• Shuffle
    Toggle On
    Toggle Off
  • Alphabetize
    Toggle On
    Toggle Off
  • Front First
    Toggle On
    Toggle Off
  • Both Sides
    Toggle On
    Toggle Off
  • Read
    Toggle On
    Toggle Off
Reading...
Front

Card Range To Study

through

image

Play button

image

Play button

image

Progress

1/21

Click to flip

Use LEFT and RIGHT arrow keys to navigate between flashcards;

Use UP and DOWN arrow keys to flip the card;

H to show hint;

A reads text to speech;

21 Cards in this Set

  • Front
  • Back
beginnen
begon, zijn begonnen
blijven
bleef/bleven, zijn gebleven
brengen
bracht/brachten, hebben gebracht
denken
dacht/dachten, hebben gedacht
doen
deed/deden, hebben gedaan
gaan
ging/gingen, zijn gegaan
geven
gaf/gaven, hebben gegeven
hebben
had/haddenת hebben gehad
houden
to keep, to hold, to cause

hield/hielden, hebben gehouden
kijken
keek/keken, hebben gekeken
komen
kwam/kwamen, zijn gekomen
krijgen
kreeg/kregen, hebben gekregen
kunnen
kon/konden, hebben gekund
laten
liet/lieten, hebben gelaten
liggen
lag/lagen, hebben gelegen
lopen
liep/liepen, hebben/zijn gelopen
moeten
moest/moesten, hebben gemoeten
mogen
mocht/mochten, hebben gemogen
nemen
nam/namen, hebben genomen
spreken
sprak/spraken, hebben gesproken
staan
stond/stonden, hebben gestaan