• Shuffle
    Toggle On
    Toggle Off
  • Alphabetize
    Toggle On
    Toggle Off
  • Front First
    Toggle On
    Toggle Off
  • Both Sides
    Toggle On
    Toggle Off
  • Read
    Toggle On
    Toggle Off
Reading...
Front

Card Range To Study

through

image

Play button

image

Play button

image

Progress

1/24

Click to flip

Use LEFT and RIGHT arrow keys to navigate between flashcards;

Use UP and DOWN arrow keys to flip the card;

H to show hint;

A reads text to speech;

24 Cards in this Set

  • Front
  • Back

12.1.


Dissociatieve stoornis

Een groep psychische stoornissen die zich kenmerken door veranderingen of verstoringen in de functies van het zelf die de persoonlijkheid tot een geheel maken. Kenmerkt zich door een uiteenvallen (ofwel dissociatie) van identiteit, geheugen of bewustzijn.

12.2.


Belangrijkste dissociatieve stoornissen (4)

- Dissociatieve identiteitsstoornis


- Dissociatieve amnesie


- Dissociatieve fugue


- Depersonalisatiestoornis

12.2.


Dissociatieve identiteitsstoornis (DIS)

Vroeger meervoudige persoonlijkheidsstoornis. Een dissociatieve stoornis waarbij iemand twee of meer afzonderlijke persoonlijkheden of alters heeft. Deze alters hebben elk eigen trekken en herinneringen.

12.2.


Kenmerken van dissociatieve identiteitssstoornis volgens DSM-IV-TR (4)

- In de betrokkene huizen minstens twee verschillende persoonlijkheden


- Twee of meer van deze persoonlijkheden hebben regelmatig volledige controle over het gedrag van de betrokkene


- De betrokkene is niet in staat om zich belangrijke persoonlijke informatie te herinneren


- De stoornis is geen gevolg van psychotherapeutische medicatie of een lichamelijke aandoening.

12.2.


Dissociatieve amnesie

Dissociatieve stoornis waarbij de betrokkene tekenen van geheugenverlies vertoont zonder dat daar een aantoonbare organische oorzaak voor is. De betrokkene is niet in staat om zich belangrijke persoonlijke informatie te herinneren, meestal traumatische of stressvolle ervaringen, waarbij het geheugenverlies ernstiger is dan eenvoudige vergeetachtigheid.

12.2.


Dissociatieve amnesie omvat vijf verschillende vormen van geheugenproblemen:

- Gelokaliseerde amnesie


- Selectieve amnesie


- Algehele amnesie


- Voortdurende amnesie


- Gesystematiseerde amnesie

12.2.


Dissociatieve fugue

Dissociatieve stoornis waarbij iemand plotseling wegvlucht uit zijn dagelijks leven. Hij kan zich geen persoonlijke informatie uit het verleden herinneren en raakt ofwel in de war over de eigen identiteit, of hij neemt gedeeltelijk of helemaal een nieuwe identiteit aan.

12.2.


Depersonalisatie

Een tijdelijk verlies of een tijdelijke verandering van ons normale gevoel van realiteit. In een toestand van depersonalisatie voelt de betrokkene zich losgekoppeld van zichzelf en zijn omgeving.

12.2.


Derealisatie

Een gevoel van onwerkelijkheid over de omgeving of de buitenwereld, wat blijkt uit vreemde veranderingen in de perceptie van de eigen omgeving of het verstrijken van de tijd.

12.2.


Depersonalisatiestoornis

Stoornis die zich kenmerkt door aanhoudende of terugkerende episodes van depersonalisatie.

12.2.


Diagnostische kenmerken van depersonalisatiestoornis (4)

- Terugkerende of aanhoudende ervaringen van depersonalisatie


- Tijdens de toestand van depersonalisatie blijft het realiteitsbesef intact


- De ervaring van depersonalisatie veroorzaakt significante persoonlijke distress of belemmert de betrokkene


- Ervaringen van depersonalisatie kunnen niet in verband worden gebracht met andere stoornissen of de effecten van medicijnen, drugs, alcohol of lichamelijke aandoening.

12.3.


Somatoforme stoornis

Stoornis die zich kenmerkt door klachten over lichamelijke problemen of symptomen die niet door lichamelijke oorzaken verklaard kunnen worden.

12.3.


Nagebootste stoornis

Stoornis die zich kenmerkt door het opzettelijk fabriceren van psychologische of lichamelijke symptomen zonder dat duidelijk is welk voordeel de patiënt daarvan heeft.

12.3.


Syndroom van Münchausen

De meest voorkomende nagebootste stoornis, een vorm van een geveinsde ziekte waarbij de betrokkene ofwel doet of hij ziek is, of zichzelf daadwerkelijk ziek maakt.

12.3.


Münchausen by proxy

Hierbij brengt iemand opzettelijk een lichamelijke of emotionele ziekte of verwonding teweeg bij een kind of iemand anders die van hem afhankelijk is.

12.3.


Conversiestoornis

Somatoforme stoornis die zich kenmerkt door verlies of verstoring van een lichamelijke functie zonder dat er sprake is van een duidelijke lichamelijke oorzaak. De symptomen worden niet opzettelijk gefabriceerd.

12.3.


Diagnostische kenmerken van conversiestoornis (6) (deel 1)

- Minstens één symptoom of gebrek dat te maken heeft met het willekeurige motorische of sensorische functioneren wijst in de richting van een lichamelijke stoornis


- Psychologische factoren spelen waarschijnlijk een rol in de stoornis omdat begin of verergering van de symptomen samenhangt met psychosociale stressoren


- De betrokkene brengt het lichamelijke symptoom niet met opzet teweeg en simuleert evenmin.

12.3.


Diagnostische kenmerken van conversiestoornis (deel 2)

- Het symptoom kan niet verklaard worden als cultureel ritueel of responspatroon. Grondig onderzoek sluit lichamelijke ziekte uit.


- Het symptoom veroorzaakt significante emotionele distress of belemmeringen in leven


- Het symptoom beperkt zich niet tot klachten over pijn of problemen in het seksueel functioneren en kan evenmin door een andere psychische stoornis verklaard worden.

12.3.


Hypochondrie

Somatoforme stoornis die zich kenmerkt door een foute interpretatie van lichamelijke symptomen als zouden het tekenen zijn van een onderliggende ernstige ziekte.

12.3.


Diagnostische kenmerken van hypochondrie (6) (deel 1)

- De betrokkene wordt geheel in beslag genomen door de angst voor een ernstige ziekte, en interpreteert lichamelijke tekenen als bewijzen hiervoor


- Angsten voor lichamelijke ziekte, blijven ondanks geruststellende uitspraken van de arts bestaan


- De preoccupaties zijn geen wanen en beperken zich niet tot zorgen over het uiterlijk

12.3.


Diagnostische kenmerken van hypochondrie (deel 2)

- De preoccuaties veroorzaken significante emotionele distress of verstoren een of meer belangrijke levensgebieden


- De verstoring bestaat al zes maanden of langer.


- De preoccupaties komen niet uitsluitend voor binnen de context van een andere psychische stoornis

12.3.


Verstoorde lichaamsbeleving

Somatoforme stoornis die wordt gekenmerkt dor een obsessie met een imaginair of sterk overdreven defect in het uiterlijk.

12.3.


Pijnstoornis

Somatoforme stoornis waarbij men vermoedt dat psychologische factoren een belangrijke rol spelen bij het ontstaan, de verergering en de duur van chronische pijnen.

12.3.


Somatisatiestoornis

Somatoforme stoornis die wordt gekenmerkt door een constante stroom van uiteenlopende klachten die niet verklaard kunnen worden door een lichamelijke oorzaak.