• Shuffle
    Toggle On
    Toggle Off
  • Alphabetize
    Toggle On
    Toggle Off
  • Front First
    Toggle On
    Toggle Off
  • Both Sides
    Toggle On
    Toggle Off
  • Read
    Toggle On
    Toggle Off
Reading...
Front

Card Range To Study

through

image

Play button

image

Play button

image

Progress

1/13

Click to flip

Use LEFT and RIGHT arrow keys to navigate between flashcards;

Use UP and DOWN arrow keys to flip the card;

H to show hint;

A reads text to speech;

13 Cards in this Set

  • Front
  • Back
I. Intelligentietests
-Groningen Intelligentie Test (GIT)
Voldoende tot goed

-Groninger Intelligentietest Voortgezet Onderwijs (GIVO)
Voldoende tot goed

-Snijders-Oomen Niet Verbale Intelligentietest (SON-R)
Goed
II. Persoonlijkheidstests
-Nederlandse Persoonlijkheidsvragenlijst (NPV, NPV-2)
Voldoende tot goed
-De Negativisme, Ernstige Psychopathologie en Somatiseringstest (NPST)
Voldoende tot goed
III. Tests voor (het omgaan met) psychische klachten
-Klachtenlijst/Symptom Checklist-90 (SCL-90) Voldoende tot goed

-General Health Questionnaire (GHQ)
Voldoende tot goed

-Zelfbeoordelingsvragenlijst (ZBV)
Voldoende tot goed

-Utrechtse Burnout Schaal (UBOS)
Voldoende tot goed

-SDS (Self Rating Depression Scale)
Voldoende tot goed
IV. Test voor relatieproblematiek
-Nederlandse Relatievragenlijst (NRV)
Zeer goed

-EMBU (Egna Minnen Betraffande Uppfostran)
Goed/stabiel
V. Tests die veel worden gebruikt in arbeidsorganisaties
1. Prestatiemotivatietest (PMT)
Voldoende tot goed
Tests over denkvermogen (Kolk, 1997)

G
C
V
G
W
I
A
• gericht handelen:
praktisch uitvoerende functies, bijvoorbeeld tanden poetsen, schoenen aantrekken en een hand geven geen stoornissen in de motoriek

• coördineren en plannen:
zelfstandig kunnen structureren, bijvoorbeeld de Stroop-test: sorteren op kleur terwijl 'groen' in rode inkt is gedrukt

• verbale functies:
taalbegrip en -uiting, bijvoorbeeld son-test met expressie en verstaan van gesproken en gehoorde taal

• geheugen:
Korte- en langetermijngeheugen, bijvoorbeeld nazeggen van cijferreeksen en de 1 5-woordentest: vijf keer worden vijftien woorden aangeboden en die moeten later herhaald en herkend worden

• waarneming:
na (medische) ogen en oren tests wordt bijvoorbeeld de Hoopertest afgenomen om herkenning van objecten en gezichten te testen

• informatieverwerking:
snelheid van informatieverwerking met onderdelen van een intelligentietest

• aandacht:
niet afgeleid raken, voorbeeld is de Bourdon-test: op een vel staan groepjes met drie, vier en vijf puntjes, opdracht is alle groepjes van vier door te strepen, ook 'cijfers nazeggen' uit een intelligentietest
Kwaliteit van leven
• GHQ (general Healt Questionaire)
Voldoende tot goed

• SCL-90 (Symptom Checklist-90)
Voldoende tot goed
Specifieke vragenlijsten
• MPVH (medisch Psychologische Vragenlijst voor Hartpatiënten)
Voldoende tot goed

• ATB (Vragenlijst Angst voor Tandheelkundige Behandeling)
Voldoende tot goed
Angst en Fobie vragenlijsten
• ZBV (zelfbeoordelings Vragenlijst)
Voldoende tot goed
• SIG (schaal voor interpersoonlijk gedrag)
Voldoende tot goed
Depressie vragenlijsten
• MDRS (montgomery-Asberg Depression Rating Scale)
Goed
• SDS (Self Rating Depression Scale)
Voldoende tot goed
Alcoholisme
• DVA (protocol Doorlichting Voorlichting Alcoholgebruik)
• ASI (Addiction Severity Index) ?
• MALT (Munchen Alcohol Tests) Goed
Kinderproblematiek

ADHD:
Angsten:
Antisociaal gedrag:
Mishandeling en seksueel misbruik:
ADHD:
• Bourdon test Goed

Angsten:
• CBC (Child Behaviour Checklist) Goed
• PMT (Prestatie Motivatie Test) Goed

Antisociaal gedrag:
• MESSY Goed
• BDHI Buss-Durke Hostility Inventory Goed

Mishandeling en seksueel misbruik:
• Vragenlijst voor Angst bij kinderen Goed
Soorten Anamneses met gestructureerde interviews voor persoonlijkheids onderzoek:
• SIDP-IV (De Jong, 1996),
bestaat uit 160 vragen verdeeld over 16 gebieden zoals zelfwaardering, afhankelijkheid en sociale interactie;

• IPDE (Diekstra e.a., 1993),
is bedoeld voor DSM-rv-diagnostiek, maar ook voor diagnose van IDC-10-persoonlijkheidsstoornissen. Bevat 157 vragen gegroepeerd op zeven levensgebieden: werk, zelf, interpersoonlijke relaties, affecten, realiteitstoetsing, impulscontrole, en gedrag voorafgaand aan de leeftijd van 15 jaren;

• SCID (Weertman, Arntz & Kerkhof, 1998),
bevat 120 vragen die direct verband houden met de DSMIV-classificatie van persoonlijkheidstrekken.

De kwaliteit van deze vragenlijsten zou goed zijn, hoewel er nog maar weinig wetenschappelijk onderzoek naar is gedaan. Vergelijking met andere mensen is bijvoorbeeld vaak niet mogelijk.