term1 Definition1term2 Definition2term3 Definition3
Please sign in to your Google account to access your documents:
4.7 Het onderscheid tussen korte- en langetermijngeheugen
James (1890) maakte reeds onderscheid tussen primair en secundair geheugen, waarmee hij wilde aangeven dat er een verschil bestond tussen
actief informatiegebruik en een passief kennisreservoir.
Later werden de etiketten primair en secundair vervangen door de begrippen korte- en langetermijngeheugen , maar het intuïtieve onderscheid tussen beide geheugentypes bleef bewaard.
Merk op in figuur 4.1. dat de pijlen die korte- en langetermijngeheugen verbinden , verwijzen naar processen die de overdracht van informatie tussen beide geheugenbewaarplaatsen manipuleren.
Het inprentingsproces verwijst naar het overbrengen van informatie van het korte- naar het langetermijngeheugen. Dit proces verwijst dus naar de opslag van informatie in een meer permanente vorm.
Het inprentingsproces verwijst naar
het overbrengen van informatie van het korte- naar het langetermijngeheugen.
Dit proces verwijst dus naar de opslag van informatie in een meer permanente vorm.
Inprenting kan veel gedaanten aannemen.
Bewuste inprenting van informatie (een liedje, een gedicht, een cursus) vraagt een inspanning waarbij de informatie dikwijls moet worden herhaald of beter nog wanneer ze door middel van een verwerkingsproces op
een zinvolle manier wordt gekoppeld aan de reeds aanwezige kennis.
Inprenting wordt echter niet altijd bewust nagestreefd en veel informatie onthouden we toevallig omwille van een specifieke interesse voor het onderwerp of omwille van de emotionele impact die een gebeurtenis op ons maakt.
Het aanleren van motorische vaardigheden of procedures (typen , paardrijden , pianospelen) toont de inprenting dan weer als een
oefenproces waarbij bepaalde handelingen door veelvuldig inoefenen wordt aangeleerd.
Soorten inprenting door:
-koppelen aan de reeds aanwezige kennis.
-onbewust door specifieke interesse voor het onderwerp of omwille van de emotionele impact
-oefenproces waarbij bepaalde handelingen door veelvuldig inoefenen wordt aangeleerd.
Het oproepingsproces verwijst naar
het terugzoeken en ophalen van informatie uit het langetermijn geheugen naar het kortetermijngeheugen.
Net zoals de inprenting kan het ophalen ariuÏformatie op een bewuste of onbewuste manier verlopen.
Net zoals de inprenting kan het ophalen van informatie op een bewuste of onbewuste manier verlopen.
In sommige gevallen zijn we actief op zoek naar specifieke informatie in ons langeterml]ngeheugen . Wanneer dit succesvol verloopt, kan de gezochte informatie in ons bewustzijn doordringen in andere gevallen verloopt het herinneringsproces veeleer
toevallig en associatief.
Ondanks een voortdurende interactie tussen beide bewaarplaatsen heeft het onderscheid tussen het korte- en langetermijngeheugen een sterk intuïtief appèl.
Het langetermijnge heugen komt wellicht het best overeen met wat wij in de dagelijkse conversatie als ……. bedoelen.
geheugen bedoelen.
Het is het reservoir van alle kennis die een persoon op een bepaald ogenblik bezit.
De capaciteit van het langetermijngeheugen moet dus enorm groot en ogenschijnlijk onbeperkt zijn.
Volgens het model zijn we ons niet voortdurend van al die items bewust, maar verblijven zij passief in het langetermijn geheugen tot
wanneer ze in het kortetermijngeheugen worden opgeroepen. In het cognitief model worden lange- en kortetermijngeheugenbewaarplaatsen scherp afgelijnd.
Need help typing ? See our FAQ (opens in new window)
Please sign in to create this set. We'll bring you back here when you are done.
Discard Changes Sign in
Please sign in to add to folders.
Sign in
Don't have an account? Sign Up »
You have created 2 folders. Please upgrade to Cram Premium to create hundreds of folders!