Use LEFT and RIGHT arrow keys to navigate between flashcards;
Use UP and DOWN arrow keys to flip the card;
H to show hint;
A reads text to speech;
16 Cards in this Set
- Front
- Back
|
aandachtspunten bij defibrillatie? |
-zuurstoffles 1m van de pt -geen vocht -pads 6cm van pacemaker -iedereen los |
|
|
geef de hiërarchie van belang tss compressies, zuurstof en medicatie? |
1. compressies 2. zuurstof 3. farmaca |
|
|
voordelen en nadelen van adrenaline? |
VOORDELEN: -chronotroop -inotroop -vasoconstrictie wat de myocardiale en cerebrale perfusiedruk verhoogt
NADELEN: -verhoogt myocardiaal O2 verbruik -ectopische aritmiën -transiënte hypoxemie tgv pulmonaire arterioveneuze shunting |
|
|
indicaties adrenaline? |
-reanimatie met niet-shockbaar ritme: zo vlug mogelijk -VF: na 3e shock en dan elke 3-5 min bij hartstilstand -VT: na 3e shock en nadien elke 3-5 min bij hartstilstand -anafylactische shock -cardiogene shock (2e lijn)
dosis? telkens 1mg => bij verdunning 1/1000 is dit 1ml, bij verdunning1/10.000 is dit 10ml |
|
|
indicaties amiodarone en hoeveel? |
-VF-defibrillatie: --vóór de 4e shock 300mg in 20ml glucose 5% (= 2 ampullen in 20ml) --vóór de 6e shock 150mg in 20ml glucose 5% (=1 ampul in 20ml) --daarna continu infuus van 900mg over 24u |
|
|
wat moet je weten over amiodarone? |
mag je niet combineren met lidocaïne |
|
|
bijwerkingen amiodarone? |
-hypotensie -bradycardie voorkom je dr vochttoediening en intotrope farmaca
bijw bij lange orale inname? -micro-afzetting in cornea -schildklierfunctie -pulmonaire infiltraten -hepatische infiltraten -perifere neuropathie
opm: NIET combineren met lidocaïne |
|
|
werkingsmechanisme amiodarone? |
is een klasse III anti-aritmicum: -inhibeert de K+ kanalen -daarnaast ook inhibitie van Na+ en Ca2+ kanalen.
hierdoor (inh K+ kanalen) vertraagt de repolarisatie, verlengt het QT-interval (de repolarisatie op het ECG, loopt achter in de tijd op de repolarisatie van het hart in werkelijkheid) |
|
|
stel er is een pt met VF-defibrillatie en amiodarone is niet beschikbaar? |
dan geef je LIDOCAINE -1-1,5mg/kg -elke 5min herhalen tot een dosis van 3mg/kg |
|
|
wat zijn de bijwerkingen van lidocaïne? |
-stuipen -hartstilstand-asystolie |
|
|
wat is het werkingsmechanisme van lidocaïne? |
klasse Ib antiaritmicum -milde inhibitie van de Na+ kanalen.
indicaties? -reconversie van VKF -behoud sinusritme -geen inhibitie van de extrasystole |
|
|
wat geef je bij bradycardie< 60? |
atropine= Anticholinergicum
=> blokkeert de werking van de nervus Vagus op de SA-knoop (vagus inhibeert de SA-knoop via ACh op muscarine receptoren). dit verhoogt de SA-geleiding en de automaticiteit Daarnaast verhoogt het ook de bloeddruk.
opm: w niet meer toegediend bij niet defibrilleerbare ritnes
opm atropine geeft mydriase (= anticholinerg effect) niet te verwarren met teken van CEREBRale ischemie. |
|
|
wanneer geef je bicarbonaat en hoeveel? (pas later in de reanimatie) |
-hartstilstand met hyperkaliëmie -overdosis TAD -vanaf een arteriële pH< 7,1= controversieel
dosis? 1mEq/kg IV
in flacons of spuiten van 50mEq/50ml |
|
|
geef de pathofysiologie van Magnesium? |
-betrokken bij ATP-synthese in de spier -neuronaal: remt ACh release en doet sensitiviteit van motorische eindplaat dalen
-verbetert contractiliteit star myocard (hoe is ongekend) -beperkt uitgebreidheid van infarct (hoe is ongekend)
-hypomagnesiëmie is vaak geassocieerd met hypokaliëmie en kan leiden tot aritmiën en hartstilstand (hypomagnesiëmie verhoogt de cardiale digoxine opname en verlaaft de Na+/K+ ATPase activiteit) |
|
|
indicaties voor magnesium in de advanced life support? (pas later in de reanimatie) |
-shock resistente VF in aanwezigheid van hypomagnesiëmie -ventriculaire tachyaritmie in aanwezigheid van mogelijke hypomagnesiemie -torsades de pointes (lange QT-tijd) -hypokaliëmie -digoxine toxiciteit
dosis? 2gram gedurende 1 min, evt na 10-15 min herhalen.
opm: mag je combineren met amiodarone of lidocaïne. Bijwerkingen zijn uitzonderlijk, zelfs bij nierfalen. |
|
|
onderliggende herstelbare oorzaken van hartstilstand? |
4 H's en 4 T's, hiermee heb je bijna altijd u diagnose
H -hypoxie -hypovolemie -hypokaliëmie, hyperkaliëmie, hypocalcemie, hypoglycemie -hypothermie
T -tensiepneumothorax -trombo-embolie -toxines -tamponade |
