• Shuffle
    Toggle On
    Toggle Off
  • Alphabetize
    Toggle On
    Toggle Off
  • Front First
    Toggle On
    Toggle Off
  • Both Sides
    Toggle On
    Toggle Off
  • Read
    Toggle On
    Toggle Off
Reading...
Front

Card Range To Study

through

image

Play button

image

Play button

image

Progress

1/34

Click to flip

Use LEFT and RIGHT arrow keys to navigate between flashcards;

Use UP and DOWN arrow keys to flip the card;

H to show hint;

A reads text to speech;

34 Cards in this Set

  • Front
  • Back
6.1 Inleiding
Een risico-inventarisatie en -evaluatie (RIE) is verplicht volgens de Arbowet bij het uitvoeren van assessments. Ook moet een werkgever de gezondheid en de veiligheid van werknemers zoveel mogelijk waarborgen door het volgende:
• De werkomgeving van de werknemer moet zoveel mogelijk aangepast worden aan de werknemer.
• Eentonig werk zonder voldoende sturingsmogelijkheden moet vermeden worden.
• Risico’s voor gezondheid en veiligheid moeten voorkomen en beperkt worden.
Het uitvoeren van een RIE dient door een expert op het gebied van A&O (zowel intern als extern) uitgevoerd te worden. Dergelijk onderzoek is voor werkende en werkgevende partijen van belang, maar levert ook belangrijke resultaten op voor ...
de wetenschap en bijbehorende theorieën.
6.2 Uitgangspunten van assessment

Zoals al eerder genoemd is het van belang dat werknemers de taken die zij krijgen aankunnen, zowel geestelijk als lichamelijk om gezondheidsrisico’s te voorkomen. Om dit te onderzoeken worden er wat gedaan?
assessments.
Het is van belang dat de sturingsmogelijkheden, de werkeisen en belasting van de werknemer in evenwicht zijn.

Werknemers dienen wat te hebben?
-werk te hebben met afwisseling,
-de juiste beloning te krijgen,
-goede relaties op het werk te hebben en op
-de juiste manier te worden aangestuurd.

Door middel van training kunnen knelpunten die hiermee te maken hebben worden weggenomen.
6.3 Onderwerpen en methodieken voor een assessment op organisatieniveau

Resultaten van een assessment moeten te gebruiken zijn, volledig zijn, precies en betrouwbaar zijn.

Noem een X aantal onderwerpen.
1. arbozorgsysteem en organisatie kenmerken

2. Arbeidsgebonden oorzaken van V&G
-arbeidsinhoud en organisatie
-arbeidsverhoudingen
-arbeidsvoorwaarden

3. Indicatoren V&G
-ziekte verzuim
-WIA toetreding
-ongevallen en beina ongevallen op het werk
-Ziekten
-(beroepsgebpnden) aandoeningen
-gezondheidsklachten
-Personeelsverloop
-afnemende arbeidsmotivatie en arbeidstevredenheid

4. Relatie tussen kenmerken (bijv, leeftijd, geslacht, opleiding, en sociaal economische status)
-Persoonskenmerken.
De manier waarop een bedrijf omgaat met Arbowetregelingen kan onderzocht worden door
-document onderzoek,
-checklists
-interviews.
-vragenlijsten
-Metingen
-Observaties.
Documentonderzoek
De manier waarop een bedrijf omgaat met Arbowetregelingen kan onderzocht worden door onderzoek naar documenten binnen het bedrijf. Dit zijn bijvoorbeeld de risico’s van gezondheid en veiligheid die zijn genoteerd, jaarverslagen en andere bronnen van informatie.

Checklists.
Door middel van een checklist wordt er dan gekeken of alle onderdelen per checklist aanwezig zijn, of waar er mogelijk verbetering kan plaatsvinden.

Interviews.
De oorzaken voor risico’s kunnen opgespoord worden door het afnemen van verschillende interviews.
Vragenlijsten
Ook vragenlijsten kunnen meer informatie verschaffen. In sommige gevallen zullen bepaalde instrumenten nodig zijn om de kwaliteit van de werkomgeving te onderzoeken.

Metingen
Naast het voorgenoemde wordt er binnen het onderzoek ook gekeken naar het geslacht, de leeftijd, burgerlijke staat, opleiding, werkuren etc. per werknemer en naar de eigenschappen van de personen, bijvoorbeeld hoe zij omgaan met stress, eetgewoontes en gebruik van alcohol om een meer algemeen beeld te vormen van de werknemers.
6.4 Keuze van methodieken en enkele aandachtspunten voor onderzoek

Bij onderzoek naar gezondheid en veiligheid zijn de volgende punten belangrijk:
1. Dient het onderzoek individueel of globaal te zijn?
2. Hoeveel en in welke mate is er al gedetailleerde informatie aanwezig?
3. Gaat het om vertrouwelijke informatie?
4. Is er voldoende geld en tijd voor een assessment?
5. Hoeveel werknemers doen mee aan het assessment?
6. Zijn er voldoende (specifieke) meetinstrumenten voorhanden?
7. Naar welke betrouwbaarheid van de gegevens wordt er gestreefd?
6.5 De praktijk van assessment op organisatieniveau

Assessment binnen een organisatie begint globaal en wordt steeds ...
specifieker.

Bij kleinere bedrijven kunnen meer mensen betrokken worden, ook bij grote bedrijven moet dit zoveel mogelijk gebeuren ondanks dat dit vaak lastiger is.
De keuze om een meer uitgebreide inventarisatie te houden heeft te maken met het volgende:
1. Als bepaalde groepen werknemers voor een knelpunt zorgen.
2. Indien de arbo-analyse geen eenduidige oorzaak aanwijst.
3. Als de knelpunten niet duidelijk genoeg worden en meer onderzocht dienen te worden
4. Als de oorzaak en de grootte van het probleem onduidelijk blijft.
Om een globaal overzicht te krijgen van de veiligheid en de gezondheidsrisico’s kan er gebruikgemaakt worden van
-Analyse van relevante documenten.

-Orienterende interviews met sleutelinformanten.

-Gebruik van checklists

-Globaal werkplekonderzoek

Alle bevinden worden vastgelegd in een rapport.

Zijn er knelpunten gevonden in een of meer van de vier stappen dan wordt er een uitgebreidere analyse gedaan naar o.a. ziekteverzuim d.m.v. verschillende methoden om de specifieke situatie in kaart te brengen, waarbij ook vragenlijsten worden gebruikt. Hierbij wordt gelet op zowel subjectieve kanten als objectieve kanten van het probleem.
Alle bevinden worden vastgelegd in
een rapport.

Zijn er knelpunten gevonden in een of meer van de vier stappen dan wordt er een uitgebreidere analyse gedaan naar o.a. ziekteverzuim d.m.v. verschillende methoden om de specifieke situatie in kaart te brengen, waarbij ook vragenlijsten worden gebruikt. Hierbij wordt gelet op zowel subjectieve kanten als objectieve kanten van het probleem.
6.6 Verslaglegging, terugkoppeling en aansluitende interventies

Wanneer de problemen boven water zijn door onderzoek en analyse, moeten deze doorgegeven worden aan het bedrijf. Voorkeur gaat uit naar ...

Wat voor soort communicatie om dat te doen?
En wat komt er dan naar voren?
zowel schriftelijke als mondelinge communicatie.

Binnen deze communicatie komt naar voren:

• De mate waarin problemen onderling met elkaar te maken hebben en
• of deze te maken hebben met de veiligheid en de gezondheid van de werknemers.

• De uitkomsten van het onderzoek, en de punten die daarbij opgevallen zijn. Belangrijk is het dat de uitkomsten niet alleen naar de leidinggevenden worden teruggekoppeld, maar ook dat werknemers hier op de hoogte van zijn. Indien het niet mogelijk is om mondeling te communiceren, zal dit op zijn minst schriftelijk dienen te gebeuren.
Binnen deze communicatie komt naar voren:
• De mate waarin problemen onderling met elkaar te maken hebben en of deze te maken hebben met de veiligheid en de gezondheid van de werknemers.

• De uitkomsten van het onderzoek, en de punten die daarbij opgevallen zijn. Belangrijk is het dat de uitkomsten niet alleen naar de leidinggevenden worden teruggekoppeld, maar ook dat werknemers hier op de hoogte van zijn. Indien het niet mogelijk is om mondeling te communiceren, zal dit op zijn minst schriftelijk dienen te gebeuren.
Coaching en counseling zijn belangrijk voor de psychologie van arbeid en gezondheid,

Waar zorgen ze voor?
Coaching en counseling zorgen voor het zoeken naar een oplossing voor persoonlijke problemen op de werkvloer.

Een coach zoekt niet naar oplossingen, maar helpt de werknemer beter om te gaan met mogelijke problematische situaties.

Een coach werkt meer preventief en helpt de werknemer bij het aanleren van belangrijke vaardigheden.

Een counselor geeft raad bij problemen die al ontstaan zijn en gebruikt daarbij verschillende technieken.
Wat is een vuistregel van knelpunten in vragenlijst onderzoek?
men spreekt van een knelpunt als 20% van de werknemers het zo ervaren
Assessment kan je het beste zien niet als doel op zich maar als
noodzakelijke stap in een voortdurend proces van van optimalisatie van de arbeidsomstandigheden.
• RIE:
risico-inventarisatie en –evaluatie
• V&G:
veiligheid en gezondheid
• Artikel 3 van de Arbowet:

de werkgever moet een zo goed mogelijk arbeidsomstandighedenbeleid voeren:

hij moet de arbeid zodanig vormgeven, dat er geen nadelige invloed van uitgaat op de veiligheid en gezondheid van werknemers

• Drie methoden hiervoor:
1. V&G risico’s dienen in de eerste plaats voorkomen en beperkt te worden, en moeten bij de bron worden aangepakt

2. Werkgevers dienen de inrichting van arbeidsplaatsen, de werkmethoden en de bij de arbeid gebruikte arbeidsmiddelen alsmede de arbeidsinhoud zoveel als redelijkerwijs kan worden gevergd, aan te passen aan de eigenschappen van de werknemer

3. Ongevarieerde arbeid, en arbeid waarbij het tempo op een zodanige wijze wordt beheerst dat de werknemer gehinderd wordt het tempo van de arbeid zelf te beïnvloeden, moeten zoveel als redelijkerwijze kan worden gevergd, worden vermeden
• Drie checklists voor V&G risico’s →
1. Welzijn bij de Arbeid methodiek (WEBA):
richt zich op de bepaling van risico’s die te maken hebben met functie-inhoud en organisatie van het werk

2. Checklists arbeidsinhoud-, -omstandigheden, -voorwaarden en –verhoudingen.
Deze vier checklists bieden de mogelijkheid om arbeidssituaties systematisch te beoordelen op V&G risico’s en leveren aanwijzigingen op het verbeteren van die arbeidssituaties

3. Checklist welzijn in het Handboek algemene bedrijfsverkenning en RIE (ABRIA):
biedt een eenvoudige methode om risico’s op de werkplek te inventariseren en beoordelen
• Kwaliteitsnormen op werk, op schaal:
1. NEN-normen:
2. CE-markering:
3. ISO-normen:
1. NEN-normen: Nederlandse normen
2. CE-markering: EU normen
3. ISO-normen: wereldwijd geldig
• Wat wordt bedoeld met ‘vermijd te gedetailleerd onderzoek waarmee niets wordt gedaan’:
men behoeft niet preciezer te meten dan het niveau waarop men beslissingen wil nemen
• Assessment op organisatieniveau (2):
-1. een globale verkenning van risico’s en
-2. vervolgens een uitgebreidere inventarisatie van mogelijke knelpunten
• Vier afwegingen bij het maken van de keuze voor een uitgebreidere inventarisatie →
1. Als het gesignaleerde probleem niet duidelijk genoeg vast te stellen is met behulp van een globale verkenning van arboknelpunten, is: een nauwkeuriger analyse van een of enkele gesignaleerde knelpunt(en) wenselijk

2. Als de globale verkenning alleen knelpunten uitwijst die voor een of enkele groepen van toepassing zijn, ligt: een analyse van bepaalde groepen werknemers voor de hand

3. Als onduidelijk blijft op welke schaal knelpunten voorkomen of bij welke categorieën werknemers, zal: een onderzoek bij meer dan alleen de sleutelinformanten (of zelfs alle medewerkers) duidelijkheid moeten verschaffen

4. In het geval dat de organisatie weinig inzicht blijkt te hebben in knelpunten en er geen eensluidend beeld uit de verkennende inventarisatie van arboknelpunten naar voren komt, moet: een meer gedetailleerde analyse van mogelijke arboknelpunten uitgevoerd worden
• Vijf relevante documenten (voor analyse):
-verslag van een eerder verrichte RIE,
-arbobeleidsplan,
-arbojaarplan,
-sociaal jaarverslag en
-verslagen van ondernemingsraden
• Waarvoor zijn checklists:
verkennende risico-inventarisatie
• Vier soorten uitgebreide V&G analyse:
1. uitvoerige verzuim- of verloopanalyse,
2. diepte-interviews,
3. specifieke metingen in de werksituatie en
4. uitgebreid vragenlijstonderzoek
• Ziekteverzuim →

1. Kortdurend:........dagen
2. Middellang: ..........dagen
3. Langdurig verzuim: .........dagen of meer
• Ziekteverzuim →

1. Kortdurend: 1-7 dagen
2. Middellang: 8-42 dagen
3. Langdurig verzuim: 43 dagen of meer
• Bij meer dan hoeveel dB loopt men risico op gehoorstoornissen: 80
• Wanneer neemt de kans op fysieke klachten sterk toe(kg) →
• Tillen: meer dan 25kg
• Duwen: meer dan 30kg
• Trekken: meer dan 20kg
• Wat biedt de WEBA (2): regels (‘normen’) voor de bepaling van risico’s, en concrete aanknopingspunten voor de preventie en reductie van risico’s

• Wanneer spreekt men van een knelpunt (vragenlijst): ......


• Wanneer is 1% al teveel: ......
• Wanneer spreekt men van een knelpunt (vragenlijst):
indien meer dan 20% van de werknemers aangeeft klachten te ervaren ten aanzien van een aspect

• Wanneer is 1% al teveel:
als die niet weten waar de nooduitgangen en vluchtwegen zijn, of in geval van seksuele intimidatie of pesten
• Hoeveel % respons op vragenlijsten is na te streven:
..........

• Wat gebeurt er als het minder is:
............

• Waar duidt een hoge standaardafwijking op:
.............
• Hoeveel % respons op vragenlijsten is na te streven:
70 tot 80%

• Wat gebeurt er als het minder is:
kans op selectieve non-respons

• Waar duidt een hoge standaardafwijking op:
grote variatie in antwoorden
• assessment →
1. stap 1: globale verkenning
2. stap 2: diepgaande studie naar V&G risico's

• waar past de WEBA en wat is een kenmerk hiervan: de WEBA is objectief, en past vooral in stap 2
• benchmarking: vergelijken met werknemers in vergelijkbare organisaties

• hoeveel tijd moet je bij een vragenlijst reserveren tussen het versturen tot de afronding van het innemen van de lijsten: ongeveer vier weken
• benchmarking: vergelijking met normscores uit andere organisaties

• wat is, tot slot, bij (middel)grote organisaties van belang: in ieder geval de rest van het bedrijf schriftelijk op de hoogte stellen van de belangrijkste uitkomsten van de inventarisatie