• Shuffle
    Toggle On
    Toggle Off
  • Alphabetize
    Toggle On
    Toggle Off
  • Front First
    Toggle On
    Toggle Off
  • Both Sides
    Toggle On
    Toggle Off
  • Read
    Toggle On
    Toggle Off
Reading...
Front

Card Range To Study

through

image

Play button

image

Play button

image

Progress

1/17

Click to flip

Use LEFT and RIGHT arrow keys to navigate between flashcards;

Use UP and DOWN arrow keys to flip the card;

H to show hint;

A reads text to speech;

17 Cards in this Set

  • Front
  • Back

lederhuid

binnenste deel van de huid, bestaat uit;


zweetkleuren, talgklieren, zintuigen, spieren en haren

opperhuid

buitenste deel van de huid, bestaat uit;


dode hoornlaag, levende cellen, kiemlaag

kiemlaag

hoort bij opperhuid, de kiemlaag maakt pigment als er zon op je huid schijnt

hoornlaag

hoort bij de opperhuid, geeft extra bescherming, gaat vochtverlies tegen + voorkomt binnendringen van bacteriën en virussen

infectie

besmetting, de ziekteverwekker is je lichaam binnengedragen

leefstijl

manier van leven

erfelijke factoren

berusten op informatie van je genen

antistoffen

stoffen die gifstoffen of ziekteverwekkers onschadelijk maken, antistoffen zitten in vacinaties (griepprik/tetanusprik)

macrofagen

vernietigen ziekte verwekkers die wel binnenkomen

niet-specifieke afweer

bij een verwonding van de huid kruipen macrofagen uit de haarvaten, zij vernietigen de binnengedrongen bacteriën d.m.v. fagocytose. deze vorm van afweer is niet specifiek

antiserum

door bij dieren bloedplasma met antistoffen af te nemen, krijg je antiserum

monoklonale antistoffen

antistoffen afkomstig van een kloon van snel delende muizencellen. door cellen uit de milt te fuseren met tumorcellen ontstaat een kloon van cellen die snel dellen en allemaal dezelfde antistof maken

vaccinatie

inenting;


- de enige manier om ernstige ziektes onder de bevolking te voorkomen


- bij elke vaccinatieprogramma is er de afweging tussen het risico op overlijden aan de ziekte en de kans op bijwerkingen

antigenen

indringers, komen voor bij alle cellen

B-lymfocyten

eerste type lymfocyt, rijpen in het beenmerg en maken antistoffen

T-lymfocyten

tweede type lymfocyt, rijpen in de thymus

lymfeknopen

verzamelplaatsen van witte bloedcellen