• Shuffle
    Toggle On
    Toggle Off
  • Alphabetize
    Toggle On
    Toggle Off
  • Front First
    Toggle On
    Toggle Off
  • Both Sides
    Toggle On
    Toggle Off
  • Read
    Toggle On
    Toggle Off
Reading...
Front

Card Range To Study

through

image

Play button

image

Play button

image

Progress

1/101

Click to flip

Use LEFT and RIGHT arrow keys to navigate between flashcards;

Use UP and DOWN arrow keys to flip the card;

H to show hint;

A reads text to speech;

101 Cards in this Set

  • Front
  • Back
  • 3rd side (hint)
het medelijden
compassion
de afkeer
aversion
de afkomst
afkomstig van/uit
place of origin
derived/coming from
belanden
arrive, end up
=terechtkomen
verb
bemoeien zich met
interfere with/in
verb
de bevalling
childbirth, delivery
bevestigen
confirm, affirm
verb
bezorgd
worried, concerned
biseksueel
bisexual
blijken
prove, turn out, appear (actually)
bloot
op blote voeten
bare, naked, mere, nude
barefoot
blozen
blush
verb
het bruidspaar
bride and groom, bridal couple
de bruid
bride
de bruidegrom
bridegroom
het echtpaar
married couple
de echtgenoot
de echtgenote
husband
wife
de echtscheiding
divorce
erven
de erfnis
de erfgenaam
inherit
the inheritance
the heir
de ergernis
annoyance, offense, irritation
erotisch
erotic
de generatie
generation
het gezelschap
company, party
hartstochtelijk
passionate, impassioned
de hetroseksueel
heterosexual
de holebi
gay, LGBT
de homo
gay
de homoseksueel
homosexual
de homoseksualiteit
homosexuality
hopeloos
hopeless
inzien*
see, recognize, realize
verb
de jeugd
youth
de jongere
youth, teens
knipogen
wink
verb
koesteren
cherish
verb
de lesbienne
lesbian (noun)
lesbisch
lesbian (adj)
lijken
seem, appear (not actual)
de minachting
contempt
de minnaar
de minares
lover
mistress
omhelzen
embrace
verb
onderling
mutual
ontrouw
unfaithful
de ontrouw
infidelity
opgroeien*
grow up
verb
de ouderdom
age, old age, antiquity
de puber
een kind in de puberteit
de puberteit
puberty
razend
furious
rebelleren tegen
rebel against
verb
rekenen op
count on
verb
samengesteld
composite, compound
schamen zich voor/over
be ashamed of
verb
schijnen
1. shine
2. appear, seem
verb
de seksualiteit
sexuality
de steun
support
strelen
caress, stroke
verb
tegenkomen*
encounter, meet
verb
tevergeefs
in vain
de tiener
teenager
toekomstig
future (adj)
troosten
comfort, console
verb
de trouw
trouw
faith, loyalty, faithfulness
faithful, loyal, true
het uiterlijk
appearance, look
verantwoordelijk voor
responsible for
verdragen
tolerate, endure, bear
verb
verleiden
seduce, entice
verb
de verliefdheid
infatuation, romantic love
zich verloven
verloofd
become engaged
engaged
verb
verontwaardigd
indignant
de verstandhouding
relationship, understanding
vertrouwen
trust
verb
verwaarlozen
neglect
verb
verwijten
het verwijt
blame,
the accusation
het voorbehoedsmiddel
contraceptive
voortaan
vanaf dit moment
vrijen
have sex
verb
vrijgevig
generous, liberal
de vrijgezel
bachelor, single person
waarderen
appreciate, value
verb
waardevol
valuable
wanhopig
desperate, despairing
de weduwe
de weduwnaar
widow
widower
de wees
orphan
het zakgeld
allowance, pocket money
de zwangerschap
zwanger
pregnancy
pregnant
bezwaar hebben tegen
have an objection to
deel uitmaken van
form a part of
verb phrase
(g)een rol spelen in/bij
play a/no role in
een boontje hebben voor
have a soft spot for
een hekel hebben aan
have a dislike of, dislike
een oogje hebben op
have a crush on
iemand plezier doen
please, give pleasure
op stap gaan
go out
rekening houden met
take into account, consider
(smoor)verliefd zijn op
be lovesick/smitten with
(stapel)gek zijn op
be mad about
(stapel)verliefd zijn op
be madly in love with
uit elkaar gaan
break up
verwant zijn met
be related
zwart zien van het volk
??