• Shuffle
    Toggle On
    Toggle Off
  • Alphabetize
    Toggle On
    Toggle Off
  • Front First
    Toggle On
    Toggle Off
  • Both Sides
    Toggle On
    Toggle Off
  • Read
    Toggle On
    Toggle Off
Reading...
Front

Card Range To Study

through

image

Play button

image

Play button

image

Progress

1/33

Click to flip

Use LEFT and RIGHT arrow keys to navigate between flashcards;

Use UP and DOWN arrow keys to flip the card;

H to show hint;

A reads text to speech;

33 Cards in this Set

  • Front
  • Back
Moet ik ergens overstappen?
Je mag niet roken
Het is verboden te roken
Hier mag je niet roken
het vliegtuig
de wortel
de aardbei, de aardbeien
de boon, de boontjes
de prei
de meloen
de witte kool
de zon
De boeken .... op de grond
De boeken .... op de grond
liggen
klein
rood
wat is het? Welk kleur heeft het?
wat is het? Welk kleur heeft het?
Dit is een gele regenjas
Wat is het? Welk kleur heeft het?
Wat is het? Welk kleur heeft het?
Dit is een rood rokje
Wat is het? In welk materiaal is het?
Wat is het? In welk materiaal is het?
Dit is een wollen trui.
de stofzuiger
Dit is een bekend .... van Van Gogh
Dit is een bekend .... van Van Gogh
schilderij (het)
Je bent in een klerenwinkel. Je wilt een broek passen. Waar ga je naartoe?
naar de paskamers
Wat is dit? Wat kan je ermee doen?
Wat is dit? Wat kan je ermee doen?
Het is een fornuis. Je kan erop koken.
De trein is 5 minuten te laat. Hij heeft 5 minuten ...
vertraging
- Ik ben geïnteresseerd in dit appartement. Is er centrale verwarming?
* Ja, er is centrale verwarming .... gas
op
- Hallo, .... Kayo Quintens
* Hallo

=> vul in met een prepositie
met
Op welke .... is het appartement?
verdieping
- In welke .............. is het appartement?
* Het is een oud gebouw maar het is deze zomer gerenoveerd.
staat
Ik vind het een heel mooie trui, maar de .... zijn te lang!
de mouwen
de verkoper vraagt 3,76 euro. De klant betaalt 3,76. De klant betaalt ....
gepast
dicht bij <->
<-> ver van
- Ik vind het een mooi appartement. Hoeveel bedraagt de huurprijs?
* 450 euro.
- Zijn water en elektriciteit ..................?
* ja
inbregrepen
zwemmen: perfectum: ik
Ik heb gezwommen.
koken: perfectum: jij
Jij hebt gekookt
opstaan: perfectum: hij
Hij is opgestaan
naar het werk fietsen: perfectum: wij
wij zijn naar het werk gefietst
eten: perfectum: jullie
Jullie hebben gegeten