• Shuffle
    Toggle On
    Toggle Off
  • Alphabetize
    Toggle On
    Toggle Off
  • Front First
    Toggle On
    Toggle Off
  • Both Sides
    Toggle On
    Toggle Off
  • Read
    Toggle On
    Toggle Off
Reading...
Front

Card Range To Study

through

image

Play button

image

Play button

image

Progress

1/16

Click to flip

Use LEFT and RIGHT arrow keys to navigate between flashcards;

Use UP and DOWN arrow keys to flip the card;

H to show hint;

A reads text to speech;

16 Cards in this Set

  • Front
  • Back

Noem 5 van de klassieke uitgangspunten van het strafprocesrecht

1. rechterlijke onafhankelijkheid


2. rechterlijke onpartijdigheid


3. beroepsrechters --> geen jury


4. vervolgingsmonopolie OM


5. opportuniteitsbeginsel


6. correctiemechanisme art. 12 Sv


7. geen procedure zonder verdenking


8. vermoeden van onschuld


9. hoor en wederhoor


10. zwijgrecht


11. interne en externe openbaarheid

Wat is het nemo-tenetur beginsel?



Hoe ver strekt de bescherming hieronder?

Op grond van art. 29 lid 1 Sv heb je het recht om te zwijgen. Je hoeft niet aan je eigen veroordeling mee te werken. Cautieplicht!



Het valt niet meer onder het nemo-teneturbeginsel als het al bestaat zonder wilsbesluit van de verdachte (real evidence) --> urine of DNA.



Rekening houden met:


1. aard en mate van dwang


2. algemeen belang dat gediend is met de vervolging


3. waarborgen in de wet


4. is het gebruikt als bewijsmateriaal?

Wat zijn de grenzen van het pressieverbod?

art. 29 lid 1 Sv, je mag niet zoveel druk op de verdachte uitoefenen dat deze gaat bekennen.

Wat is het verband tussen art. 3 EVRM en 6 EVRM? Is er als er schending van art. 3 is ook meteen schending van art. 6?

Jalloh: als bewijs is verkregen in strijd met art. 3 EVRM, kun je daarmee zeggen dat de dwang zo groot was dat er sprake is van schending van art. 6 EVRM --> dus vrijspraak.



MAAR Gäfken II: er moet gekeken worden naar de procedure as a whole. Als er sprake is van een breuk in de causale keten, mag het bewijsmateriaal daarna wel gebruikt worden.

Wat heeft het EHRM in Salduz bepaald en hoe heeft de HR dit geïnterpreteerd?

Salduz had nooit een beroep kunnen doen op een raadsman. In NL had je ook geen recht op een raadsman voor (en nog steeds niet tijdens) het verhoor. Volgens het EHRM heb je recht op op een raadsman tijdens de verhoren (niet duidelijk was of de raadsman ook tijdens het verhoor aanwezig mocht zijn).



Post Salduz: HR heeft geoordeeld dat je recht op een advocaat hebt vóór het verhoor, maar niet tijdens. Als je minderjarig bent, heb je wel recht op een advocaat tijdens het verhoor.

Wat zijn de vijf vragen die gesteld moeten worden bij dwangmiddelen?

1. geval? bijv. overtreding, misdrijf, geval van voorlopige hechtenis?


2. tegen wie? bijv. de verdachte


3. grond: met welk doel? in het belang van het onderzoek, ter verkrijging van identificatie, inbeslagname van verboden goederen.


4. duur (ten spoedigste, onverwijld)


5. door wie? wie is bevoegd het dwangmiddel uit te voeren.

Wat zijn de onderdelen van de BOB?

1. klassieke opsporing: art. 126g t/m 126n


2. vroegsporing: art. 126o t/m 126ui


3. burgerhulp: art. 126v t/m art. 126z


4. terroristische misdrijven: art. 126 za t/m 126zs (hulp door burgers: art. 126 zt + art. 126 zu).

Wat zijn de verschillende verdenkingsniveau's in de BOB?

1. klassieke opsporing: verdenking (art. 27 Sv)


2. redelijk vermoeden


3. aanwijzing

Is het planten van een informant in een cel bij voorlopig gehechten in strijd met het zwijgrecht?

Allan: het kan in strijd zijn met art. 6, als de verdachte zich tijdens het verhoor op zijn zwijgrecht heeft beroepen. De keuzevrijheid moet niet door list en bedrog worden ondermijnd.



Jailplant: er moet getoetst worden:


1. sprake van functioneel equivalent van het verhoor?


2. wat is de rol van de informant? passief of actief?


3. wat is de houding van de verdachte? beroept hij zich consequent op zijn zwijgrecht?


Conclusie: verdachte is niet in een zodanige rol geduwd dat er sprake was van schending art. 6 EVRM.


Extra toetsen:


1. subsidiariteit


2. proportionaliteit

Mag je, als je de bevoegdheid hebt, altijd deze ten volle gebruiken?

Braak bij binnentreden: nee, je moet ook kijken naar het proportionaliteitsbeginsel en het subsidiariteitsbeginsel. Als het op een manier kan zonder een ruit te breken bijv. dan moet je dat eerst doen.

Mag je een deur forceren als je het recht hebt een huis te betreden?

Ja, dit hoort nog bij betreden. Je mag dan alle vertrekken in (of een grote inloopkast als daar iemand in kan zitten). Kastjes enzo mag je niet opendoen.

Hoe lang kun je vastzitten tot de veroordeling?

-6 uur voor ophoud voor onderzoek (max eenmaal met 6 uur worden verlengd, uren tussen 12-9 tellen niet mee) art. 61 Sv.


- 3 dagen inverzekerinstelling, art. 58 lid 2


- 14 dagen in bewaring stellen (door de RC)


- 90 dagen gevangenhouding/neming



In totaal: 107 dagen en 15 uur.

Wat zijn de voorwaarden voor inverzekeringstelling?

1. opgelegd worden door de OvJ of de hOvJ.


2. in het belang van het onderzoek (daaronder kan ook vallen het belang om de verdachte mededelingen uit te reiken over de strafzaak).

Wat zijn de voorwaarden voor voorlopige hechtenis?

1. geval van lid 1 of lid 2 zijn


2. ernstige bezwaren tegen de verdachte (meer dan alleen een verdenking)


3. grond van art. 67a


- vluchtgevaar


- gewichtige reden van maatschappelijke veiligheid (verdenking van een feit van 12 jaar of meer, recidivegevaar, collusiegevaar)


Wat kan de verdachte doen tegen oplegging van voorlopige hechtenis?

1. verzoek tot schorsing (art. 69 Sv) hier kunnen voorwaarden aan verbonden worden. Persoonlijke belangen van de verdachte moeten worden afgewogen met het strafvorderlijk belang.


2. verzoek tot opheffing

Wanneer krijg je schadevergoeding voor voorlopige hechtenis?

1. Als de zaak eindigt zonder oplegging van straf


2. Het moet wel billijk zijn (geval van zeggen dat je het gedaan hebt zodat je broer kan ontsnappen, daarna geen Sv).


3. Ook immateriële schadevergoeding.