Use LEFT and RIGHT arrow keys to navigate between flashcards;
Use UP and DOWN arrow keys to flip the card;
H to show hint;
A reads text to speech;
24 Cards in this Set
- Front
- Back
|
Wat is permeabiliteit? |
Hoe makkelijk kan een ion door het membraan? |
|
|
Conductatie |
Hoe makkelijk kan een bepaald ion lading door het membraan vervoeren? |
|
|
Wat is meetbaar? Conductantie Membraanevenwicht Permeabiliteit Ionconcentraties |
Conductantie & membraanevenwicht |
|
|
Wat is het symbool voor conductantie? |
g |
|
|
Wat is de conductantie als alle ionkanalen open staan? |
g > 0 |
|
|
Wat is het omkeerpotentiaal? |
Wanneer het membraan een bepaalde potentiaal bereikt & het ionkanaal is open maar er loopt geen stroom doorheen omdat Vm = Ex |
|
|
Wat gebeurd er met de stroom bij een passieve membraan stroom? |
Er stroomt een negatieve capacitieve stroom door het membraan en de stroom die er daarna doorheen loop is neutraal. |
|
|
Wat is een capacitieve stroom? |
Kortdurende stroom om membraancapaciteit op te laden. |
|
|
Wat gebeurd er met de stroom bij een actieve membraan stroom? |
Er stroomt een positieve capacitieve stroom door het membraan en de stroom die er daarna doorheen loop is positief. |
|
|
Wat blokkeert TTX? |
Na+ |
|
|
Wat blokkeert Conotoxine? |
Ca2+ |
|
|
Wat blokkeert Spidertoxin? |
Na+ & Ca2+ |
|
|
Wat blokkeert scorpion toxin? |
Het inactiveren van de Na+ kanalen. Dus de kanalen blijven open. |
|
|
Wat blokkeert Tetrodoxin? |
Na+ |
|
|
Wat blokkeert Tetraethylammonium? |
K+ |
|
|
Waarvan is de omkeerpotentiaal afhankelijk? |
Van de ionconentraties binnen en buiten. |
|
|
Waardoor sluiten Na+ kanalen? |
Door inactivatie. |
|
|
Waardoor sluiten K+ kanalen? |
Door verandering de in membraanpotentiaal. |
|
|
Wat is de refractaire periode? |
De undershoot van de K+ kanalen waardoor de Na+ poorten sluiten. |
|
|
Waarneer kunnen de Na+ poorten weer open? |
Als de Na+ poorten gesloten zijn en niet meer geinactiveerd. |
|
|
Waardoor kan de refractaire periode verkort worden? |
Door het verhogen van de K+ kanalen. |
|
|
Wat is een andere speciale eigenschap van de refractaire periode? |
Door de refractaire periode kan een actiepotentiaal maar een kant op doorgegeven worden. |
|
|
Noem 2 functies van de myelineschede rond een axon. |
Verhoogt de membraanweerstand Verlaagt de capaciteit van het membraan. |
|
|
Waardoor wordt myeline geproduceert? |
Oligodendrocyten |
