• Shuffle
    Toggle On
    Toggle Off
  • Alphabetize
    Toggle On
    Toggle Off
  • Front First
    Toggle On
    Toggle Off
  • Both Sides
    Toggle On
    Toggle Off
  • Read
    Toggle On
    Toggle Off
Reading...
Front

Card Range To Study

through

image

Play button

image

Play button

image

Progress

1/148

Click to flip

Use LEFT and RIGHT arrow keys to navigate between flashcards;

Use UP and DOWN arrow keys to flip the card;

H to show hint;

A reads text to speech;

148 Cards in this Set

  • Front
  • Back

elegant

elegant

sportief

sportlich

hip

hip, trendig

netjes

ordentlich



het pak

der Anzug

het overhemd

das Hemd

de stropdas

die Krawatte

de sportkleding

die Sportkleidung

de gymp

der Sportschuh

de avondjurk

das Abendkleid

de pump

die Pumps

de trui

der Pullover

de spijkerbroek

die Jeans

de muts

die Mütze

gecombineerd

kombiniert

de zonnebril

die Sonnenbrille

de paskamer

die Umkleidekabine

rondkijken

umherschauen

het kledingstuk

das Kleidungsstück

de broek

die Hose

de rok

der Rock

het T-shirt

das T-Shirt

de blouse

die Bluse

de laars

die Stiefel

de slipper

der Badeschuh

het vest

die Strickjacke

de sjaal

der Schal

de jas

die Jacke

telkens

jedes Mal

krap

eng, knapp

strak

straff

passen

anprobieren

ruilen

umtauschen

teruggeven

zurückgeben

de jurk

das Kleid

achterin

hinten

geruit

kariert

wijd

weit

afstuderen

das Studium abschließen

aankijken

ansehen

durven

sich trauen

aanspreken

ansprechen

de voet

der Fuß

de mond

der Mund

het lichaam

der Körper

het hoofd

der Kopf

het been

das Bein

de arm

der Arm

de rug

der Rücken

de buik

der Bauch

de hals

der Hals

het gezicht

das Gesicht

de pijn

der Schmerz

de foto

die Röntgenaufnahme

anderhalf

anderthalb

rustig

ruhig

rustig aandoen

sich nicht anstrengen

de enkel

der Knöchel

verstruiken

verstauchen

de zalf

die Salbe

insmeren

einschmieren, einreiben

tegenvallen

enttäuschen, schlechter sein als erwartet

breken

brechen

de verpleger

der Krankenpfleger

de woonwijk

das Wohnviertel

rennen

rennen

remmen

bremsen

het stuur

der Lenker

vallen

fallen

het rechterbeen

das rechte Bein

zeer doen

schmerzen

nauwelijks

kaum

de dokter

der Arzt

de kiespijn

die Zahnschmerzen

daags

täglich

het tablet

die Tablette

aanraden

empfehlen

doorroken

weiterrauchen

Pas op!

Achtung!

de huisarts

der Hausarzt

de doctor

der Doktor (akad. Grad)

de klacht

die Beschwerde

het advies

der Rat

overspannen

überarbeitet, überanstrengt

de koorts

das Fieber

de hooikoorts

der Heuschnupfen

de keelpijn

die Halsschmerzen

de rugpijn

die Rückenschmerzen

de wespensteek

der Wespenstich

allergisch

allergisch

de hoofdpijn

die Kopfschmerzen

de slapeloosheid

die Schlaflosigkeit

de griep

die Grippe

hoesten

husten

bewegen

bewegen

sporten

Sport treiben

voldoende

ausreichend

voelen

fühlen

fit

fit

gezond

gesund

doorbrengen

verbringen

de aandacht

Aufmerksamkeit, Beachtung

de gezondheid

die Gesundheit

het aandachtspunkt

der Schwerpunkt

zowel

sowohl

de werkgever

der Arbeitsgeber

tegenhouden

abhalten

de smoes

die Ausrede

besparen

einsparen

het zwembad

das Schwimmbad

de sporthal

die Turnhalle

trouwens

übrigens

het medecijn

die Medizin

de ingang

der Eingang

voortaan

in Zukunft

langslopen

vorbeigehen

kennismaken

sich bekannt machen

samenvatten

zusammenfassen

het vel

das Blatt

ophangen

aufhängen

motiveren

motivieren

de mode

die Mode

slobberig

schlabberig

de schoenenwinkel

der Schuhladen

de alcohol

der Alkohol

ergeren

ärgern

bezighouden

beschäftigen

winkelen

shoppen

het onderzoek

die Untersuchung

het spreekuur

Die Sprechstunde

het spoedgeval

der dringende Fall

buiten

außerhalb

de bauikpijn

die Bauchschmerzen

de oogarts

der Augenarzt

de reden

der Grund

gespannen

angespannt

de verhouding

das Verhältnis

de uitspraak

die Äußerung

ontdekken

entdecken

lokaal

lokal, örtlich

regionaal

regional

het artikel

der Artikel

schriftelijk

schriftlich

de schouder

die Schulter

uitrusten

ausruhen

het hauwelijk

die Ehe

gauw

bald, schnell

de was

die Wäsche