&mond geplaatst. 02 percentage dat wordt ingeademd wordt verhoogd naar 60-80%. Zak moet altijd goed gevuld zijn met 02 om te voorkomen dan de patiënt zijn eigen uitgeademde CO2 weer inademt.Watersystem (mapleson C): meestal op holding en recovery, continue O2 aanvoer nodig. Watersystem (mapleson C): meestal op holding en recovery, continue O2 aanvoer nodig. |
|
Materialen Circulation |
Infuussysteem Venflon Infuusplakker Stuwband Chloorhexidine Atropine & efedrine RTU NIBP, SpO2 & ECG 5 leads+ plakkers Min. 3 perfusor pompen (medicatie spuiten aansluiten) Min. 2 volumetrische pompen (NaCl zakken etc.) |
|
Materialen Disability |
Analgetica: Sufentanil/remifentanil/fentanyl Hypnotica (dampvormig zoals sevo/iso/des) & IV (propofol, thiopental & etomidaat) Relaxantia: succinylcholine (depolariserend) & rocuronium/cisatricurium (niet depolariserend) Functionaliteit & benodigdheden BIS-monitor (diepte meting anesthesie) Functionaliteit & benodigdheden TOF monitor (ecg plakkers, tof apparaat. Biedt eenvoudige en betrouwbare manier om spierontspanning van een patiënt onder anesthesie te meten) |
|
Materialen Exposure |
Computer voor administratie Functionaliteit & aanwezigheid OK taf Functionaliteit & benodigdheden positioneren Functionaliteit & benodigdheden warm-air Dekens & warm-air disposable Temperatuursonde & kabel |