• Shuffle
    Toggle On
    Toggle Off
  • Alphabetize
    Toggle On
    Toggle Off
  • Front First
    Toggle On
    Toggle Off
  • Both Sides
    Toggle On
    Toggle Off
  • Read
    Toggle On
    Toggle Off
Reading...
Front

Card Range To Study

through

image

Play button

image

Play button

image

Progress

1/32

Click to flip

Use LEFT and RIGHT arrow keys to navigate between flashcards;

Use UP and DOWN arrow keys to flip the card;

H to show hint;

A reads text to speech;

32 Cards in this Set

  • Front
  • Back

13.2.


Genderidentiteitsstoornis

Een conflict tussen iemand biologische geslacht en de genderidentiteit.

13.3.


Seksuele disfuncties

Hardnekkige of steeds terugkerende problemen met seksuele belangstelling, opwinding of reactie.

13.3.


Typen seksuele disfuncties

- Seksuele stoornis met verminderd verlangen


- Seksuele-opwindingsstoornissen


- Orgasmestoornissen


- Seksuele-pijnstoornissen

13.3.


Seksuele stoornissen met verminderd verlangen

Blijvend of steeds terugkerend gebrek aan seksuele belangstelling of seksuele fantasieën.


(2 soorten: Seksuele stoonis met verminderd verlangen, seksuele-aversiestoornis)

13.3.


Seksuele-aversiestoornis

Een vorm van seksuele disfunctie die wordt gekenmerkt door aversie tegen en vermijding van genitaal seksueel contact.

13.3.


Seksuele-opwindingsstoornissen:


" bij de vrouw


en erectiestoornis bij mannen

Een vorm van seksuele disfunctie die bestaat uit moeilijk seksueel opgewonden kunnen raken, of uit een gebrek aan seksuele opwinding of plezier tijdens seksuele activiteit. Kenmerken zich door een onvermogen om de fysiologische reacties te bereiken of te handhaven die deel uitmaken van de seksuele opwinding.

13.3.


Orgasmestoornissen: 3 typen stoornissen

- Orgasmestoornis bij de vrouw


- Orgasmestoornis bij de man


- Voortijdige ejaculatie

13.3.


Orgasmestoornis bij de vrouw

Een vorm van seksuele disfunctie die bestaat uit blijvende problemen bij het bereiken van een orgasme, ondanks adequate prikkeling.

13.3.


Orgasmestoornis bij de man

Blijvende of steeds terugkerende vertraging bij het bereiken van een orgasme of onvermogen om een orgasme te bereiken, ondanks een normaal niveau van seksuele belangstelling en opwinding.

13.3.


Voortijdige ejaculatie

Een vorm van seksuele disfunctie die bestaat uit een patroon van ongewenste, snelle ejaculaties tijdens seksuele activiteit.

13.3.


Seksuele-pijnstoornissen (2 soorten)

- Dyspareunie


- Vaginisme

13.3.


Dyspareunie

Hardnekkige of steeds terugkerende pijn tijdens of na geslachtsgemeenschap.

13.3.


Vaginisme

Een geconditioneerde respons waarbij contact van de penis met de geslachtsorganen van de vrouw een onwillekeurige reactie van de spieren van de vagina oproept waardoor penetratie van de vagina onmogelijk is.

13.4.


Parafilieën

Seksuele afwijkingen of seksuele stoornissen waarbij mensen seksueel opgewonden raken in reactie op atypische stimuli.

13.4.


Parafilieën volgens de DSM-IV,


Herhaalde seksuele drang en herhaalde fantasieën die zes maanden of langer duren en die gericht zijn op:


(3 typen)

- Niet-humane voorwerpen zoals ondergoed, schoenen, leer of zijde


- Vernedering of het toebrengen van lichamelijk lijden aan zichzelf of anderen


- Kinderen en andere personen die geen toestemming geven of kunnen geven

13.4.


Exhibitionisme

Herhaalde, sterke drang om de geslachtsorganen te laten zien aan een nietsvermoedende vreemde om het slachtoffer te verrassen, te choqueren of seksueel op te winden.

13.4.


Parafilieën, enkele soorten

- Exhibitionisme


- Fetisjisme


- Voyeurisme


- Frotteurisme


- Seksueel masochisme


- Seksueel sadisme


- Pedofilie


- Nog vele andere parafilieën

13.4.


Fetisjisme

Herhaaldelijke, sterke seksuele drang en opwindende fantasieën met betrekking tot levenloze voorwerpen.

13.4.


Fetisjitisch transvestitisme

Herhaalde sterke drang en herhaalde fantasieën met betrekking tot het dragen van kleding van de andere sekse voor doeleinden van seksuele opwinding.

13.4.


Voyeurisme

Een vorm van parafilie die betrekking heeft op seksuele drang en seksueel opwindende fantasieën die gericht zijn op het bespieden van nietsvermoedende anderen die naakt zijn, zich uitkleden of die seksuele handelingen verrichten.

13.4.


Frotteurisme

Een vorm van parafilie die betrekking heeft op seksuele drang of seksueel opwindende fantasieën waarbij tegen niet-instemmende personen wordt gebotst of gewreven voor seksuele bevrediging.

13.4.


Seksueel masochisme

De sterke, herhaalde drang en fantasie van iemand om seksuele handelingen te ondergaan waarbij hij of zij wordt vernederd, vastgebonden, gegeseld of op andere manieren lijden wordt toegebracht. de drang wordt uitgeleefd of veroorzaakt ernstig persoonlijk lijden.

13.4.


Hypoxyfilie

Een parafilie waarbij iemand seksuele bevrediging zoekt door zuurstoftekort. Het zuurstofgebrek gaat meestal gepaard met fantasieën over verstikking of verstikt worden door een minnaar.

13.4.


Seksueel sadisme

De tegenhanger van seksueel masochisme. Het kenmerkt zich door een herhaalde, sterke drang of fantasie om iemand anders pijn toe te brengen of te vernederen, met als doel seksuele opwinding.

13.4.


Sadomasochisme (SM)

SM betekent dat er een wederzijds bevredigende seksuele interactie bestaat, die zowel sadistische als masochistische handelingen omvat. Veel mensen hebben incidentele SM fantasieën of doen aan een milde vorm van SM.

13.4.


Pedofilie

Een vorm van parafilie waarbij de patiënt zich seksueel aangetrokken voelt tot kinderen.

13.4.


Behandeling van parafilieën

- Biomedische behandeling


- Cognitieve gedragstherapie

13.4.


Biomedische behandeling bij parafilieën

Er bestaat geen pil om parafilieën mee te genezen. Geneesmiddelen om mensen te helpen de afwijkende seksuele drang te beheersen of de seksuele drift te verminderen. Sommige parafilieën worden behandeld met SSRI's. Ook wordt er gebruik gemaakt van anriandrogene geneesmiddelen, welke de testosteronspiegel in het bloed verlagen. Het gebruik hiervan noemt men ook wel chemische castratie.

13.4.


Cognitieve gedragstherapie bij parafilieën

Richt zich vooral op aversieve therapie, coverte sensitatie en het aanleren van sociale vaardigheden.

13.4.


Aversieve therapie bij parafilieën

Er wordt een negatieve emotionele respons gekoppeld aan stimuli of fantasieën die seksuele opwinding veroorzaken. Een voorbeeld is dat de patiënt zich een voorstelling maakt van een naakt kind en dat tegelijkertijd een elektrische schok wordt toegediend. Zo kan de koppeling tussen de voorstelling en seksuele opwinding ontkoppeld worden.

13.4.


Coverte sensitisatie

Een variant op aversieve therapie, maar hierbij is de aversieve stimulus (bijv. elektrische schok) vervangen door een mentale voorstelling die een aversieve werking heeft. Zo kan een patiënt met exhibitionisme zich voorstellen dat hij zijn geslachtsdelen toont aan anderen en zich tegelijkertijd voorstellen dat er een vreselijke geur hangt in dezelfde omgeving. Zo wordt op eenzelfde wijze getracht de seksueel opwindende stimulus uit te doven.

13.4.


Sociale vaardigheden bij parafilie

Kunnen worden aangeleerd in gevallen waarin patiënten een parafilie hebben ontwikkeld omdat zij geen normale seksuele relaties met anderen kunnen aangaan. In de vorm van rollenspellen kan hiermee geoefend worden.