Use LEFT and RIGHT arrow keys to navigate between flashcards;
Use UP and DOWN arrow keys to flip the card;
H to show hint;
A reads text to speech;
23 Cards in this Set
- Front
- Back
|
hoe komt het dat er een groeiende vraag is naar hulp met LVB? |
Niet omdat er meer mensen een LVB hebben, maar omdat werk bv steeds lastiger is met LVB, of omdat het onderwijs bv meer eisen stelt. |
|
|
Wat zijn de DSM 4 criteria voor een LVB? |
IQ <70 voor 18de jaar begin problemen met adaptief functioneren hoog/mid/lage beperking door IQ... |
|
|
wat zijn de DSM5 criteria voor een LVB? |
niet alleen IQ tekorten cognitieve functies criterium is dat er ondersteuning nodig is ernst is niet alleen op IQ gebaseerd (zoals DSM4), maar ook op adaptief functioneren (comprehensive assessment). |
|
|
Wat houdt adaptief functioneren precies in, hoe wordt dat verdeeld in domeinen? (3) |
- conceptueel domein - sociaal domein - praktisch domein |
|
|
WAt is het conceptuele domein van adaptief functioneren? |
schoolvaardigheden, taal, lezen, schrijven, rekenen, kennis, geheugen, probleemoplossen. milde handicap hier: steun nodig |
|
|
wat is het sociale domein van adaptief functioneren? |
empathie, communicatie, vriendschap sluiten, zelfregulatie, sociaal oordeel. milde handicap hier: risico door anderen gemanipuleerd te worden |
|
|
wat is het praktische domein van adaptief functioneren? |
verzorgdheid, verantwoordelijkheden geldbeheer, recreatie, regie over het eigen gedrag. milde handicap hier: meer ondersteuning nodig dagelijkse taken |
|
|
Zorgt LVB ook voor meer gedragsproblemen? |
niet direct, pas als LVB leidt tot leerstoornissen of psychiatrische stoornissen kan het leiden tot gedragsstoornissen. Als de omgeving zich goed aan laat sluiten op het LVB kind, dan zou het geen probleem moeten zijn. |
|
|
Wat is goodness of fit? |
aansluiten aan de behoeften van het kind met een LVB. Dan verklein je de kans op gedragsproblemen of andere problemen, en dan heeft het kind niet meer dan een LVB. Dan hoeft het in principe geen beperking te zijn. |
|
|
Wat zijn de vier controversen van hoogbegaafdheid? |
1. onderwijskunde vs psychologie 2. is het aangeboren of moet het tot bloeiing komen door de omgeving 3. HB is slechts cognitief vs HB komt ook door niet-cognitieve dingen 4. voorspoedige ontwikkeling vs slechte ontwikkeling? |
|
|
1e controverse, psychologische vs onderwijskundige lijn, wat is dit? |
in de onderwijskunde wordt er gekeken naar hoe deze kinderen het best begeleid kunnen worden, en vanuit de psychologie wordt er gekeken naar de individuele behoeften van het kind. onderwijskunde = algemeen psycho = individueel |
|
|
2e controverse: aangeboren/ontwikkeld? |
volgens Gagne heller en lens is het een aangeboren potentieel, maar moet het wel tot bloeiing komen door de omgeving. Maar die kinderen zijn met of zonder bloeiing hoogbegaafd. volgens Sternberg en Ericsson moet het potentieel wel ontwikkeld zijn voordat het hoogbegaafdheid is. ofwel: Potentie vs Skill compromis hier is: een dynamisch en fasegebonden concept dat zich steeds anders manifesteert (?) |
|
|
wat wordt er bedoeld met het compromis van de tweede converse (aangeboren potentieel vs ontwikkelde superskills): een dynamisch en fasegebonden concept dat zich steeds anders manifesteert |
1. jong kind: ontwikkelingsvoorsprong 2. schoolkind: ruim kennisbestand 3. adolescent: brede interesses en modererende persoonlijkheidsaspecten 4. volwassenheid: bijzondere expertise |
|
|
wat is de derde controverse? |
- HB is cognitief HB is volgens Monks een combinatie van hoge motivatie, creativiteit en buitengewone capaciteiten. Hierbij bepalen school, vrienden en gezin in hoeverre de HB zich ontwikkeld. - HB is niet alleen cognitief Volgens Heller heeft HB met vanalles te maken en niet alleen met cognitieve aspecten. Dit zijn de moderatoren |
|
|
wat is de vierde controverse? |
- HB is een voorspeller voor een voorspoedige ontwikkeling (Terman) - HB is een voorspeller voor een slechte ontwikkeling (Hollingworth) Compromis: Pas na 3SD boven het gemiddelde is het slecht, omdat HD kids dan eenzaam worden omdat ze geen aansluiting hebben van peers ook moet er met minder SD bovengemiddeld wel worden aangesloten door de omgeving op het kind. Goodness of fit is erg belangrijk. |
|
|
Wat is het verschil tussen moeilijk lerende kinderen en kinderen met leerproblemen? |
moeilijk lerende kinderen hebben problemen op alle domeinen en kinderen met leerproblemen hebben problemen op een (of meeR) specifieke domeinen) |
|
|
Kinderne met LVB hebben geen specifieke leerproblemen omdat... |
ze vaak een algemene achterstand hebben door hun LVB |
|
|
Kinderen met LVB hebben vaker psychiatrische stoornissen |
Yup. vooral als de goodness of fit niet goed is |
|
|
Waarom is het belangrijk om ook te kijken naar de omgeving van LVB kinderen? |
omdat deze erg van invloed is, de meerderheid heeft ook opvoedings-/gezinsproblemen. |
|
|
Wat zijn de vier hulpvragen mbt HB? |
preventief - vaak vanuit school. preventief al screening vragen of het kind verhelderend - blootleggen van meningsverschillen school en ouders verklarend - is er sprake van overprestatie? HB? indicerend - handelingsgericht, indicerend. Kind naar plusklas bv. |
|
|
behandeling is een gek woord bij HB kids, wat hebben zij wel heel erg nodig? |
psycho-educatie. |
|
|
op welke niveaus kan psycho-educatie gegeven worden? |
informerend, begeleidend en therapeutisch |
|
|
wat zijn soft signs? |
softe signalen van HB: hoog leertempo, enthousiast etc. |
