• Shuffle
    Toggle On
    Toggle Off
  • Alphabetize
    Toggle On
    Toggle Off
  • Front First
    Toggle On
    Toggle Off
  • Both Sides
    Toggle On
    Toggle Off
  • Read
    Toggle On
    Toggle Off
Reading...
Front

Card Range To Study

through

image

Play button

image

Play button

image

Progress

1/16

Click to flip

Use LEFT and RIGHT arrow keys to navigate between flashcards;

Use UP and DOWN arrow keys to flip the card;

H to show hint;

A reads text to speech;

16 Cards in this Set

  • Front
  • Back

actor-observer discrepancy: actor-observator-effect

Het verschijnsel dat de persoon die een handeling uitvoert (de actor) geneigd is die handeling aan situationele factoren te attribueren, terwijl een persoon die dezelfde handeling observeert (de observator) geneigd is hem aan persoonlijke eigenschappen van de actor toe te schrijven.

attitude: attitude
Een mening of een overtuiging met een evaluatieve component, d.w.z. met een oordeel over datgene waarop de attitude betrekking heeft.
attribution: attributie
In de sociale cognitie: een conclusie over wat de oorzaak is van een handeling; anders gezegd: het toeschrijven van waargenomen gebeurtenissen of handelingen aan één of meer oorzaken.
cognitive dissonance theory: cognitieve-dissonantie theorie
Festinger's idee dat mensen proberen de spanning op te heffen die ontstaat als de persoon beseft dat hij of zij er twee tegenstrijdige cognities op na houdt (bijv. een discrepantie tussen een attitude en feitelijke informatie die de persoon bezit).
elaboration likelihood model:
Een theorie over sociale beïnvloeding die stelt dat mensen eerder geneigd zullen zijn logisch, inhoudelijk over informatie na te denken (de boodschap elaboratief te verwerken) wanneer de informatie voor hen persoonlijk relevant is, dan wanneer de informatie niet persoonlijk relevant is.
explicit stereotypes: expliciete stereotypen
Stereotypen die mensen bewust hebben. Zie stereotypes. Vergelijk implicit stereotypes.
implicit association tests: impliciete associatiestest
Een test die iemands automatische, onbewuste mentale gedachten meet. Oorspronkelijk ontwikkelt om iemands impliciete stereotypen en impliciete attitudes te meten. Zie implicit stereotypes.
implicit stereotypes: impliciete stereotypen
Stereotypen die automatisch en onbewust mensen hun oordelen en acties jegens anderen beïnvloeden. Vergelijk explicit stereotypes.
insufficient-justification effect:
Een verandering van attitude, bedoeld om een handeling te rechtvaardigen die door de oorspronkelijke attitude onvoldoende gerechtvaardigd werd; de attitude aanpassen aan het feitelijke gedrag.
person bias:
De neiging iemands handelingen te veel aan persoonlijke eigenschappen van die persoon toe te schrijven, en te weinig rekening te houden met factoren in de situatie. Dit wordt ook wel de 'fundamentele attributiefout' genoemd. In actor-observer situaties is de observator geneigd tot person bias. Vergelijk situation bias.
personal identity: persoonlijke identiteit
Dat deel van het zelfbeeld dat betrekking heeft op het zelf als individu, los van sociale rollen en relaties. Vergelijk social identity.
self-serving attributional bias: 'self-serving bias'
De neiging van mensen om hun successen toe te schrijven aan de eigen goede eigenschappen en mislukkingen aan de situatie.
social comparison: sociale vergelijking
Het proces waarin mensen komen tot een inschatting van hun eigen vaardigheden, eigenschappen, ideeën en prestaties, door ze te vergelijken met die van anderen.
social identity: sociale identiteit
Dat deel van het zelfbeeld dat betrekking heeft op de sociale rollen en relaties van het zelf met anderen en de sociale groepen waartoe men behoort. Vergelijk personal identeit.
stereotypes: stereotypen
Mentale concepten die mensen hebben over groepen andere mensen (onder andere raciale en etnische groepen) met de volgende kenmerken: (a) verschillen tussen leden van de groep worden geminimaliseerd, (b) verschillen met andere groepen worden overdreven, en (c) een stereotype kan de basis vormen voor vooroordeel en discriminatie.
self-esteem: zelfvertrouwen
Iemands gevoel van goedkeuring en acceptatie van zichzelf.